www.vergadering.nu  Recensie-index  www.vergadering.nu

4 RECENSIES


De vervangingsleer voorbij, wat nu?
En wat te denken van al die Israëlfans?
Bob van Dijk
Uitgever: Christians For Israel Nederland, 2016
€19,95, 384 pagina’s
ISBN: 9789492178022
Dit boek bestellen bij Boekwinkeltjes.nl (tweedehands)...

of zoek bij: fakkel.nl | ichthusboekhandel.nl | goedhartboeken.nl

Handreiking voor de verhouding Israël (volk, land, en staat) en het lichaam van de Messias, aan de hand van stellingen, onderverdeeld in 15 thema's.
Doordat er steeds meer Christenen tot het besef komen dat het in de Bijbel vooral om Israël gaat en niet om de Kerk(zoals in de vervangingstheologie), is er veel verwarring bij Christenen en in (Messiaanse) gemeenten over wat we nu wel of niet "moeten" met de vele Joodse tradities en gebruiken.
Wat is Joods en wat is Bijbels? Moeten we Joods worden? Wat leert de Bijbel?
Met dit boek hebt u een uitgebreide uiteenzetting hierover in handen; Bob wil handvatten geven over deze dingen, met veel verwijzingen. Dit doet hij aan de hand van een vijftiental stellingen, die hij allen nader uitwerkt.
Het boek is zeer de moeite waard en geeft verassende inzichten.

Kanttekeningen van Harry Sleijster, zie onderaan...

..


4. Profetisch Perspectief - december 2016 - www.profetischperspectief.nl

De vervangingsleer voorbij, wat nu?

Recensie door Jan van Barneveld

De schrijver, drs. Bob van Dijk, is afgestudeerd aan de faculteit Godgeleerdheid van de Rijksuniversiteit te Utrecht en aan de Asian Theological Seminary te Quezon, Filipijnen. Hij geeft verschillende Israëlcursussen in Nederland.

Bewondering
In dit omvangrijke compendium worden een groot aantal beroemde en minder beroemde theologen en bijbelamateurs (-liefhebbers) opgesomd die geschreven hebben over Israël en de kerk inclusief hun boeken, brochures, citaten en artikelen. Om die allemaal te noemen, zou deze recensent woorden tekort komen. Kortom, mijn oprechte bewondering voor de ijver en het geduld van de auteur en voor zijn enorme kennis over het onderwerp.

Bijna iedereen die iets met Israël heeft, iets over Israël wil zeggen en zelfs iets tegen Israël heeft, krijgt in dit compendium 'een beurt'. Deze mix van visies, meningen, stellingen en verhandelingen wordt soms wat lastig te volgen; het is niet altijd duidelijk of het gaat om de visie van de theoloog die hij bespreekt, of om zijn eigen visie. Hij gaat uit van de vijftien stellingen over Israël en de kerk, die de Verenigde Pinkster- en Evangeliegemeenten in 2011 hebben opgesteld. Elke lezer van dit boek zal zeker vijftig namen tegenkomen van auteurs en hun visie die hem/haar bekend zijn.

Over de inhoud (1)
Duidelijk is dat de vervangingsleer wordt afgewezen. Maar welke theoloog doet dat niet? Een variant van deze ernstige dwaling is snel verzonnen. Dat doet Van Dijk beslist niet. De vervangingsleer heeft niet alleen veel leed berokkend aan het Joodse volk, maar ook schade aan de kerk, en is nog lang niet op haar retour. Jammer vind ik het dat de schrijver nalaat om een heldere, onderbouwde weerlegging te geven van elke poging om de gemeente van Christus op de plek van Israël in Gods plan te schuiven. Wel besteedt hij een heel hoofdstuk aan de vraag: 'Geen vervangingsleer meer, maar wie zijn wij dan?' (p. 33 t/m 45). Een paar kernwoorden uit dit hoofdstuk: 'De Gemeente is niet met Pinksteren geboren'; 'medeburgers'; 'J.E.v.d Brink uit een heel oude 'pinksterdoos'; 'het Oude Verbond'; 'het Noachitisch verbond'; Torah en wetticisme'. Deze dertien bladzijden
vormen een boeiende brochure.

Hoofdstuk 2 is een belangrijk hoofd stuk. Nadrukkelijk stelt van Dijk dat 'de christelijke gemeente het volk niet vervangt' en vertelt over het 'geheimenis' van de gemeente. De hoofdstukken 3 en 4 behandelen een heel scala aan Israëlonderwerpen. De tweewegenleer wordt afgewezen. Ook heeft van Dijk niet veel op met de bedelingenleer (zie vooral hoofdstuk 10). Messiaanse Joden krijgen terecht veel aandacht. Het herstel van Israël, de 'vervallen hut van David', wordt ook genoemd. Nadat in hoofdstuk 5 het concilie van Jeruzalem (Handelingen 15), de leefregels voor ons, gelovigen-uit-de-volken en een woordstudie over de vier Hebreeuwse woorden voor 'vreemdeling' onder onze aandacht zijn gebracht, gaan we naar 'Jerusalem Council II', een poging om de geestelijke draden van het concilie van Jeruzalem weer op te pakken.

Foutje?
Ik kan het gevoel dat Van Dijk zelf in een subtiele val van de vervangingsleer trapt niet kwijtraken. Hij zoekt de 'verloren tien stammen' (vooral Efraïm), die 'hun identiteit zijn kwijtgeraakt' bij lsraëlvrienden onder de gelovigen uit-de-volken. Het lo-ommi uit Hosea 1 neemt hij mee in zijn argumentatie. Maar aan het eind van dit hoofdstuk wordt lo-ammi toch weer ammi. En waar de HERE uitroept: 'Waar toch is de scheidbrief van uw moeder, waarmee IK haar verstoten heb?' (Jes.50:1), is de relatie met zijn volk weer hersteld. Wat de identiteit van de 'tien stammen' betreft, zien we dat Manasse uit India op weg is naar Israël. Dan uit Ethiopië is al in Israël.

Simpele biblicisten
Nederlandse auteurs die de 'Bijbel naast de krant' lezen worden niet of nauwelijks genoemd. Van mijn boek Eindtijd, Israël en de islam zijn bijna zevenduizend exemplaren verkocht. Een bevriend theoloog, hij wordt herhaaldelijk genoemd in dit boek, vertelde dat van zijn boek vijfhonderd exemplaren verkocht zijn. Hij bevestigde mijn vermoeden dat onze theologische elite niet veel op heeft met 'simpele, biblicistische gelovigen' die intensief letten op de 'tekenen der tijden' en hartelijk achter Israël staan. Het zij zo.

Over de inhoud (2)
Kort vijf onderwerpen van de overvloedige rest: 1. Gelovigen-uit-de volken en de bijbels-Joodse feesten. 2. Het 'onopgeefbaar verbonden' uit de PKN-kerkorde. 3. De geestelijke oorlog van Steven Paas tegen christenzionisten. 4. Ismaël, Palestijnen en Arabische
christenen. 5. Namen: H. Berkhof, A.A. van Ruler, K.H. Miskotte, J.H. Grolle, W. ten Boom en vele anderen.

Bijlagen
We noemen alleen de vier lezenswaardige bijlagen: 1. Kerk tussen Israël en de volken. 2. Geheim offensief (Het Arabisch-Israëlische conflict). 3. De (tijds)duur van de bediening van Jezus. 4. De Washingtoncode.

Aanbevolen voor kenners!


3. - juni 2016 - www.uitdaging.nl 

Kerk en Israël (worden) verbonden
De Joodse groepering die de Here Jezus heeft gevormd groeide uit tot een grote multi-etnische gemeenschap, waarin het volk Israël in de vergetelheid is geraakt. Alles wat God aan het volk Israël had beloofd werd van toepassing gedacht voor de christelijke gemeenschap; het Vervangingsdenken. Of ze zou een eigen, aparte heilsweg hebben; Twee-wegendenken. Van Dijk confronteert de lezer in zijn boek opnieuw met het volk Israël, want beide denkwijzen zegt hij te verwerpen. Wat is zijn alternatief?

Recensie door Marco van Putten

Stellingen
Van Dijk werkt dit uit aan de hand van stellingen, die een verbijzondering zijn van de ‘positieverklaring van de VPE (Vereniging van Pinkster en Evangeliegemeenten)’. Hij behandelt een groot aantal onderwerpen. In vier bijlagen worden enkele dieper belicht. De belangrijkste thema’s in zijn boek gaan in volgorde over: 1. Visie van de (traditionele) kerken op Israël; 2. Verhouding tussen de Staat Israël en de Arabieren; 3. (Christen)zionisme; 4. Messiasbelijdende Joden. Hij noemt zijn boek een handreiking over de relatie van de Gemeente ten opzichte van het volk Israël.

Redenen voor Israëltheologie
Van Dijk benadrukt de noodzaak van een Israëltheologie om meerdere redenen, zoals de eigenheid van de Messiasbelijdende Joden. Maar hij laat onbenoemd dat de meesten geen orthodox Joodse achtergrond hebben. Meer belangrijkere redenen komen uit de christenheid in het algemeen, zoals verwerking van feiten van de recente geschiedenis; de Sjo‘ah (Holocaust) en het bestaan van de Staat Israël. Hierdoor kwam de erkenning dat veel profetieën niet definitief door de Here Jezus vervuld kunnen zijn, zoals de Vervullingstheologie stelde.

Evaluatie
Van Dijk behandelt hoofdzakelijk het standpunt van traditionele kerken, waardoor het boek de Messiaanse Beweging minder aanspreekt. Ook komt daardoor de veel belangrijkere reden voor de noodzaak van een Israëltheologie op de achtergrond; de grote belangstelling van sommige christelijke groeperingen voor de oorsprong van de christenheid in het Joodse volk, zoals de Messiaanse Beweging. Van Dijk noemt deze Beweging zijdelings en doet voorkomen dat de aanhangers alleen Messiasbelijdende Joden zijn. In werkelijkheid zijn zij overwegend niet-Joods.

Van Dijk ziet de christenheid in een particularistisch kader van het oude Israël. Het is er onderdeel van; een Efraïmtheorie. Daarom promoot hij zionisme. Deze visie heeft een dualistisch karakter: Kerk en Israël blijven twee aparte groepen en voor Israël geldt heel de Torah, maar voor de Kerk een ‘light’ versie (twee-wegen).

Hij beschrijft veel verschillende meningen van (Messiasbelijdende) personen en allerlei organisaties bij zijn stellingen met bronvermeldingen. Jammer is alleen dat niet altijd duidelijk is wat Van Dijks mening daarover is. Ook zijn de stellingen niet erg overzichtelijk, zonder onderlinge prioriteit en zijn de achtergronden niet helder. Te meer, omdat ze deels overlappend zijn, terwijl de verbanden soms verwarrend zijn. Zonder index is zoeken ook lastig.

Zijn boek brengt een breed spectrum van (Messiaanse) onderwerpen naar voren en is een belangrijke bijdrage voor de christelijke Ecclesiologie.


2. - 26 juni 2016 - www.rd.nl 


1. Messianieuws - 25 april 2016 - www.messianieuws.nl

Wat betekent het christelijke mede-burgerschap in de praktijk?
Theoloog Bob van Dijk debuteert met zijn boek De vervangingsleer voorbij, wat nu?

Recensie door Kees Bloed

Theoloog Bob van Dijk debuteerde deze week met zijn boek De vervangingsleer voorbij, wat nu?. Hij wil een handreiking geven naar aanleiding van de positieverklaring van de Verenigde Pinkster- en Evangeliegemeenten (VPE) over de relatie tussen de christelijke gemeente en het Joodse volk.

Die positieverklaring is een mooi begin, maar nog niet het laatste woord. Van Dijk wil meer zeggen, en citeert daarvoor bijna heel zijn boekenkast. Tussen alle citaten door schemert iets van een nieuwe christelijke identiteit zonder vervangingsleer.

Lastig door te dringen
Het boek opent met vijftien stellingen die de leidraad van de rest van het boek vormen. Daarvóór staan nog een verantwoording voor de spelling, een drietal inleidingen en een lijst met definities. Al deze ‘opstapjes’ zijn vaag en laten bijna geen richting zien. De definities (p. 21-26) blijken zelfs helemaal niet voor het boek te gelden, maar universeel. Uitgelegde termen zoals Judeeërs en Notzriem komen in het hele boek niet voor. Vooral de definitie van Mesjieach verraste mij. Ik kende de term niet en dacht dat het om de Messias moest gaan. Mesjieachs blijken echter mensen te zijn ‘die zich door Jesjoea gezalfd weten, geleid door Zijn hart, geënt op de olijf, wandelend op de oude paden en huisgenoten van God’. “Dat zijn vast en zeker Mozes en Elia”, dacht ik. Je zou denken dat het boek hier meer over zegt. Maar ook de Mesjieach’s komen in het boek verder niet voor.

Zo bleef ik me afvragen waar dit boek wél heen wil, en wat het wil bijdragen. Die onduidelijkheid is jammer, want ik sympathiseer wel met de inhoud. Daarom probeer ik in deze recensie een antwoord te geven op de vragen: Wat zegt het boek over vervangingsleer? En wat betekent het dat we ‘mede-burgers’ van Israël zijn?

Weg met vervangingsleer, steun het zionisme
Tegen de vervangingsleer gaat Van Dijk helemaal los. Het is “de brutaalste diefstal aller tijden”, “valse profetie”, “strooit zand in de ogen”, “de kerk verzakt, tocht en lekt erdoor”, “wee allen die Israël de rug toekeren” en meer van dat soort taal. Het treft iedereen die de leer nog aanhangt, maar in het bijzonder Stephen Sizer en Steven Paas die zich tegen het zionisme verzetten. Volgens Van Dijk is bijbels zionisme: ‘terugkeer van de Joden naar het beloofde land, en christenen dienen dat in geloof te steunen’ (p. 218). Heb je een andere mening, dan volg je een ‘jammerlijk dwaalpad’ (p. 268), want uiteindelijk is God Zélf Zionist (stelling 11)…

Nu geloof ik zeker dat God Zijn volk gebruikt in Zijn plan met de schepping. Maar door Hem zo voor het karretje van het politieke zionistische ideaal te spannen, doen we Hem geen recht. Het zionisme is ménsenwerk dat geïnspireerd werd door de profeten, en gezegend door God. Door die zegen droeg het bijzondere vruchten. Daarin herkennen we Gods hand in de geschiedenis. Maar Gods wil voor de volken gaat véél verder. Daar is het ontstaan van de staat Israël slechts een voorteken van. Het is niet Gods doel zelf.

Afstand nemen van de vervangingsleer moet dus resulteren in een actieve christelijke steun voor de staat Israël. Maar dat is niet het enige. De lege ruimte van de ‘christelijke identiteit’ blijft bij hem geen vacuüm zoals bij veel andere theologen. Volgens Van Dijk is de christelijke gemeente een volk met een naam en een rol in de geschiedenis. Kortom, hij komt met een antwoord op de vraag: wie zijn wij christenen dan wél?

Mogen we iets over onszelf zeggen?
Laat mij de vraag ‘wie wij christenen dan wél zijn’ even inleiden, want ik vind het een spannende vraag. Het moge duidelijk zijn dat we als christenen Israël niet vervangen hebben. Maar wie zijn wij dan wel als we ‘Gods volk’ niet zijn? Die vraag blijft meestal hangen in het luchtledige. Daar spreekt men zich niet over uit, en wie dat wel doet, kan de wind op veel plaatsen van voren verwachten.

Het lastige is natuurlijk dat we wel degelijk ‘het lichaam van Christus’ worden genoemd in het Nieuwe Testament. Ja zelfs een ‘gereinigd volk voor God uitverkoren’ naar bijv. Titus 2:14 en ‘een volk van priesters en koningen voor God’ in Op. 1:6, net als Israël in Ex. 19:5-6. Moeten we al deze teksten dan wegknippen, of beroven van zijn betekenis? Zo van: ‘dit gaat in het echt éigenlijk alleen over Israël, wíj mogen slechts aan de zijlijn meedoen’?

Kerkbreed komen theologen hier dan ook niet uit, en de gewezen weg lijkt te zijn om het te laten rusten. De discussie roept toch maar spanning en veroordeling op, en dat schijnt in ieder geval onchristelijk te zijn. Het ‘veilige midden’ is dan ook de koers die je varen moet om in de theologie carrière te kunnen maken. Zo niet in de messiaanse beweging waar ik mezelf toe reken, en ook niet bij Van Dijk! Er moet toch een antwoord zijn op de vraag wie de christenen wel zijn, als ze niet ‘het nieuwe Israël van God’ zijn? Helaas lijkt de kerk de discussie niet aan te durven, en de poging van Van Dijk is dan ook moedig en zeer te waarderen.


Thora-getrouwe burgers van Israël
Hoewel het ‘niet minder dan een groot geheimenis’ is, mogen we ons volgens Van Dijk wel dégelijk medeburgers van Israël weten (stelling 2c). We zijn er immers deel van geworden, zoals al vanaf de belofte aan Abraham in de Bijbel wordt geleerd. Abraham zou immers vader van ‘vele volken worden’ (p.37). Zo worden Efraïm en Manasse als medeburgers geplaatst in het gezin van Israël in Genesis 48 (voetnoot 89 op p. 62), en zo verder. Van Dijk geeft hier verder geen exegese bij, zodat onduidelijk blijft hóe hij dit op de bijbelse teksten baseert. Ook is het aantal genoemde teksten hiervoor erg mager. Wel ontvouwt hij in een aantal stellingen wat dit medeburgerschap dan inhoudt. De christelijke gemeente krijgt een naam: ‘het huis van Efraïm’ (stelling 2d). Ze krijgt ook de erfenis van Israël: de feesten en de Thora. Het is een voorrecht om zo letterlijk toegevoegd te zijn bij het volk van God. In Christus mogen wij, die eens veraf waren (verloren stammen) nu dichterbij komen. We kunnen waardige burgers van Israël worden, zonder het door joden vereiste bekeringsritueel van de besnijdenis (p. 90). Want als we een tweede huis binnen Israël zijn, hoeven we de plaats van de Joden niet in te nemen.

De Thora behoudt dan ook voor christenen, als tweede huis in Israël, zijn volledige betekenis. Dat de kerk daar afstand van heeft genomen is het grootste gebrek van de christelijke theologie volgens de 6de stelling. Maar wat betekent het voor christenen als we dat willen herstellen? Dat is niet eenvoudig en het boek is dan ook voortdurend tegenstrijdig Bijvoorbeeld: “De Thora is wel van kracht, maar Joodse feesten en geboden mogen niet door niet-Joden worden uitgevoerd” (blz. 122). Hoe zit dat? Van Dijk stelt zich voor dat we onderzoeken welke geboden voor vreemdelingen van toepassing zijn in de Thora. Op die basis kunnen we dan onze vreze voor God laten blijken.

Dit is een moedige stellingname van Van Dijk, want je hoeft de woorden ‘Thora’, ‘geboden’ of ‘sabbat’ maar positief te noemen, en je relatie met veel evangelische gemeenten komt onder gróte druk te staan. Van Dijk richt zich specifiek tot deze evangelische beweging waar men afstand heeft genomen van de Tenach als ‘niet voor ons’ omdat ‘Jezus het al vervuld heeft’ (Zie bijvoorbeeld de bestseller Destined to Reign van Joseph Prince (2007), pag. 11-18). Veel christenen geloven nu eenmaal heilig dat het Oude Testament oordeel en bestraffing op het oog heeft. Onterecht! Om dit bespreekbaar te maken voor de VPE is niet makkelijk. Van Dijk waagt zich eraan, steun zoekend bij ds. Edjan Westerman’s recente boek ‘De Messias leren’ (2015).

De feesten víeren
Hoe moet dat in de praktijk?.......... Lees verder...


NIEUW (8-5-2016): Lees ook deze reactie van Kees Bloed op de reactie van Bob van Dijk op de recensie:
   Jezus' Joodse identiteit is een steen des aanstoots...


Kanttekeningen door Harry Sleijster

In september 2015 hield Bob van Dijk een lezing n.a.v. het boek Wake Up!, tegen de bedelingenleer en de opname. Klik hier... 
Hier volgen enkele opmerkingen.

Weg uit Babylon
Een van de eerste boeken waarnaar Bob van Dijk in deze lezing verwijst, is het vreemde boek van Wim Verwoerd "Weg uit Babylon", waarin haast alles over de toekomst door elkaar gegooid wordt. Ook Van Dijk blijkt uit te gaan van een kerk die hij gelijkstelt met Efraïm, de 10 stammen.
Dit boek staat bovenaan zijn lijst.

Harde woorden heeft Bob van Dijk over voor de opname, die hij zelfs een "schadelijke dwaalleer" noemt. Hij meent - helaas vanwege zijn onjuiste conclusie - dat deze leer de christenen lam legt. Persoonlijk vind ik dit echt een onzin-argument. Het kan natuurlijk voorkomen dat het iemand inactief maakt, maar het is in het algemeen niet waar. De "broeders" van de Vergadering waren juist eeuwenlang zeer actief in evangelisatie. Bovendien spreekt de Bijbel duidelijk over een opname.
Het lijkt erop dat Van Dijk bepaalde studies gemist heeft. Het Zoeklicht, Hal Lindsey en de Vergadering van gelovigen hebben met hun opnameleer de tegenstander in de kaart gespeeld, zegt hij. Kennelijk heeft Van Dijk het niet goed bestudeerd. Ook op het boek Wake Up! heeft hij ernstige kritiek: ook hier is volgens hem de "grote storende weeffout" de opname en de bedelingen.

Het verslag van de lezing zegt: "Bob heeft studie gedaan van het boek Openbaring vanuit het Hebreeuwse gedachtegoed." En dan (citaat): "...moet de zgn. geheime opnameleer op de schop. Dat past niet bij het Hebreeuwse denken. De cruciale denkfout ontstaat door de koppeling van het bazuinenfeest aan de zgn. opname van de gemeente."

Het verslag zegt verder: "Voor Bob waren er 2 hedendaagse profetische ‘stemmen’, die haaks staan op het preterisme, doch ook geen bedelingenleer aanhangen, maar wel een hart en visie hebben op Gods plan met Israël: Jan Willem v.d. Hoeven (vgl. Heart Cry van zijn ICZC) en Bart Repko."

En dan volgt in zijn lezing een vaag verhaal dat verdacht veel lijkt op het preterisme
(meer preterisme klik hier...) maar wat het volgens zijn eigen zeggen toch niet is(?).

Het verslag zegt namelijk (citaat): "In Openbaring 11 is sprake van de tempel, dat is een van de redenen waarom gedacht wordt, dat Openbaring geschreven is vóór het jaar 70, dus voor de verwoesting daarvan. [HS: tussen haakjes: dit leert de moderne schriftkritiek ook.]
De oorlog in Israel rondom de inname van Jeruzalem door Titus, duurde 3½ jaar (gedurende 66-70). Jezus vertelde over de aankomende oorlog aan zijn discipelen in Matth. 24; hongersnood, moord, kannibalisme alles is in die tijd gebeurd. Lees het verslag hierover door Flavius Josephus in zijn Joodse oorlog. [HS: zeker is NIET alles in die tijd gebeurd. (klik hier... en lees hoofdstuk 7 en 12)]
Als je leest over de 7 zegels, dan lijkt het erop dat het leeuwendeel van deze profetieën al uitgekomen zijn in de loop van de 2000 jaar na de eindtijdrede van Jezus. Openbaring betreft dus een heel brede tijdsperiode. Een duidelijke uitleg hierover vind je bijv. in het boek van Wim Verwoerd ‘Weg uit Babylon’." (einde citaat)

De hang naar het vreemde boek van Verwoerd maakt de uitleg van Bob van Dijk zeer twijfelachtig. Lees mijn commentaar bij het boek van Verwoerd hier: https://vergadering.nu/boekverwoerd-weg-uit-babylon.htm

VPE
Het is wel mooi is dat het boek "De vervangingsleer voorbij" tegen de vervangingsleer is, maar het boek is ontstaan vanuit de VPE. En de VPE heeft n.m.m. bepaald geen goede visie op de toekomst - denk aan de boeken van David Pawson, ook een fervent ontkenner van de opname.
We zien uit naar recensies over dit boek.

www.vergadering.nu