www.vergadering.nu Recensie-index www.vergadering.nu
5 RECENSIES
Een schreeuw om recht
De tragedie van het Palestijnse volk
Dries van Agt
Uitgeverij Bezige Bij
Pb, 367 pag.
Dit boek over Israel is propaganda-lawine
Volgens oud-premier Dries van Agt wordt hij bij het voeren van zijn kruistocht tegen Israel gedreven door een drang om recht en
rechtvaardigheid te laten zegevieren. In het kader daarvan heeft hij nu ook vuistdik politiek pamflet geschreven: Een schreeuw om recht
- de tragedie van het Palestijnse volk, waarin hij de waarheid en het recht echter systematisch geweld aandoet.
5. RD/CIDI -
29 oktober 2009 - CIDI...
Opinies over de 'Schreeuw'
Recensie door Wim Kortenoeven
Van Agts pamflet is schreeuw om onrecht
Het pro-Palestijnse pleidooi van oud-premier Van Agt is in feite een schreeuw om onrecht tegen Israël, vindt Wim Kortenoeven. Hij
reageert op Hajo Meyer (RD van maandag).
Volgens Hajo Meyer van Een Ander Joods Geluid (EAJG) bestaat er in Nederland „veel onwetendheid over het grote onrecht dat de
Palestijnen dag aan dag wordt aangedaan.” In dat verband looft Meyer Dries van Agt vanwege diens boek ”Een schreeuw om recht. De
tragedie van het Palestijnse volk”. Daarmee zou Van Agt „de informatiekloof dichten en tegengas geven aan de eenzijdige
berichtgeving.”
Alle critici van Van Agt, volgens de Duitse auteur Henryk Broder „een nette christelijke antisemiet”, zijn volgens Meyer „willens
en wetens blind voor het onrecht dat Israël de Palestijnen aandoet.” Welnu, als een van die critici (volgens Meyer span ik zelfs de
kroon) wil ik mijn werkelijke kritiek hier herhalen: Van Agt schreef geen deugdelijk pro-Palestijns boek maar een politiek pamflet dat
beter betiteld had kunnen worden als ”Een schreeuw om onrecht tegen Israël”.
De publicatie van Van Agt is een verzameling onwaarheden en misleidingen; anti-Joodse verdachtmakingen en laster; valse en uit hun
verband gerukte citaten; als feiten gebrachte opinies en cruciale weglatingen. Met die propagandalawine probeert de oud-premier het
bestaansrecht en de legitimiteit van het Joodse karakter van Israël te ondermijnen.
Verduisteren
Zo vindt Van Agt het „onaanvaardbaar” en „rampzalig” de staat Israël te identificeren met het Jodendom en schrijft hij
afkeurend over Amerikaanse politici die zich positief uitspreken over „het bewaren van Israëls Joodse identiteit en het zeker stellen
van Israëls veiligheid.” Israël goedgezinde christenen dienen zich volgens de kennelijk alwetende Van Agt ernstig zorgen te maken
over de op hen rustende gramschap van de Almachtige Zelf. Om de anti-Joodse teneur van zijn pamflet te legitimeren verschuilt de
oud-premier zich stelselmatig achter Israël en/of het Jodendom vijandig gezinde Joden, onder wie Meyer.
In zijn kritiek op de critici van Van Agt probeert Meyer, in navolging van de Brabantse grootinquisiteur, de waarheid verder te
verduisteren. Zo beweert hij dat Israël geen Joodse staat kan worden genoemd omdat zionisme en Jodendom „diametraal tegenover elkaar”
staan. Onzin natuurlijk. Want zonder Jodendom was er geen Zion, geen onverbrekelijke, duizenden jaren oude band tussen het Joodse volk
en het land van Israël, en geen basis voor terugkeer uit de ballingschap.
Ook in volkenrechtelijke zin is het Jodendom, niet het zionisme, de basis voor de Joodse aanspraken op een eigen staat (die door de VN
wordt erkend, maar kennelijk niet door Meyer). Het ontkennen van het Joodse karakter van het zionisme en van Israël is net zo onzinnig
als het ontkennen van het bestaan van de Joodse identiteit als zodanig. Maar dat weerhoudt Meyer er niet van zijn eigen Joodse
identiteit als wapen in te zetten tegen de door hem zo verafschuwde en als misdadig getypeerde Joodse staat.
Naast antizionist is EAJG-voorman Meyer een apologeet voor de islamitische houding ten aanzien van de Joden. Zo beweert hij dat het de
Joden juist onder islamitische heerschappij voor de wind ging, waarbij hij Spanje als voorbeeld noemt. De eminente islamgeleerde Bernard
Lewis heeft dat beeld echter afgedaan als „een mythe.” Ook in islamitisch Spanje, ”El Andalus”, werden de Joden getroffen door
bloedige pogroms, deportaties en gedwongen bekeringen. De Spaans-Joodse wijsgeer Maimonides: „De Arabieren hebben ons vreselijk
vervolgd en afschuwelijke en discriminerende wetgeving tegen ons ingesteld. Nog nooit heeft een natie ons zo gemolesteerd, vernederd en
gehaat als zij.”
Het blijft niet bij geschiedvervalsing. Meyers club deinst er niet voor terug om enthousiast mee te lopen in anti-Israëlische
betogingen waarin wordt opgeroepen alle Joden te vergassen, niet alleen de gehate Israëlische soort. En men streeft enthousiast naar
het salonfähig maken van Hamas, een organisatie die verkondigt dat alle Joden gedood dienen te worden, niet alleen de gehate
Israëlische soort. Zulk gedrag kan zelfs niet met Joodse zelfhaat worden gelegitimeerd. Meyer c.s. dienen zich diep te schamen.
4. Ellips -
10 november 2009
Schreeuwen om het heilige land
Meer dan zestíg jaar bestaat de staat Israël. Rust is er niet geweest. Wel heel veel gewapend geweld rondom én binnen de grenzen. En
geharnaste discussie in de westerse wereld. De Nederlandse oud-premier Dries van Agt doet met felle woorden een duit in het zakje, en
schreeuwt om het recht van het Palestijnse volk. Een commentaar van mr. Medema.
Recensie door Henk P. Medema
Feiten
Hoe mr. A.A.M. van Agt de laatste jaren dacht over Israël en Palestina heeft hij niet onder stoelen of banken gestoken, maar helder
overal gepubliceerd, onder andere op zijn website (www.driesvanagt.nl), en wij hoeven ons over de inhoud van zijn recente boek, Een
schreeuw om recht, dus niet te verbazen. Toch houdt het niet op telkens weer enige verbazing te wekken als wij deze eminente
strafrechtjurist beluisteren, deze onverstoorbaar rustige minister- president, die zelden een onvertogen woord voorbij 'de omheining
mijner tanden’ (een van zijn vele bloemrijke uitdrukkingen) liet gaan.
Wij treffen in Een schreeuw om recht een wirwar van gedachten aan, maar vooral een enorm leger van feiten; weinig analyses, uiterst
weinig fundering van meningen. Feiten zijn feiten, lijkt Van Agt te denken, laten die maar voor zichzelf spreken. Maar de 'feiten
spreken niet voor zichzelf, zij worden geciteerd door de bril van experts, en dat die op kleur worden geselecteerd, is kinderlijk
doorzichtig.
De getuigen à charge tegen Israël worden bijna allemaal van lovende kwalificaties voorzien. Een citaat van een schrijver over Israël,
dat het Israëlisch-Palestijnse conflict misschien wel het eenvoudigste conflict van de wereld is, omdat 'iedere Palestijnse leider aan
Israël dit genereuze aanbod gedaan heeft' om genoegen te nemen met slechts 22% van de oppervlakte van het voormalige Palestina (p.226),
is van een adembenemende naïviteit. Van Agt laat zijn 'feiten' als een regiment soldaten in gelid aanrukken, maar meestal gaan zijn
overwegingen niet verder. Zijn al die feiten dan geen feiten? Was het maar waar. Veel van het materiaal kende ik al, en uit bezoeken aan
de Westelijke Jordaanoever en de Palestijnen daar - mijn contacten waren veelal christenen - moet ik helaas erkennen dat het
Israëlische leger zich vaak als een boosaardige bezetter gedraagt. Aan de feiten van Van Agt zou ik makkelijk nog meer kunnen
toevoegen. Het gedrag van Israël ten opzichte van de Palestijnen is vaak arrogant, willekeurig, onderdrukkend, vernederend.
Dat is wáár, en in dat opzicht lijkt Van Agt terecht zijn schreeuw om recht aan te heffen. Wat we echter van een zo intelligente
auteur hadden mogen verwachten, is een diepere analyse. Wat doet de auteur met de imposante feitenmassa van de wederpartij? Niets, en
dat is maar goed ook. Als hij een poging had gedaan dit allemaal te weerleggen (bijvoorbeeld het meer dan duizend pagina's dikke boek
van prof. dr. Hans Jansen, Van Jodenhaat naar zelfmoordterrorisme - dat trouwens van hetzelfde laken een pak is, óók allemaal feiten
die maar voor zichzelf moeten spreken!), had hij een vijfmaal zo dik boek moeten schrijven, en zelfs dat had de lezer onvoldoende diepte
verschaft.
Dieper dan de feiten
Een vriend hoorde dat ik het boek van Van Agt aan het lezen was en het recenseren wilde, en vroeg: zou je dat wel doen, is dat wel de
moeite waard? Jawel. Wat me in dit boek mateloos intrigeert is: waar blijven de dieptevragen? Wat gebeurt er áchter de gebeurtenissen?
En dan gaat het nog niet eens om kwesties als: bestaan Palestijnen wel echt, wat is de etnische status van dit 'volk’? Wat is hun
historie? Komen ze uit de Balkan zoals wel beweerd is, of zijn ze Filistijnen (zoals hun naam lijkt te suggereren), of zijn ze
Arabieren? Zijn ze moslims? Verklaart dat (als het zo is) veel, of bijna niets? Waarom hebben de omliggende landen het
vluchtelingenprobleem zo overduidelijk in stand gehouden?
Eigenlijk komt Van Agt pas toe aan opinies als hij al ruim in de tweede helft van het boek is, en interessant worden ze pas wanneer de
auteur Israëli's aan het woord laat. Bijvoorbeeld wanneer hij Uri Avnery's visie bespreekt (p. 224), dat de stichters van de staat
Israël een ernstig probleem hebben veroorzaakt door zichzelf te presenteren als bruggenhoofd van de westerse beschaving, en niet als
terugkerende Aziatische natie.
Zijn er alternatieven voor de tot dusver gesuggereerde politieke oplossingen? Een mager hoofdstukje (p. 308v.) toont dat er maar weinig
aan de horizon opdoemt. Van Agt schreeuwt, en in zijn boosheid zitten veel elementen van waarheid - maar een visionair betoont hij zich
niet. Het probleem van dit boek is gelegen in dat waar het geen aandacht aan schenkt, want er zijn wel degelijk mensen die proberen een
coherente visie op het probleem van Israël en de Palestijnen te geven. Zoals wijlen de Palestijnse christen Audeh Rantisi (Blessed are
the Peacemakers), of actueler Salim Munayer, uit Lod, van Musalaha Reconciliation Ministries, momenteel Academic Dean van Bethlehem
Bible College. Mensen als Elias Chacour, de Melkitische aartsbisschop uit Galilea, wiens boeken (Blood Brothers en We Belong to the
Land) spreken van een warme liefde voor de Israëli's, maar die openhartig ernstige kritiek levert en opkomt voor de rechten van de
Palestijnen. Westerse auteurs als Colin Chapman (Whose Promised Land?), Bernard Reitsma (Wie is onze God?), en Stephen Sizer (Christian
Zionism) en tallozen meer. Het verschil tussen al deze opinieleiders en Van Agt is dat ze God uitdrukkelijk in deze uiterst moeilijke
conflictsituatie proberen te betrekken.
De Holocaust
Van Agt is in de eerste recensies en reacties beschuldigd van antisemitisme. Dat lijkt me niet terecht, want het is al te makkelijk elke
kritiek op Israël in die categorie onder te brengen. Antisemiet is niet iedereen aan wie bepaalde mensen in Israël een hekel hebben,
maar alleen diegene die een ongegrond vooroordeel tegen Israël heeft.
Toch raakt de oud-premier hier aan een belangrijke kern van de vraag die hij wil behandelen. Waarom bestaat antisemitisme iiberhaupt, en
dan speciaal opgevat in de enge zin van anti-judaïsme? Door de hele geschiedenis heen doet zich dat verschijnsel voor; het tekent de
historie van Israël, en Israël láát zich erdoor tekenen, zoals Kaïn die een merkteken droeg dat voor alle volken zichtbaar was.
Kaïn kwam er niet van af, Israël komt er niet van af. De Holocaust is het meest pregnante teken van alle eeuwen.
'De hoofdoorzaak van Israëls problemen is de obsessie met de Holocaust. Israëli's denken dat iedereen het op hen gemunt heeft, en dat
de Palestijnen nauwelijks verschillen van de nazi's' -zo wordt Avraham Burg geciteerd (p.231).
In het begin van 2009 is de film Defiance uitgekomen, van Edward Zwick. Het waargebeurde verhaal gaat over drie broers Bielski, die
midden in de Tweede Wereldoorlog een gemeenschap van Joodse partizanen stichten in de bossen en moerassen van Wit-Rusland. In het
provisorische dorp is geen vrede, want hun gemeenschap is gebaseerd op het lijden en de pijn die hun door anderen is aangedaan. In een
dramatische scène wordt een gevangen Duitse soldaat gelyncht, als bron en kern van alle kwaad. De slachtoffers zijn door alles wat hun
is aangedaan zó volgepompt met boosheid dat dit er wel uit móét komen. Er is bloed gevloeid in het (On)heilige Land. Net zoals bij
Kaïn en Abel zijn de gevolgen onuitwisbaar. Denk nu niet direct aan Golgota, en aan Jezus, de Nazarener, de Koning der Joden; denk aan
het vermoorden van mensen die in Gods beeld en gelijkenis geschapen zijn. Een té gemakkelijke oplossing verscherpt de vijandschap
alleen maar: de poging om alle Joden verantwoordelijk te maken voor de dood van Christus bijvoorbeeld, of het uitsluitend zoeken van elk
spoor van terrorisme in het spoor van de islam. Mensen hebben elkaar vermoord, en op de bloedakker kan niets vruchtbaars groeien.
Ten slotte: christendom
Dries van Agt noemt zich een christen, en in zijn bijna tachtigjarige leven heeft hij zich meer dan eens laten zien als christen; als
zodanig kende ik hem al vóórdat hij de politiek in ging. De implicaties van zijn christen-zijn tref ik echter niet aan in de centrale
vragen die dit boek oproept. Moeten christenen kritiekloos solidair zijn met Israël? Geenszins, meen ik - er mag (veel) ruimte zijn
voor openhartige kritiek, en een Israël dat zonder Christus verder wil, is letterlijk op een heilloze weg. Maar érgens in het lange
verhaal dat je nodig hebt om zo'n moeilijk probleem in kaart te brengen, komt de vraag omhoog op welke wijze Israël Gods volk is, of
geweest is, of ooit zijn zal. In het discours van Van Agt komt deze vraag zelfs niet voor, er wordt geen hoofdstuk aan gewijd.
Zo kom ik tot een slotconclusie: dit is een god-loos boek. Niet een goddeloos boek, dat hebt u mij niet horen zeggen. Maar een boek
waarin buiten God om, in de opstelling van naakte feiten, een verklaring wordt gezocht van het onverklaarbare. Zonder naar Boven te
kijken, naar de Ene, zijn legerscharen en hun oorlogsvoering, vinden we zelfs geen begin van een antwoord.
Directeur van Uitgeverij Medema sinds 1978. Al 30 jaar geeft Henk Medema (1950) met veel bezieling
en enthousiasme leiding aan het team van Uitgeverij Medema (thans ondergebracht bij Jongbloed, Heerenveen). Daarnaast is hij auteur
van vele boeken, en een veelgevraagd spreker op conferenties. Ook is hij op diverse manieren betrokken bij een aantal bestuurs- en
overlegorganen, koepelorganisaties en netwerken, en is hij hoofd- en eindredacteur van BODEM en redactielid van ELLIPS.
3. EO-Visie
– 10 november 2009 - www.eo.nl
De protocollen van Van Agt
2. Israël
Aktueel – oktober 2009 - www.christenenvoorisrael.nl
De protocollen van Van Agt
Afgelopen maand verscheen het nieuwste boek van Dries van Agt, Een schreeuw om recht. Een boek over het vermeende onrecht dat de
Palestijnen wordt aangedaan. De media ontvingen het boek met veel kritiek. Het belangrijkste verwijt is de onjuiste weergave van
historische feiten. In deze analyse geeft Midden-Oostendeskundige Wim Kortenoeven zijn reactie op dit boek.
Recensie door Wim Kortenoeven
Met zijn pamflet Een schreeuw om recht heeft oud-premier Dries van Agt een nieuwe impuls gegeven aan zijn kruistocht tegen de door hem
verafschuwde Joodse staat. De jurist Van Agt beweert voortdurend dat hij zijn kruistocht tegen Israël voert omwille van het recht en de
rechtvaardigheid. Maar zijn 'schreeuw om recht' is een opeenstapeling van onwaarheden en misleidingen; verdachtmakingen en laster; valse
en uit hun verband gerukte citaten; als feiten gebrachte opinies en cruciale weglatingen.
Met die propagandalawine zoekt hij niet alleen het bestaansrecht van Israël te ondermijnen, maar ook de legitimiteit van het Joodse
karakter daarvan. Het is naar zeggen van Van Agt „onaanvaardbaar de staat Israël te identificeren met het Jodendom".
Reputatie
Toch is niet alles negatief. Door zijn onwetenschappelijke en ook anderszins laakbare werkwijze, die hem inmiddels veel mediakritiek
heeft opgeleverd, bracht Van Agt niet alleen zijn eigen reputatie een nieuwe slag toe, maar ook die van zijn medekruisvaarders en
'meelezers'. Het gaat daarbij om Jan Wijenberg (oud-ambassadeur in Saoedie-Arabië en verklaard voorstander van het inperken van de
vrijheid van meningsuiting van Nederlanders die Israël steunen); Robert Soeterik (een voor het Nederlands Palestina Komitee werkende
'onafhankelijke Midden-Oostendeskundige'); Paul Aarts (een uit het NPK afkomstige docent aan de Universiteit van Amsterdam); Jaap
Hamburger en Hajo Meijer (Een Ander Joods Geluid).
In zijn dankwoord aan deze lieden schrijft Van Agt alwetend dat zij het loon voor hun dienstvaardigheid in de hemel zullen ontvangen.
Wie Israël vervloekt, zal kennelijk gezegend worden.
Bijbeluitleg
Vervolgens betoogt hij dat veel pro-Israëlische christenen, „vooral mensen van reformatorische komaf”, de Bijbel verkeerd lezen.
„Opvoeding en onderwijs, in het bijzonder in het Oude Testament, hebben niet alleen ingescherpt dat Jezus Christus is voortgekomen uit
het Joodse volk, maar ook de notie bijgebracht dat dit het door God uitverkoren volk is en dat de Almachtige met hen een verbond heeft
gesloten. En zelfs dat Hij het Joodse volk beloofd heeft dat het zich weer meester zal kunnen maken van het land van de aartsvaders en
de profeten".
„Daardoor wordt God te schande gemaakt", stelt Van Agt, die de „judaïsering” van Joods Jeruzalem en van Judea ('Jodenland')
vervolgens typeert als een schending van het internationale recht en Israël beticht van het aanjagen van „het extreme islamisme"
in Saoedi-Arabië en elders. Voor Van Agt is Israël altijd schuldig en aan alles.
Resolutie 242
Het is ondoenlijk de ontelbare ondeugdelijkheden in Van Agts pamflet in een artikel aan de kaak te stellen. Een truc die hij
veelvuldig toepast is het verzwijgen van essentiële informatie. Geen woord over de islamitische opvatting dat Joden een ondergeschikte
maatschappelijke positie dienen te hebben, waarbij Joodse soevereiniteit uit den boze is - en al helemaal in een gebied waar de islam
zich gevestigd heeft.
De jurist Van Agt verzwijgt ook relevante zaken als hij juridische documenten op Israël van toepassing verklaart. Zo laat hij buiten
beschouwing dat VN-Veiligheidsraadresolutie 242 (1967) spreekt over veilige en erkende grenzen voor alle staten in de regio (hetgeen in
onderhandelingen moet worden geregeld). Maar hij beweert wel valselijk dat Israël '242' onmiddellijk had moeten uitvoeren door zich uit
al het in de Zesdaagse Oorlog veroverde gebied terug te trekken, tot aan de 'Auschwitzgrenzen' (zoals Israëls staatsman Abba Eban deze
typeerde) op slechts vijftien kilometer van de Middellandse Zee. De doorslaggevende Engelse tekst van '242' spreekt echter niet over
terugtrekking uit „de" gebieden en biedt daarmee ruimte voor het creëren van de elders in de resolutie genoemde veilige grenzen.
Complottheorie
Als een rode draad door Van Agts pamflet loopt een complottheorie. Die stelt dat alle catastrofes in het conflict over het heilige
land planmatig door Joodse/Israëlische machinaties zijn veroorzaakt. Bijgevolg zijn de Arabieren steeds de willoze slachtoffers geweest
van de machtige en gewetenloze Joden en hun organisaties. Van Agt trekt de lijn helemaal door tot de dag van vandaag en suggereert dat
Joodse samenspanners zelfs de Amerikaanse regering en de media controleren.
Zijn complottheorie is een macabere echo van de Protocollen van de Wijzen van Zion, het antisemitische schotschrift waarin de Joden
ervan worden beschuldigd te complotteren om oorlogen te veroorzaken en de wereld te overheersen.
Door de jaren heen is Van Agt met regelmaat de vraag voorgelegd waarom hij het voor de Palestijnse Arabieren opneemt. Steeds was dan de
reactie: omdat ik het recht liefheb en omdat Israël het recht schendt. Ondanks het feit dat hij publiekelijk aanschoof bij antisemieten
en Israëlhaters, bestrijdt Van Agt dat zijn kruistocht tegen de Joodse staat door antisemitische motieven is ingegeven.
Maar zijn onwaarachtigheid blijkt niet alleen uit de mankementen in zijn 'schreeuw om recht'. Van Agt is goede maatjes met (het regime
van) sultan Qaboos van Oman, een primitieve alleenheerser die regime-kritische journalisten en schrijvers laat molesteren en die
letterlijk hele volksstammen in zijn oliedom tot horigheid aan zijn eigen stam veroordeelt. Amnesty International meldt dat de vrijheid
van meningsuiting in Oman onlangs nog verder werd ingeperkt. Maar volgens de oud-premier is Oman „een wonder van evenwichtige
ontwikkeling".
Van Agt stelt zich ook achter de 'democratisch verkozen' heersers van Hamas, die de mensenrechten van de Gazanen met voeten treden en de
totale uitroeiing van het Joodse volk propageren - niet alleen de Joden in Israël maar alle Joden, inclusief Van Agts antizionistische
vrienden van Een Ander Joods Geluid.
Zeg mij wie uw vrienden zijn, dan zal ik zeggen wie u bent.
1. Recensie:
Infonu.nl - september 2009 - Dit boek is een regelrechte ramp
In september 2009 kwam dan het reeds lang van tevoren aangekondigde boek van Dries van Agt -Een schreeuw om recht- uit. Hoewel de
titel doet vermoeden dat recht het belangrijkste uitgangspunt van het boek is, is dit allerminst het geval. Van Agt heeft een zeer
incompleet verhaal geschreven om vervolgens de conclusie te trekken dat er geen sprake is van recht. Zo doet hij in feite het recht,
waar hij naar zegt te streven, onrecht aan.
(...)
Inhoudelijk gezien is het boek natuurlijk een regelrechte ramp. Ik geloof totaal niet dat Van Agt werkelijk begaan is met het lot van de
Palestijnen. Er zijn andere manieren denkbaar om de Palestijnen te steunen zonder daarbij Israël in een kwaad daglicht te plaatsen. Van
een democraat en jurist als Van Agt mag je toch verwachten dat hij meer in zijn mars heeft dan alleen het verkondigen van haat tegen
Israël (of toch niet?). Ik zie ook totaal geen meerwaarde van het boek. Alle bekende anti-Israëlische retoriek is door hem opnieuw uit
de kast getrokken en alleen in een iets andere vorm gegoten. Ongetwijfeld zal het boek aardig wat publiciteit opleveren en er zullen ook
wel redelijk veel exemplaren van verkocht worden. Maar dat heeft meer met de naamsbekendheid van Van Agt te maken en de gelikte
publiciteitscampagne die rondom het uitgeven van het boek is gemaakt, dan met de inhoud.
Lees
meer... |