www.vergadering.nu Recensie-index www.vergadering.nu
In de schaduw van de kathedraal
Christine Schneider
Uitgeverij: Medema, Vaassen, 1999
Pagina's: 383
Het magische jaar 1000 deed niet onder voor het jaar 2000. Woelige tijden, onrust in
maatschappij en kerk, verwachting van grote veranderingen.
Een aangrijpende roman. |
|
Reformatorisch Dagblad
Recensie door drs. W. Wouters-Maljaars - 5 april 2000
Het jaar 1000 nadert. De kerken zitten vol met mensen, omdat zij de illusie hebben dat zij
daardoor het oordeel enigszins kunnen verzachten. In deze tijd speelt zich de roman "In de
schaduw van de kathedraal" af. Een dergelijke jaarwisseling ligt ons nog vers in het
geheugen. Met dit verschil: van zulke volle kerken kunnen we nu niet spreken.
De geestelijkheid profiteert van de situatie. Volgens de schrijfster Christine Schneider beginnen
de kerken het jaar 1000 met een goedgevulde kas en mede hierdoor ontstaat de kathedralenkoorts.
Schneider gebruikt dit historisch kader als bedding voor haar fictieve verhaal.
Ik vind zo'n historisch kader een beetje gevaarlijk, omdat er altijd wat op aan te merken valt. Is
die piek van kathedralenbouw goed gedateerd en is die oorzaak wel historisch betrouwbaar? En als
zij beweert dat "de middeleeuwers intens religieuze mensen waren", bezigt ze een
standaarduitdrukking wat de Middeleeuwen betreft, maar ik heb er altijd moeite mee. Dat de
'gemiddelde' mens toen nog minder individualistisch optrad en de goegemeente volgde die trouw de
godsdienstige plichten vervulde, zegt voor mij niets over het "intens religieus" zijn
van de mens. Vorm staat soms heel ver van de inhoud af; dat is zelfs een van de belangrijkste
motieven van deze roman.
Christine Schneider heeft vijftien jaar als zendelinge gewerkt in Oostenrijk. Ze is zowel in de
Middeleeuwen als in de geschiedenis van het christendom in Europa geïnteresseerd. Een gevolg van
deze combinatie is de roman "In de schaduw van de kathedraal". Ze woont nu met haar man
in de Amerikaanse staat Washington.
Verhaallijnen
De roman heeft twee verhaallijnen. Een afwezige vertelinstantie laat ons met verschillende mensen
meeleven. De belangrijkste hoofdpersoon is Andrew, een kopiist met de bijzondere eigenschap dat
hij niet spreekt. 'Bij toeval' stuit hij tijdens zijn kopiistenwerk op een bijbelse passage die op
de zaligheid door het geloof wijst. Zijn twijfel aan de juistheid van de rooms-katholieke leer
wordt ook gevoed door de houding van de geestelijke leiders; zij baden in weelde terwijl zij de
armen aan hun lot overlaten en het gewone volk met gesels van regels om de oren slaan. De
plaatselijke bisschop gaat over lijken om onder het mom van Gods eer een kathedraal te laten
bouwen die alle andere aardse gebouwen ver achter zich laat.
Andrew moet naar Milaan om een wereldse bouwmeester aan te trekken voor dit project. Op die reis
komt Andrew in aanraking met 'ketters' die voortdurend op de vlucht zijn omdat ze met de dood
bedreigd worden. Als hij een terechtstelling van een 'ketter' meemaakt, wordt hij zich in één
moment bewust van zijn verleden; ook zijn vader en moeder stierven op de brandstapel. De schok
dwingt hem om te spreken met zijn medereiziger Georg (ook een heel boeiende romanfiguur). Hoewel
Andrew zich sterk aangetrokken voelt tot dat geloof, vormen de woorden "zekerheid" en
"genade" voor hem toch een grote barrière.
Aan het eind van de roman valt alle onzekerheid van hem af als hij moet kiezen tussen het leven en
de terugkeer tot de kerkelijke leer aan de ene kant en de dood en de zekerheid van de verzoening
door genade aan de andere kant.
Kloosterleven
De andere hoofdpersoon, Martin, de zoon van een metselaar, gaat een heel andere weg. Zijn vader
ziet hem als zijn opvolger, temeer daar zijn andere zoon tijdens een bouw verongelukt is. Martin
daarentegen gaat helemaal in het kloosterleven op en zet de familietraditie ervoor opzij. Hij
aanbidt Andrew, zijn leraar, omdat die volgens hem de middelen heeft om God te behagen. Als Andrew
hem die illusie ontneemt door hem te vertellen dat hij God nooit gevonden heeft in het klooster,
maar dat Hij alleen in harten woont, verdenkt hij hem van ketterij. Hij zet de opkomende twijfel
resoluut opzij en kiest voor de mening van de bisschop, die hij als Gods vertegenwoordiger op
aarde ziet. Hij kiest voor de opoffering van het kloosterleven die de beloning in het hiernamaals
van een hechtere basis voorziet.
Het is Christine Schneider gelukt over dit thema een heel boeiende roman te schrijven. Er bestaat
al veel literatuur over dit thema, maar zij zet het thema op een frisse manier neer. Tijdens de
eerste hoofdstukken voorzag ik een voorspelbare ontwikkeling, maar die verwachting kwam totaal
niet uit. Op een boeiende manier leidt ze de lezer naar een onverwachte karakterontwikkeling van
Andrew en andere bijpersonen. Ze is in staat de strijd om het licht van het Evangelie, die in de
schaduw van de kathedraal plaatsvindt, boeiend en levensecht te schetsen en die thematiek weer
onder het stof vandaan te halen.
|