www.vergadering.nu De Leermap www.vergadering.nu

Het ontbrekende in orde maken

De Bode des Heils - www.medema.nl - april 2000

Nieuw boek van Alexander Strauch (sept.2002): Leiderschap in de gemeente

A l e x a n d e r     S t r a u c h

(bewerking van) een toespraak, gehouden op 15 februari 2000 in Utrecht.

De bekendste dichterlijke beschrijving van de eenheid onder broeders is Psalm 133. Eenheid is iets heiligs. David gebruikt twee beelden om dat duidelijk te maken.
De eerste illustratie is de kostelijke olie voor de hogepriester - een symbool van goedheid, schoonheid en eenheid van de Geest. Een van de ergste zonden, door Salomo als laatste opgenomen in het lijstje van zeven zonden in Sp6:16-19, is het stoken van twist onder broeders. Als contrast staat daar de door God gewilde eenheid tegenover. De olie wordt over het hoofd uitgegoten. Eenheid begint bij het hoofd, bij het leiderschap. In het gezin is dat: bij de man. In de gemeente betekent dat: bij de oudsten. Eenheid zal zich van bovenaf verspreiden, onder leiding van de Heilige Geest. De olie glijdt van het hoofd over de baard en de kleren van de hogepriester.

Het tweede beeld is dauw. Water is een levensnoodzaak. Waar ik woon, in de Amerikaanse staat Colorado, is dat goed zichtbaar. Bij het binnenrijden van deze staat treft de automobilist een bord aan: Colorado, de kleurige staat - maar in de zomer is alles bruin, het is woestijnland. De sneeuw en de dauw zijn op de bergen. Zo is het ook in het land Israël. De Hermon is ongeveer 3000 meter hoog, en daar komt de dauw vandaan. Er heerst in Israël veel droogte, en de bergen zijn nodig om leven te brengen. Eenheid is als dauw die leven en groei brengt. Olie en dauw zijn beide een beeld van de zegen van de Geest. Waar vind je zegen? Daar waar broeders eendrachtig samenwonen. Een boodschap van leven moeten we niet verwachten van de wetenschap, of van de overheid, maar van de plaatselijke gemeente. Maar er moet wel een gezonde situatie bestaan, zodat deze zegen de broeders en zusters kan bereiken. Met het oog daarop heeft een gemeente oudsten nodig.

Het ontbrekende

Waarom moeten we oudsten hebben?
Gewoon: omdat het in de Bijbel staat. Je zou kunnen menen dat het ook wel zonder oudsten kan, maar dat zag de apostel Paulus anders: hij beschouwde een plaatselijke gemeente zonder oudsten als een plek waar iets niet in orde was(Tt1:5;1Tm3:14-15). In een gezin zijn er huisregels, zodat je in harmonie met elkaar kunt leven. En zo is het ook in het huis van God.

De brieven van Paulus hebben voor ons vandaag niets aan waarde ingeboet. Paulus en Timotheüs gingen naar een gemeente toe en predikten daar het Woord, maar ze bleven er niet. Het is maar goed dat de brieven van Paulus zwart op wit aan ons zijn doorgegeven! Het geschreven woord is noodzakelijk om de inhoud vast te kunnen houden.

Voor het geestelijk welzijn van de gemeente moeten er oudsten zijn (Hd14:23). Zonder gekwalificeerde oudsten ontbreekt er iets. De Heilige Geest kwalificeert mensen, Hij maakt hen bekwaam om leiding te geven, iets wat wijzelf niet kunnen. En de Heilige Geest stelt hen aan, iets wat wij niet mogen. Hij is het die de opzieners (oudsten) hun plaats wijst voor herderlijke zorg over de kudde (Hd20:28), en dat gebeurt noch door de gemeente, noch door de apostelen of hun afgezanten. God de Heilige Geest stelt hen aan; dat is de Goddelijke kant.

Maar er is ook een menselijke kant: als iemand opzienerschap begeert, is dat een goed verlangen (1Tim3: 1); het betekent immers zorg dragen voor de kudde van God (1Pt5:3). En we kunnen de Goddelijke en de menselijke kant combineren als we het zo zeggen: de Heilige Geest roept mensen op om de kudde te hoeden. God legt in ons een verlangen om te doen wat juist bij ons past. Voor God zijn er geen kleine of grote plaatsen; iedere plek waar Hij ons wil gebruiken, is een belangrijke plek.

Voorzien in de behoeften van de Gemeente

Wat moeten oudsten doen in de Gemeente?
Of, andersom geformuleerd, wat zijn de behoeften van een plaatselijke vergadering waarin oudsten moeten voorzien?
Vier elementen moeten hier worden genoemd.

De kudde heeft bescherming nodig. Verzen in de Bijbel die over oudsten gaan, spreken voornamelijk over bescherming; we hebben al gewezen op Hd20:28 waar het gaat om gevaren van buiten ('wrede wolven') en van binnen ('mannen uit uw eigen midden'). Om te kunnen beschermen heb je gekwalificeerde mensen nodig.

Onderwijs is noodzakelijk om de gemeente te beschermen. Meer dan ooit moeten we in onze tijd helder en duidelijk bijbels onderwijs geven, want er is misschien nooit zoveel gevaar geweest voor dwaalleer, die immers snel en gemakkelijk verspreiding vindt door de moderne media (Tt1:9).

De kudde heeft leiding nodig (1Tm5:17; 1Pt5:1,2). Wij zijn allemaal schapen en God is de Herder. In de plaatselijke gemeente is er een meervoudig leiderschap: broeders die door God zijn toegerust met geestelijke gaven.

De gelovigen hebben toerusting nodig. Oudsten (opzieners) zijn niet de mensen die al het werk doen, zodat de rest niets meer hoeft uit te voeren. Nee! Het doel van hun dienst is als de herders en leraars in Ef4:11vv., die de gelovigen 'volmaken tot het werk van de bediening, tot de opbouwing van het lichaam van Christus'. Ze stimuleren anderen om aan het werk te gaan, ze coachen en sturen hen in de goede richting. De hele gemeente moet aan het werk; alle leden van het lichaam moeten hun eigen functie vervullen.

Als in een gemeente geen bijbels oudstenschap is, houd je niets dan menselijke systemen over. Hier moet bij gezegd worden dat niet ieder menselijk systeem fout is! We passen allerlei praktische regels toe in de gemeente van God, en dat moet wel, want er staan niet zoveel details in de Bijbel over de manier waarop wij de dingen moeten uitwerken. Over de broedervergadering bijvoorbeeld is niets in de Bijbel te vinden. Dat betekent niet dat het fout is om als broeders samen te komen, maar wél dat zo'n bijeenkomst niet bijbels is te funderen. We moeten onderscheid maken tussen onze (soms goede, soms niet zo goede) ideeën en de Schrift. In ieder geval mogen wij nooit aan onze zelfbedachte instellingen een bijbels gezag verlenen en ze als zodanig verdedigen.

Effectief oudstenschap

Waar goede oudsten goed functioneren, groeit de gemeente. Geen wonder; het is altijd maar het beste als we Gods Woord volgen. Maar enkel de aanwezigheid van oudsten is niet genoeg. Een goede oudste moet effectief kunnen functioneren. Een oudstengroep heeft niet tot taak de gemeente ervan te overtuigen dat zij oudsten zijn. Ze moeten integendeel gewoon aan het werk, ze moeten zijn wat herders moeten zijn. Je doet het niet voor jezelf. Je bent er niet om de baas te spelen, maar om het voorbeeld te zijn. Macht of geld zijn niet aan de orde, maar liefde voor de kudde (1Pt5:1vv.).

Hoe kunnen oudsten effectief functioneren? Ze moeten in ieder geval regelmatig bij elkaar komen, en aan de inhoud van die bijeenkomsten kan vaak nog heel wat verbeterd worden. In de onderlinge interactie worden karakters gevormd, en scherpen we elkaar aan om onze herderlijke taken uit te oefenen. Het Woord en het gebed zijn de belangrijkste instrumenten daartoe.

Herderlijke vaardigheden

Herder zijn in de gemeente is één ding; daartoe de vereiste bekwaamheid te verwerven is nog iets anders. Aan het slot van Ps78 wordt gesproken over het omgaan met mensen 'met kundige hand'. Dat is wat we nodig hebben: niet gewoon herders, maar goede herders. Hoe word je een goede herder? Door de Goede Herder, Christus Zelf, als voorbeeld te nemen. Zijn beeld wordt ons voor ogen geschilderd in Jh10. In tegenstelling tot een huurling 'bekommert Hij Zich' om de schapen (vs13).

Zich bekommeren om de mensen, letten op de kudde (Sp27:23) - dat zijn sleutelwoorden. Van mensen houden, om het in onze taal te zeggen. Het ernstigste gevaar dat geestelijk leiderschap bedreigt, is het egoïsme van ons eigen hart. We moeten ons telkens weer spiegelen aan de gezindheid van Christus (Fp2:3v.).

Sommige dingen liggen heel erg voor de hand. Bijvoorbeeld: gastvrijheid is een manier om liefde te betuigen. Gebruik je huis voor Christus. Je houding moet die van liefde zijn. Het groeien in de liefde is veel moeilijker, maar ook veel belangrijker, dan het aanstellen van oudsten; groeien in de liefde bouwt de gemeente op.

Heb oog voor mensen.
Onthoud de namen van mensen die je hebt ontmoet (3Jh1).
Bid voor mensen, dag en nacht, vurig (1Th3:10).
Bemoedig anderen.
Bemoediging en erkenning is de adem van de ziel.
Heb ontferming voor mensen (Hd20:34v.).
Integriteit (2Kol:12), vriendelijkheid en geduld (2KolO:1,2), hartelijke betrokkenheid (Rm12:10) zijn belangrijke elementen.
En laten de oudsten samen een bijbelse visie hebben op de groei van de gemeente, en die visie ook naar alle broeders en zusters uitdragen.
Daardoor gaat de gemeente zich ontwikkelen naar een bijbels model, en dan wordt ze niet door allerlei ongezonde leer beïnvloed.

APRIL 2000 l BODE l MAGAZINE VOOR BIJBELSTUDIE


De Leermap-index


 

www.vergadering.nu