www.vergadering.nu Recensie-index www.vergadering.nu
1 RECENSIE
De Opname - Ná de Antichrist...
maar vóór Gods toorn
Alan E. Kurschner
Eschatos Publishing 2020
€ 10,00
144 blz.
Dit boek
bestellen of gratis te downloaden...
..
1. -
maart 2023 - focusopdebijbel.org...
De Opname - Na de Antichrist, maar vóór Gods toorn
Boekrecensie door Kees Fieggen
In Focus 48 (laatste nummer van 2020) heb ik een artikel geschreven onder de titel 'De opname van de gemeente'. Daarin betoog ik dat de opname van de gemeente plaatsvindt voordat de laatste jaarweek (Daniel 9:27) begint, voordat het verbond van zeven jaar wordt gesloten (zie mijn eigen schema verderop). Dit boek daagt mij uit om hier opnieuw over na te denken. Kurschner stelt dat de opname van de gemeente gebeurt ná de grote verdrukking en voordat de Dag van Gods toorn begint. lk beperk mijn bespreking tot het kernpunt van dit boek: het tijdstip van de opname van de gemeente. Het boek bestaat uit drie delen, met wat bijlagen. lk bespreek alleen de hoofdzaken van deel 1 en 2.
Deel 1: De grote verdrukking
Over 2Thess.2 zegt hij o.a.: Paulus verbindt (2:1) twee gebeurtenissen met elkaar: 'de komst van onze Heere Jezus Christus' en 'onze vereniging met Hem' (p. 37). Voordat de Dag van de Heer aanbreekt moet eerst de afval komen, de antichrist moet zich in de tempel zetten. Maar eerst moet de weerhouder worden weggenomen. Tot zover denken we hetzelfde.
Wie is de weerhouder? Kurschner noemt zes mogelijkheden, maar bespreekt die niet. Hij geeft alleen argumenten om hierin de aartsengel Michael te zien, de vorst van Israel volgens Daniel 10:21. In 12:1 lezen we dat hij opstaat om uw volksgenoten (Israel, niet de gemeente) bij te staan. Inderdaad speelt Michael een grote rol in die tijd: hij voert oorlog tegen de draak in de hemel en dan wordt Satan op de aarde geworpen - dat past volgens mij niet bij een 'opzij stappen' van Michael. Volgens een vroege rabbinale interpretatie gaat Michael opzij in Dan.12:1. Dat lijkt mij nogal gezocht en een smalle basis. Als je opstaan en bijstaan (hetzelfde grondwoord) nazoekt in Strong's concordance, vind je zo'n optie niet. Zijn rol is in die tijd eerder sterker dan daarvoor, omdat Michael optreedt als vorst t.b.v. Israel. De argumenten voor de Heilige Geest als de weerhouder worden niet besproken.
Bij het vijfde zegel komt een volgend argument. Hij zegt: Pre-tribulatie ziet alle zegels als uitdrukking van de dag van Gods toorn, dus ... lijden de gelovigen onder de toorn van God in plaats van de toorn van Satan! (p. 57). Nu denk ik zelf dat de grote verdrukking pas daarna begint, het vijfde zegel laat zien wat er al voor de grote verdrukking aan martelaarschap is - en er zullen nog vele martelaren toegevoegd worden tijdens de grote verdrukking.
Kurschner hanteert een wat eendimensionale benadering, terwijl naar mijn begrip de Schrift meer dimensies en lagen kent. Enerzijds spreken we van de grote verdrukking (door de antichrist), anderzijds heet diezelfde periode het uur van de verzoeking. De gelovigen uit die tijd lijden omdat ze het teken van het beest weigeren, de ongelovigen wordt een werking van de dwaling gezonden om de leugen te geloven - dat is een oordeel van God, die gebruik maakt van satan om Zijn doel te bereiken. In Openbaring zien we hoe God in alles de regie houdt. Het optreden van het Beest en zijn profeet is ook in Gods handen (we lezen herhaaldelijk 'werd gegeven') en op zich een oordeel (God zendt een werking van de dwaling..., opdat allen geoordeeld worden ... - 2Thess.2:11,12).
Deel 2: De opname van Gods kinderen
Hier leunt de schrijver sterk op zijn uitleg van Mattheüs 24. Ten eerste citeert hij 24:21,22 over het inkorten van de grote verdrukking, o.a.: En als die dagen niet ingekort werden, zou geen vlees behouden worden; maar ter wille van de uitverkorenen... Mijns inziens moet geen vlees behouden letterlijk gelezen worden in de zin van: anders gaat iedereen dood. Het kan niet gaan om eeuwige behoudenis. De vraag is dan: wie zijn die uitverkorenen? Zij worden volgens 24:31 bijeengebracht van alle windstreken bij zijn openlijke komst op (of wellicht beter: met) de wolken. We vinden in Op.14 de 144.000 met het Lam op de berg Sion - dat lijken mij de uitgelezen kandidaten voor de vervulling hiervan. Maar Kurschner ziet hierin de opname van de gemeente.
Daarnaast ontstaat er m.i. verwarring als je de profetie van Joël gelijkstelt aan Mat.24:29 - waar de maan zijn schijnsel niet geeft, terwijl Joël 2:31 zegt dat de maan als bloed wordt (zoals bij het zesde zegel). Je zou kunnen stellen dat de dag van Gods toorn (en die van het Lam) begint na het zesde zegel. Eerst worden dan de 144.000 verzegeld en wordt het resultaat van hun werk alvast getoond (de grote schare).
Kurschner stelt in deel 1 dat de komst van de Heer, de parousia, een allesomvattend complex geheel zal zijn, dat verschillende gebeurtenissen zal omvatten (p.26). Bij zijn uitleg van 1Thess.4:13-18 wordt duidelijk wat hij bedoelt. Hij zegt: de parousia begint met de verschijning van Christus in de wolken om Zijn kinderen te bevrijden (de opname), gevolgd door de toorn van de dag van de Heer (volgens hem de bazuinoordelen, de schaal-oordelen en Armageddon). Bij Armageddon komen de opgestane gelovigen met Christus mee in hun nieuwe lichamen (p.78). Ook hij gelooft dus in een bruiloft in de hemel na de opname en vóór Armageddon, en dat de wederkomst van de Heer in fasen plaatsvindt. Ook stelt hij dat de opname geen stille, verborgen gebeurtenis is, omdat er in 4:16 staat: de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel en met een bazuin van God neerdalen uit de hemel. Wellicht moeten we daar nog eens over nadenken: heeft hij hierin niet gelijk? Zie ook de bazuin in 1Kor.15:52. Uiteraard verbindt hij dat dan met Mat.24:31 (Hij zal Zijn engelen uitzenden onder luid bazuingeschal, en zij zullen Zijn uitverkorenen bijeenbrengen), maar daarin volg ik hem niet. Vervolgens ziet hij in de grote schare die niemand tellen kan (Op.7:9-17) de net opgenomen gemeente. Maar het grootste deel van de opgenomen gemeente komt toch niet uit de grote verdrukking? En de gemeente bestaat toch uit joden en gelovigen uit alle volken? Bij hem is de grote verdrukking al voor het vijfde zegel begonnen en eindigt die bij de opname (Op.7), waarna de dag van Gods toorn volgt, die hij in deel 3 behandelt. Daar ga ik verder niet op in.
Argumenten voor de opname voorafgaand aan de laatste jaarweek
Wat Kurschner leert, is geen dwaalleer. Mijn argumenten voor de opname van de gemeente voordat de laatste jaarweek aanbreekt, stemmen deels overeen met de visie van Kurschner. Zie mijn al genoemde artikel in Focus 48, deel 7 in de serie over Openbaring op mijn YouTube kanaal (youtube.com/@keesfieggen) en mijn commentaar op Openbaring (Openbaring, een Bijbelcommentaar door K.Fieggen, uitgegeven bij Het Zoeklicht in 2020).
Enkele andere argumenten die hij niet bespreekt zijn voor mij heel belangrijk geweest:
1. De zeventig jaarweken van Daniel 9:24 gaan over Israel (zeventig weken zijn er bepaald over uw volk en uw heilige stad). De vorst die komen gaat, sluit een verbond van 7 jaar met Israel. Als Israel weer in beeld is als apart volk, lijkt het tijdperk van de gemeente voorbij te zijn. Als de Heer Jezus verworpen is door Israel, gaat het evangelie naar de volken. De gemeente (gevormd uit Joden en heidenen!) is een verborgenheid in het OT en wordt als het ware tussengevoegd; de profetische lijn met Israel wordt onderbroken. Paulus mag dat openbaren, al krijgen we al een hint in Joh.10:16 en ziet Petrus dat ook in zijn visioen in Hand.10.
2. In Openbaring 4 roept de Heer Jezus naar Johannes: "Kom hier op en Ik zal u tonen wat hierna moet gebeuren". In de hemel ziet Johannes behalve de grote Troon met God zelf ook 24 tronen met 24 oudsten. Dit zien we nergens in het OT en ook Stefanus ziet dat niet. Er is iets belangrijks gebeurd: de gemeente is opgenomen. Het 'wat hierna moet gebeuren' wijst hier ook op: het 'wat is' (het tijdperk van de gemeente op aarde) is voorbij. We vinden het woord gemeente(n) dan ook niet meer terug na H 2 en 3 - pas weer aan het eind (22:16).
3. De meest logische weerhouder in 2Thess2:7 is Iemand die machtiger is dan de satan. In verband met de antichrist zegt Johannes dat "Hij die in u is, groter is dan hij die in de wereld is" (1Joh.4:4). De Heilige Geest woont nu op aarde, in de gemeente. Na de opname van de gemeente kan Hij nog wel op aarde werken, maar Hij woont daar niet meer. Dan kan de wetteloze zich openbaren.
4. De grote verdrukking (met lidwoord: het is een unieke periode) heeft vooral te maken met Israel (Op.12/Mat.24:21). Er worden 144.000 eerstelingen uit Israel verzegeld voordat de storm losbreekt (Op.7:3), en die eerstelingen worden na de grote verdrukking verzameld van de vier windstreken (Mat.24:31) en staan samen met Hem op de berg Sion (Op-14:1-5) - Ze zullen veel vrucht dragen: een grote schare die niemand tellen kan (Op.7:9- 17); die mensen komen uit de grote verdrukking en kunnen daarom niet de hele gemeente (van alle eeuwen na Pinksteren) zijn.
5. Juist het feit dat de 144.000 uit Israel apart genoemd worden van de grote schare, maakt duidelijk dat het tijdperk van de gemeente voorbij is. Dan kan de lijn van de profetie weer worden opgepakt.
Conclusie
Deze visie betekent een fundamenteel andere benadering van de plaats van de gemeente. Israel is wel in beeld, maar wordt in die laatste jaarweek weer apart genoemd en de 144.000 horen blijkbaar niet bij de gemeente (hoewel dat niet met zoveel woorden wordt gezegd). Michael als de weerhouder vind ik moeilijk te geloven - de Heilige Geest als weerhouder heeft sterkere papieren. Het uit elkaar trekken van de grote verdrukking en de Dag van Gods toorn lijkt me enerzijds onnodig en anderzijds geforceerd. Ik zie vooralsnog geen reden deze visie te omarmen. Wel zie ik reden om het begrip 'pre-trib' te vervangen door 'pre-7', omdat de grote verdrukking naar mijn begrip inderdaad pas halverwege de laatste jaarweek begint en de opname van de gemeente voor die laatste 7 jaar plaatsvindt.
Zie het schema hiernaast, dat voorkomt in mijn commentaar op Openbaring - het is een aangepaste en
wat uitgebreidere versie van het schema in het commentaar op Openbaring van Thomas
Constable.
|