www.vergadering.nu Recensie-index www.vergadering.nu
2
RECENSIES
Herkerken
de toekomst van geloofsgemeenschappen
Remmelt Meijer en Peter Wierenga
Uitg. De Vuurbaak, 2020
152 blz.
€ 16,99
9789055605774
Dit boek bestellen bij Boekwinkeltjes.nl (tweedehands)... of zoek bij: fakkel.nl | ichthusboekhandel.nl | goedhartboeken.nl
Al geruime tijd vinden er maatschappelijke ontwikkelingen en kantelingen plaats die ook het kerk-zijn
beïnvloeden. De coronacrisis heeft deze veranderingen extra zichtbaar gemaakt en uitvergroot. Maar voelen kerken zelf de urgentie? En is er bij kerken bereidheid tot aanpassen van hun koers? In 'Herkerken' focussen Remmelt Meijer en Peter Wierenga op de belangrijkste maatschappelijke ontwikkelingen waar kerken op kunnen inspelen, mits ze durven mee te bewegen. Aan de hand van theologische doordenking, praktijkverhalen en -voorbeelden, trekken de auteurs lijnen vanuit de coronacrisis naar de toekomst. Dit doen zij op basis van trends die zich al een aantal jaren steeds duidelijker aftekenen. 'Herkerken' laat zien hoe een periode van crisis en verandering, die in eerste instantie een kerk(gemeenschap) op scherp zet, met het juiste meebewegen kansen biedt om goed in te spelen op de uitdagingen van vandaag.
2. Bram
Krol - 5 oktober 2021 - https://www.bramkrol.com/gemeentegroei/artikelen/364-ik-zoek-een-kerk
IK ZOEK EEN KERK
Herkerken
Boekrecensie door Bram Krol
Reformatorisch gedwaal - Vrijgemaakten op drift
Als een voorbeeld van wat er gebeurt in Reformatorische kerken, althans de ooit zeer geprononceerde Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt), de derde grote Christelijke denominatie in ons land, geef ik een boekbespreking. Er is ook daar veel in beweging, en niet altijd in een voor ieder herkenbare Bijbelse richting. Nadat er eerst veel openheid was ontstaan voor een minder dogmatisch ingestelde, evangelische vorm van geloofsbeleving, zien we toch ook veel verwarring.
Aanleiding voor het schrijven van dit boek: de terugloop van het bezoekersaantal van kerkdiensten en daarbij nog de coronacrisis, waardoor, naar de verwachting van de auteurs, een nog groter aantal mensen los zal komen te staan van de kerk. Verder: de irrelevantie van de kerk en zelfs haar afwezigheid in de maatschappij en een afnemende waardering van de traditionele kerkdiensten en vooral van de prediking onder kerkgangers. Het laatste speelt wel een belangrijke rol in het boek, maar het is de vraag in hoeverre het onderzoek van de auteurs representatief is. Als antwoord op deze problemen zijn de auteurs zeer kritisch op de huidige erediensten en zouden die willen afschaffen of laten vervangen door tal van niet nader gedefinieerde activiteiten.
Theologische ligging: de auteurs en de uitgeverij bewegen zich vooral binnen de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt). Dus: orthodox-protestant en typisch Nederlands.
Mijn reactie op de voorstellen van de auteurs van het boek:
Ik zie dit boek als een vrijzinnige ecclessiologie. Dat vanwege twee observaties. Ten eerste wordt er nauwelijks normatief verwezen naar de Bijbel als het gaat om de gemeente haar taak en roeping. Ten tweede wordt als uitweg uit de huidige malaise gezocht naar niet goed gedefinieerde groepsactiviteiten. Daarin moeten de deelnemers zelf een nieuw stukje ‘kerk’ ontdekken. Die groepen moeten in elk geval kleinschalig zijn, met een grote mate van persoonlijke betrokkenheid. Maar die groepen krijgen wel een taak mee. Ze moeten de traditionele kerkdienst geheel of gedeeltelijk vervangen. Dat zou dan een dynamische herstart van de kerk betekenen, mogelijk zonder de traditionele erediensten voor alle kerkleden, maar met tal van andere activiteiten. Ieder kan daarin iets van zijn gading vinden: persoonlijke ontmoetingen, kleine groepen voor Bijbelstudie en gebed, vieringen, sociale actie of gemeenschapsvorming. Maar wat voor waarheid zal daaruit naar boven komen? Waarheid is nooit het gevolg van onderling overleg. Waarheid wordt niet geproduceerd door organiseren van groepsactiviteiten. In deze tijd staat het ene, een halve generatie later weer iets anders in de belangstelling. Verandert dan de waarheid? Deze opzet is vrijzinnig, want vrijzinnigen zoeken het antwoord op levensvragen in eerste instantie in zichzelf, niet in de Bijbel. Dat is wat er hier wordt voorgesteld.
Het boek is rommelig van opzet. Op gemarkeerde linker pagina’s wordt een veelheid van mogelijke oplossingen aangeboden met vooral veel kritiek op het bestaande en zonder een samenhangend antwoord. Veel van de ‘oplossingen’ sluiten elkaar uit, maar ze hebben gemeenschappelijk een zekere afkeer van de traditionele kerkdienst. Die is definitief uit de mode, lezen we. Men lijkt de oude schoenen weg te gooien voordat de nieuwe zijn aangeschaft.
Wie op reis gaat heeft op zijn minst een idee waarheen (naar het zuiden, naar zee). Maar beter dan een vaag doel is een concreet eindpunt. Hoe moet je anders aankomen op een bestemming? De auteurs willen de gemeente een reis laten maken, maar zonder duidelijk einddoel. Gewoon op reis gaan, veel overleggen en dan komt er wel iets naar boven. Dat is een bom onder de kerk. Wat er aan vaste gewoonten bestaat zien de auteurs als fout of achterhaald. Dat moet ‘dus’ opzijgeschoven worden. Zo sterk zeggen de auteurs dat niet, maar dat komt desondanks op elke pagina aan de orde. Ze spreken over een ‘kantelpunt’, waar de huidige tijd ons voor plaatst. De kerk kan niet voort op de oude weg,
Elke periode kent van die grote termen, die aangeven dat het ‘anders’ moet. Paradigmaverschuiving was twintig jaar geleden de term; twintig jaar daarvoor ging het om het ‘hervinden van het ‘kerugma’, daarvoor was het woord ‘kairos’ in zwang, allemaal met min of meer dezelfde strekking. Ook de aangevoerde ‘verandertherapeut’ komt weinig verder dan algemene termen, zonder specifieke definities bruikbaar voor de kerk. Dat nauwkeurige ontbreekt ook bij de auteurs. Ze spelen in op onlustgevoelens die bij velen bestaan, maar blijven uitermate vaag in wat ze willen. Het overgrote deel van het boek bestaat uit vragen en twijfels, maar dan gelardeerd met flinke aanvallen op in onbruik geraakte of gerakende kerkelijke gebruiken (volgens de auteurs).
Alternatief
Bestaat er een andere manier van omgaan met de geconstateerde problemen van leegloop, onbehagen, irrelevantie? Allicht. Veel kerkelijke gebruiken in onze tijd zijn slechts een flauwe afspiegeling van de kerk van het Nieuwe Testament. Veel van wat verloren is gegaan kan en moet teruggevonden en hersteld worden. De broederschap is weg. De moderne Westerse kerk bestaat uit min of meer onbekenden, die zelden of nooit van hart tot hart met elkaar spreken en die samenkomen in onpersoonlijke erediensten. Kerkgangers lijken meer op een bioscooppubliek dan op de broederschap van de kerk van het allereerste begin. Evangelisatie gebeurt nauwelijks. Een gesprek over de staat van iemands ziel wordt als een inbreuk op de privacy beschouwd, ook al was dat de vraag die leidde tot het ontstaan van het Protestantisme: “Hoe vind ik een genadig God?” Dat staat ook als eerste vraag in het oude, maar in onbruik geraakte, leerboek van alle reformatorische kerken, de Heidelbergse Catechismus: “Wat is uw enige troost in leven en in sterven?” Voor het gevoelen van velen is deze vraag op zich verkeerd en is het een inbreuk op onze privacy. Daarmee stellen protestantse kerken hun bestaansrecht in de waagschaal.
Er is meer communicatie nodig en veel meer studie. Maar veel kerken hebben de tweede wekelijkse kerkdienst afgeschaft. Dat was de leerdienst. Daarvoor is niets in de plaats gekomen. Dus: minder studie, in plaats van meer. Het catechisatiebezoek loopt zwaar achteruit en de inhoud ervan is in de loop der jaren in veel kerken ernstig verwaterd. Kleine groepen in de gemeente voor de studie van de Bijbel en gebed zijn nogal uitzonderlijk. Huisbezoeken zijn zeldzaam geworden, en waar ze wel plaatsvinden zijn ze vaak nogal inhoudsloos. En hoe zit het met de dagelijkse, persoonlijke lezing van de Bijbel door de gelovigen, de persoonlijke gebeden en het spontane geloofsgetuigenis in kerk en wereld?
Allicht valt er iets te doen aan verwaterde of geformaliseerde kerkdiensten. Maar de eerste behoefte aan verandering ligt op het terrein van het geloof van de kerkleden, in zoverre dat nog aanwezig is. Het grote probleem is niet ‘gebrek aan aantrekkelijkheid’ van de kerk, maar ‘gebrek aan geloof’.
Conclusie
Moeten de kerkdiensten op de schop, of zelfs naar de marge van het geestelijke leven verplaatst worden? Dan is er niets meer dat kerkleden bindt. Kleinere diensten, huisgroepen et cetera, allemaal prima. Maar ook in het Nieuwe Testament zien we hoe grote groepen gelovigen samenkomen, bijvoorbeeld op het tempelplein of tijdens een grote bijeenkomst in Troas. De apostelen konden grote gemeenten in hun geheel aanschrijven (Korinte, Rome). Als die manifestatie van eenheid en eenparigheid ontbreekt, zal de gemeente onbestuurbaar worden en ter ziele gaan. Daarom is het boek ‘Herkerken’ niet zomaar een poging tot vernieuwing. Het lijkt meer op een aanslag op de kerk, een poging tot vernieling.
De auteurs hebben de kerk geen dienst bewezen, ook al heeft het boek bij velen een tere snaar geraakt. Een vierde druk lijkt in de maak te zijn. Ging het zo ook niet, veertig jaar geleden in de Gereformeerde Kerken in Nederland? Eerst was professor Kuitert populair en werden zijn boeken door duizenden verslonden. Het was een alarmsignaal, zelfs een gifbeker en geen signaal van vernieuwing. Die kerken gingen massaal kapot… Volgen daarin nu de ‘vrijgemaakten’ en anderen die willen ‘herkerken’?
BramKrol.com...
1. indekerk.be Blog -
januari 2021 - indekerk.be...
Herkerken
Boekrecensie door Maarten Vergouwe
Theoloog Remmelt Meijer en kerkbegeleider Peter Wierenga hebben het boekje Herkerken geschreven om ons deelgenoot te maken van hun reflectie op het “coronatijdperk van de kerk in Nederland”. Het is geschreven voor kerkleiders die zich willen bezinnen over hun kerkgemeenschappen en hoe die nu verder moeten tijdens en na het coronatijdperk.
Overzicht en vorm
Het boekje is erg vlot geschreven. Het bestaat uit zes hoofdstukken die allemaal worden geëindigd met een overzichtelijke samenvatting van het hoofdstuk. In het begin van het boekje wordt er geschetst welke problemen de schrijvers zien en naarmate het boek vordert wordt er steeds meer in de richting van oplossingen geschreven. Doorlopende tekst wordt afgewisseld met bladzijden die verhalen en voorbeelden uit de praktijk voorstellen. Het geheel zorgt ervoor dat het boekje zeer toegankelijk is.
Herkerken
Het is duidelijk dat de schrijvers zelf al langer bezig zijn met het onderwerp “Herkerken”. Ze geven voorbeelden uit de praktijk die stammen uit de tijd van vóór de pandemie. De vragen die ze stellen, zijn geen nieuwe vragen en een sterk reflecterende kerkleider zal heel wat vragen herkennen. Ze gaan in op thema’s als “het belang van een kerkgebouw”, “het belang van de zondagsamenkomst”, “relationele gemeenschappen”, “een beweging zijn in plaats van een instituut” enz. En de vragen die ze daarbij stellen zijn heel zinnige vragen. Ze zetten de lezer aan om bij zichzelf na te gaan hoe dat in de eigen kerkgemeenschap gesteld is. Als ondernemende gemeenteleider kan ik alleen maar toejuichen dat er mensen zijn die anderen oproepen over deze vragen na te denken.
Te vroeg
Toch heb ik wel wat commentaar op het boekje. Het is te vroeg geschreven. Onder de proloog staat er “september 2020”. Even terugrekenend kunnen we dus stellen dat de schrijvers ergens in de tijd van de eerste lockdown het idee hebben opgevat te gaan schrijven en dat ergens in de zomer afgerond hebben. Ik heb het zelf gelezen toen Nederland net in een tweede lockdown was gegaan en België daar alweer een tijdje in zat. Het voelt dus wat opportunistisch om over “Herkerken” te gaan schrijven wanneer de hele maatschappij eigenlijk nog in de rouw zit. Want dat vind ik een bijzonder tekort aan het boekje. De rouw. De erkenning van het moeten afscheid nemen van zekerheden waardoor veel mensen een waardig leven leiden. Heel af en toe raken ze dit aan, maar ik kan me heel goed voorstellen dat menig lezer in de weerstand zal gaan. Ja, het is best okee om te stellen dat de coronacrisis een aantal reeds aanwezige problemen scherp stelt. Maar ik vind het persoonlijk té makkelijk om daar al veel meer mee te doen dan gewoon erkennen dat het zo is. En dat brengt me bij mijn volgende punt.
Antwoorden?
De schrijvers stellen heel veel vragen in dit boek. En zoals hierboven geschreven: goede vragen. Maar de antwoorden zijn in mijn ogen te vaag. Ze houden te weinig rekening met de traditie en waarom die is zoals die is. Ze schetsen een mooie, nieuwe vorm van kerk-zijn aan de hand van gemeenschappen en families op missie. Maar de ideeën die geschetst worden mogen dan voor sommige kerkleiders “nieuw” lijken, ze zijn niet nieuw. Herkerkbewegingen zijn er al heel lang. En sommige hardnekkige bewegingen kunnen zelfs heel sektarisch worden. Er staan ontzettend veel zinnige dingen in dit boek en ik kan alleen maar blij worden van het aansturen op decentralisatie, vertrouwen en de eenvoudige vraag: “Wat helpt om met Jezus verbonden te zijn?”. Maar de term “herkerken” lijkt afbreuk te willen doen aan de traditie. Als gemeenteleider ga ik daar een beetje genuanceerd mee om. Want het laatste wat je moet doen tijdens een crisis is de mensen voor wie je geestelijke zorg draagt nog wat meer onder spanning zetten door zekerheden weg te nemen die niet per se weg moeten. En dan ook nog van hen gaan verwachten dat ze eigenaarschap opnemen. Dat weet elke psycholoog.
Vloeiende vormen
De schrijvers sturen uiteindelijk aan op een houding van reflectie, van durven proberen, van durven aanpassen. Zonder de kern van het evangelie uit het oog te verliezen. Kortom: vloeiend. Dat ze de coronacrisis aangrijpen om die kernwaarheden opnieuw te belichten, kan opportunistisch genoemd worden, maar het blijven wel kernwaarheden. De kerk had nooit een instituut mogen zijn. De Geest waait waarheen Hij wil en ik hoop samen met Meijer en Wierenga dat menig leider zich dat – misschien weer opnieuw – realiseert.
Conclusie
Het boekje is een beetje vlug geschreven waardoor de coronacrisis erbij getrokken lijkt. Maar het bevat hele goede reflectievragen en een kijk op gemeente-zijn die heel organisch, natuurlijk en smaakvol is. Een aanrader voor wie zich als leider wil laten inspireren om aan de slag te blijven in het bouwen van christelijke gemeenschappen. En dat er een citaat van Tomáš Halík in staat is voor deze Halík-fan een fijne bijkomstigheid.
|