www.vergadering.nu Recensie-index www.vergadering.nu
2 RECENSIES
Hete hangijzers
Antwoorden op zeventien kritische vragen aan het christelijk geloof
Martine van Veelen en Cees Dekker (red.)
Buijten en Schipperheijn / Motief, Amsterdam, 2009.
ISBN: 9789058814296, 312 pag. € 19,50
Dit boek bestellen bij Boekwinkeltjes.nl (tweedehands)... of zoek bij: fakkel.nl | ichthusboekhandel.nl | goedhartboeken.nl
17 kritische vragen aan het christelijk geloof worden behandeld vanuit apologetisch gezichtspunt. Onder redactie van Martine van Veelen
& Cees Dekker.
2. Uitdaging
- januari 2010 - www.uitdaging.nl
Hete hangijzers
Recensie door Jan Kees Nentjes
Er staan 16 plaatjes op de voorkant van het boek en er worden maar liefst 17 kritische vragen aan het christelijk geloof in behandeld.
Christenen die geconfronteerd worden met kritische vragen van niet-gelovigen of die worstelen met hun eigen vragen, vinden in dit boek
bijdragen van diverse auteurs over de zogenaamde 'hete hangijzers'. Het boek is, volgens de tekst op de achterflap, 'bedoeld voor
christenen, maar ook voor zoekers. Het daagt uit tot nadenken en biedt verrassende invalshoeken waar de clichéantwoorden niet voldoen.'
Geen clichés dus, maar de onderwerpen laten zich makkelijk raden. Het gezag van de Bijbel, geweld in het Oude Testament, Schepping en
evolutie, lijden, drie-eenheidsleer, hemel en hel, andere godsdiensten, homoseksualiteit, ze komen allemaal aan bod. Het is overigens
niet moeilijk te raden in welke richting de antwoorden gaan.
Wie de inhoudsopgave leest, weet eigenlijk al genoeg. Hoofdstuk 6 gaat over 'Wat is het nu, schepping of evolutie?'. Het antwoord dat
René Fransen geeft op die vraag heeft als titel 'Evolutie maakt de schepping groter'. Wat in het hoofdstuk aan bod komt, is niet echt
nieuw en verrassend. Maar dat heeft natuurlijk ook te maken met het feit dat het afgelopen jaar alles wat er te zeggen valt over dit
onderwerp, meerdere keren gezegd en weersproken is.
Het antwoord op elke vraag die wordt gesteld is in elk geval 'het is genuanceerder dan je op het eerste gezicht denkt'. Het boek staat
vol zinnen als 'Dat hangt ervan af wat je daaronder verstaat' en 'Het is maar net hoe je het bekijkt'. Daarmee is dit boek vooral
interessant voor mensen die heel rationeel bezig zijn met de vragen rond het geloof. Alle nadruk ligt op geloven 'met heel je verstand',
maar dat was ook precies de bedoeling van de beide redacteuren. Het gaat om apologetiek, de rationele doordenking van het geloof. Ook om
verdediging, maar dat is altijd een lastig punt. Het boek zal tegenstanders of andersdenkenden niet overtuigen, daarvoor is het te
beknopt en te voorspelbaar.
Het biedt christenen die rationeel zijn ingesteld handvatten, zet ze aan het denken en helpt ze wellicht aan een stukje zekerheid in een
wereld waarin zij worden aangevallen op hun geloof. Het boek is ook bedoeld voor jongeren, zelfs voor niet-studenten, maar ik betwijfel
of die doelgroep voldoende wordt aangesproken.
Daarvoor moet je meer doen dan de auteurs zonder titels en met voornaam te vermelden.
Aan het boek werkten onder meer Arie van den Beukel, Eric Peels, Bram van de Beek, Otto de Bruijne, Robert Doornenbal, Evert Jan
Ouweneel en Reinier Zonneveld mee.
1. Bodem -
5 januari 2010
Hete hangijzers
Boekrecensie door Ronald van den Oever
Na de serie lezingen met de gelijknamige website is hier nu ook het boek Hete Hangijzers. Al bij het zien van het boek raak ik onder de
indruk. Een ‘voeltitel’ met zestien ‘voelfoto’s’ aan de voorkant, die thematisch verwijzen naar de hete hangijzers in het
boek. Het ziet er allemaal heel fraai en functioneel uit. Als je het boek wat schuin houdt, dan spiegelen er zelfs vraagtekens in de
foto’s. Ook de achterkant imponeert: dertig klinkende namen van de meewerkende auteurs.
Het boek begint met een slimme aanbeveling van Andries Knevel. Best lezenswaardig, maar omdat Reinier Sonneveld twee hoofdstukken
verderop iets grondiger en met veel passie ingaat op het belang van apologetiek, wordt het mij wat te veel. Tussendoor is er een
tweegesprek tussen de TU-Delft-collega’s Cees Dekker en Martine van Veelen over hoe het allemaal is begonnen met Hete Hangijzers. In
dit gesprek wordt duidelijk dat er geen gespannen verwachtingen leefden bij de start. Dekker vindt apologetiek als ‘rationele
doordenking en verdediging van het christelijk geloof’ van belang voor christenen. Van Veelen vult aan dat het ook ‘best interessant’
kan zijn voor niet-christenen. Dit hoofdstuk kenmerkt het boek. Tussen de meer theoretische hoofdstukken die doorgaans vlot geschreven
zijn, staan wat luchtiger artikeltjes met tweegesprekken en ervaringsverslagen. Daarin vind ik het boek erg origineel en prettig
leesbaar.
In het vlot geschreven hoofdstuk van Reinier Sonneveld voel ik me bijna beetgepakt en door elkaar geschud, want ik moet wel aannemen dat
apologetiek toch echt heel belangrijk is. Weg met onze relativistische houding. Dat heeft in de geschiedenis ook weinig opgeleverd. Ook
drie alinea’s lang geen vriendelijk woord voor postmodernisten. Geen grote denker noemt zich nu nog postmodernist, besluit Sonneveld.
Zo geeft hij een (te) snelle genadeklap, waarmee hij de actuele postmoderne thema’s niet kan raken. Maar zijn boeiende bespreking van
christelijk geweld, de statistieken en de bijbelteksten liegen er niet om. Wij christenen moeten beseffen dat we alle redenen hebben om
ons geloof te verdedigen.
Nu onze riemen vastzitten begint de reis die ons brengt in theologisch vaarwater over het gezag van de Bijbel (Mudde), geweld in het
Oude Testament (Peels), en schriftkritiek op de vier evangeliën (Zwiep). Sommige artikelen zijn erg vlot geschreven, maar andere met
wat meer belegen theologisch jargon. Zwiep is uiterst flexibel in het meebewegen met de critici, maar neemt op belangrijke punten
duidelijk stelling en wijst met kracht naar de verankering van het evangelie in plaats en tijd en roept op tot navolging van onze
levende Heer in het leven van alledag. Johan Klein Haneveld verhaalt over zijn symposium met atheïst Herman Philipse. Deze doet hem
(onbedoeld) beseffen dat Jezus het Woord van God is.
De reis komt dan in natuurwetenschappelijke stromen met boeiende bijdragen over het spanningsveld tussen Bijbel en natuurwetenschap.
Sinds mijn studie aan de Evangelische Hogeschool (lang geleden) is er gelukkig veel gebeurd, kan ik hier constateren. Geen
loopgravenoorlog, maar een zoektocht naar integratie waarbij God dienen met je verstand de boventoon voert. De kritiek betreft niet
alleen seculiere wetenschap, maar ook de eerdere pogingen van christenen om God als gatenvuller erbij te halen. Misschien wel hét hete
hangijzer komt aan bod in een moeilijk artikel van Stefan Paas over God en het lijden. Hij komt uit bij de meevoelende God in Jezus’
lijden en dood.
Dan komt de reis in meer filosofische wateren en neemt Evert Jan Ouweneel de lezer mee naar plaatsen waar we in de ervaring van alledag
het kwaad tegenkomen. Zo komt hij in de lijn van christen-existentialisten uit bij onze ervaring van onrust. Daar kunnen we kiezen voor
Gods onvoorwaardelijke liefde die ons duurzame rust bezorgt. Het demonische zal ons van deze rust vandaan houden of ons ervan willen
beroven. ‘Zoek dekking bij de Allerhoogste, blijf vlakbij zijn liefde en blijf geloven dat je altijd thuis mag komen, dan zijn heel
wat overwinningen in je leven al geboekt.’
Het gaat te ver om alle bijdragen te bespreken. De openhartige artikelen over homoseksualiteit door christen-homo’s (Erik Bolks en
Herman van Wijngaarden), Peter Siebes artikel over ecologie en de vraag of christenen nu betere mensen zijn of niet (Otto de Bruijne)
zijn stuk voor stuk artikelen die je aan het nadenken zetten en je verder kunnen helpen in het doordenken van je geloof.
Schaf dit boek gerust aan. Soms leest het prettig en soms leest het moeilijk. Soms is er een kwetsbare zelfkritiek en soms is er een
gepassioneerde stelligheid. Soms lijken auteurs erg geïmponeerd door wetenschappelijke methoden en soms bewegen ze erg weinig mee met
wetenschappelijke spelregels. Dit vind ik juist de veelkleurigheid van dit boek waarin God dienen met je verstand ook gevolgen heeft
voor je handelen en andersom.
Er zijn natuurlijk wel wat punten die ik mis. Waar zijn de meer menswetenschappelijke vragen zoals ‘Is God een projectie?’ en ‘Maakt
geloof psychisch ziek?’. Ook telde ik maar één vrouwelijke auteur, en miste ik auteurs van buiten het protestantse erf. Het zou me
niets verbazen als met deze aanvulling ook een meer ethisch relationele inbedding van apologetiek had kunnen ontstaan, waarin goed
luisteren, zachtmoedigheid, liefde, recht doen, respect, aansluiten, etc. een plek krijgen in de ontmoeting met de ander. Robert
Doornenbal doet een bescheiden poging voor richtlijnen voor een interreligieus gesprek, maar dat is in mijn ogen te gering voor een boek
met zo’n arsenaal aan verbale handvatten voor een geloofsstrijd. In het boek wordt veel gewezen op de liefde, dus het lijkt me een
kleine stap om dit ook een centrale plek te geven als inbedding voor onze dienstbare omgang met de ander. Daarin kunnen het
geloofsgesprek en ook apologetiek een plaats krijgen als een eerlijke verantwoording van de hoop die in ons is.
|