www.vergadering.nu  Recensie-index  www.vergadering.nu

3 RECENSIES


Omgaan met verschillen in de gemeente
P.J. Teeuw
Artios Uitgeverij: Groen, Heerenveen, 2007
ISBN 9789058297198

148 blz., € 12,50.
Dit boek bestellen bij Boekwinkeltjes.nl (tweedehands)...

of zoek bij: fakkel.nl | ichthusboekhandel.nl | goedhartboeken.nl

In Omgaan met verschillen in de gemeente snijdt dominee P. J. Teeuw een voor velen herkenbaar onderwerp aan, namelijk de diversiteit in gemeenten, specifiek in de gemeenten die zich rekenen tot de Gereformeerde Bond. Deze gemeenten hebben veel gemeenschappelijk, maar er zijn ook verschillen. Verschillen in prediking, in de inschakeling van gemeenteleden bij al het werk, in de liturgie, in de levensstijl enzovoort. Ook na de vorming van de PKN lijkt de verscheidenheid toe te nemen. De vraag rijst hoe je op een bijbelse manier met de verscheidenheid om moet gaan. In dit boek wordt uitvoerig ingegaan op de aard van de verschillen en de oorzaken ervan. Een blik in de kerkgeschiedenis laat zien dat diversiteit in de gemeente van alle tijden is. Er worden lessen getrokken uit de Reformatie, maar ook uit de manier waarop latere theologen met de verschillen in de gemeente om zijn gegaan. Een eerlijk, verhelderend boek, dat een bijdrage kan leveren aan de bezinning op een actueel onderwerp.


3. Friesch Dagblad - 11 februari 2008 - www.frieschdagblad.nl

‘Gesprek over verscheidenheid niet negeren’
 
Leeuwarden - Een gemeente bestaat uit vele mensen. Ieder mens is uniek. Maar de verschillen kunnen ook leiden tot verwijdering en ruzie. Ds. P.J. Teeuw, hervormd predikant in Papendrecht schreef er een boek over. Hij roept op om het gesprek over de verschillen niet te negeren. 

Recensie door Lodewijk Born

,,Spanningen lopen soms zo ver op dat de gemeente niet meer bij elkaar te houden is en uit elkaar valt”, aldus Teeuw. En dan kan het goede voornemen van Psalm 133: ‘Ziet, hoe goed en liefelijk is het, dat broeders samenwonen’, toch echt in de koelkast gezet worden. 

Teeuw schreef over het gevoelige onderwerp een reeks artikelen in de Waarheidsvriend, het officiële orgaan van de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk in Nederland. ,,Vanwege de grote vraag naar de artikelen vroeg de redactie van de serie Artios of ik deze artikelen kon bewerken tot een boek in deze reeks.” 
Het is geen gemakkelijk thema. ,,Het gaat namelijk niet om één verschil en één gemeente, maar om vele verschillen in vele gemeenten. Dit onderwerp kan vanwege persoonlijke betrokkenheid bovendien veel emoties losmaken. Veel kerkgangers hebben er in meer of mindere mate mee te maken. Wie zit er nu in een kerkelijke gemeente waar alles in volmaakte harmonie verloopt?”
 
Ongeschreven regels
Het boek richt zich vooral op de hervormde gemeenten in PKN, de bondsgemeenten (de term die Teeuw liever vermijdt) of beter gezegd de hervormd-gereformeerde gemeenten ,,Deze gemeenten dragen van oudsher een eigen karakter. Naar buiten toe droegen deze gemeenten bepaalde kenmerken waardoor ze als een eenheid gezien werden. Deze kenmerken golden vaak als ongeschreven regels.” Bijvoorbeeld over het zingen van alleen Psalmen en de enige gezangen in de eredienst, het lezen van de Statenvertaling en de visie op de vrouw in het ambt. 
Vroeger had je ook al verschillen, bijvoorbeeld over de prediking. ,,De ene gemeente hoorde liever een meer verbondsmatige prediking, terwijl een andere gemeente graag een meer bevindelijke prediking hoorde. Deze verschillen werden meestal niet op de spits gedreven.” 

Teeuw, die zelf opgroeide in een hervormd-gereformeerde evangelisatie en predikanten hoorde uit beide ‘soorten’ gemeenten, meent dat het homogene beeld de laatste jaren aan het verdwijnen is. ,,Hervormd-gereformeerde (wijk)gemeenten zijn steeds meer uit elkaar gegroeid, de eenvormigheid is aan het verdwijnen.” Daarmee geeft Teeuw iets aan dat voor de hele PKN geldt. 

Vroeger wist je bij het woord gereformeerd zo ongeveer wel de identiteit. Nu zijn er in Gereformeerde Kerken praisediensten (Bolsward) of houden ze Aswoensdagvieringen (Britsum). Hetzelfde kan gezegd worden van hervormden, Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt), Christelijke Gereformeerde Kerken en zelfs de Gereformeerde Gemeenten. Dat maakt dat Teeuws boekje ook verder gaat dan de doelgroep waar hij de artikelen voor schreef. 

Star 
Ook de verscheidenheid in de gemeenten zelf is toegenomen. ,,In één en dezelfde gemeente kan over prediking en liturgie heel verschillend gedacht worden. Het is voor kerkenraden een moeilijke zaak om de gemeente bij elkaar te houden. Ook in kerkenraden zelf kan hierover heel verschillend gedacht worden. Spraken we vroeger over ‘links’ en ‘rechts’, tegenwoordig zijn de mensen die willen vernieuwen ‘evangelisch’ en de mensen die alles bij het oude willen houden ‘star’. 

Helaas brengt die verscheidenheid binnen de gemeente nogal eens verwijdering tussen broeders en zusters teweeg of werkt ze groepsvorming in de hand. Terwijl dát er verscheidenheid binnen de gemeenten is, bijbels te onderbouwen is. ,,Maar in de praktijk blijkt het vaak moeilijk te zijn om grenzen aan te geven. Aan welke verscheidenheid geven we een plaats en welke niet? Welke verscheidenheid mag er volgens de Bijbel zijn en welke niet? Hoe gaan we daarin met elkaar om?” 
Juist in de Nederlandse Hervormde Kerk leidde die verscheidenheid in 2004 tot een kerkscheuring. Een deel van de hervormden ging mee naar de nieuwe Protestantse Kerk in Nederland, een andere groep ging verder als Hersteld Hervormde Kerk. 

Teeuw noemt enkele punten in hervormd-gereformeerde kring die nogal eens tot spanningen binnen kerkenraad of gemeente leiden. Bijvoorbeeld de liturgische kwesties (hele noten of ritmisch zingen), de jeugd- en kindernevendiensten (opkomst jeugdkerken), de vrouw in het ambt en homoseksualiteit. 
Volgens Teeuw zijn er verschillende achterliggende oorzaken dat de verscheidenheid zo is toegenomen. Allereerst de verdwijning van het isolement. ,,We signaleren dat het leven open is geworden. Beschermende krachten die er vroeger waren, zijn weggevallen.” 

Import
Tevens is er de toegenomen mondigheid, geestelijke verarming, evangelicalisering en de toegenomen nadruk op het feit dat een kerk een missionaire gemeente moet zijn, aldus de predikant. ‘Import’ is een verschijnsel waar vooral groeigemeenten mee te maken hebben. ,,Het gaat hierbij om mensen die uit andere gemeenten komen. Ze hebben soms een andere achtergrond, ze hebben hun eigen gedachten over het kerkelijke leven.” 
Tenslotte is er de ligging: de ene gemeente is behoudend, de andere wat vooruitstrevender. Al legt Teeuw niet uit wat met die etiketjes dan weer bedoeld wordt. 

Teeuw laat zien dat de verschillen van alle tijden zijn. Het was er al bij kerkhervormers Luther, Calvijn en Bucer. Maar ook dat zij juist in hun theologisch denken veel aandacht hadden voor de eenheid. ,,De band met andere gelovigen hebben we hard nodig. Luther wijst erop dat we elkaar kunnen troosten en elkaar de vergeving van de zonden mogen verkondigen. Soms zijn vermaningen en terechtwijzigingen ook nodig.” 

Partijvorming
Ook theologen uit latere tijd zoals Abraham Kuyper (1837-1920) en Ph. J. Hoedemaker (1839-1910) deden er uitspraken over. Kuyper vond dat de kerk bij de tijd moest zijn. ,,Dat betekende niet dat de kerk met alle vernieuwingen mee moest doen, maar de kerk moest positief op de moderne tijd betrokken zijn. Ze moest de tijdgeest op een goede manier beïnvloeden.” Hoedemaker zei dat als mensen alles zelf willen doen, dit een ontkenning is van het werk van de Geest. ,,En dat niet alleen, ook het Hoofd van de Kerk, Christus, wordt daarmee miskend. Waar mensen het niet meer van Hem verwachten, zal er partijvorming en verdeeldheid ontstaan.” 

In het derde deel van het boek behandelt Teeuw hoe over verscheidenheid in de bijbel wordt gesproken. Hoe er verdeelheid was onder de joden en bijvoorbeeld de groep van de farizeeën Israël in een steeds sterkere greep kreeg. 
De zoektocht naar eenheid is nog steeds actueel en te belangrijk om te negeren, aldus Teeuw. Toch wordt die vaak genegeerd omdat het niet lijkt uit te maken. Maar het blijft een bijbelse opdracht. De eerste stap is een open en eerlijk gesprek erover. ,,Mijn ervaring is dat zulke gesprekken zijn nut afwerpen. Ze nemen de verkeerde gedachten die je over elkaar hebt weg.” Tegelijkertijd moeten dwalingen niet met de mantel der liefde worden bedekt. 
Ook kan de eenheid versterkt worden door doordeweekse activiteiten te doen als gemeente, naast de zondagse eredienst. ,,Omdat we toch al in een tijd leven waarin het individualisme zijn overwinningen behaalt, is het nodig om door middel van doordeweekse activiteiten de onderlinge band te verstevigen. Dat kan variëren van een bijbelkring tot een gemeentefietstocht.” 

Gemeenschap
Ook een goed kerkblad, een nieuwsbrief of een jaargids spelen daarin volgens een Teeuw een belangrijke rol. ,,In een gemeente gaat het tenslotte ook om het samen-leven, om de gemeenschap.” 
Het boekje bevat bij elk hoofdstuk gesprekvragen. Omgaan met verschillen in de gemeente is een nuttig boek in de bezinning op het onderwerp. Wie door de theologische standpunten van de schrijver heen durft te kijken - hij laat zelf weten dat een bepaalde subjectiviteit ondermijdelijk was bij het schrijven - heeft een uitgave in handen die helpt in het gesprek over eenheid. 


2. Reformatorisch Dagblad - 12 december 2007 - www.refdag.nl

Liefde als grondtoon voor gesprek




Recensie door Ds. P. Molenaar

Hoe ga je om met verschillen in de kerkelijke gemeente? Ds. P. J. Teeuw schreef een instructief boek over deze vraag. Het is bedoeld om leiding te geven, vooral in gemeenten van hervormd-gereformeerde signatuur. ”Omgaan met verschillen in de gemeente” is bedoeld als een toerusting. Op een pastorale wijze stelt ds. Teeuw veel dingen aan de orde, die bedoeld zijn voor ambtsdragers en gemeenteleden. Aan het einde van het boekje vinden we verschillende vragen om geestelijk onze plaats te toetsen, binnen de gemeente. De oorzaken van de verschillen peilt hij aan het begin op een heldere en diepgravende manier. De auteur noemt de verdwijning van het isolement, de toegenomen mondigheid, de geestelijke verarming en de evangelicalisering in de gemeenten. 

Ds. Teeuw laat in kort bestek de stem van de kerk der eeuwen spreken, als hij de vertegenwoordigers van de Reformatie, uit de latere tijd en van de Vroege Kerk laat horen. Een duidelijke verbinding voor de gemeente wordt met de kerk der eeuwen gelegd. Ook de lijn die hij trekt in de geschiedenis is heel pastoraal bedoeld. Daarom hanteert hij geen chronologische volgorde, maar wel een indeling die erop gericht is om de gemeenten op een juiste manier de lijn van de geschiedenis voor te houden. De volgorde van de theologen Brakel, Kuyper en Hoedemaker uit later tijd is uiteraard een persoonlijke keuze. 

Zelf zou ik nog een hoofdstuk hebben toegevoegd: de les van het Reveil en van Kohlbrugge. Vooral in de negentiende eeuw werd in die beweging de strijd om het ware geloof gevoerd. Op die manier zou de schrijver mogelijk de huidige impasse van de hervormd-gereformeerde denominatie nog dieper kunnen peilen. Mogelijk komt er nog een vervolg binnen de serie Artios.

Mantel der liefde 
Terecht legt Teeuw alle nadruk op de eenheid van de kerk als lichaam van Christus. Hij fundeert die eenheid zeer helder op de eenheid van de kerk van het Oude en van het Nieuwe Testament. De verschillen in de kerk van het Nieuwe Testament worden aangewezen als hij het apostelconvent in Handelingen 15 aan de orde stelt. Uitvoerig bespreekt hij Paulus, die vooral de grenzen van eenheid en verscheidenheid in de gemeente Gods in zijn brieven heeft aangegeven. 

Teeuw stelt drie grenzen vast die niet overschreden mogen worden: de heilshistorische, de heilsordelijke grens en de grens van de liefde. Vervolgens stelt hij de onmisbaarheid van gesprek in de gemeente aan de orde. We moeten proberen misverstanden uit de weg te ruimen. Het hoofdstuk over het gesprek is pastoraal en tegelijk ontdekkend bedoeld. Alle nadruk legt de auteur op de liefde als grondtoon voor het gesprek. De blijvende onderlinge ontmoeting is belangrijk voor het gesprek in gedeelde gemeenten, vooral ook in de doordeweekse ontmoetingen. 

De liefde heeft lust in waarheid. Daarom mogen de dwalingen nimmer toegedekt worden met de mantel der liefde. Ds. Teeuw geeft de moeilijke en weerbarstige praktijk aan, omdat in geval van moeilijkheden in eigen gemeente heel vaak toevlucht naar een andere gemeente wordt genomen. 

In de laatste hoofdstukken stelt hij de identiteit van de gemeente aan de orde. Hij noemt daarbij het beleidsplan. De (negatieve) les van de PKN, met een positieve uitwerking is dat we nu veel meer nadruk mogen leggen op de identiteit van de plaatselijke (wijk)gemeente. Positief is daarin dat de gemeente zelf heel sterk haar identiteit vastlegt in een beleidsplan. Aan het eind stelt collega Teeuw een van de dingen aan de orde die de hervormd-gereformeerde denominatie dreigt te scheuren. Dat is vooral de inrichting van de eredienst, die juist is bedoeld om de Heere der kerk te verheerlijken. Ds. Teeuw geeft een duidelijke grens aan, waarmee we hartelijk instemmen. Aan de hand van artikel 27 NGB stelt hij in de eerste plaats de prediking aan de orde. De nood van de kerk is immers de nood van de prediking. De schrijver kiest heel duidelijk voor de grondbeginselen van Calvijn met het oog op de eredienst. 

Crisis
Na lezing bleef bij mij, ook door eigen vroegere ervaringen, een wat verlegen gevoel over. De treffende lay-out met een afbeelding van een puzzel versterken dat nog meer. We zitten als hervormd-gereformeerden in een crisis. ”De crisis van de middenorthodoxie” van de jaren vijftig is om/overgeslagen naar een ”crisis van de hervormd-gereformeerden”. Vragen binnen de middenorthodoxie van toen zijn naar de rechtervleugel verschoven. Aan een oplossing van die crisis voegt het boek weinig toe. Maar als we de aangegeven pastorale lijn zouden volgen, zou er heel veel opgelost kunnen zijn binnen de vanouds hervormd-gereformeerde gemeenten. Er is hoop, alleen omdat de kerk van de Heere is!


1. CV-Koers - oktober 2007

Omgaan met verschillen in de gemeente


Recensie door Willem-Henri den Hartog


Omgaan met verschillen in de gemeente is een uiterst actueel boek. In de eerste plaats is het verschijnsel van meer diversiteit in plaatselijke gemeentes in het geheel van reformatorisch Nederland aanwezig. In gemeenten van gereformeerd vrijgemaakte tot gereformeerde gemeente signatuur zie je dat vertrouwde kenmerken van vroeger niet altijd meer aanwezig zijn. Ds. Teeuw heeft, naast de reformatorische kerken, vooral gemeenten behorend tot de Gereformeerde Bond binnen de PKN op het oog. Vroeger waren 'bondsgemeenten’ gemakkelijk te herkennen. In de kerkdiensten las men uit de Statenvertaling, zong men uit de oude psalmberijming en gingen de vrouwen gekleed in rok en getooid met een hoed. Deze uniformiteit behoort tot het verleden. Vrouwen gaan er tegenwoordig zelfs in een broek ter kerke. Ook in zaken als prediking en levensstijl is veel veranderd.

In de tweede plaats schuilt de actualiteit van dit boek in de kritische houding ten opzichte van de evangelische beweging. Net zoals de beweging Op Goed Gerucht maakt ds. Teeuw zich zorgen over de steeds grotere invloed die het evangelische gedachtegoed heeft op PKN gemeenten. De Papendrechtse pastor heeft hier een punt. Vooral op het punt van de waardering van het verbond laat de evangelische beweging steken vallen.

Jammer is echter dat ds. Teeuw van evangelischen een karikatuur schetst. Zo stelt hij onder andere dat evangelischen geen ambten hebben (?!), dat ze weinig op eenheid zijn gericht en dat remonstrantse gevoelens overheersen. Wat die gevoelens zijn, blijft onduidelijk. Een meer constructieve benadering zou op zijn plaats zijn, niet in de laatste plaats omdat de Gereformeerde Bond in wereldwijd perspectief behoort tot de zogenoemde evangelicals.

Dit neemt niet weg dat Teeuw behartigenswaardige dingen zegt over omgaan met verschillen. Ook laat hij zien dat de gemeente van zowel het Oude als het Nieuwe Testament een zekere verscheidenheid kende, maar dat de eenheid in Christus gevonden wordt.

Ook Bondsgemeenten opereren in een wereld die een dorp geworden is. Het isolement van vroeger is voltooid verleden tijd. Het is daarom goed dat ds. Teeuw een stuk toerusting biedt om met deze uitdaging om te gaan. De goede gespreksvragen aan het eind van het boek helpen daar zeker bij.

www.vergadering.nu