www.vergadering.nu Recensie-index www.vergadering.nu
3 RECENSIES
De ondergang van het atheisme
Alister McGrath
Uitgeverij: Ten Have, Kampen, 2006
ISBN 9025956459
Pagina’s: 319
Prijs: € 24,90
Dit boek bestellen bij Boekwinkeltjes.nl (tweedehands)... of zoek bij: fakkel.nl | ichthusboekhandel.nl | goedhartboeken.nl
3. Ellips
- oktober 2006
Het officiële atheďsme is op zijn retour
Recensie door Dr. Klaas van der Zwaag
In de jongste Nacht van de Filosofie betraden twee kemphanen het toneel van de Amsterdamse cultuurtempel Felix Meritis: de ex atheďst
Alister McGrath en de notoire atheďst Herman Philipse. Het werd een debat tussen twee geloofsovertuigingen, betoogt dr. Van der Zwaag.
Het atheďsme is op zijn retour als institutionele beweging, zo concludeert Alister McGrath in zijn recente boek De ondergang van het
atheďsme. De Britse evangelicale theoloog betoogt daarin dat het atheďsme zijn aantrekkingskracht heeft verloren. Sinds de achttiende
eeuw is geponeerd dat het bestaan van God een sta in de weg zou zijn voor de moderne wetenschap. Het atheďsme gold als de grote
bevrijder van de mensheid en de godsdienst was haar onderdrukker. Terwijl de wetenschap vrijheid en vooruitgang zou brengen, zou
godsdienst langzaam maar zeker afsterven. Dacht men.
Die culturele stereotypen van wetenschap en godsdienst zijn voorbij, aldus McGrath. Er is nu een nieuwe belangstelling voor de positieve
interactie van wetenschap en godsdienst gekomen. 'Het glorieuze idee dat het atheďsme voor een denkend mens de enige optie is, is al
lang vervlogen en vervangen door een steeds sterker besef van de beperkingen die aan de menselijke kennis zijn opgelegd en van de
behoefte aan nederigheid bij propagandisten voor of tegen de godsdienst.' Er is een plotselinge opleving van religie gekomen, terwijl de
instorting van het atheďsme als wereldbeschouwing in Oost Europa de ogen van velen heeft geopend voor de destructieve kracht van
Godloze ideologieën. De idee dat wetenschap en godsdienst voortdurend met elkaar in conflict zijn, wordt door vooraanstaande
wetenschapstheoretici niet langer serieus genomen, zegt McGrath. Historisch onderzoek heeft ook vastgesteld dat dit in het verleden ook
misleidend en onjuist was.
Toch leeft deze mythe in populaire atheďstische geschriften nog steeds voort. Het atheďsme doet zelfs
een krampachtige poging om zichzelf te herdefiniëren en koste wat het kost zijn aanhang op peil houden, aldus McGrath. Het interessante
is dat McGrath, net als Ouweneel, die het atheďsme bestrijdt in zijn boek De God die is (Vaassen, Medema 2005), uit de
natuurwetenschappelijke hoek komt en onder meer via studie van de filosofie inzicht gekregen heeft in de beperktheid van de wetenschap.
Dat maakt hun standpunten sterker in het wetenschappelijke debat. McGrath stelt in zijn boek dat steeds meer wordt erkend dat het
filosofische debat over het bestaan van God is vastgelopen. We krijgen volgens hem meer oog voor de diepste motieven van de mens waarom
zij wel of niet in God geloven. Hij poneert de stelling dat prominente atheďsten als Feuerbach, Marx en Freud al eerder een keuze
gemaakt hebben tegen God en daarna verklaringen zijn gaan zoeken waarom mensen toch nog in deze 'illusie' geloven. Uiteindelijk staat
geloof tegenover geloof. Toen McGrath door de debatleider in Amsterdam gevraagd werd: Waarom geloof je wel in Christus en niet in
mormonenleider Joseph Smith?, zei hij: 'De openbaring van Smit is niet waar omdat hij niet is opgestaan. Dat is het belangrijkste
argument voor het christelijk geloof: Jezus is God en Hij is opgestaan uit de doden.' Uiteindelijk is het getuigenis een doorslaggevend
argument. Niet als een vlucht in de irrationaliteit, maar om te wijzen op de bijbelse openbaring als het einde van alle tegenspraak.
Dat het atheďsme op zijn retour is, wil niet zeggen dat de westerse cultuur christelijker wordt. Integendeel, het publieke leven
kenmerkt zich steeds meer door een vijandigheid ten opzichte van christelijke uitingen. Het westerse atheďsme bevindt zich momenteel in
een soort schemergebied, schrijft McGrath. 'Terwijl het eens een wereldopvatting was met een positieve kijk op de werkelijkheid, lijkt
het nu een permanente pressiegroep te zijn geworden met een defensieve agenda die wordt overheerst door het streven de groeiende
politieke invloed van de godsdienst te beperken.' De vragen rond het bestaan van God zijn ook niet zomaar intellectuele vragen. De
eeuwigheid staat op het spel, zegt Pascal in zijn verhaal van de weddenschap. Je moet wedden, of je wilt of niet. Je kunt een eeuwigheid
winnen, maar ook een eeuwigheid verliezen! Daarom is deze discussie geen spel, maar bittere ernst.
2. Reformatorisch
Dagblad – 7 juni 2006 – www.refdag.nl
Moderne mens gelooft… van alles
Britse theoloog McGrath te optimistisch over ondergang atheďsme
Recensie door Ds. W. Visscher
In 1965 schreef Harvey Cox, theoloog aan de Harvard Universiteit, dat het christendom zich moest aanpassen aan de geseculariseerde
cultuur van die tijd. In 1996, ruim dertig jaar later dus, schreef dezelfde Cox echter dat het christendom zich moest richten op de
pinksterbeweging. Deze omslag in het denken laat zien dat de religie na de roerige jaren ’60 van de vorige eeuw niet van de aarde is
verdwenen. Integendeel.
Religie is weer helemaal terug in de samenleving. Het is echter geen reformatie die terugvoert naar de Schriften. Het proces waarbij het
atheďsme geleidelijk afkalft blijft vrij diffuus en baart zeker voor de westerse wereld ernstige zorgen. In zijn studie ”De ondergang
van het atheďsme” brengt de Britse theoloog Alister McGrath enkele ontwikkelingen in kaart.
De secularisatie heeft in West-Europa een waar slagveld aangericht. Eeuwenlang werd dit deel van de wereld door het christelijk geloof
gestempeld. Vandaag de dag is dat geheel anders. Kerken zijn naar de marge van de samenleving geschoven. Traditionele normen en waarden
zijn of worden aan de kant gezet. De huidige samenleving is liberaal en seculier. Individualisme, (post)modernisme en emancipatie vieren
hoogtij. Onlangs verscheen daarover een schokkend boek, ”Beschaving of wat daarvan over is”, geschreven door Theodore Dalrymple
(besproken in het RD van 22 maart).
Een van de drijvende krachten achter de secularisatie is het atheďsme, de gedachte dat God niet bestaat. Over het atheďsme schreef de
Britse theoloog Alister McGrath een boeiend boek. De titel luidt: ”De ondergang van het atheďsme”, een titel die de wenkbrauwen
doet fronsen. Ondergang? De gemiddelde lezer van het Reformatorisch Dagblad zal daar weinig van merken. Eerder lijkt het tegendeel het
geval. Wie geeft er vandaag de dag werkelijk om God? Burgemeester Cohen van Amsterdam zei onlangs nog dat vrijwel niemand in Nederland
zich nog druk maakt over de boodschap van de kerk.
Ondergang van het atheďsme? Het lijkt er niet op. Allerlei statistieken onderstrepen het tegendeel. Bovendien: de kerken zijn over het
algemeen meer leeg dan vol. Dus of er aan het begin van de 21e eeuw sprake is van ondergang, valt nog te bezien.
Opgang
McGrath begint zijn boek met een beschrijving van de opgang van het atheďsme. Vanaf de verlichting is het een geleidelijk groeiende
protestbeweging in Europa geworden. Weliswaar was iemand als Voltaire, in zijn harde kritiek op de Rooms-Katholieke Kerk, beslist geen
atheďst, maar anderen in verlicht Frankrijk (circa 1750) waren overtuigde atheďsten. „D’Holbach maakte het atheďsme
geloofwaardig; de Marquis de Sade maakte het interessant”, schrijft McGrath.
De doorbraak naar het atheďsme werd geforceerd door lieden als Feuerbach, Marx en Freud. Dit drietal legde de basis voor het moderne
atheďsme. „Drie giganten traden naar voren om de intellectuele grondslagen van het atheďsme te leggen met een dwingende kracht en
volharding die aan anderen was ontzegd. De drie grote pijlers van de gouden eeuw van het atheďsme zijn Ludwig Feuerbach (1804-1872),
Karl Marx (1818-1883) en Sigmund Freud (1856-1939), die met elkaar een stoutmoedige hypothese („God bestaat niet”, WV) omzetten in
de gevestigde zekerheid van een tijdperk, waarbij het christendom voortdurend in de verdediging werd gedrongen.”
Het seculiere tijdperk -de gouden eeuw van het atheďsme- loopt voor McGrath ongeveer van 1870 tot 1990. Daarna lijkt het ten onder te
gaan. God wordt door de atheďsten bestempeld als een menselijke uitvinding, opium van het volk of als een illusie van en voor een zieke
geest. Halverwege de 19e eeuw begon het atheďsme zijn zegetocht in Europa. De filosoof Nietzsche kon uiteindelijk niet anders dan
concluderen dat God ook werkelijk dood was. „Naar schatting was in 1960 de helft van de wereldbevolking in naam atheďstisch”, aldus
McGrath. Overtuigend weet hij in het eerste deel van zijn boek de opgang van het atheďsme te beschrijven. Trieste, maar wel boeiende en
leerzame lectuur.
Neergang
In het tweede deel van zijn boek beschrijft McGarth de neergang van het atheďsme. „Het atheďsme dat in het westen ooit als een
toekomstperspectief werd beschouwd, wordt langzamerhand een gęnante associatie met een besmet verleden.” Volgens McGrath slinkt de
aanhang ervan en doen sommigen verwoede pogingen het te herdefiniëren. Ook heeft het atheďsme veel verschrikkelijke zaken
voortgebracht. Het nazidom en het communisme zijn projecten die zijn voortgekomen, aldus McGrath, uit een atheďstische voedingsbodem.
Auschwitz zegt niets over het wel of niet bestaan van God, maar wel iets over de kwaadaardigheid van de mens.
Sinds de val van de Berlijnse Muur is er van het atheďsme niet veel meer over. Het postmodernisme (ieder zijn eigen waarheid) is ervoor
in de plaats gekomen. Ook religie lijkt weer terug te komen in het maatschappelijk leven. Vooral de pinksterbeweging maakt volgens
McGrath grote opgang. Over heel de wereld zouden er reeds meer dan een half miljard aanhangers zijn, vooral in ontwikkelingslanden. Ter
illustratie: er zijn 2,2 miljard christenen (inclusief de pinksterbeweging) en 1,3 miljard moslims. De behoefte aan concrete ervaring
van God in het dagelijks leven is hierbij fundamenteel.
Overigens zegt McGrath in dit verband uiterst curieuze zaken. De Reformatie zou, in zijn visie, het atheďsme, sterk bevorderd hebben.
Door de nadruk op het geschreven Woord (sola Scriptura) heeft zij de concrete aanwezigheid van God in het dagelijks leven verzwakt,
miskend. In hoofdstuk 7 en 8 gaat hij op die gedachte in. Met alle respect voor de grote geleerdheid van McGrath, hier slaat hij de
plank fundamenteel mis. Het rustig lezen van bijvoorbeeld de Institutie bewijst het tegendeel. Calvijn was juist de theoloog van de
verborgen werking van Gods Geest en van de vreze Gods in de concrete praktijk van het leven.
Beoordeling
Het boek van McGrath biedt waardevolle informatie. Zijn waardering van de huidige situatie deel ik echter niet. Het atheďsme is
inderdaad op zijn retour. Maar wat daarvoor terug komt, is ook niet om over te juichen (postmodernisme, agnosticisme). Religie mag, dat
klopt, maar het is wel een religie waarbij de mensheid zo ongeveer alles gelooft en denkt wat er maar te bedenken valt. En dat het nog
steeds niet goed gaat met onze westerse cultuur, dat kan een andere schrijver, de al genoemde Dalrymple, ons leren. Kortom, McGrath
schreef wat informatie betreft een boeiend boek. Soms slaat hij de plank mis en wat de taxatie van het heden betreft is het mij veel te
optimistisch. De lezer doet er goed aan ook ander boeken over deze materie te lezen. En zolang de boeken van bijvoorbeeld Herman
Philipse (bijvoorbeeld zijn ”Atheďstisch manifest”) nog herdrukken beleven, moeten we maar niet te vroeg juichen over de óndergang
van het atheďsme.
1. CV-Koers – mei 2006
De ondergang van het atheďsme
Alister McGrath
Recensie door Tjerk de Reus
De geschiedenis van het atheďsme wordt begrensd door twee jaartallen: 1789 en 1989. De Franse Revolutie was het begin van het tijdperk,
terwijl de val van de Berlijnse Muur een einde inluidde. Dat is de opinie van Alister McGrath, de bekende theoloog uit Oxford.In een
breed opgezet, maar toch overzichtelijk betoog beschrijft hij de ontwikkeling van het atheďsme, ingebed in de geschiedenis van kerk en
theologie, filosofie en politiek. Hoewel hij nergens echt diep op ingaat, heeft zo'n boek als dit grote waarde, omdat het een blik werpt
op een scala aan ontwikkelingen op velerlei terrein.
McGrath heeft een goed punt als hij zegt dat wij nu in de overgang naar een nieuw tijdvak verkeren. inderdaad is het dogmatische
atheďsme op zijn retour en roert zich veel op spiritueel vlak. De wereldwijde groei van de pinksterkerken is een betekenisvol gegeven.
Volgens McGrath incorporeert de pinkstertheologie het geloof in de dagelijkse ervaring. Dat was ook kenmerkend voor piëtistische
stromingen, voor de gebroeders Wesley en voor de Nadere Reformatie. Wanneer die beweging uitblijft (zoals in het katholieke Frankrijk
van de achttiende eeuw), hebben atheďsme en secularisatie vrij spel.
Een toegankelijk, niet specialistisch boek dat veel lezers verdient.
|