www.vergadering.nu De Leesmap www.vergadering.nu
Profetisch Perspectief - mei 2006 - Uitgave van www.christenenvoorisrael.nl 

Apocalyptische scenario’s

Henk P Medema,

De koningen van de aarde en de groten en de oversten over duizend en de rijken en de sterken en elke slaaf en vrije verborgen zich in de holen en in de rotsen van de bergen, en zij zeiden tot de bergen en tot de rotsen: Valt op ons en verbergt ons voor het aangezicht van Hem die op de troon is en voor de toorn van het Lam; want de grote dag van hun toorn is gekomen en wie kan bestaan?
Openbaring 6:15 17

De voorspelde dingen komen uit, zeker en vast. Het ziet er alleen een beetje anders uit dan in de Openbaring, en daarom herkennen we de dingen niet. De komst van de Heer is als een dief: sinister, onvoorspelbaar, onvoorstelbaar. Wie Hem wachten, zijn wakker.

Apocalyptisch

Het laatste boek van de Bijbel is een verschrikkelijk eng boek. Ook al zou je verder niet zoveel kunnen uitleggen van wat er in het boek Openbaring staat, dan is het toch duidelijk dat het grootste deel daarvan griezelige taferelen bevat. Tal van kunstenaars zijn erdoor geïnspireerd. Dürer tekende de vier Ruiters van de Openbaring. De zeven zegels doen daarvoor niet onder: donderslagen, stemmen, bliksemstralen, aardbevingen, de zon wordt zwart en de maan als bloed, 'de sterren van de hemel vallen op aarde, de hemel wijkt terug als een boekrol en elke berg en elk eiland wordt van z'n plaats gerukt. Hagel en vuur, vermengd met bloed, worden op de aarde geworpen. Een grote arend vliegt midden in de hemel en zegt met luider stem: wee, wee, wee!

De sleutel van de put van de afgrond opent zich, en er komt rook uit, en uit de rook komen sprinkhanen voort, als paarden toegerust tot de oorlog; hun koning is de engel van de afgrond. En ze hadden vuurrode, donkerrode en zwavelkleurige harnassen en de koppen waren als leeuwenkoppen: twintigduizend tienduizendtallen. De twee getuigen staan op en als ze hun getuigenis voleindigd hebben, zal het beest dat uit de afgrond opstijgt, oorlog met hen voeren en hen overwinnen en hun doden, en hun lijken liggen op de straat van de stad, totdat ze na drieëneenhalve dag weer opstaan.

Een vrouw en een draak verschijnen. Een geweldig beest stijgt op uit de zee, en een ander uit de aarde, en het getal van het beest is 666. De oogst van de aarde is overrijp geworden, de engel van het vuur oogst de trossen van de wijnstok van de aarde; de wijnpersbak wordt buiten de stad getreden en er komt bloed uit de wijnpersbak, zestienhonderd stadiën ver. De schalen van Gods grimmigheid worden uitgegoten: er komt een boos en kwaadaardig gezwel aan de mensen die het merkteken van het beest hadden en zijn beeld aanbaden. De zee wordt bloed als van een dode, de waterbronnen worden bloed, de zon verbrandt de mensen met grote hitte, en het koninkrijk van het Beest wordt verduisterd, en zij bekeerden zich niet. Drie onreine geesten komen uit de mond van de draak en het beest en de valse profeet, en ze gaan uit naar de koningen van het hele aardrijk, om hen te verzamelen op de plaats die in het Hebreeuws Armageddon heet. Het is geschied! Er komen bliksemstralen en donderslagen en een grote aardbeving, en de grote stad valt in drie delen uiteen. Gevallen, gevallen is het grote Babylon!

Deze taferelen er zijn er nog veel meer zijn allemaal in de Volgorde waarin ze voorkomen, ontleend aan het boek Openbaring. Af en toe worden ze onderbroken door een oase: de 144.000; de grote schare die niemand tellen kan, bekleed met witte kleren en palmtakken in hun handen; de oorlog in de hemel die door Michaël en zijn engelen gewonnen wordt; de overwinning van het Lam en allen die Hem volgen; het lied van Mozes en van het Lam. De horrortaferelen vormen het duister dat contrasteert met het licht van de apokalupsis, de 'openbaring', wat het Griekse woord betekent: de zichtbaar wording van Hem die nu nog verborgen is.

Dit boek heet de 'openbaring van Jezus Christus' (Openb. 1:1), die Hij zijn slaven heeft gegeven om te tonen wat spoedig moet gebeuren. Het is niet een boek waarin de dingen worden verstopt, maar waarin de dingen worden geopenbaard.

De vraag is intussen wat al die taferelen betekenen. Ze komen vreemd en raadselachtig op ons over, ze doen ons vanzelfsprekend en onwillekeurig huiveren maar wat willen ze eigenlijk zeggen? Moeten we ze letterlijk interpreteren?

Dan zijn ze angstwekkend genoeg. Of hebben ze misschien een diepere, andere betekenis, weliswaar eindtijdelijk, maar worden ze zichtbaar op een symbolische (daarom niet minder vreselijke) manier, op een manier die wij dikwijls niet onderkennen?

De legerplaats zonder de heiligen

In de jaren zeventig schreef Jean Raspail zijn futuristische roman 'De Legerplaats der Heiligen', en Matthew Conolly en Paul Kennedy vatten die in het tijdschrift Atlantic Monthly samen. Dit zou er kunnen gebeuren, of iets nog veel ergers. Bootjes vol vluchtelingen vanuit Noord Afrika zouden op de Zuideuropese kusten landen, bij Menton, Monaco, Cannes, St. Tropez. Honderden, duizenden, tienduizenden, honderdduizenden zouden van boord gaan. Hun verwilderde blikken zouden de badgasten woest aankijken: geef ons van jullie welvaart, geef, gééf! En dóór zou het gaan, in een steeds aanzwellende stroom naar het noorden, naar Parijs, naar Brussel. De ellendigen zullen de aarde beërven. 'En zij kwamen op over de breedte van de aarde en omsingelden de legerplaats der heiligen...'

Zou zoiets kunnen? Grote delen van West Europa zijn post christelijk geworden. Je zou er opnieuw het evangelie moeten verkondigen. Voor Noord-Duitsland geldt dit, voor België, voor grote delen van Frankrijk, voor het platteland van Engeland, voor Spanje. Voor zover er nog een kerk is, is die 'irrelevant' geworden. Er zijn in Europa, als we dat wat breder zien, heel wat landen waar minder dan één procent evangelisch is: Albanië, Andorra, België, Bosnië, Bulgarije, Cyprus, Frankrijk, Griekenland, Italië, Kroatië, Luxemburg, Macedonië, Oostenrijk, Polen, Slovenië, Spanje, om er maar enkele te noemen.

Onder de honderden volken binnen de Europese landen, waarvan de meeste etnische minderheden zijn, is op z'n best voor een deel geëvangeliseerd, maar velen hebben het evangelie nog nooit gehoord. Men denkt maar aan de Roma minderheden, vooral in de Balkan staten; de vele ethnische minderheden van de Russische federatie; aan de vele moslim groepen uit het Midden Oosten, uit Noord Afrika, uit zwart Afrika, uit het zuidoosten van Europa, vooral Bosniërs, Albanezen en Turken.

De jongeren: in de meeste landen van Europa heeft het christendom vrijwel geen betekenis voor de jeugd. De christenen worden er beschouwd als een overblijfsel van een voorbije tijd, mensen die de vooruitgang tegenhouden. De spiritualiteit van New Age, een door oosterse religies gevormd wereldbeeld, en een fascinatie met het occulte hebben miljoenen afgehouden van het christendom. In de voorsteden van grote wereldsteden als Parijs en Berlijn, maar ook Rotterdam en Amsterdam, zijn ze zichtbaar en herkenbaar voor ons: rondzwervende losse jongeren, groepen die op roof en geweld en verkrachting uit zijn, mensen die niet meer op zoek zijn naar de zin van hun leven omdat ze die zoektocht al lang hebben opgegeven.

We houden het maar even bij Europa: hier moeten we onszelf al lang niet meer zien als een fort dat we nog wel even houden. Door de buitenwereld althans worden we niet meer als zodanig herkend. De apocalyptische taferelen komen over ons heen, maar dan wel over een leeggelopen christelijk erfdeel, waar we niets (of weinig) meer te vertellen hebben. Overigens is intussen op tal van andere plaatsen de 'Kerk' actief en groeiend: in Oost Azië, in China, in Nigeria, Oeganda, Kenya, Argentinië, Guatamala, en tal van andere landen. De Kerk verplaatst zich maar dat is een ander onderwerp.

Maar zouden ze kunnen komen, de armada van vluchtelingen? Zeker. Ze zijn al gekomen, in verbazingwekkende aantallen. Binnen vijftien jaar, zo lijkt het, is de profetie uitgekomen. De mensen zijn alleen niet per boot gekomen: ze komen dagelijks binnen per vliegtuig. Ze omsingelen ons niet, ze zijn er gewoon, met bleke, treurige gezichten, omringd door bureaucratie, al of niet met een status. We zijn ook niet meer de legerplaats der heiligen: de heiligen zijn bezig uit te sterven. En degenen die er nog zijn proberen de aanstormende vluchtelingenstroom nu met man of macht of slimmigheden buiten de deur te houden. Alles wat voorspeld was, komt uit. Het gaat alleen een beetje anders dan we dachten.

Gesloten deuren zonder gevangenis

Wij leven in een tijd waarin vormen van heidendom voorkomen die we helemaal niet kennen, en waarin we dus ook niet een apocalyptisch tafereel herkennen. Het laïcisme is een vorm van heidendom die we in onze tijd tegenkomen, maar waar we nog steeds niet aan gewend zijn.

Toen Ayaan Hirsi Ali, oorspronkelijk moslima, het Atheïstiscb Manifest van Herman Philipse uitlas, werd haar de hele wereld duidelijk: Allah bestaat niet, de andere goden bestaan ook niet, en de hel evenmin. De hemel stortte zich niet op haar neer en ze werd niet verlamd of waanzinnig doordat ze de toorn van Allah had gewekt; in plaats van verdoemd werd ze verlicht. In het vervolg gaat zij nu als heiden door het leven. Dat betekent niet dat ze daarmee aan anderen verbiedt om hun eigen religieuze opvattingen aan te hangen. Integendeel: laten ze dat maar rustig doen! Of ze nu moslim zijn, of katholiek, of Joods, of wat dan ook: iedereen mag zijn eigen set opvattingen erop na houden. Alleen: niet in het openbaar. Laat men zich ertoe beperken dat die in de binnenkamer worden beleefd, in de beslotenheid waar men alleen met God is, en eventueel met zijn geloofsgenoten.

Ayaan Hirsi Ali is de enige niet: ze deelt haar opvattingen met onder andere August Hans den Boef, Ronald Plasterk, Geert Wilders en vele anderen. Secularisatie is voor hen niet een maatschappelijk historisch feit, maar een politiek hoog gewenst doel. De klassieke grondrechten mogen ervoor worden afgeschaft, móeten dat zelfs. De religie moet worden teruggedrongen naar wat voor plek dan ook, als de deuren maar dicht zitten. Met een variant op Jezus' woorden, 'Gij, ga in uw binnenkamer', willen ze elke religie uit het straatbeeld verbannen. En dat onder de pretentie dat zij zelf bóven iedere vorm van religie staan. Alles mag, maar iedere god valt onder een algemeen verbod. Weet je wat: jullie gaan, lieve en aardige religieuze mensen, maar eens terug naar jullie binnenkamer. Dan maak je dáár maar uit wie er gelijk heeft, maar ons, verstandige en wijze intellectuelen, val je daar niet mee lastig. Is dat zo goed? Tot ziens dan! We horen het wel als je eruit bent met elkaar.

Het valt ons op wat een geweldige arrogantie er in dit standpunt zit. Wij atheïsten, wij geloven niets, en daardoor geloven we alles, want we hebben geen enkele optie uitgesloten behalve dan dat iets waar is. Jullie, christenen en moslims (en wie er nog meer bij komen) naar je hok!

We hebben ons, nog niet zo lang geleden, als christenen wel eens zorgen gemaakt over christenvervolging. We hebben elkaar, terecht, gewaarschuwd dat het daartoe zou kunnen komen. Beelden van de vroegere Sovjet-Unie, het huidige China en Noord Korea: invallen van de politie tijdens kerkdiensten, rammelende handboeien, gesloten gevangenisdeuren. Voorlopig lijkt het daar niet op. Waar het wel op lijkt, is dat er een nieuwe gevangenisdeur voor ons wordt opengezet: die van onze eigen binnenkamer.

Zien we wel wat er gebeurt? Er komen geen horden sprinkhanen op uit de aarde, om ons, tienduizend maal duizendvoud, te arresteren en gevangen te zetten. Intussen worden we wel gevangen gezet. Eerbiedig en mediterend gaan we de binnenkamer in, nee hoor, we zullen ons niet 
meer op de straat vertonen. Pardon, wat was dat voor een deur die daar achter ons dichtviel? Is het soms die van een gevangenis?

Virtualiteit zonder waarheid

We weten intussen dat het enige dat waar is, datgene is wat virtueel waar is. Het internet maakt de werkelijkheid uit. We weten van de gevaren van internet, en we horen wel eens wat van de problemen van cyberseks. Jonge meisjes gaan voor de webcam uit de kleren, en worden bedreigd door fanaten die verder en verder willen gaan. Er is geen echte relatie van liefde, er is zelfs geen echte seks in de zin dat twee mensen 'het' met elkaar doen, maar intussen worden die meisjes wél misbruikt.

Er zijn tal van dingen die er niet echt zijn. In feite kun je er helemaal niet meer van op aan of wat je ziet wel echt is. Mensen zijn misschien wel niet echt, gevoelens niet oprecht, beweringen niet waar, álles wat je in deze wereld aantreft, kan gelogen zijn.

Een bericht uit de krant: Google is om. De wereldwijde zoekmachine heeft toegang tot China en tot haar 1,3 miljard inwoners, maar ze zullen van het bestaan van Tibet niet horen, van de Dalai Lama niet, van de Falung Gong niet, van Taiwan niet. De virtuele zoeker van alles wat er te vinden is, heeft een aantal woorden buitengesloten van haar zoekvermogen.

Het is natuurlijk wel begrijpelijk dat Google overstag ging voor de eisen van de Volksrepubliek China. Er stond geld op het spel, heel veel geld. Beter een vogel in de hand dan tien in de lucht, en je kunt maar beter een paar concessies doen en dan toch maar ergens naar binnen komen. Toch?

Voor alle duidelijkheid: wat de firma Google nu doet, is simpel het weglaten van een paar woorden. Op die woorden kan niet gezocht worden. In feite zie je hier de macht van Google: wat zij niet vermelden, dat bestaat niet. Je kunt er zelfs niet eens naar zoeken. Het is geen vraag, het is een antwoord: het is er niet.

Dit is, bij mijn weten, de eerste keer dat een webmachine weigert bepaalde dingen op te zoeken. Misschien is dat ook niet zo, en heeft zich zoiets al vaker voorgedaan, maar zelden heeft een zo veelomvattende speler op de markt voor een zo groot deel van de markt de dingen afgegrendeld. We zouden het niet geweten hebben, want als iets niet bestaat, dan is het er óók niet. Jan bestaat ook niet, als Google ervoor kiest om hem niet te vermelden. Marie evenmin. En als het Google niet meer behaagt, bestaat de liefde ook niet meer. En waarheid, en zonde, en gerechtigheid, enzovoorts. En de Bijbel evenmin, en God niet, en Jezus ook niet.

Zien we, opnieuw, wat er gebeurt? Er valt niet een grote ster uit de hemel, brandend als een fakkel, op een derde deel van de rivieren en op de bronnen van de wateren. We noemen die ster niet Alsem, en het gaat niet zo dat een derde deel van de wateren alsem wordt. Maar er gebeurt wel heel wat anders, en niet minder griezelig, en we hebben het nauwelijks in de gaten. We denken: o, is dat nou zoveel bijzonders? Een zoekmachine die sommige woorden niet meer zoekt? Maar vele, vele mensen stierven door de wateren, omdat zij bitter waren gemaakt. Niet vandaag, het valt mee. Morgen gebeurt het pas. 


Deze is de antichrist, die de Vader en de Zoon loochent

In 1968 werd de Nederlandse editie gepubliceerd van het boek van Alexander Mitscherlich, De vaderloze maatschappij, en in 2002, vlak voor zijn dood, schreef Pim Fortuyn De verweesde samenleving. De titels zeggen alles al: daar gaat het over, over een samenleving waarin zelfs de man die zondags het vlees snijdt afwezig is. Op dit moment wordt er een wereld voor ons geopend zonder vaders. Maar ook de religie is een religie zonder vader. De islam is de opkomende religie van vandaag en wij worden opgeroepen om die te respecteren. Dat is helemaal terecht. We weten trouwens niet zo heel precies wát we met eerbied moeten behandelen, want de islam bestaat niet. Er wordt op heel veel manieren in de Koran gelezen en de heilige traditie geïnterpreteerd. Maar met respect behandelen, zullen wij alle moslims.

Wat hebben echter alle moslims gezamenlijk waar we niet aan mogen raken? Dat is de vaderloosheid van hun godsdienst. Allah is heel veel en van alles meer, maar geen Vader. Nu hoeven we dat niet aan te nemen en we kunnen voor onszelf blijven geloven dat de God van onze Heer Jezus Christus nog altijd de Vader is, door Hem geopenbaard. Maar we worden wel geacht daarover te zwijgen tegenover de moslim, want sirk, het ‘geven van genoten', het toekennen aan Allah van Iemand die Hem gelijk is, dat is het ergste wat je als moslim kunt doen.

Brengen wij dus het evangelie aan moslims, dan doen we dat niet aan de hand van Johannes 3:16, want voor hem is dat geen 'goede boodschap'. Een moeilijke route, want op welk moment komen we daar dan wél op terecht, op de openbaring van de Vader, die het centrum uitmaakt van het christendom?

De manier waarop wij aan moslims het evangelie brengen is nu niet ons onderwerp, en ik laat dat ook graag over aan mensen die op dat punt meer deskundigheid in huis hebben. Maar zien we wel dat hier de kern van het evangelie onzichtbaar gaat worden? 'Deze is de antichrist, die de Vader en de Zoon loochent' (1Joh.2:22). De zon wordt verduisterd als een haren zak. Het wordt stil op straat, wij zeggen niets meer. In de binnenkamer kun je het nog wel horen, maar daarbij blijft het dan en op den duur vergeten we dat het überhaupt nog zo is, dat er een Vader, een Zoon, een heilige Geest is, en dat de openbaring van de God van het christendom de openbaring van een communiteit is, de relatie van liefde.

Zeg ik daarmee dat de islam de antichrist is? Nee, ik zou het niet weten. Maar ik weet wel dat de duivel is neergekomen met grote grimmigheid, wetend dat hij weinig tijd heeft. We zien niet uit de mond van de tegenstanders drie onreine geesten van demonen komen als kikkers, geesten van demonen die tekenen doen en die uitgaan naar de koningen van het hele aardrijk (Openb.16:13) maar Armageddon is de plaats waar het naar toe gaat. 'Zie, Ik kom als een dief!’ ‘Hier is de volharding van de heiligen die de geboden van God en het geloof in Jezus bewaren.'

Henk P. Medema is publicist en uitgever

De Leesmap-index


 

www.vergadering.nu