www.vergadering.nu Recensie-index www.vergadering.nu 1 RECENSIE De tovenaar en de
dominee ‘In het dorp stond hij bekend als tovenaar, mijn overgrootvader. Tovenaars wekken mateloze
nieuwsgierigheid. Zij kunnen wat gewone mensen ook graag zouden kunnen. Omdat zij in geval van brand de wind kunnen laten draaien wég
van de bedreigde boerderij, doe je maar al te graag een beroep op hen. Maar ze worden ook gemeden als de pest. Zij kunnen wat gewone
mensen liever niet kunnen...’ Zigzaggend tussen trendgevoelige spiritualiteit en beproefde vormen van magie zoekt de kerk het geheim
van Gods verschijning ruimte te geven. Daartoe is nodig dat die kerk grondig inzicht heeft in haar heidense afkomst en inslag.
Tegelijkertijd is zij in dit eerbiedigen van het mysterie van de openbaring onopgeefbaar verbonden met Israël. 1. CV-Koers - september 2010 Wij zijn uit de heidenen
Vreekamp is ervan overtuigd dat het essentieel is om besef te hebben van deze oorspronkelijke religiositeit, die hij aanduidt als 'heidendom'. Zijn vraag luidt: hoe kwam het Evangelie ooit terecht in de cultuur en levenssfeer van onze voorouders? „Het Evangelie is geen steriele grootheid. Het kruipt in de huid van mensen die alle kenmerken dragen van de plaatselijke cultuur. Afrikanen ontvangen en 'verwerken' het Evangelie anders dan mensen uit Noord Europa. Wij zijn van huis uit Germanen. Dat stempelt ook onze omgang met het Evangelie." „Als het Evangelie komt, levert dat een botsing op. Als je je niet bewust bent van zo'n confrontatie, is het de vraag of het Evangelie 'aangekomen' is. Dat blijkt bijvoorbeeld als we Kerst vieren. Iedereen viert het mee en iedereen vindt het gezellig. Veel mensen gaan dan zelfs voor een keertje naar de kerk. Maar dringt het eigen verhaal van de kerk wel door? Als niemand Kerst als een inbreuk ervaart, is het de vraag of we werkelijk het feest van Christus' geboorte vieren." Onder de dekmantel van kerk en christelijkheid kan het oeroude heidendom nog altijd een grote rol spelen, meent Vreekamp. In dat geval voegt het Evangelie zich ogenschijnlijk moeiteloos in ons bestaan. Maar juist dan loop je risico's, zegt hij. Welke? „Denk aan recht en gerechtigheid, de centrale bijbelse noties. Het hart van het Evangelie ligt in de verwachting van Gods heil. Het heidendom kent die verwachting niet. Het heidendom spoort je aan om te leven in het hier en nu. Het leven zélf is heilig, is doorademd van een sacrale sfeer: je eigen land, de natuur, zon en maan, je voorouders. Dat alles mag je vereren en dan is het goed. Het Evangelie haalt een streep door die zelfgenoegzaamheid." Haat tegen de Joden Vreekamp was van 1984 tot 2002 secretaris van de Raad voor de verhouding van Kerk en Israël, een soort denktank in de toenmalige Nederlandse Hervormde Kerk. Het Joodse volk heeft een centrale plek in zijn theologisch besef. De lijn naar Israël is dan ook snel getrokken. Want de fundamentele verstoring van de heiden komt uitgerekend van dit volk. Na het verschijnen van zijn vorige boek Zwijgen bij volle maan zei Vreekamp hierover in cv-koers: „De heiden is iemand die niet gestoord wil worden door de God van Israël. De dichter Guillaume van der Graft heeft het heidendom eens getypeerd als het 'leven dat rust in zichzelf'. Dat is de kern. Het Evangelie roept ons daaruit, om te luisteren naar de stem van de vreemde God, die ons roept naar zijn toekomst. Dat is de weg van de geschiedenis, waarin het gaat om zorg voor de zwakke, om rechte verhoudingen, om het eren van de ware God. In het heidendom dreigt een inhumane trek: recht en gerechtigheid hebben uiteindelijk geen prioriteit, maar zijn ondergeschikt aan handhaving van jezelf, aan het recht van de sterkste. Dit begint dus op persoonlijk vlak, in jouw bloedeigen bestaan. Maar je ziet het ook in het groot terug, in de huiveringwekkende geschiedenis van nazi-Duitsland. De waarden van bloed en bodem werden vereerd en golden als richtinggevend. Gerechtigheid jegens de naaste en zorg voor de wezen en weduwen - het respect en de liefde voor de ander - waren daaraan ondergeschikt. Niet vreemd dat juist in deze context de haat zich richtte tegen het joodse volk. De God die dit volk vereert, is de grote verstoring van onze gemoedsrust." Heilige plaatsen De ondertitel van Vreekamps nieuwe boek luidt: Over de verschijning van God. Allereerst brengt hij in elf hoofdstukken in kaart hoe God verschenen is op de Veluwe, in het dorp Hoevelaken - waar Vreekamp opgroeide - en in de lijn van zijn eigen voorouders. Vervolgens schrijft Vreekamp elf hoofdstukken onder het kopje: `Verschijning voor God'. Daarin gaat het om de beweging naar God toe. Door het hele boek heen speelt de drieslag mythe, mystiek en mysterie. Die drie staan in een onderlinge spanning. Volgens Vreekamp is de kerk de hoedster van het mysterie: God is de Verborgene, die zich openbaart in Israël en in Jezus. Uitgerekend dit mysterie loopt voortdurend gevaar bekneld te raken tussen mythische verhalen aan de ene kant en mystieke ervaringen aan de andere kant - meldt de achterflap. Dit klinkt intrigerend, maar verdient wel enige uitleg. Waarin verschillen mysterie, mythe en mystiek? „Voordat de God van Israël verschijnt, leven mensen in de mythe. Er zijn godenverhalen, de wereld is bevolkt door goede en kwade geesten, er zijn heilige plekken en voorschriften om je aan te houden. Belangrijk hierbij is het besef van eenheid: alles hangt met alles samen. Goden en mensen zijn verwant. Het leven zelf is goddelijk, evenals de natuur." Dan komt het Evangelie een dergelijke mythische cultuur binnen. Wat gebeurt er dan? Vooral dit: de eenheid valt uit elkaar, aldus Vreekamp: „Naar bijbels besef is er een groot verschil tussen God en mens. Hij roept ons op recht te doen, alleen Hem te vereren als schepper. De mens is niet goddelijk, beschikt ook niet over een goddelijke vonk, maar is schepsel. De natuur herbergt geen 'enge' geheimen, is ook niet sacraal. Bovendien dient het besef van de geschiedenis zich aan. Het 'hier en nu' is niet voldoende. Zelfgenoegzaamheid is zonde. We zijn op weg naar het Rijk van God." Dit alles betekent niet minder dan een cultuurshock, weet Vreekamp. Want het past maar slecht bij mensen om te moeten leven met geloof alleen, uit verwachting, met een God achter wie we maar niet de vinger krijgen. Daarom neemt de mythe wraak, luidt Vreekamps analyse. „We hebben behoefte aan aanraking met het goddelijke. Als het oude heidendom ons vreemd is geworden, dankzij de christelijke beschaving, zoekt die behoefte nieuwe wegen. De mystiek biedt een oplossing. Op hoogstpersoonlijk niveau zoekt de mens in de mystiek naar eenwording met het goddelijke. Dat manifesteert zich in allerlei vormen van individuele religiositeit, zoals we vandaag zien. In zekere zin vormt dit een voortzetting van het oude heidendom." Bevindelijk geloof Vreekamp kent de geneigdheid tot de mystiek uit zijn eigen familieverleden, maar ook uit zijn eigen leven. „Mijn grootvader was een bevindelijk gelovige. Op bepaalde momenten leefde hij in het besef dat de zichtbare wereld slechts 'schijn' was. De buitenwereld bestond wel, maar het ging hem om het contact tussen God en zijn eigen ziel. In het Nederlandse protestantisme is dit een sterke stroming. Dat Jezus ooit in Betlehem geboren werd, is van secundair belang. Het gaat erom dat Hij in jouw hart geboren wordt! Volgens de theoloog Van Ruler, mijn leermeester, is dit een geweldige ontsporing in het christendom. De ketterijen van de vrijzinnigheid zijn hierbij slechts kinderspel, zei hij." In discussies op het kerkelijke erf is het ervaren van een 'intieme nabijheid' met God een regelmatig opduikend thema. De ervaring van God door de vernieuwende aanwezigheid van de Heilige Geest speelde de afgelopen tien jaar een grote rol. Valt dit allemaal onder de mystiek, die door Vreekamp met argwaan wordt bekeken? „Ik oordeel niet over het individuele beleefde `goede gevoel' dat mensen ervaren in een kerkdienst, een gebedsmoment of tijdens een geloofsconferentie. Maar daarna? Ga je met die verrijkende innerlijke ervaring weer de buitenwereld in? Heb je oog voor je naaste, voor de wereld om je heen? Ik vind de psalmen wat dit betreft heel belangrijk. Zitten die nog in het pakket? Dat is de lakmoesproef. In de psalmen is de notie 'nabij God te zijn' verbonden met de wereld, met de geschiedenis, met leed en vreugde. Ik heb begrepen dat in tal van evangelische gemeenten de psalmen niet meer gezongen worden. Waarom niet? Passen ze niet in het geloofsklimaat? Als dat het geval is, mag je je de vraag stellen of je met je hang naar innerlijke ervaring niet over een grens bent gegaan." Mystiek en mythe ontkennen heeft geen enkele zin, benadrukt Vreekamp. „Je moet de leeuw in de bek kijken. In Psalm 82 worden de goden van het heidendom erkend. Ze bestaan! God gaat met hen in gesprek, uiterst kritisch: wat doen zij met kwetsbare mensen, met de wezen en de weduwen? Staan zij in voor recht en gerechtigheid? Dat is een kritische notie, ook richting onszelf. Wij zijn christenen uit de heidenen en kennen die bijbelse noties van huis uit - van 'nature' - niet. Ze komen van buiten op ons af: in het Evangelie, dat onopgeefbaar verbonden is met de Schriften van Israël." Geef je er rekenschap van dat het heidendom in jou huist, luidt Vreekamps slotsom. „Mythe en mystiek liggen ons na aan het hart, in welke vorm dan ook. Dit inzicht daagt wanneer het eigene van de bijbelse openbaring tot je door begint te dringen." |