Nederlands Dagblad - 20 januari
2005
Gemeenteopbouw in allerlei soorten en maten
door onze redacteur Daniël Gillissen
EDE - Er zijn heel veel gemeenteopbouwmodellen in Nederland. De Christelijke Hogeschool Ede organiseerde gisteren een gemeenteopbouwdag waar modellen en werkwijzen van een aantal gemeenten werden besproken. Behalve dat de vertegenwoordigers hun kerkverband of gemeenteopbouwmodel in rap tempo schetsten, gaven zij ook kort voor- en nadelen, en uitdagingen en bedreigingen aan. Na elke presentatie bespraken de zeventig deelnemers in kleine groepen het model.
Evangelisch Werkverband
Bij de vernieuwingsbeweging binnen de Protestantse Kerk in Nederland zijn duizenden mensen actief betrokken, aldus predikant-directeur Hans Eschbach. Gemeenten die zich thuis voelen bij het Evangelisch Werkverband zijn veelal missionair gericht en werken met kleine kringen. Dat gebeurt ook in de Gereformeerde Kerk (onderdeel PKN) in Musselkanaal, aldus de voormalig predikant Gert de Ruiter. Het voordeel van kleine groepen is volgens hem dat er meer aandacht is voor persoonlijke geloofsgroei. De traditie die er in 'EW-gemeentes' is, zorgt er volgens De Ruiter voor dat niet over elk detail hoeft te worden nagedacht zoals in evangelische gemeenten. ,,Belangrijk is om gebruik te maken van de ruimte die er binnen een traditie is.''
De zwakte in Musselkanaal was volgens De Ruiter dat het voortbestaan van de gemeente tot doel was verheven. Een eventuele terugloop in aantal gemeenteleden geeft volgens hem juist ruimte voor vernieuwing. Daar zijn de overblijvers dan eerder toe geneigd, hoewel bij veranderingen altijd mensen blijven afhaken, weet De Ruiter.
Vergadering van Gelovigen
De Vergadering van Gelovigen is een moeilijk te duiden groep, vindt Joost de Jager van de Vergadering in Amsterdam. De bezoekers willen zich niet registreren en daarom is onduidelijk hoeveel mensen er precies naartoe gaan. Hij schat in dat er honderd groepen zijn met gemiddeld zestig mensen.
In de jaren negentig is veel veranderd in de Vergadering, aldus Bennie Sloetjes, leider van een Vergadering in Westendorp. Van mannen en vrouwen die door elkaar gingen zitten tijdens de dienst tot meer ruimte voor beleving en instrumentale begeleiding. Sinds die tijd zijn gemeenten gaan werken met verschillende gemeenteconcepten, zoals Schwarz en Willow Creek en sinds kort Doelgerichte Gemeente.
Volgens Sloetjes is er in de Vergadering vaak weinig visie. ,,Wij zijn erg met onszelf bezig.'' Ook is er weinig missionaire gerichtheid en vormt de vergrijzing van de leden een probleem.
De sterke kanten van de Vergadering zijn volgens Sloetjes dat gebruik wordt gemaakt van gaven en talenten, dat er sinds kort meer samenwerking is met medechristenen en er meer stabiliteit is gekomen door het aanstellen van leiders. ,,Maar door de afwezigheid van een strakke organisatie zijn er nog steeds ongekende mogelijkheden om gezonde structuren aan te brengen en diensten eigentijds vorm te geven. Al je gemeentedromen kun je in de Vergadering waar maken.''
Verenigde Pinkster- en Evangeliegemeenten
Het verband van gemeenten is een paar jaar geleden ontstaan uit een fusie tussen volle-evangelie- en pinkstergemeenten, vertelt Ab Meerbeek, voorganger gemeente in Alphen aan den Rijn. Het begin van de pinkstergroepen in Nederland ligt in 1958 toen evangelist T.L. Osborn door een aantal manifestatie in Den Haag een opwekking bewerkstelligde.
De Verenigde Pinkster- en Evangeliegemeenten tellen inmiddels 128 gemeenten met negentienduizend leden. ,,Het is een groeiende denominatie wereldwijd, maar in Nederland helaas nog niet'', zegt Meerbeek. Toch liet hij een tabel zien waaruit bleek dat het verband in 2004 vijftienhonderd leden meer telt dan 2003. Het streven is om in 2009 25.000 leden te tellen.
Sterk punt van de Verenigde Pinkster- en Evangeliegemeenten vindt Meerbeek de aandacht voor het werk van de Heilige Geest, de aandacht voor evangelisatie en ,,de sterke opleiding'': de Azusa-bijbelschool aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Maar met de interne contacten en de maatschappelijke betrokkenheid is het slecht gesteld.
Het wereldwijde kerkgenootschap Assemblies of God - waar de Pinkster- en Evangeliegemeenten bij horen - werkt met het gemeenteopbouwproject We build people (Wij bouwen mensen). Gemeentegroei is volgens Meerbeek het gevolg van gezonde gemeente. De ideale balans in een gemeente is volgens hem vijftig procent organisatie en vijftig procent Geest. We build people is voor een groot deel gebaseerd op Doelgerichte Gemeente van Rick Warren. Daar is het werk van de Heilige Geest aan toegevoegd. ,,Het is geen succesformule, maar wel een bijbels patroon en hulpmiddel om Gods plan voor je leven te ontdekken.''
Het goede van deze methode is volgens Meerbeek dat het mensen uitdaagt en mensen vraagt om hernieuwde toewijding. ,,De zwakte is dat de hele gemeente zich moet inzetten en de methode een gedegen voorbereidingstraject vraagt. Het kost een aantal jaren om We build people te integreren in de gemeente.''
Unie van Baptistengemeenten
De federatie bestaat uit negentig gemeenten - met twaalfduizend leden - waarvan een groot deel zich in het noorden van het land bevindt, vertelt dr. René Erwich van de theologische opleiding. De Unie is bezig met een proefproject om ,,gemeenten te helpen doelgericht te werken aan de opbouw en groei van het lichaam van Christus''. Gemeenten kunnen met de Unie een contract aangaan om hulp te krijgen van een gemeenteopbouwwerker. Erwich vindt het sterk dat gemeenten hun autonomie daarmee iets opgeven.
De gemeenten gebruiken verschillende modellen. ,,Vaak geldt de regel: wat werkt is waar.'' Daar is Erwich het echter niet mee eens, want het gevolg kan zijn dat te veel hypes worden gevolgd. ,,Het is een zwakte dat gemeenten niet weten wat het betekent om met een model aan de slag te gaan.''
De angst van Erwich is dat er te weinig relatie bestaat tussen gemeenteopbouwmodellen en visie op de gemeente. ,,Dat moet verder worden ontwikkeld.'' Het model Doelgerichte Gemeente legt volgens hem bijvoorbeeld te veel nadruk op management. ,,Daardoor komt de spiritualiteit onder druk. Hoe vinden wij een evenwicht? Modellen moeten een geestelijk hart hebben.''
Doelgerichte Gemeente
Hoewel Doelgerichte Gemeente nog maar anderhalf jaar oud is in Nederland, is het concept al best bekend, vindt voortrekker Jan Baan. Volgens Rick Warren, de schrijver van het boek, hangt gemeenteopbouw samen met vijf kenmerken: aanbidding (de relatie tussen gemeente en de Here God), discipelschap, gemeenschap, taak (wat doe jij als gemeentelid) en evangelisatie/zending. ,,De definitie van groei is gezond zijn'', aldus Baan. ,,Als een lichaam gezond is, is groei een logisch gevolg.''
De sterkte van het model is de eenvoud. ,,Ik heb heel veel mensen horen zeggen dat Warren niets nieuws zegt. Dat klopt, maar hij weet het wel simpeler, helderder en op een doeltreffende manier onder woorden te brengen. Mensen zeggen: nu zien wij de samenhang tussen verschillende onderdelen.'' Een ander voordeel is dat er geen charismatische leider nodig is. Gemeenteleden moeten er samen voor gaan. Warren ging een jaar weg uit zijn gemeente en alles ging gewoon door en de gemeente bleef groeien, illustreerde Baan zijn stelling. Een zwakte is volgens hem dat Warren weinig aandacht geeft aan de Heilige Geest en dat vanuit de volwassendoop wordt geredeneerd. Ook is de plaats van de kerkenraad in het proces onduidelijk.
G12
Het doel van G12- is ,,het winnen van zielen en het maken van discipelen'', aldus Michiel Sandman van de Berea-gemeente Haarlem. Het gemeentemodel komt uit Colombia. ,,De gemeente waar het is ontwikkeld, telt vijftigduizend cellen waar minimaal tien mensen bij horen. Niemand weet precies hoe groot de gemeente is.''
Het belangrijkste principe van G12 is het vormen van kleine groepen van ongeveer twaalf personen. Dat getal is afgeleid van de twaalf discipelen die Jezus om zich heen verzamelde. ,,Iedere gelovige moet uiteindelijk leider van een groep zijn.''
Jan Pool, leider van G12 in Nederland, benadrukt dat hij niet verliefd is geworden op de structuur die Sandman schetst. ,,Je moet het hart ontdekken en dat kun je niet in Nederland doen. Ik heb de visie van G12 zien werken en die werkt wereldwijd.''
Met G12 kun je een complete gemeente bouwen, vindt Sandman. ,,Bovendien kent het een goede balans tussen theorie en praktijk en zorgt het model ervoor dat een gemeente in korte tijd discipelen kan maken.'' Het nadeel is wel dat G12 een enorme aanslag doet op de tijd van de gemeenteleden, aldus Sandman.
Natuurlijke gemeenteontwikkeling
Natuurlijke gemeenteontwikkeling is ontwikkeld door Christian Schwarz. Hij heeft met zijn plan vooral de kwaliteit van gemeenten willen meten, vertelt Paul de Kloe. De Kloe introduceerde in Egypte bij verschillende gemeenten de principes van Schwarz. ,,Natuurlijke gemeenteontwikkeling is vooral een diagnose-instrument: hoe staat het met een gemeente.'' Inmiddels werken wereldwijd zo'n 35.000 gemeenten met Natuurlijke Gemeenteontwikkeling.
Het Schwarz-model is eigenlijk geen gemeentemodel. ,,Je kunt het niet kopiëren.'' De bedoeling is om met enige regelmaat de gemeente te evalueren. Als dan een bepaald onderdeel minder scoort, moeten gemeenteleden daaraan werken. De gemeente die Natuurlijke Gemeenteontwikkeling toepast, zal vijftig procent meer groeien dan anders het geval was, stelt De Kloe.
De sterke kanten van Schwarz zijn dat hij ,,eenvoudig en helder communiceert'' en dat internationale vergelijking mogelijk is. Nadeel is dat de werkelijkheid enigszins wordt vereenvoudigd.
|