www.vergadering.nu Recensie-index www.vergadering.nu 2 RECENSIES Je bent jong en je wilt God Je bent jong en je wilt echt voor God leven, maar soms houden belangrijke vragen je behoorlijk bezig. Zijn alle godsdiensten gelijk? Is roddelen altijd fout? Hoe bekijk ik seks positief? Hoe ga ik om met mijn anderstalige buurman? Wat moeten we met de opwarming van de aarde? 2 RECENSIES 2. Nederlands Dagblad - 18 februari 2011 - www.nd.nl | pdf Frisse verklaringen - vlotte Vlamingen
In het hoofdstuk ‘Je bent jong en je houdt van Gods schepping’ vraagt Evelien Borgonjon zich af waarom niet-christenen vaak actiever zijn in het opkomen voor het milieu dan christenen. Sommigen zeggen: ‘God heeft ons toch een nieuwe aarde beloofd, dus waarom zouden we ons druk maken.’ Anderen willen niet meewerken omdat ze dan de komst van Christus zouden uitstellen. Ze noemt dit een misvatting. God heeft zorg voor de aarde en die karaktertrek horen wij te weerspiegelen door onze zorg voor de aarde. Bovendien ben je een getuige van de hoop die in je is als je dat ook laat zien in je handelen. Borgonjon: ‘Hoop, in de bijbelse betekenis, is het hebben van een sterke verwachting die gebaseerd is op het karakter en de belofte van God’. In je zorg voor het milieu kan je dit laten zien. Want hoe we met de aarde omspringen is niet puur een materiëele zaak. Het is net zo goed een geestelijke zaak. In de kerk krijgt vooral de breuk tussen God en mensen veel aandacht. De ecologische kloof komt veel te weinig in beeld. Ze haalt met instemming de Brit Peter Harris aan die zegt dat we de verkeerde vraag stellen: ‘Ben ik gered?’ Er is sprake van een dualisme in ons christelijk denken: dat God het materiële minder belangrijk vindt dan het geestelijke. Als je bedenkt met hoeveel liefde God de schepping heeft gemaakt dan is het een geestelijke zaak hoe we daarmee omgaan. We hebben helaas andere waarden aangenomen: winst, succes, materialisme en consumptiegedrag. Borgonjon: ‘De milieucrisis vraagt een vernieuwde houding tegenover de natuur en een eenvoudige, bescheiden levensstijl’. Energievreter Na deze indringende nadenkers laat de schrijfster je niet zitten met een schuldgevoel waar je geen weg mee weet. Ze geeft praktische punten waar je in je eigen leefwereld mee aan de slag kan. Zonder gelijk alles in een keer te willen. Maak eerst van een veranderpunt een gewoonte voordat je aan een andere begint. Bijvoorbeeld: blik is energiezuiniger bij het recycleproces dan glas. Diepvriesvoedsel is de grootste energievreter. Kies zoveel mogelijk biologisch vlees omdat bij de productie van dat vlees de dieren nog als dieren behandeld worden. Raymond Hausoul onderzoekt in ‘Je bent jong en je zoekt een levensvisie’ de sterkte van ons geloof. Hij definieert geloof zo: vertrouwen dat God trouw is en zijn beloften concreet heeft vervuld en zal vervullen. Hij stelt zich vervolgens deze vraag: Wat verwachten we van het Koninkrijk van God straks en welke invloed heeft dat nu al op ons? Christus is de basis van onze toekomstverwachting. Overal waar mensen buiten Christus om over God spreken zijn ze bezig een eigen beeld neer te zetten en niet bezig met God. Bij het Koninkrijk denken we aan twee brandpunten van een en dezelfde ellips. Als eerste Gods machtige invloed in de geschiedenis nu, als tweede Gods heilige regering in het koninkrijk straks. In de spanning van het ‘reeds wel’ en ‘nog niet’ kunnen we het aanbreken van de dag van God bespoedigen zegt 2 Petr. 3:11-12. Bijvoorbeeld Paulus, die een vaste verwachting van Gods Koninkrijk had en dingen in zijn leven deed die hij niet zou doen als hij niet in dat Rijk zou geloven. Christenen leven in een dubbele werkelijkheid. Die van deze wereld en die van het komende Koninkrijk. In het geloof beschouwen ze het koninkrijk echter als hun vaderland. Met een andere koning en met andere machten. Niet de machten van economie en geweld. Hausoul: ‘De verwachting van Jezus, de Zoon van God, uit de hemelen is het kenmerk van de gelovige in Christus. De gelovige ziet niet uit naar de dag van het oordeel, maar naar de toekomst van de hemelse bruidegom. De Heer verwachten wil zeggen: Hem direct bij je eigen leven betrekken en rekening houden met Hem die is en die komt. Het is ingesteld zijn op wat Hij zal doen en op hoe Hij zal handelen.’ Principieel Het boek is opgedeeld in drie delen: a. ‘Je bent jong en je leeft met God’. Waarin vier hoofdstukken die gaan over de weg naar God, leven in zijn Koninkrijk, Hem dienen en antwoord op je gebed. b. ‘Je bent jong en je leeft met anderen’. Hierin vier hoofdstukken over roddelen, je lichaam, seksualiteit en omgaan met mensen van andere culturen. c. ‘Je bent jong en je leeft met de schepping’. Dat gaat over kunst, Gods schepping en over ‘Je bent jong en zoekt een levensvisie’. Uit deze laatste twee hoofdstukken heb ik hierboven wat uiteengezet. Ik heb deze gekozen omdat ze de grondtoon zijn van het hele boek. De krachtige overtuiging en goede leesbaarheid is in elk hoofdstuk terug te vinden. Als je dit boek leest word je geïnspireerd om een mens uit één stuk te willen worden met een eenduidige identiteit, namelijk iemand die leeft volgens de machten van het Koninkrijk van God ook al leef je op deze aarde. Mij heeft dit boek aan het denken gezet. Hoe principieel ben ik werkelijk? Van mij mag er meer komen van deze Belgen. 1. Reformatorisch Dagblad - 30 december 2010 - www.refdag.nl Toegankelijkheid als valkuil
Grote thema’s dus, die in elf hapklare hoofdstukken worden verdeeld. Die hoofdstukken behandelen bijvoorbeeld ”Je bent jong en je zoekt een weg naar God”. Of: ”Je bent jong en je hebt een lichaam”. En: ”Je bent jong en je houdt van Gods schepping”. De antwoorden op de vragen zijn over het algemeen vlot geschreven. In het hoofdstuk over de schepping schrijft Evelien Borgonjon bijvoorbeeld over de eerste twee hoofdstukken van Genesis: „Heerschappij voeren, onder gezag brengen en heersen: dat zijn de werkwoorden uit deze eerste verzen. Het zijn werkwoorden met een groot risico tot misverstand. ”Heersen” betekent niet uitbuiten, onderwerpen of uitpersen. Het betekent wel: sturen, zorgen, in goede banen leiden. ”Onderwerpen” houdt in: in bedwang houden, niet uit de hand laten lopen. Goede heerschappij voeren is niet eenvoudig. Koningen of regeringen zijn verantwoordelijk voor het welzijn van een volk. Het is hun taak om te voorzien in comfort en veiligheid. Zo is het ook met onze taak ten opzichte van Gods schepping. Wie zijn wij om wat Hij ‘goed’ noemde te negeren, te verwaarlozen, te laten plunderen of tot onze eigen eer te gebruiken.” Dat zijn terechte opmerkingen, in krachtige jongerentaal. Toch laat het boek de reformatorische lezer met een dubbel gevoel achter. Aan de ene kant is de aanpak van het boek origineel en toegankelijk. Jongeren die schrijven over échte, geestelijke jongerenthema’s. Maar aan de andere kant is dat ook de valkuil van dit boek. De verwoording van Bijbelse gebeurtenissen is soms erg plat. Als Petrus bijvoorbeeld uit de gevangenis wordt bevrijd, dan is dat ”super tof”. Seks vergelijken met bungeejumpen keer honderd is ook niet zo’n geslaagde uitdrukking. Erger zijn de theologische problemen. Bijvoorbeeld in het hoofdstuk over gebedsverhoring. Het is natuurlijk aantrekkelijk om de ”gezichten” van Amos aan te halen. Twee keer verhoorde de Heere het gebed van Zijn profeet. Maar wie daar een punt zet, vergeet dat Amos na het derde gezicht niet meer bad. Een ander voorbeeld: „Jezus was er van overtuigd dat Hij Israëls Messias, de vertegenwoordiger van Gods volk was. Het is dan ook niet zo vreemd dat de eerste christenen de dood van Jezus zijn gaan beschouwen als een plaatsvervangende dood.” Was Jezus ervan overtuigd dat Hij de Messias was? Of was Hij écht de Messias, Gods eigen Zoon? En zijn christenen Jezus’ dood als plaatsvervangend gaan beschouwen? Of was Zijn dood, zoals het avondsmaalsformulier zegt, „Ik voor u”? Met dergelijke uitspraken wordt gezaagd aan de poten van de Bijbelse leer van Jezus’ God-zijn en verzoening door voldoening. Alle goede bedoelingen en goede bijdragen wegen niet op tegen deze cruciale missers. |