www.vergadering.nu Recensie-index www.vergadering.nu
3
RECENSIES
Gods agenda
een wereld van verschil
Een wereldwijde oproep voor geestelijke en maatschappelijke verandering
Joel Edwards
(met bijdragen van Arnold van Heusden, Arie Kok en Henk P. Medema).
Uitg. Medema, Heerenveen 2010
104 blz. € 16,95
Dit boek bestellen bij Boekwinkeltjes.nl (tweedehands)... of zoek bij: fakkel.nl | ichthusboekhandel.nl | goedhartboeken.nl
In dit overtuigende betoog doet Joel Edwards een dringend beroep op christenen: terugkeren naar de missie om levensveranderend goed nieuws te brengen ten dienste van Gods koninkrijk, door middel van een duidelijke agenda met drie punten.
Een. Jezus Christus geloofwaardig en krachtig presenteren in een multireligieuze samenleving.
Twee. Het woord 'evangelicaal' weer de betekenis van 'goed nieuws' te geven: mensen ermee raken in plaats van afschrikken.
Drie. Deelnemen aan een geestelijke en maatschappelijke verandering; een strategische verandering die weliswaar wereldwijd moet plaatsvinden, maar die begint in onze eigen omgeving.
Voorafgaand aan Edwdards betoog vindt u een aantal overwegingen van Arnold van Heusden, Arie Kok en Henk Medema over de betekenis van deze agenda voor christenen in Nederland.
3.
That’s life – 4-2010
Gods agenda
Interview met Uitgever Henk Medema
Het is natuurlijk heel pretentieus om iets te willen zeggen over Gods agenda. Alsof er een soort van draaiboek ligt, een vast schema waarlangs alles verloopt. God reageert natuurlijk ook op wat wij doen en wat er in de wereld gebeurt. God heeft denk ik een plan A en een plan B en nog heel veel meer manieren om in te spelen op wat wij doen, om leiding te geven aan wat wij doen en uit te voeren wat Hij voor ogen heeft. Aan onze kant moeten wij antennes hebben, voelsprieten, om te begrijpen wat God van ons vraagt.'
Aan het woord is Henk Medema, uitgever. We spreken hem over een boek van Joel Edwards: Gods agenda: een wereld van verschil. (De oorspronkelijke engelse vertaling: An Agenda for Change) In het boek schrijft Henk Medema een inleidend hoofdstuk over de ontwikkelingen in Nederland. Joel Edwards zelf is jarenlang directeur geweest van de Britse Evangelische Alliantie en is nu internationaal leider van de Micah Challenge.
Joel Edwards pleit ervoor dat de kerk weer wordt zoals Jezus is. De Zoon van God die afdaalde naar deze wereld, mensen werkelijk ontmoette, met hen in gesprek ging, luisterde, hielp, liefde gaf. Het boek roept op tot een geestelijke en sociale metamorfose, waardoor aan mensen recht wordt gedaan en Gods liefde en waarheid herkenbaar wordt.
Je schrijft zelf over polderen.
`De kerk is vooral bezig met binnenkerkelijke zaken. We polderen heel wat af. Een radicale agenda voor verandering past niet zo bij ons. Toch geloof ik wel dat we als christenen radicaler moeten zijn in onze betrokkenheid op de wereld om ons heen. God heeft een doel voor ogen met de mensen en met de wereld. Hij biedt een perspectief voor de wereld. Aan ons om dat perspectief te zien en daarin mee te werken. Dat perspectief gaat heel wat verder dan persoonlijke verlossing en bekering. Gods plan gaat heel veel verder dan een perspectief waarbij wij als mensen in de hemel komen.
Een gemeenschap van heiligen die tot zegen is van de gehele wereld, niet alleen tot zegen van onszelf.'
Hier citaat uit boek:
Eerlijk gezegd zijn we trots op onze spreekwoordelijke Hollandse weloverwogen nuchterheid. Een manifest - zoals J' accuse (Emile Zola, 1892), of Nein! (Karl Barth, 1934) - ligt ons niet zozeer. Met een zekere bewondering, maar ook met afstandelijkheid horen we de taal van Barack Obama aan: Change! Of de woorden die hij zijn publiek in de mond geeft: Yes, we can! Dan bevinden we ons bijna bij het kinderlijke optimisme van Bob de Bouwer: Bob de Bouwer, kunnen wij het maken? Nou en of! (Henk Medema)
Je haalt de Britse theoloog Tom Wright aan. De draagster van hoop is de kerk, schreef hij. Zelf schrijf je dat de gemeente de beheerder van de toekomst is. Kan ze dat wel waarmaken?
`Het is ook heel erg spannend. Enerzijds zie ik tekenen van hoop, vooral jongere generaties hebben steeds meer oog voor praktische betrokkenheid op de wereld om hen heen. Zij willen vaak radicaler en concreter stappen zetten om dingen te veranderen. Als ze er voor kiezen christen te zijn willen ze dat ook werkelijk inhoud geven. Anderzijds zie ik veel kerken en gemeenten gericht op eigen belangen. De eigen kerkdienst, de eigen conferentie, de eigen leden.
Het is misschien ook wel de redding van de kerk. De kerk gaat als ze niet oppast ten onder aan haar eigen egocentrisme. Het is een kwestie van to be or not to be. Je kunt alleen maar kerk zijn als je de opdracht van het Evangelie serieus neemt en Jezus daarin volgt. Anders ben je ook geen gemeente van Christus. We moeten de wereld wel ingaan, we kunnen ons niet terugtrekken in de kerk. Een tijd terug was ik in Zuid-Afrika. Als je dan vanaf het vliegveld bij Kaapstad de snelweg oprijdt, kun je de sloppenwijk Khayelitsha niet missen. Toch zijn er duizenden toeristen die deze wijk niet zien of wil zien. Christenen moeten zien waar de nood is, dat is waar dit boek over gaat. Oog krijgen en oog hebben voor de nood om ons heen.'
That's Life...
`Ik vind het mooi zoals jullie dat schrijven. Een magazine waarin aandacht is voor gewone, dagelijks onderwerpen als gezondheid, klimaat of huidverzorging zelfs. En tegelijk alle aandacht voor verhalen uit Oeganda of India of waar dan ook vandaan. Dat is inderdaad het leven, zo zit het in elkaar.'
Verandering in denken en doen is hard nodig.
`Schrijnend voorbeeld was begin januari, een debat in de Tweede kamer over dreigende val van het kabinet. Tegelijk op een andere zender kwamen de beelden binnen over de ramp op Haiti. Dan erger ik mij aan het geneuzel over wie wat gezegd en niet gezegd heeft en hoe erg dat wel niet is, terwijl er zo'n drama gebeurt, mensen met duizenden omkomen, dakloos raken, op zoek zijn naar familie, dorsten en hongeren. Tijdens de voetbalwedstrijd Nederland - Brazilië was er in Congo een ongeluk met een tankwagen, die in brand vloog. tientallen doden en mensen ernstig verbrand. Die beelden, de confrontatie tussen de dagelijkse werkelijkheid en de nood om ons heen. Dat raakt me. Nogmaals, dat zie ik sterk terug in jullie magazine. We moeten als christenen natuurlijk bezig zijn met de gewone en mooie dingen van het leven, maar soms vind ik het moeilijk om te zien dat beelden van aardbevingen en andere rampen naar de zijlijn van de aandacht wordt geschoven. Politici en kerken hebben de taak om juist dan en daar een teken van hoop te bieden.'
`Christenen moeten hun mond open doen en protesteren als er sprake is van corruptie, oorlog, geweld, mensenhandel, noem maar op. Ze moeten spreken als het gaat om duurzame ontwikkelingen. We moeten relaties aangaan met mensen van andere religies. Laat anderen zoals Wilders maar kletsen. Het gaat niet om simpele en goedkope oplossingen. Kijk ook naar de financiële crisis. Lees de artikelen van iemand als de econoom Lans Bovenberg. Of zoals vroeger van Bob Goudszwaard. De visie in zijn boek Niet bij brood alleen. Het gaat om veel meer dan alleen zorg om de centen. Christenen moeten in het debat verder gaan dan oppervlakkigheid. We moeten weer betrokken raken op mensen. Op duurzame veranderingen. Op een geestelijke en maatschappelijke verandering. Zoals Jezus een perspectief van verandering voorhield.'
2.
That's Life
- 2010
Gods agenda
Joel Edwards schrijft dit boek als een indringende wereldwijde oproep tot geestelijke en maatschappelijke verandering. 'Een geestelijke en sociale metamorfose, waardoor aan mensen recht wordt gedaan en Gods liefde en waarheid zichtbaar wordt'.
Hoe kan de kerk en hoe kun je als christen het verschil maken, in je eigen omgeving en van daaruit wereldwijd!
Het boek is vooral van belang voor christenen en wie zich christen noemt. Eigenlijk is het een oproep aan hen om oude woorden en gewoonten nieuw leven in te blazen, om niet weg te duiken in de zondagse kerkdiensten, hoe goed en mooi we ze ook maken, maar om de wereld in te gaan en te laten zien wie Jezus werkelijk is.
Wie wil dat de kerk en de gemeente weer relevant is in onze samenleving moet dit boek echt gaan lezen! Voor wie erover wil doorpraten zijn discussievragen aan het boek toegevoegd.
1.
Nederlands
Dagblad
- 18 juni 2010 - www.nd.nl
Herijking van de evangelische traditie
Boekrecensie door Jan van der Graaf
De evangelische familie is een complex gebeuren, zegt Joel Edwards, sinds 1997 leider van de Evangelische Alliantie in het Verenigd Koninkrijk, in zijn uit het Engels vertaalde boek Gods agenda. De naam ‘evangelisch’ heeft echter volgens de auteur ‘een krachtige en verbindende erfenis’. Het onthult een beweging ‘met een staat van dienst op gebied van radicalisme, politieke hervormingen en maatschappelijke betrokkenheid, samen met vroomheid, zending, prediking, wetenschap en vernieuwend gebed.’
Zo’n formulering zou men niet direct verwachten. Dat heeft er echter mee te maken dat de evangelische beweging ook een wirwar van denominaties en subculturen kent. De auteur onderscheidt ze grofweg in links, rechts en midden, met vloeiende grenzen, waarbij hij ze alle op onderdelen kritisch onder de loep neemt. Voor alle drie heeft hij intussen wel een gemeenschappelijk uitgangspunt, namelijk dat ze ,,rotsvast geloven in de basisgedachten over de Bijbel als het door God geïnspireerde Woord aan de mensheid; dat Jezus de finale openbaring van God is; en dat de erfzonde die ons van Hem scheidt, alleen door het verzoenend sterven van Jezus kan worden opgelost’’.
Maar er zijn aanmerkelijke verschillen.
De ‘linksen’ zitten niet in de traditionele kerken, conformeren zich aan christelijke waarden, maar voelen zich onprettig bij ,,een te zwaar accent op seksualiteit en abortus’’. Ze staan open voor charismatische gaven. Hun focus ligt echter meer op het gebied van sociale betrokkenheid. Zij kunnen, zo constateert de auteur, overigens niet zonder hun geloofsgenoten in het centrum en rechts daarvan, met hun nadruk op onderwijs en ‘prediking vanuit de Heilige Schrift’.
De ‘rechtsen’ zijn te vinden in (het brede spectrum van) de traditionele kerken, zijn niet zo charismatisch aangelegd, houden de historische christelijke normen en waarden in ere en zijn fel gekant tegen homoseksualiteit en abortus. Ze zijn terughoudend in ‘sociaal en politiek aktivisme’ en beducht voor een ‘sociaal evangelie’. In de middenmoot hebben sommigen ‘een calvinistische theologie’, anderen niet. Ze zijn overwegend charismatisch. Ze delen ‘de behoudende normen en waarden’ op het gebied van bijvoorbeeld seksualiteit en abortus maar stemmen ook in met het belang van sociaal-maatschappelijke betrokkenheid en worden in toenemende mate actief in politiek en samenleving.
De auteur zoekt naar een verbinding tussen de stromingen. ‘Ironisch genoeg’ hebben volgens hem de mensen aan de linkerflank, die overigens graag van het etiket ‘evangelisch’ afwillen, een uitnemende positie om de reputatie van radicaliteit te herstellen, die de evangelischen in de vorige eeuw hebben prijsgegeven.
Toen hebben de evangelischen zelfs ‘een leugen geslikt’, namelijk dat godsdienst een privé-aangelegenheid is en dat God Zich niet druk maakt over maatschappelijke betrokkenheid. Dat laatste zou vooral iets zijn voor vrijzinnige christenen, hervormden en heilssoldaten.
De rechterflank, waarbinnen de grote theologische vragen over Jezus, de Bijbel, redding en de kerk worden beoordeeld naar maatstaven van de Reformatie, ,,brengt ons constant in herinnering waar wij vandaan komen’’. Maar de auteur stelt hen fors onder kritiek waar het ontbreekt aan zicht op de sociale verbanden, op gerechtigheid in de samenleving, op politieke verantwoordelijkheid, en in concreto op hun vaak kritiekloze steun aan Israël in hun verhouding tot de Palestijnen. ,,Hun zienswijze vertelt ons niet per definitie waar God met ons heen wil.’’
De centrum-evangelischen hebben wat de auteur betreft een vitale rol te vervullen bij de rehabilitatie van de evangelische beweging ‘als goed nieuws’. Zij houden de dynamiek van rechts en links op spanning. Daar ligt toch kennelijk zijn hart.
Inhoudelijk
Kenmerkend voor de integrale evangelische beweging moet volgens Edwards zijn ‘bijbelgetrouw op hoofdzaken’, binnen de restricties van de orthodoxie, maar ‘cultureel flexibel op bijzaken’. Als de auteur hier het geloof ,,dat redding een kwestie van uitverkiezing’’ is, tot die flexibele bijzaken erkent krijgt hij mij overigens niet aan zijn kant.
Maar inhoudelijk essentieel en onopgeefbaar is het geloofwaardig present stellen van Jezus in de wereld. Daarover trekt de schrijver behartigenswaardige lijnen, geconcentreerd op de vraag wie de ware Jezus is. ,,Het is niet onze missie Hem geloofwaardig te maken, maar om Hem als zodanig te onthullen.’’ Intussen ‘staat of valt’ die geloofwaardigheid ‘met sociale betrokkenheid als speerpunt van het christelijk geloof’. En ook: ,,De geloofwaardigheid van de Bijbel bestaat ten diepste uit zijn dwaasheid (1 Kor. 2 : 1-16). Jezus wordt niet geloofwaardig gemaakt door ons vermogen Hem samenhangend te beschrijven in onze eigen woorden over Hem. Maar Hij wordt geloofwaardig door zijn eigen capaciteit om onze gedachten te vangen met zijn onverklaarbare wonderen.’’ Lucas 4 : 18, waar staat dat Jezus gevangenen vrijheid verkondigt, blinden het licht geeft en onderdrukten vrijheid verschaft, neemt hierbij een belangrijke plaats in.
Daarom mag het evangelische geloof, zegt Edwards, niet worden gereduceerd tot ‘een smalle morele agenda’. Degenen die campagne voeren tegen abortus en tegen wetgeving die de rechten van homoseksuelen ondersteunen, dienen zich ook sterk te maken voor rechtvaardigheid en op te komen voor de armen.
Vragen
Het boek, dat uitkwam bij het afscheid van Arnold van Heusden als directeur van de Evangelische Alliantie in Nederland, wordt voorafgegaan door een drietal inleidende verhalen, van Van Heusden zelf, Arie Kok en Henk P. Medema.
Die verhalen voegen eigenlijk aan Edwards betoog niet veel meer toe. Ik beperk me dan ook tenslotte tot twee evaluerende opmerkingen over het boek zelf. Allereerst moet ik zeggen dat ik me bij de integrale, niet personalistische maar op mens èn wereld gerichte visie helemaal thuis voel. Maar dat is geen specimen voor de evangelische beweging zoals Edwards die beoogt. Ze is kenmerkend voor de Reformatie, met name zoals die zich in de gereformeerde traditie heeft doorgezet. Als dat ‘links’ heet, klopt er iets niet in de uitspraak van Edwards dat deze stroming zich niet in de kerken zal bevinden, terwijl dat voor de rechtse stroming waar dat zicht ontbreekt, wel geldt.
Vervolgens, het boek richt zich op de evangelische beweging. Daarbij worden hier en daar de ‘traditionele kerken’ inbegrepen.
Maar het ontbreekt aan een duidelijke definiëring en afbakening van die kerk(en). Het spanningsveld dat er ligt tussen de evangelische beweging in al haar geledingen met kerken in de reformatorische traditie blijft daarom onderbelicht. Dat klemt temeer daar de auteur ook spreekt van de explosieve groei van charismatische bewegingen, waarover binnen de ‘traditionele’ kerken vaak kritisch wordt geoordeeld, terwijl hijzelf er onkritisch mee omgaat.
Nochtans kunnen ook diegenen die gewoonlijk niet met het etiket ‘evangelisch’ (willen) worden aangemerkt maar wel de gemeenschappelijke noemer van de drie stromingen beamen, best hun winst doen met dit boek.
20 april 2010 © Nederlands Dagblad
Dankbaar voor de worsteling
Wie is Joel Edwards?
door onze redacteur Gerard ter Horst
Hij strijdt tegen armoede en voor (christelijke) gerechtigheid; het werk van Joel Edwards draait om grote thema’s. Als directeur van de internationale Michacampagne vindt hij dat er in de bestrijding van extreme armoede een schep bovenop moet.
DRIEBERGEN – Aan voortschrijdend inzicht geen gebrek bij Joel Edwards, internationaal directeur van de Michacampagne, die christenen mobiliseert in het geweer te komen tegen wereldwijde armoede. Twee jaar geleden schreef hij An Agenda for Change, dat deze maand in het Nederlands verschijnt. Maar, zegt hij zonder er nog naar gevraagd te zijn, hij zou nu toch een paar zaken anders opschrijven.
In Gods agenda, een wereld van verschil bepleit Edwards dat evangelicalen van elkaar leren spiritueler en socialer te worden, om zo Christus geloofwaardig te presenteren in de 21e eeuw.
Sociale transformatie noemt Edwards dat: wie gelooft, verandert, in zichzelf maar ook in zijn omgeving. En die verandering is een getuigenis, een licht op de berg. Dat pleidooi is actueel, zegt hij, het kan zeker nog twintig jaar mee.
Wat zou hij anders opschrijven, of toevoegen? ,,Ik merk dat kerkleiders nieuwe vaardigheden nodig hebben om in gesprek te gaan met seculiere mensen, met moslims, hindoes, ook met de extremisten onder hen. Hoe zou Jezus dat aangepakt hebben, is een vraag die me intrigeert. Een ding weet ik zeker: hij zou er niet voor weglopen.’’
Reist u per vliegtuig?
,,Mijn werk is internationaal, ik reis veel per vliegtuig.’’
Is het lastig veel te vliegen, omdat u als Michavoorman duurzaamheid predikt?
,,Het is zeker een dilemma, maar eigenlijk is er geen alternatief.
Per boot gaat gewoon niet. We proberen ons te beperken, in het vliegen, maar ook in het autorijden.
Zo ‘skypen’ we veel, beleggen we telefonische conferenties.
Maar elkaar ontmoeten, de hand schudden en in de ogen kijken heeft nu eenmaal grote meerwaarde.’’
Armoede moet in 2015 gehalveerd zijn, zo wil de Michacampagne, zoals de wereldleiders in 2000 in de Millenniumdoelen afgesproken hebben.
Zijn er successen te claimen?
,,Op enkele terreinen zijn goede vorderingen gemaakt. Het aantal kinderen dat toegang heeft tot basisonderwijs, is enorm gegroeid. Preventieprogamma’s ter voorkoming van malaria en hiv-aids zijn breed ingevoerd.
Waar in 2002 dagelijks 40.000 kinderen aan honger en aan te behandelen ziektes overleden, waren dat er in 2008 25.000.
Dat zijn goede ontwikkelingen, al zijn er natuurlijk vragen bij te stellen. Bijvoorbeeld bij de kwaliteit van het aangeboden onderwijs.
Hoe goed is dat, wanneer er zestig kinderen in een klas zitten?
Bovendien blijft de situatie voor Afrikaanse landen ten zuiden van de Sahara heel zorgelijk.
Ook vrouwen hebben het moeilijk: hun rechten worden geschonden, er overlijden veel vrouwen bij een bevalling.’’
Waar zijn deze goede ontwikkelingen aan te danken?
,,Deels aan de millenniumafspraken van wereldleiders om extreme armoede te halveren.
Deze afspraken zijn internationaal aanvaard; ze vormen als het ware één taal waarin over de armoedebestrijding wordt gesproken. Dat leidt bovendien tot een gevoel van urgentie. Tijdens een recente reis naar Zambia en Australië viel mij op dat regeringsleiders deze afspraken ter sprake brengen. Het helpt ook dat bekende mensen als Bob Geldof, Bono en Bill Gates deze taal ook spreken. De vorige VNchef Kofi Annan heeft geprobeerd van armoedebestrijding een burgerbeweging te maken en dat is gelukt. Verder signaleer ik dat non-gouvernementele organisaties, ook christelijke, na aanvankelijke scepsis zich nu verbinden aan de afspraken en er eigen beleid op ontwikkelen. Ik kan niet uitleggen hoe belangrijk dat is – zo ontstaan er wereldwijde netwerken rondom armoedebestrijding.’’
Toch klinkt het bizar: armoede halveren in vijftien jaar.
,,Let wel, geen armoede maar ‘extreme armoede’. Daaronder rekenen we 1,3 miljoen mensen, die van minder dan een dollar per dag moeten rondkomen. Ja, het is een wonderlijke claim en het is geen geheim dat de doelstelling niet volledig gehaald wordt. Overheden hebben andere problemen op hun bureaus gekregen; de voedselschaarste van enkele jaren terug en de economische crisis hakken erin. Het VN-beleid dat nationale regeringen 0,7 procent van hun nationaal inkomen aan ontwikkelingshulp besteden staat onder druk. Daarom willen we onze invloed maximaliseren om overheden aan hun belofte te houden, en er zelf ook aan bij te dragen.
Het is alsof we 2-0 achterstaan en nog tien minuten te spelen hebben. Wat doe je dan? Je doet er een schep bovenop en stopt pas als het fluitsignaal klinkt.’’
Wanneer klinkt dat fluitsignaal?
,,In 2015. Dan is het tijd de balans op te maken, ook voor de Michacampagne. Maar niet eerder: we hebben een moreel contract met de armen gesloten en daar blijven we ons tot 2015 op concentreren. Of en hoe de Michacampagne er in 2016 uitziet?
Ik weet het niet; in ieder geval anders dan nu.’’
Wat kan een christen doen?
,,Hij kan zich een jaar diaconaal inzetten voor armoedebestrijding.
Of geld geven. Of zijn persoonlijke levensstijl veranderen.
Het gaat niet om geld geven, maar om verantwoord leven. Dat bewustzijn is in vijf jaar enorm gegroeid.’’
Wat is ‘verantwoord leven’?
Christenen worstelen er soms mee: wel of geen groter huis, wel of geen tweede auto, wel of niet op vliegvakantie.
,,Goddank dat ze er mee worstelen.
Dat is vaak het begin van een reis. Aan ons en andere christelijke organisaties de taak praktische handvatten aan te reiken.
De hulporganisatie Tear had dit jaar een speciale actie rondom de veertigdagentijd: vasten, door een week je auto te laten staan of een week fairtrade-producten te kopen. We staan daarin voor de uitdaging die andere levensstijl te verbinden met aanbidding, vreugde en blijdschap.
Handelen uit schuldgevoel is geen goede basis.’’
In uw in 2008 geschreven boek An Agenda for Change legt u veel nadruk op ‘veranderde christenen’.
Anderen zeggen: vraag niet te veel, concentreer je op de kern: God aanbidden, trouw naar de kerk gaan.
,,Dat is een geweldig excuus om niets te doen. Alsof je iemand vraagt te helpen, en hij zegt: ik denk erover na. Als je alles in het teken stelt van zuiverheid, heb je het beste excuus om niets te doen. Dan had Jezus nooit het huis van Zacheüs betreden, en was hij nooit met prostituees of melaatsen omgegaan. Het evangelie is geen woord, maar kracht.
Dat is juist nu, nu we leven in een samenleving met een vrije markt van ideeën, geweldig belangrijk. Onze levens zijn het beste bewijs van het goede nieuws van het evangelie.’’
Hij peinst, poetst de glazen van zijn bril, en poneert een stelling die hij ook graag in zijn boek had beschreven: hoe breng je als westerse christenen het evangelie aan de welgestelden, aan mensen die tevreden zijn met hun leven en hun luxe?
,,Jezus durfde, op het hoogtepunt van het Loofhuttenfeest, tegen feestvierende, blijde en naar ik veronderstel op dat moment tevreden Joden te zeggen: Laat wie dorst heeft bij mij komen en drinken. Hij zegt eigenlijk: juist als je denkt gelukkig te zijn, probeer Mij. Dat is fascinerend.’’
Joel Edwards werd geboren in Jamaica en kwam op achtjarige leeftijd met zijn moeder naar Engeland. Ze waren arm, maar niet extreem arm; ,,zelf heb ik mijn jeugd nooit als armoedig ervaren’’.
Edwards werd voorganger binnen de Jamaicaanse gemeenschap in Engeland, tot hij in 1997 algemeen-secretaris van de Britse Evangelische Alliantie werd. Tien jaar maakte hij naam met integerintelligente bijdragen aan het maatschappelijk debat. Ook stond hij aan de weg van de Michacampagne.
Sinds 2008 is hij internationaal directeur van Micah Challenge. Hij mobiliseert christenen en lobbyt voor het slagen van de millenniumafspraken, zowel bij wereldleiders als voorgangers. Verder is hij onbezoldigd adviseur van de Britse oud-premier Tony Blair.
|