De toekomst van
het evangelicalisme
Ellips - 22 juni 2006
HENK P. MEDEMA
‘Is de reformatie voorbij?' luidde de titel van een onlangs verschenen boek. De titel slaat op de toenemende toenadering tussen katholicisme en protestantisme en het boek bevat een analyse daarvan. De vraag is of wij op enig moment werkelijk de stand van zaken kunnen omschrijven van enige beweging misschien wel het verleden, maar zelfs het heden is al twijfelachtig, om over de toekomst maar te zwijgen. Mr. Medema waagt zich niettemin aan de toekomst van het evangelicalisme.
Het heden en het verleden voorspellen
Er was in de jaren tachtig een opmerkelijke herleving in de evangelische kerken, vooral door de geweldige toename van de pinkster en charismatische gemeenten wist u dat eigenlijk? Dat is de vraag die Peter Brierley, de directeur van het Engelse onderzoeksinstituut Christian Research, aan zijn lezers stelde in 1998. Met behulp van vele cijfers en grafieken extrapoleert hij de bestaande trends tot aan het jaar 2010. Op dit moment hebben we van zijn periode van twaalf jaar er al tweederde op zitten. Wat weten wij eigenlijk van de stand van zaken op dit moment? Kunnen wij het verloop van de recente acht jaar zomaar, zonder nauwkeurig onderzoek, tevoorschijn brengen?
David Aikman, vroegere bureauchef van Time Magazine in Beijing, schrijft over de huidige situatie in China. Je mond valt ervan open: is dit wat er nu op dit moment gebeurt? Wisten wij dat? Philip Jenkins, hoogleraar aan Penn State University beschrijft de enorme groei van het christendom (en speciaal van het evangelicalisme) in Zuid en
Midden-Amerika, Azië (speciaal Oost Azië) – maar juist niet in Europa.
Wat hij tegelijk doet, en wat ook moet, is het interpreteren van bevolkingsmigratie en urbanisatiecijfers van algemene aard, en zo probeert hij tot een schets te komen in 2025 en zelfs 2050. Het is een boeiende, verrassende, maar ook gewaagde onderneming. De vraag is: kunnen we de toekomst voorspellen als we het heden nog maar nauwelijks kunnen voorspellen?
In feite is dit onderwerp nog een heel stuk ernstiger, zoals Ronald Sider onlangs het probleem formuleerde. Het gaat niet alleen om het herkennen van trends, maar ook om het erkennen van de werkelijkheid. Het gaat om, wat Sider noemt, het schandaal van het evangelische geweten: waarom leven christenen niet anders dan de rest van de wereld? Wat bekende Amerikaanse onderzoeksorganisaties Gallup en Barna ons vertellen, is dat er minstens zoveel echtscheiding onder hen voorkomt, dat rassensegregatie en seksuele promiscuïteit zich net zoveel voordoen als bij het seculiere publiek, en dat evangelicals een even hedonistische levensstijl hebben als hun heidense buren.
De toekomst voorspellen
Komt er een einde aan het protestantisme? Blijft het calvinisme, of zal ook dat voorbijgaan? Een aantal gereformeerden, onder leiding van Koert van Bekkum (adjunct hoofdredacteur van het Nederlands Dagblad), wijdde hieraan woorden die gepubliceerd werden in een bundel. Een paar jaar geleden bracht de Britse hoogleraar Alister McGrath (van Wycliffe Hall, Oxford) ook in Nederland nogal wat opschudding met zijn stelling dat het einde van het protestantisme nabij zou zijn: er zou alleen nog maar toekomst zijn voor het katholicisme, de oosters orthodoxe vormen van religie, en het evangelicalisme. Hij werd hierover stevig aan de tand gevoeld door Govert Buijs en Herman Paul in ‘Beweging’. Op een Kontekstueelstudiedag in de Jacobikerk in Utrecht, begin 2004, waarschuwde wijlen prof. dr. Cees Graafland de trek van jongere generaties in de richting van het evangelicalisme wel degelijk zeer serieus te nemen.
De toekomst is open, maar ook onzeker. Daarmee is gezegd dat er heel veel opties zijn wat onze eigen keuzes en verantwoordelijkheden betreft, maar dat er aan de kant van Gods soevereiniteit heel veel voor ons onzeker is. Als ik dan in de volgende beide paragrafen toch iets van de toekomst van het evangelicalisme schrijf, doe ik dat uitsluitend op eigen verantwoordelijkheid. Wie dit artikel over tien jaar nog eens leest, hoeft zich niet te verwonderen als niet alles is uitgekomen. Wat ik hier zeg is: sommige vormen zijn nu al bij ons, en te voorzien is dat zij zullen blijven. Wat ik tevens zeg is: sommige inhouden zijn er nu al, en als ze blijven dan wel zich verdiepen, dan zal de groei en ontwikkeling van het evangelicalisme zich voortzetten.
Verschijningsvormen
Er doen zich diverse verschijningsvormen van evangelicale kerken voor, wereldwijd maar meer speciaal ook in Nederland, die een goede kans hebben te overleven. De megakerken. Het is merkwaardig dat dit verschijnsel nog steeds bestaat en vermoedelijk ook zal overleven.
Oorspronkelijk als navolging van Amerikaanse kerken als Willow Creek en Saddleback bedoeld, hebben ze ook in de polder wortel geschoten: Bethel in Drachten, De Meerkerk in Hoofddorp, de Vrije Evangelisatie ZwolIe, enzovoorts. Het zijn vaak regionale kerken, die vaste bezoekers hebben maar ook (juist) openstaan voor christenen die gewoon maar langskomen op zondag.
De huiskerken. Ze zijn er nog steeds, georganiseerd in www.indehuizen,nl , of bij Church Without Walls, of, zoals ook voor de hand ligt, helemaal niet georganiseerd maar in tal van losse vormen te vinden. Hun kracht ontlenen ze natuurlijk juist aan wat anderen wél, maar zij nu juist niet hebben: muren, identiteit, structuren, confessies, vormen.
De kerk als water, of The Liquid Church, zoals het boekje van Pete Ward heet.
Heel eenvoudig gezegd komt het hierop neer: waarom zouden we niet op de inhoud letten in plaats van op de vorm? De kerk is tenslotte niet het glas, maar het water; niet de kade, maar de haven; niet de oever, maar de stroom. Dit zijn niet per se allemaal huiskerken, maar wel gemeenten die zich vooral concentreren op de inhoud in plaats van op de vorm, zodat er ook maar heel weinig 'vorm' dan wel 'kerk' zichtbaar is. Boeiend wordt de discussie natuurlijk zodra je je afvraagt wat het nut van het glas, de kade en de oever is: zou dat soms zijn om het water te kanaliseren?
De opkomende kerk, beter bekend als de Emergent Church, niet veel verschillend van de Liquid Church, maar het is toch net even iets anders. De nadruk ligt hier op de beweging (of, zoals sommige van haar leiders zeggen, 'het gesprek') waarin op een bepaalde manier de tijd waarin wij leven wordt 'gelezen'. Dit is vooral een gebeuren in de Verenigde Staten, en het is eigenlijk een zeer individualistisch gebeuren: afzonderlijke mensen gaan hun eigen weg en zoeken daarin wat God voor hen heeft. Men leze de beschrijving van Michael Moynagh, en de kritiek van Carson.
De uitwonende kerk is een term die ik zelf heb verzonnen, en waarmee ongeveer hetzelfde is bedoeld als Fresh Expressions in de evangelische hoek van de Kerk van Engeland: je verzint voortdurend nieuwe vormen voor evangelisatie, samenzijn, samenleven, woordverkondiging, geestvervuldheid, enz., en die worden dan op een website gepubliceerd (www.freshexpressions.org.uk) om anderen ook op een idee te brengen. Dat wordt in Groot Brittannië gepraktiseerd, maar ook in Nederland hebben we zo'n verschijnsel, alleen nog niet samengebracht in een website. Wel gaan we overal naartoe en we laten ons door geen enkele fysieke, kerkelijke, geestelijke of geografische grens tegenhouden, en al zeker niet door denominationele beperkingen. Wat je vandaag doet, doe je morgen niet meer, in ieder geval niet met dezelfde mensen, en je blijft nooit op dezelfde plek hangen, je bent uitwonend.
Al deze verschijningsvormen, en er zijn er veel meer, zijn en blijven en groeien. Is het de toekomst? In die richting zal het zeker gaan.
Inhouden
Laat me ten slotte een paar uitdrukkingen van het evangelicalisme noemen die staan voor kenmerkende inhouden. Als die dingen blijven, of blijven komen, dan zal het evangelicalisme ook in Nederland bloeien. Ik heb voor de lezers vier 'kreten'.
Het woord opluchting ontleen ik aan Govert Buijs (in: Van Bekkum, 2004): het is een woordspeling die doet denken aan de wind, de Geest (pneuma, roeach). Wat we nodig hebben is de ruimte van de Geest, en er zijn nogal wat tekenen die in die richting wijzen.
Heiliging hangt daarmee samen, want het moet gaan om de Geest, maar dan wel concreet de Heilige Geest. De kritiek van Sider is buitengewoon ernstig, en trekken we de schoen niet aan waar die ons past, dan gaan we ten onder in zeer troebel water.
Wereldvormend christendom ('world formative Christianity') ontleent Govert Buijs in hetzelfde artikel aan Wolterstorff (1983). Een mooie uitdrukking! Niet wereldgelijkvormig, passief gevormd door de wereld, maar wereldvormend, actief de wereld knedend en vormend, zó moet het christendom zijn.
En ten slotte: openbaring, zoals Arnold van Heusden terecht reageerde op Gabriël van den Brink, in het ICS cahier (2005). Als we het licht van Gods openbaring constant nieuw door onze transparante levens laten stromen, dan valt Gods machtige waarheid verticaal als een bliksem in onze levens. Daar zit zoveel elektriciteit in, dat ik de werkzame kracht daarvan niet meer in voltage durf te voorspellen.
Literatuur:
David Aikman, Jesus in Bejing: How Christianity is Transforming China and Changing the Global Balance of Power, Washington, 2003.
Koert van Bekkum (red.), Toekomst voor de Gereformeerde Traditie, Nederlands Dagblad 2004.
Peter Brierley, Future Church: A Global Analysis of the Christian Community to the Year 2010, Mill Hill 1998.
Govert Buijs & Herman Paul, Het einde van het protestantisme: Interview met Alister E. McGrath, Beweging 67/3 (2003), p. 29vv.
Govert Buijs & Tymen van der Ploeg (red.), En Plein Publique: De samenleving van morgen en de kerk van nu, ICS cahier 43, Boekencentrum 2005.
D.A. Carson, Becoming Conversant with the Emerging Church: Understanding a Movement And lts Implications, Zondervan, 2005.
Philip Jenkins, The Next Christendom: The Coming of Global Christianity, New York 2002.
Michael Moynagh, EmergingChurch.intro, Oxford UK/Grand Rapids, MI, 2004.
Ronald J. Sider, The Scandal of the Evangelical Conscience. Why Are Christians Living Just Like the Rest of the World? Baker, Grand Rapids 2005.
Pete Ward, Liquid Church: A Bold Vision of How to be God’s People in Worship and Mission a flexible, fluid way of being Church, Hendrickson / Paternoster, 2002.
Nicholas Wolterstorff, Until Justice and Peace Embrace, Grand Rapids 1983.
|