www.vergadering.nu  Recensie-index  www.vergadering.nu

1 RECENSIE


Lezen en laten lezen
Gelovig omgaan met de Bijbel
Arnold Huijgen
paperback
SBN: 9789023958697
Pagina's: 240
Uitgeverij: VBK Media | Kok Boekencentrum
Dit boek bestellen bij Boekwinkeltjes.nl (tweedehands)...

of zoek bij: fakkel.nl | ichthusboekhandel.nl | goedhartboeken.nl

'Lezen en laten lezen' van Arnold Huijgen is een verhelderend theologisch boek over gelovig omgaan met de Bijbel. Belangrijk uitgangspunt daarbij is dat je de Bijbel niet alleen leest, maar je ook laat lezen door God. De Bijbel is een ingewikkeld boek, en over de interpretatie ervan wordt veel gediscussieerd. Hoe kun je de Schrift dan zo lezen dat je hart geraakt wordt? En hoe voorkom je al te rationele Bijbellezing? Huijgen gaat te rade bij onder andere Luther. Zijn vuistregels voor het lezen van de Bijbel zijn nog altijd actueel. Daarnaast geeft hij voorbeelden van omgang met de Bijbel door Oepke Noordmans, Dietrich Bonhoeffer en door hemzelf. Arnold Huijgen is hoogleraar systematische theologie aan de Theologische Universiteit Apeldoorn.
- Arnold Huijgen is hoogleraar systematische theologie aan de Theologische Universiteit Apeldoorn. Eerder verscheen van zijn hand: ‘Lezen en laten lezen’. Ook is hij een van de auteurs van de ‘Gewone Catechismus’.

..


1. -  29 oktober 2019 - www.logos.nl

Liever langer luisteren naar creationisten

Boekrecensie door Jan van Meerten

De Bijbel is het meest verkochte boek ter wereld. Het is ook geen gewoon boek, christenen zien het als Gods Woord. Zijn openbaring aan ons mensen. Hoe moeten we de Bijbel lezen? Als geschiedenisboek of als bronnenboek voor natuurwetenschap? Nee! Het is zoals Filippus tegen de kamerling zei: ‘Verstaat gij ook, hetgeen gij leest?’ In de geschiedenis van de kamerling zien we dat er meer nodig is dan het lezen van letters op een rij. Er is begrijpend lezen nodig, niet alleen met het verstand maar ook met het hart. Het gaat wel om geschiedenis, maar het is veel meer dan dat! Gelovig omgaan met de Bijbel. Systematisch theoloog prof. dr. Arnold Huijgen schreef er een boek over: ‘Lezen en laten lezen’.1 Een onderwerp dat erg belangrijk is voor de kerk van alle eeuwen. Een boek dat ik met gemengde gevoelens heb gelezen. 


Positief
Prof. Huijgen zegt hele mooie dingen over het lezen van de Schrift. Hij laat zien dat voor de Schrift geldt dat ‘het geheel meer is dan een som van de delen’. De Bijbel gaat niet leven door slechts te hameren op historiciteit. De Bijbel is méér dan geschiedenis. Huijgen schrijft waardevolle zaken in hoofdstuk 2 en 3. Hij wijst terecht op een meervoudig waarheidsbegrip. Hij geeft aan dat we de Schrift moeten lezen coram deo (voor Gods aangezicht). Hij geeft ook aan dat we de Schrift oudtestamentisch moeten lezen met Jezus Christus in het middelpunt. Huijgen haalt prof. Van ’t Spijker aan, die na een meditatie door een student over Psalm 124 aangaf: ‘Waar is Christus in deze psalm?’ Instemmend las ik mee met Luther: “Neem Christus weg uit de Schrift, wat blijft er dan nog over?” Huijgen hecht terecht ook veel waarde aan het Oude Testament. In het licht van Gods aangezicht is de Schrift voor Huijgen véél meer dan een informatiebron. Op pagina 18 schrijft hij:

“Als we de Bijbel niet midden in het leven voor Gods aangezicht lezen, wordt hij een informatiebron, een studieboek, een gids vol waarheden, maar klinkt hij niet als de stem van de levende God. Het wordt dan ook moeilijk om de Schrift met het leven te verbinden.”


En nogmaals op pagina 57 n.a.v. Psalm 78:

“Dát is de bedoeling van de Schriften: dat we op God zouden hopen. Wie daaraan voorbij ziet en de Schrift benadert als was het een bronnenboek voor historische kennis, komt de eigen aard en zeggingskracht van de Schrift er niet mee op het spoor.”

Toch is historiciteit voor Huijgen niet onbelangrijk. Hij schrijft op pagina 170:

“De opstanding is historisch, maar ook zo veel meer dan dat, en wie alleen naar het historische vraagt, geeft blijk van een te nauwe focus. (…) Wie alleen zegt dat de opstanding een historisch feit is, doet net zoiets als degene die zegt dat de Nachtwacht bestaat uit verf op doek. Het is wel waar, maar het is lang niet de hele waarheid. (…)”

En dan concluderend op pagina 171:

“Jezus Christus is historisch en lichamelijk opgestaan, maar het kennen van de realiteit daarvan kan alleen in het geloof. (…) Wie de opstanding historisch noemt, doet dus niet te veel (zoals liberale theologen zouden kunnen menen, voor wie Jezus slechts in het geloof van zijn discipelen is opgestaan). Hij doet te weinig, want de opstanding is meer dan historisch.”

Dit zijn waarheden van de bovenste plank. Wie de opstanding slechts als historisch ziet, doet hopeloos tekort aan dit heilsfeit en het fundament van het Christelijke Geloof. Voor mij zijn de goede schepping en de kwade zondeval echter ook van fundamenteel belang. Zou Huijgen met mij deze ‘parodie’ op zijn citaat na kunnen zeggen: “De schepping is historisch en werkelijk gebeurd, maar het kennen van de realiteit daarvan kan alleen in het geloof. (…) Wie de schepping historisch noemt, doet dus niet te veel (zoals liberale theologen zouden kunnen menen, voor wie Universele Gemeenschappelijke Afstamming over Deep Time een feit is). Hij doet te weinig, wat de schepping is meer dan historisch.” Of: “De zondeval is historisch en werkelijk gebeurd, maar het kennen van de realiteit daarvan kan alleen in het geloof. (…) Wie de zondeval historisch noemt, doet dus niet te veel (zoals liberale theologen zouden kunnen menen, voor wie de zondeval mythisch is of vrijwel geen gevolgen had). Hij doet te weinig, want de zondeval is meer dan historisch.” Als hij dat ook kan erkennen voor de schepping en de zondeval dan is waarde prof. Huijgen voluit creationistisch. Als Huijgen dat niet kan erkennen, dan zal Huijgen moeten komen met een antwoord op de vraag waarom de schepping en de zondeval niet van fundamenteel belang zijn.

Moeten wij de Schrift dan beschermen tegen Universele Gemeenschappelijke Afstamming of liberale theologie? Ook daar heeft Huijgen een antwoord op. Op pagina 161 schrijft hij:

“De Schrift is heus niet van onze beschermingsconstructies afhankelijk om haar gezag te funderen. (…) Omdat wij het gezag van de Schrift niet hoeven te bewijzen of funderen, kunnen we ontspannen omgaan met allerlei kritische exegetische methoden en met bijbelteksten die met elkaar op gespannen voet lijken te staan. De Schrift kan een stootje hebben en valt niet zomaar om.”

Van harte ben ik het eens met dit citaat, maar dit geeft nog Huijgen nog geen fiat om deze kritische exegetische methoden maar links te laten liggen of te laten begaan. We moeten deze methoden bestrijden, niet omdat de Schrift onze bescherming nodig heeft maar, omdat wij mensen geneigd zijn tot alle kwaad en door deze methoden meegesleurd zullen worden in het drijfzand van vrijzinnigheid en uiteindelijk ongeloof. Zelfs het kleinste ‘steentje’ kan ons doen struikelen. Wie meent de Schrift te moeten redden is ver van zijn plaats, wie kritische exegetische methoden (oogluikend) toestaat óók. Het bestrijden hoeft niet krampachtig te gebeuren, maar kan in nuchter Godsvertrouwen gevoerd worden. Overigens geeft Huijgen op pagina 163 aan dat:

“het laatste gezag, de ultieme norm voor leer en leven, de Schrift is als het Woord van God zelf. De keerzijde van dit gezag van Gods Woord is de overtuiging dat de kerk kan dwalen. Bij verschil tussen kerk en Schrift gaat de Schrift voor. Daar ging het de Reformatie om: niet de Schrift alleen, maar de Schrift voorop.”

Dit zie ik als presuppositionele apologetiek en aansluitend bij Nederlandse Geloofsbelijdenis artikel 7. Als creationist sta ik hiervoor! Alle natuurwetenschappelijke waarheidsclaims ten spijt, de Schrift voorop en het Levende Woord (Joh. 1) als fundament. Waarom? Omdat de Schrift dit van zichzelf zegt (autopistie).2 Hier loop ik warm voor en dit soort citaten laten de waardering voor prof. Huijgen stijgen. Niet tot ongekende hoogte, want het blijft een mens en in dit boek daalt de waardering ook wel eens tot ver onder het vriespunt. Waarheid blijkt voor Huijgen allereerst waarheid in het binnenste te zijn. Hij schrijft op pagina 139:

“Waarheid beroert de snaar van hart [sic], dus is waarheid niet alleen een zaak van intellectuele kennis, maar van het hele leven.”

Karikatuur
Na deze positieve beschrijving van het boek draait de boog 180 graden naar het negatieve als het gaat over creationisten. Prof. Huijgen heeft geen goed woord over voor deze gelovigen. Hij verwijt deze mensen dat zij rationalisten zijn die menen dat de Bijbel natuurwetenschappelijk bewezen moet worden.

We laten eerst prof. Huijgen aan het woord........ 

Lees hier verder...

www.vergadering.nu