www.vergadering.nu De Leesmap www.vergadering.nu

15 november 2008 - Voorpagina en twee binnenpagina's in het Nederlands Dagblad - www.nd.nl

Voorpagina:
Twijfel over toekomst Vergadering

Foto ND
door onze redacteur Daniël Gillissen


BARNEVELD - De Vergadering van Gelovigen valt uit elkaar. De onderlinge samenhang tussen gemeenten is vrijwel weg, een aantal gaat verder als gewone evangelische gemeenten.



Opinieleiders twijfelen openlijk aan de toekomst van de beweging. Dat blijkt uit een analyse van de zogenaamde Broederbeweging die het Nederlands Dagblad vandaag publiceert....

Opinieleiders twijfelen openlijk aan de toekomst van de beweging. Dat blijkt uit een analyse van de zogenaamde Broederbeweging die het Nederlands Dagblad vandaag publiceert.

De verbrokkeling van de Nederlandse Vergadering van Gelovigen zette begin jaren negentig in. Een vernieuwingsbeweging kreeg voet aan de grond waardoor allerlei nieuwe vormen ingang vonden, zoals andere liederen en muzikale begeleiding. In dezelfde tijd verdwenen de 'werkende broeders', een groep mannen die fulltime de Vergaderingen langstrok en zorgde voor enige samenhang en gelijkvormigheid. Ook de bloeiende conferenties waarop honderden mensen afkwamen, raakten uit de gratie.

Inmiddels zijn de gemeenten niet alleen verschillend, ze hebben nog nauwelijks contact met elkaar. De ene Vergadering is niet meer te onderscheiden van een gewone evangelische gemeente, terwijl de andere juist stevig vasthoudt aan de aloude beginselen van de beweging.

Dat zorgt voor spanningen. De ene helft uit kritiek op de stilstand in een deel van de Vergadering, de andere helft moet niets hebben van de charismatisch-evangelische invloeden die zichtbaar zijn. Ook de bekende opinieleiders vallen elkaar aan. De broers Johan en Jaap Fijnvandraat vinden Willem Ouweneel geen betrouwbaar Bijbeluitlegger meer. Samen met anderen denken ze erover Ouweneel op te roepen zich niet langer als voorman van de Vergadering te presenteren.

Ouweneel vindt op zijn beurt dat grote vernieuwingen niet zijn te verwachten van oude mannen en typeert de kritiek van de Fijnvandraten als ,,een dolksteek in de rug''.

Henk Medema en Ouweneel twijfelen beiden aan de toekomst van de Vergadering. Ouweneel: ,,Over 25 jaar kent niemand de geschiedenis van de Vergadering nog.'' Medema vergelijkt de Broederbeweging met de dorre doodsbeenderen uit het Bijbelboek Ezechiël. ,,Een deel van de Vergadering is zo te karakteriseren.''.....

[ Lees deze inleiding (met foto's) in het ND... ]

Lees reacties op het artikel onderaan deze pagina, klik hier...


Vervolg van de voorpagina (hierboven):

Broederbeweging verbrokkelt

In de Vergadering van Gelovigen is de afgelopen vijftien jaar veel veranderd. Dat geldt niet voor elke plaatselijke Vergadering, maar het geheel van de zogenaamde Broederbeweging toont de gevolgen van een turbulente tijd: scheuring en verbrokkeling. Bekende leiders twijfelen openlijk aan de toekomst van de ooit min of meer eensgezinde Vergadering. De onderlinge samenhang tussen de ruim honderd gemeenten is goeddeels weg na een decennium waarin meer op de schop is gegaan dan de honderdvijftig jaar ervoor.

door onze redacteur Daniël Gillissen

BARNEVELD - De Vergadering van Gelovigen neemt vanouds in christelijk Nederland een aparte plaats in. Op weinig punten is de beweging te vergelijken met een gewone kerk. Ze noemt zich principieel geen kerkgenootschap - geen organisatie, maar organisme - en kent geen ambten, geen predikanten en geen leden. Een christen is namelijk alleen lid van het lichaam van Christus. Formeel is er dan ook geen ledenadministratie en geen adressenlijst van Vergaderingen. De kleine beweging is bekend in christelijk Nederland. Dat komt vooral door mannen als Willem Ouweneel, Henk Medema, Dato Steenhuis en de broers Johan en Jaap Fijnvandraat. Zíj gaven de broederbeweging een gezicht door zich nadrukkelijk ook buiten de Vergadering te laten horen.

Buitenstaanders zagen de Vergadering van Gelovigen in het verleden ais 'een beetje sektarisch' vanwege de geslotenheid. Een grote familie - vaak letterlijk - die zich afzijdig hield van andere christenen uit angst verontreinigd te raken. Anderzijds was er ook waardering voor de orthodoxe visies en de sterke nadruk op Bijbelstudie.

Tot ongeveer vijftien jaar geleden verloopt de zondagse dienst in tachtig tot negentig procent van de Vergaderingen ongeveer hetzelfde. Elke week wordt het avondmaal gevierd. Mannen en vrouwen zitten gescheiden - vrouwen getooid met een hoofddoek of hoed. Behalve de aanvangstijd ligt er niets vast. Het ideaal is namelijk dat de Heilige Geest de leiding heeft. Mannen 'maken' met elkaar ter plekke de dienst, vrouwen zwijgen. De een geeft een lied op uit de eigen bundel Geestelijke Liederen, een ander wil ook vers 2 en 3 zingen. De voorzanger zet in, de anderen zingen uit volle borst a capella en vierstemmig mee. Als het tijd is voor de preek, staat een man op die vanuit zijn persoonlijke Bijbelstudie een Bijbelgedeelte behandelt - waarbij nadrukkelijk aandacht is voor de wederkomst van Christus.

Dat was de tijd dat de neuzen min of meer dezelfde kant op stonden. De oude breuk tussen 'open' en 'gesloten' lag er natuurlijk. Een klein deel van de Vergaderingen liet alle Bijbelgetrouwe christenen aan het avondmaal, bij de anderen mochten in de praktijk alleen eigen broeders en zusters meedoen met de broodbreking. De verhouding tussen de twee blokken lag helder; bovendien waren de meeste Vergaderingen 'gesloten' - dat gold voor ruim tachtig procent. Onderling was er weinig contact.

Het verschil open-gesloten speelt nauwelijks meer. In de loop van de jaren negentig is informeel besloten weer samen op te trekken. Sommige vroegere 'open' Vergaderingen zijn zelfs meer ‘gesloten` dan een aantal vanouds 'gesloten' Vergaderingen. Het beeld van de Vergadering van Gelovigen is niet langer eenduidig. Een nieuwe grove indeling komt neer op een driestromenland: een linkerflank, een middengroep en een rechterflank.

Wat in de Vergadering gebeurt, ondergaan veel kerken in deze tijd: een beweging van eenvormigheid naar diversiteit. De vormgeving van samenkomsten verandert, er worden andere liederen gezongen en de vrouw krijgt meer verantwoordelijkheid in de gemeente.
Bij de Vergadering komen de gevolgen van deze veranderingen door het ontbreken van een formele structuur, zoals een landelijke synode, harder aan. „Niets is kerkrechtelijk verplicht", vertelt Henk Medema. „Iedereen doet wat hij wil."

De forse linkerflank verliest meer en meer typische Vergaderingkenmerken. Vrouwen mogen liederen opgeven en gebeden verzorgen, oudsten krijgen de leiding in de gemeente, voor een deel van de zondagse diensten worden sprekers gevraagd, de wekelijkse viering van het avondmaal staat onder druk. Langzaamaan gaan gemeenten verder als 'gewone' evangelische gemeente, deels als charismatische versie.

De kleine rechterflank, formeel afgescheiden van de rest van de Vergadering, houdt stevig vast aan de aloude beginselen van vergaderen. De toekomst van deze afgescheidenen hangt voorai af van de vraag of de jonge generatie zich op termijn thuis voelt bij deze richting.

De traditionele middengroep is vrij klassiek in de vormgeving van de diensten. Veel gemeenten kampen met discussies over vernieuwingen. Er zijn gemeenten door gescheurd, zoals Ermelo. Dat is zeldzaam. Meestal schuiven degenen die harder lopen, door naar een Vergadering aan de linkerflank. Zij die elke verandering als een verlies zien, komen bij de 'afgescheidenen' terecht.

Na zich een aantal vernieuwingen eigen te hebben gemaakt, blijft waarschijnlijk een uitgedunde middengroep over, die probeert in het Vergaderingspoor voort te gaan.

Dutch Five
Hoe is dit zo gekomen?
Vanaf begin jaren negentig doen zich binnen korte tijd verschillende ontwikkelingen voor. Zo komt de Nederlandse Vergadering, traditioneel nauw verweven met broeders en zusters in het buitenland, geïsoleerd te staan van Vergaderingen in de rest van de wereld. Dit is mede het gevolg van een stevige brief van de vijf bekende 'Vergaderingleiders' over een kwestie in Oostenrijk. Daar zijn door het werk van een evangelist tientallen samenkomsten ontstaan. De Vergadering in Duitsland wil van een aantal `gesloten' Vergaderingen maken. De Nederlandse voormannen vinden dat te dwingend. De bemoeienis van de 'Dutch Five' komt hen op een stevige vermaning vanuit het buitenland te staan. Afspraken voor spreekbeurten over de grens komen te vervallen; de verhoudingen raken ernstig bekoeld. In Nederland richten Vergaderingen zich, mede daardoor, op de contacten met andere groepen christenen.

In dezelfde tijd blijken steeds meer Vergaderingmensen zich te willen ontworstelen aan de in hun ogen verstarrende beweging. „De koers van de Vergadering was aan het verrechtsen", vertelt Dato Steenhuis. „De exclusiviteit van de Broederbeweging kwam te veel op de voorgrond." Dat past niet in een tijd waarin de Evangelische Omroep juist verbroedering brengt en in de Vergadering buiten de eigen kring wordt gekeken.

Begin jaren negentig ontstaat een gemeentelijke vernieuwingsbeweging die onrust over de traditionele weg en de zoektocht naar nieuwe vormen kanaliseert via de Betteldconferentie in Zelhem. „De Betteldconferentie voorzag in een enorme behoefte", herinnert Willem Ouweneel zich, die samen met Dato Steenhuis en Henk Medema de voortrekkersrol vervulde. Al gauw trekt de jaarlijkse meerdaagse samenkomst twaalfhonderd bezoekers, ruim tien procent van het totaal aantal aanhangers van de Vergadering.

In de eerste jaren is de conferentie een bruisend en borrelend event voor progressieven die de Vergadering van hun tijd als 'verstard' en 'vastgeroest' typeren.

Culturele vanzelfsprekendheden van de Vergadering komen ter discussie. Het bruine huis krijgt een nieuwe kleur, zoals dat in die tijd heet. Andere liederen dan de oude vertrouwde bundel Geestelijke liederen, zoals Opwekking, doen hun intrede, net als muzikale begeleiding bij het zingen. Vrouwen doen hun hoofdbedekking af, mannen en vrouwen zitten niet langer apart. „Het was verfrissend", blikt een bezoeker van de eerste jaren terug. „Er gingen handen omhoog, er kwamen nieuwe sprekers en de nieuwe vormen raakten je." De organisatoren stimuleren bezoekers kritisch na te denken over hun gemeente-zijn en 'ballast' overboord te gooien. Beleving komt centraal te staan in een gemeenschap waar de ratio tot dan toe de boventoon voert.

Noodklok
Deze ontwikkelingen zijn voor de conservatieve kant van de Vergadering onacceptabel. Met als gevolg een scheuring - passend bij de Vergaderingtraditie om nadrukkelijk afstand te nemen van het kwaad. „We konden de vernieuwingen niet herkennen als de stem van de goede Herder", kijkt Tony Jonathan, een van de afgescheiden broeders, terug. „Wij willen niet antivernieuwing zijn, conservatisme is niet ons doel. Wel toetsen we elke vernieuwing aan de Schrift” Het al dan niet gescheiden zitten van mannen en vrouwen is dan bijvoorbeeld geen breekpunt; tornen aan het hoofddoekje veel.

In de middengroep leeft waardering voor de afgescheidenen. De traditionele kenmerken van de Vergadering waarvoor de conservatieven staan, vindt de middengroep ook belangrijk. Toch is er nauwelijks contact; de bezwaarden houden afstand. Jonathan ziet de ontwikkelingen in de breedte van de Vergadering met lede ogen aan. „Wij buigen ons voor de Heer en erkennen ons falen. De wissel is om. Het verval in het christendom beïnvloedt ons ook."

Locale steun
De Vergadering verbrokkelt door de ongelijktijdigheid waarin gemeenten vernieuwingen omarmen en door de afscheiding van de rechterflank. Niet dat Vergaderingen niets samen doen. Er zijn zo'n twintig stichtingen landelijk actief. Een van de grootste is stichting Nehemia, die de zendingsfinanciën voor zo'n tachtig Vergaderingen coördineert. In totaal brengen de gemeenten rond de vierhonderdduizend euro per jaar op om ongeveer veertig zendingwerkers, onder wie een aantal echtparen, te onderhouden. „Deze samenwerking functioneert best. De achterban is redelijk stabiel, hoewel de inkomsten iets afnemen", zegt voorzitter Jaap van Kampen. Nehemia verzorgt ook de communicatie tussen zendelingen en gemeenten. Daarvoor dient het blad Berichten, waarin ook allerlei andere informatie een plek krijgt, zodat Vergaderingsmensen enigszins van elkaars reilen en zeilen op de hoogte kunnen zijn.

Een veelgenoemde oorzaak van de verbrokkeling is het verdwijnen van de 'werkende broeders'. Dit typische Vergaderingfenomeen komt in de eerste helft van de jaren negentig door groeiende verschillen van mening definitief ten einde. De groep van vijftien tot twintig mannen die de verschillende Vergaderingen langs trekt voor onderwijs, begeleiding en pastoraat - de officieuze leiders van de Vergadering van Gelovigen -staat al langer onder druk, maar nu gaat het echt niet meer. Daarmee valt een stabiele factor weg omdat de mannen met hun autoriteit zorgen voor enige samenhang en gelijkvormigheid onder de Vergaderingen. ,,Als je van de leer afweek, kreeg je een werkende broeder op bezoek. Dan had je heel wat uit te leggen", herinnert iemand zich.

Ook de conferenties - een ander bindmiddel in de Vergadering - raken uit de gratie. Bloeiende conferenties waar honderden mensen naartoe komen, moeten het met veel minder bezoekers doen of stoppen. Voor de middengroep resten twee samenkomsten: de voorjaarsconferentie in
Amerongen en de najaarsconferentie in Voorburg.

Een paar weken geleden kwamen daar zo'n negentig bezoekers op af, veel minder dan de bijna vierhonderd van een aantal jaren geleden. Vooral mannen van middelbare leeftijd en ouder zitten samen met een paar vrouwen en jongeren in de gymzaal van een lyceum. Nadat een broeder een Bijbelgedeelte uit 1 Koríntiërs vers voor vers heeft behandeld, mogen anderen hun inzichten delen. „Ik mis eigenlijk een uitgebreide behandeling van vers 35", begint een van hen. „Hier proberen wij het analytische denken levend te houden", legt voorzitter Cor Bunk uit.„Wij willen, kleinschaliger dan vroeger, vasthouden aan Bijbelstudies met body.” Waar de Bijbelkennis in de Vergadering niet meer van het niveau is ais in het verleden, wordt hier nog ouderwets gestudeerd.

Ook de Betteldconferentie, inmiddels Betelconferentie geheten, ontkomt niet aan de teloorgang en raakt in de loop van de jaren driekwart van de bezoekers kwijt. Rond de millenniumwisseling is het vernieuwen van de Vergadering een uitgekauwd onderwerp en haken mensen af. Ze kijken verder en bezoeken conferenties als Opwekking en New Wine of meer charismatisch-evangelische versies. „De Betelconferentie heeft zichzelf eigenlijk begraven", concludeert Medema, nog steeds voorzitter van het bestuur. „Logisch, want doordat wij in reactie op het exclusivisme benadrukten dat de Vergadering niet zo belangrijk was, gingen mensen breder kijken"

Vloeiende overgang
Het verlagen van de grens tussen de Vergadering van Gelovigen en de brede evangelische beweging is goeddeels op het conto van de Betelconferentie te schrijven. Deze ontwikkeling heeft voor de toekomst de meest ingrijpende gevolgen. Op individueel niveau is de trek naar `gewone' evangelische gemeenten al langer zichtbaar, maar ook gemeenten schuiven langzaamaan op.

Christengemeente Het Keerpunt in Bolsward en Christengemeente De Wingerd in het Achterhoekse Westendorp zijn voorbeelden van gemeenten die balanceren op de grens. Westendorp besluit in 2007 zich om te dopen van Vergadering tot Christengemeente, omdat deze aanduiding beter uitdrukt waarvoor de gemeente wil staan. De gemeente heeft meer contact met christenen in de omgeving dan met Vergaderingen elders in het land, vertelt oudste Bernard Huinink. Driekwart van de sprekers komt op uitnodiging, deels uit de evangelische beweging en af en toe een predikant uit een traditionele kerk. „Het sektarische imago hebben we afgeworpen door activiteiten te organiseren, bijvoorbeeld samen met de plaatselijke Protestantse Gemeente, en door mee te draaien in een voorgangersoverleg van verschillende kerken.”

Waar Westendorp vanwege bepaalde kenmerken nog een Vergadering te noemen is, geldt dat niet voor Evangelische Gemeente Rehoboth in Stadskanaal. Vanuit het motief van kerkgroei is de Vergadering omgevormd tot een gewone evangelische gemeente, zegt voorganger Jan Brouwer. Er zijn op zondag vaste voorgangers, het wekelijkse avondmaal is afgeschaft.
„Stadskanaal was vanouds een open Vergadering", vertelt Brouwer. „Daar was altijd meer aandacht voor evangelisatie dan in de gesloten Vergaderingen. Vanwege deze achtergrond konden wij ook gemakkelijk uitgroeien tot evangelische gemeente." Gezien de groei van het aantal leden, werkt de aanpak. Vijfjaar geleden waren er zestig, nu zo'n tweehonderd; deels groei uit andere kerken, maar ook van buitenaf. Brouwer: „Dat had nooit gekund als wij een Vergadering waren gebleven met preken die zich richten op de eigen groep en elke zondag avondmaal, een gebeuren dat zich niet bij uitstek leent voor mensen van buitenaf."

Charismatisch
De uiteenlopende meningen in de Vergadering hebben hun weerslag op de verhouding tussen de opinieleiders in eigen kring. Ze waren het niet altijd eens, maar nu groeien ze echt uit elkaar. Waar de broers Johan en Jaap Fijnvandraat vanouds op de linkerflank zaten, bevinden zij zich in de nieuwe verhoudingen rechts van het midden. Henk Medema en Willem Ouweneel zitten op de linkerflank. Dato Steenhuis is inmiddels actief in de evangelische wereld, maar moet niets hebben van de charismatische invloeden die Ouweneel en Medema de Vergadering hebben binnengebracht. „Wim Ouweneel is mij aan de linkerkant enorm voorbij aan het jagen. Hij gaat veelal verder dan Jan Zijlstra. De nuances zijn weg. Mijn probleem met het charismatische is het ik-gerichte. Het is een soort welvaartsevangelie: ‘ik wil beter worden, mijn situatie moet beter'. Ik mis het verlangen de Here Jezus beter te leren kennen."

De Fijnvandraten zijn sterk afwijzend. Zo schreef Jaap op zijn website naar aanleiding van Ouweneels boek Seks in de kerk: „Mijn vertrouwen in broeder Ouweneel als Bijbelleraar was vroeger erg hoog. Dat vertrouwen liep in de laatste jaren diverse kneuzingen op veroorzaakt door wat hij schreef in Nachtboek van de ziel en Geneest de zieken!. Wat hij in Seks in de kerk schrijft (uiteindelijk accepteren van homoseksuele stellen in de gemeente, red.), heeft echter een fikse deuk in mijn vertrouwen veroorzaakt. Ik kan hem in een bepaald opzicht moeilijk nog langer als een betrouwbaar Bijbeluitlegger zien. Hoe erg ik dat ook betreur!! Vaak bid ik voor hem dat hij mag terugkeren van de extreme opvattingen die hij in de laatste jaren onder ons (en daarbuiten) ventileert, tot de gezonde wijze van Schrifttoepassing die zijn vroegere boeken kenmerkt."

Ouweneel laat weten niet van plan te zijn een andere koers te varen in deze „spannende tijden". Volgens hem gebruikt God in deze tijd charismatisch-evangelische mannen als Bert Piet, Jan Sjoerd Pasterkamp, Anthon van der Laak, Wilkin van de Kamp en Jaap Dieleman om zijn wil bekend te maken. Bij hen wil Ouweneel graag in de buurt zijn. „Als de regenbui losbarst, wil ik kletsnat worden."

De Betelconferentie - die minder dan driehonderd bezoekers trekt - heeft het roer omgegooid in meer charismatische richting. In haar nieuwe visie staat verwoord dat de bevrijdings- en genezingsbediening een plek krijgen tijdens de conferentie. Medema: „Wij kunnen veel leren van de charismatische beweging. "Tegelijk wil hij minder ver gaan dan de charismatici die Ouweneel - net vertrokken uit het Betelbestuur - als dé mannen van deze tijd ziet. „In de extreem-charismatische hoek is vaak gebrek aan reflectie. Wij slikken niet alles voor zoete koek." Ook doet Betel het rustiger aan, aldus Medema. „Wij willen bezoekers niet in het water van de Heilige Geest plonzen, maar bij de hand nemen en tot God en Christus brengen via de Heilige Geest. De manier waarop God mensen bindt, is veel behoedzamer dan het kanongebulder dat je in charismatische kring ziet."

Steenhuis houdt zich afzijdig van de discussie hierover. In vriendengesprekken met Ouweneel en Medema - „ik was altijd een soort mentor van Henk" - komt het wel ter sprake, maar hij accepteert „dat de sporen uiteen lopen".

De Fijnvandraten en anderen in hun omgeving kijken daar anders tegenaan. Ze denken erover Ouweneel gezamenlijk op te roepen niet langer namens de Vergadering te spreken. Johan: „Hij is geen voorman van de Vergadering meer." Het gaat hen vooral om de beeldvorming. Over de invloed van Ouweneel in de Vergadering maken ze zich niet zoveel zorgen. „Zijn invloed is minder dan in het verleden. Mensen merken zijn zigzagbeweging op."

Bezoekers van de conferentie eind oktober in Voorburg vinden het nuttig Ouweneel een halt toe te roepen. Ze hebben moeite met de weg die hij gaat. Een van de bezoekers verhaalt dat hij bij een Zwitserse Vergadering aan het avondmaal is geweigerd vanwege Ouweneels standpunten. „Nederland is door hem omstreden in het buitenland."

Geen toespraak
Ouweneel kan overigens hetzelfde overkomen als hij in de Vergaderingen komt van broeders die de conferentie in Voorburg bijwonen. „Ik zou geen avondmaal met deze man kunnen vieren", vertelt een van hen. „Met zijn standpunten heb ik zeer veel moeite." Een ander vindt dat Ouweneel als medegelovige het avondmaal kan meevieren, maar dat in de Vergadering die hij bezoekt de broeders waarschijnlijk zullen vragen geen toespraak te houden. De Fijnvandraten hebben dezelfde mening. „Wij zouden hem ontvangen, avondmaal vieren en hem vragen zijn mond te houden", aldus Jaap Fijnvandraat. Ouweneel reageert laconiek: „Ik pieker er niet over deze samenkomsten te bezoeken."

Tot nog toe krijgt Ouweneel uit de Vergadering geen georganiseerde kritiek. In Andries Radio van de EO vertelde hij onlangs: „Ik kan volkomen frank en vrij schrijven, ik hoef voor niemand bang te zijn."

De kritiek dat hij niet namens de Vergadering moet spreken, wuift hij nonchalant weg. „Vanuit mijn historie, gevoelen en wortels ben ik door en door Vergadering. Principieel ben ik door en door oecumenisch christen. Ik kom overal waar mensen van Jezus houden. Welke naam dat heeft, is voor mij irrelevant."

Voorman van de Vergadering wil Ouweneel niet meer zijn. „Maar zo zien mensen mij wel. En als ze mij een reactie vragen omdat ze mij representatief vinden, dan ga ik daarop in. Ik wil echter een geestelijke smaakmaker zijn, een voorman van christelijk Nederland."

Over de Fijnvandraten is hij kort. „Bij grote vernieuwingen kun je niet rekenen op mensen van boven de zeventig en zeker niet van boven de tachtig jaar. De Fijnvandraten hebben mij vaak tegengewerkt met hun opmerkingen, die voelden als een dolkstoot in de rug. Een nieuwe generatie moet zich altijd profileren om op te vallen. Ouderen dulden dat niet."

Brief

Vragen over de toekomst van de Vergadering leven bij iedereen. In de rechterflank leeft zorg over wat komen gaat. „Als we niet met een voornemen van het hart dicht bij Hem blijven en ons bekeren, zal de Heer ons uit zijn mond spuwen", waarschuwt Tony Jonathan. „Dit geldt voor hen die zich afgescheiden hebben en voor hen die gebleven zijn." Wat betreft aanhang blijven de afgescheidenen „vrij stabiel op een kleine duizend", schat Jonathan. „Het lukt redelijk jongeren vast te houden. We hebben verschillende goed bezochte jongerenweekenden."

De middengroep is het positiefst over het voortbestaan van de Vergadering. Maar het gemis van de werkende broeders is sterk. Jaap van Kampen van zendingsstichting Nehemia herkent dat gevoel. „Het overzicht en opzicht is niet meer zoals vroeger", concludeert hij. „Elke Vergadering zoekt haar weg in deze tijd en dat kan best heftig zijn. Het is goed als iemand van buitenaf dat proces begeleidt."

Medema heeft vorig jaar september met twee bevriende broeders gepoogd iets soortgelijks van de grond te krijgen. In een brief aan dertig gemeenten boden de drie zich aan als hulp. De helft van de gemeenten reageerde, vertelt Medema. „In zo'n tien situaties heeft dat tot enige vorm van hulp geleid."

In de linkerflank wordt de afstand met de Vergadering steeds groter. Werkende broeders kunnen daar echt geen verbetering in brengen, denkt Harry Sleijster, verzamelaar van Vergaderinggegevens op zijn site vergadering.nu. „Ik denk dat je dan veel discussies krijgt. Eenheidsworst maken lukt echt niet meer." Steenhuis, voorganger van een evangelische gemeente, ziet daar eveneens niets in. Hij heeft zijn handen van de beweging afgetrokken. „Sommigen willen de Vergadering nieuw leven in blazen. Daaraan doe ik niet mee."

Ouweneel is nog verbonden met de Vergadering, maar het touwtje is dun. Hij komt zo'n zes keer per jaar op zondag in zijn gemeente in Utrecht. In zes andere Vergaderingen spreekt hij op zondag en nog enkele bezoekt hij doordeweeks. „Er zijn meer gemeenten die willen dat ik op zondag kom, maar zonder mij aan te kondigen. Ze willen dat ik gewoon opsta als het tijd is om te spreken. Daar begin ik niet aan." Verder preekt hij overal, van „zwaar charismatisch tot PKN".

Medema heeft zich inmiddels wat naar de zijlijn gemanoeuvreerd. Hij preekt regelmatig in Vergaderingen en voelt zich thuis in De Ontmoeting in Apeldoorn, maar is er geen `oudste' meer. De discussies die in de Vergadering worden gevoerd, heeft hij gehad. „De Vergadering is niet meer de plek waar dingen gebeuren, het is vooral de plek waar dingen niet gebeuren. Er is geen vooruitgang." Ouweneels conclusie is dat de Vergadering haar belangrijkste functie heeft gehad. „Rond 1850 was de Vergadering hip, de beweging zette vernieuwing in gang. Evangelischen halen de Vergadering nu in. Over 25 jaar kent niemand de geschiedenis van de Vergadering nog."

Een nieuwe beweging die Medema sterk aanspreekt, is die van de emerging church. „Die heeft wel iets weg van de begintijd van de Vergadering: het gebeurt zoals het gebeurt, zonder regels, zonder beperking, met Jezus in het middelpunt. Alleen veel meer gericht op de wereld dan de Vergadering ooit was."

Medema waarschuwt voor de stilstand die hij in de Vergadering signaleert. In het voorwoord van het begin dit jaar verschenen boek Ik zie eert leger van Floyd McClung trekt hij een vergelijking tussen de Vergadering en het dal van dorre doodsbeenderen in Ezechiël. „Het is een tamelijk extreem beeld, bedoeld om mensen wakker te schudden. Een deel van de Vergadering is zo te karakteriseren. Ze zijn blij dat het doorgaat zoals altijd. Dat is stilstand en stilstand is erg. Je hebt levend potentieel onder je hoede, daarmee moet je werken." Johan Fijnvandraat vindt dat Medema deels gelijk heeft. „Van Vergaderingen die volledig zijn vastgelopen in de traditie, gaat weinig uit. Als ze hun aanvangstijd moeten aanpassen, vergaderen ze daar eerst vier keer over. Maar de verwijzing naar de doodsbeenderen gaat erg ver. Volgens mij ligt Medema's visie hieraan ten grondslag. Als het niet charismatisch is, zou er niets van uitgaan? Het spijt me wel. Dat gaat er bij mij niet in."


Werkende broeders

De Vergadering van Gelovigen kende lange tijd de 'werkende broeders'. Een groep van vijftien tot twintig mannen die de verschillende Vergaderingen langs trok voor onderwijs en begeleiding. Van de groep maakten mannen deel uit als Henk Heykoop, C.J. Vink en Herman Wilts. Vijf van hen hebben de Vergadering bekend gemaakt: Johan en Jaap Fijnvandraat, Henk Medema, Willem Ouweneel en Dato Steenhuis.

Johan Fijnvandraat (85) en Jaap Fijnvandraat (82)
De broers Johan en Jaap Fijnvandraat worden vaak in een adem genoemd. Tientallen jaren hebben ze het evangelie verspreid, vooral in het noorden van Nederland. Beiden groeiden op in de Vergadering van Gelovigen. Zestig jaar geleden, in 1948, stapte Johan fulltime in de straatprediking. Zijn broer volgde hem tien jaar later. Ze evangeliseerden onder meer met een mobiele zaal, bestaande uit twee voormalige stadsbussen met een vijf meter brede tussenconstructie waardoor een ruimte voor honderd mensen ontstond.
Samen met anderen zetten de Fijnvandraten tal van activiteiten op. Zoals jeugdkampen van stichting Oase, stichting Wat zegt de Bijbel, die schriftelijke Bijbelcursussen verzorgde en de evangelische boekhandelketen De Fakkel. Op dit moment bevinden de Fijnvandraten zich vanwege hun leeftijd en de kwakkelende gezondheid van Jaap wat aan de zijlijn van het gebeuren. Spreken doen ze nauwelijks meer. 
De website www.jaapfijnvandraat.nl, waarop vierduizend Bijbelstudies en artikelen staan, trekt dagelijks honderd bezoekers met uitschieters naar achthonderd.
Johan heeft acht kinderen waarvan er vier een Vergadering bezoeken. De vier kinderen van Jaap bevinden zich allemaal nog binnen de Vergadering.

Henk Medema (58)
Henk Medema is opgegroeid in de Vergadering van Gelovigen. Al dertig jaar lang runt hij Uitgeverij Medema in Vaassen., vanouds de huisuitgever van de Vergadering van Gelovigen. Medema is de opvolger van Voorhoeve dat ooit de kring van de Vergadering bediende. Door de uitgeverij speelde Medema een centrale rol in de Vergadering. Hij fungeerde vaak als informele woordvoerder. Dit jaar hief hij het 150 jaar oude Bijbelstudieblad Bode op, vanouds gericht op de Vergadering. Daarvoor in de plaats kwam Bodem - een blad dat de Bijbel en de actualiteit met elkaar moet verbinden.
Medema heeft vier kinderen waarvan een nog een Vergadering bezoekt.

Willem Ouweneel (64)
Willem Ouweneel - zijn collega broeders hebben het over Wim - is de bekendste van de vijf. De bioloog, filosoof, theoloog, hoogleraar/docent, prediker en publicist, zoals hij zichzelf omschrijft op zijn website www.willemouweneel.nl, groeide op in de Vergadering. Hij promoveerde drie keer, schreef meer dan honderd boeken, verzorgt vele spreekbeurten in het land - soms wel acht per week - en treed op bij tal van conferenties en bij de Evangelische Omroep.
Op dit moment werkt hij aan een dogmatische reeks waarvan de eerste delen inmiddels verschenen zijn. Ouweneel heeft vier kinderen, geen van allen bezoekt nog een Vergadering.

Dato Steenhuis (71)
Dato Steenhuis groeide op in de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt). Vanwege de Israëlvisie - de kerk had de plaats van Israël ingenomen - raakte hij los van het kerkgenootschap. Via zijn vrouw kwam hij in de Vergadering terecht. Naast zijn gewone werk verzorgde hij Bijbelstudies. Op zijn veertigste gaf hij zijn baan op en trad hij toe tot de kring van werkende broeders.
De Ezra-gemeente in Nijverdal die Steenhuis leidt, is een evangelische gemeente. Hij verzorgt nog gemiddeld dertig spreekbeurten in de maand.
Steenhuis -zijn gelijknamige neef was vroeger procureur-generaal - heeft drie kinderen waarvan er twee een Vergadering bezoeken.


`Ik voel mij thuis'

Joop Elbers (72)
New Life Vergadering van Gelovigen in Rotterdam-West
„Wat mij sterk aanspreekt in onze vorm van samenkomen is het algemeen priesterschap, waar broeders (en soms zusters) gezamenlijk het verloop van de samenkomst verzorgen: inbreng van liederen, tekstlezing, danken en bidden en woordverkondiging, alles onder leiding van de heilige Geest. Vroegere argumenten om ons te laten voorstaan op exclusiviteitsgevoelens als gelovigen 'die het weten', hebben we in Rotterdam-West de laatste tien jaar omgeruild voor een besef dat hetgeen wij in de gemeente beleven niet berust op onderscheidingsvermogen, traditie, gewoonte of prestatie, maar louter op de grote genade van onze God.
Zo waren wij zeer selectief en restrictief in wie wel en wie niet aan het avondmaal mocht deelnemen. Theoretisch konden christenen van andere kerken wel meedoen, maar in de praktijk ging dat niet op. Een verdrietige situatie, zeker voor gelovigen uit ons midden die wel eens familieleden uit de kerk meebrachten. Wij zien in dat we daar opener in moeten zijn."

Jan Mannee (46)
Vergadering van Gelovigen Ermelo
„Mijn vrouw en ik hebben zo'n vijftien jaar geleden heel bewust de overstap gemaakt van een traditionele kerk naar de Vergadering. Onze kinderen werden groter en we vonden het steeds moeilijker een aantal zaken die bij de kerk hoorden aan hen uit te leggen. De wijze van Schriftuitleg in de Vergadering sprak ons erg aan. Daar kwam bij dat een kerkelijke hiërarchie ontbrak. Later bleek de Vergadering ook weer zijn eigen regeltjes en wetjes te hebben. Wat mij in onze huidige gemeente aanspreekt, is dat we niet star blijven vasthouden aan de beginselen uit de begintijd van de Vergadering, maar proberen een eigentijdse en naar buitengerichte gemeente te zijn. We zingen voor het merendeel uit de Opwekkingsbundel, begeleid door piano en soms gitaar.
Omdat we een lekengemeente zijn, hebben we onlangs een aantal preekworkshops georganiseerd. Doel was om het niveau van de prediking omhoog te brengen. Nu volgen we met achttien gemeenteleden de cursus Verantwoord Bijbelgebruik van de Evangelische Theologische Hogeschool. Hierin worden met name verschillende methoden van Bijbellezer en -studie bekeken en gepraktiseerd."


Janneke Krijtenburg (15)
Vergadering van Gelovigen Voorburg
„Ik voel mij thuis in de Vergadering. Het is fijn om er naar toe te gaan. Elke zondag naar de dienst gaan is niets vergeleken bij wat God heeft gedaan voor mij. Ik vind het belangrijk dat iemand die een woord van God heeft gekregen dat aan ons vertelt. Een dominee wordt ervoor betaald. Bij ons preken de mannen uit vrije wil. Dan weet je voor honderd procent zeker dat iemand het niet alleen interessant vindt maar de boodschap met zijn hart gelooft. Ik vind het fijn om te zingen. Wij zingen uit Geestelijke liederen en een aanvulling met Opwekking erin. Dat doen we a cappela waardoor je heel goed leert zingen. Het is mooi, maar bij Opwekkingsliederen is pianobegeleiding wel mooi. Er wordt nu over gepraat of we dat gaan doen of niet. In onze Vergadering zijn zo'n zeven jongeren van mijn leeftijd. Ik heb ook contact met jongeren van andere Vergaderingen. Vorig weekend ben ik in Oost-Souburg geweest, waar jaarlijks het Spoorzoekweekend wordt georganiseerd. Daar kunnen veertig jongeren aan mee doen, het is altijd vol. Ik was er voorde vierde keer. Zo'n weekend is leuk, dan ontmoet je weer nieuwe vriendinnen."

Wim Klein Haneveld (63)
Vergadering van Gelovigen in Putten
„De Vergadering spreekt mij aan omdat een aantal Bijbelse aspecten over het samenkomen van gelovigen terug te vinden is in de samenkomsten, zoals 'een ieder heeft iets', 'vermaant elkander en bouwt elkander op', de wekelijkse 'verkondiging van de dood van de Heer', het avondmaal, de christocentrische prediking en de levende verwachting van de spoedige wederkomst van Christus.
Door op deze manier samen te komen, stel je wel hoge eisen aan jezelf. je komt niet alleen samen om te consumeren, maar ook om (uit) te delen. Er is geen dominee/voorganger die de dienst voorbereid heeft, daar ben je dus met elkaar verantwoordelijk voor en dat geldt ook voor het pastoraat. Zoals iedereen zich kan voorstellen, is het voorbereiden, schrijven en houden van een goede preek een intensieve en tijdrovende aangelegenheid. Die moeten de broeders zichzelf wel 'gunnen', en dat valt in deze drukke tijden niet mee. Dit alles betekent dat Vergaderingen in deze tijd nooit 'volkskerken' zullen en kunnen worden. De aantallen blijven per definitie klein wat als voordeel heeft dat de onderlinge contacten dieper en frequenter zijn."

Bron: www.nd.nl



Reacties

1. Reactie van Willem Ouweneel en Henk Medema:
      in het Nederlands Dagblad van 21 november 2008

Yes, He can
     De 'Broederbeweging' verbrokkelt: het proces wordt in deze krant op zaterdag 15 november helder beschreven. Je wordt er niet blij van, maar het is wel wáár en voor de waarheid moeten we onze ogen niet sluiten.
     Wat we óók helder in beeld moeten houden is dit: dat het in wezen niet erg is dat de 'Broederbeweging' afkalft, omdat de 'Broeders' vanaf het begin nooit iets anders wilden zijn dan gewoon christenen. Niets meer, niets minder. Juist geen andere kentekenen of scheidslijnen, omdat dát in de optiek van de 'Broeders' een gemeenteverband nu net - in mindere of meerdere mate - sektarisch maakt. Dat eenvoudige begin waren wij als 'Broeders' vergeten en we waren ongemerkt zelf een denominatie geworden: the Brethren . Dan wordt het tijd dat we maar met gezwinde spoed plaatsmaken voor wat de mensen in de wortel van de beweging zelf wilden - al doet dat nu natuurlijk pijn. Anderen passeren ons aan alle kanten, en richten zich (bijvoorbeeld in de Emerging Church ) op de kern van dat eenvoudige christendom dat de 'Broeders' in het begin voor ogen stond.

De honden blaffen, maar de karavaan trekt verder, zegt het spreekwoord. Het gaat erom dat er een beweging van God is. Stond de 'Broederbeweging' allang stil? Láát ze dan maar stoppen, maar Gods 'kerkvergaderend werk' (om het mooi gereformeerd te zeggen) gaat gewoon door. Er is meer in Góds toekomst dan in óns verleden.

Andere kerken 
Gods werk gaat gewoon door. Het is evenmin verblijdend, maar toch wel intrigerend om te zien dat zich een soortgelijk proces in allerlei denominaties voltrekt, van vrijgemaakten tot bonders, van pinksterbeweging tot PKN, van gereformeerde gemeenten tot charismatische gemeenten. Wij mogen wel zeggen dat we het landschap redelijk van binnen en van buiten kennen, en daar zien we soortgelijke ontwikkelingen.

Gedeelde smart is in dit geval geen halve smart, maar méér narigheid.

In dit artikel willen we dan ook niet de ellende nog breder uitsmeren, maar de vinger leggen bij drie kernpunten. Gebrek aan liefde tot elkaar, gebrek aan geloof in het werk van Christus, dat ondanks alles gewoon doorgaat, en gebrek aan hoop dat de Heilige Geest ook - of juist - in de eindtijd nog een bijzondere zegen voor ons heeft. Dat zijn de oorzaken van deze situatie. Nieuwe liefde tot Christus, geloof in de Vader, en hoop op de werking van de Geest zijn de sleutels voor de poort tot een nieuw perspectief voor de Kerk in Nederland.

Laat een enkel woord ons dat perspectief mogen geven, uit Mattheüs 18:19 : 'Ik verzeker jullie nogmaals: als twee van jullie hier op aarde eensgezind om iets vragen, wat het ook is, dan zal mijn Vader in de hemel het voor hen laten gebeuren. Want waar twee of drie mensen in mijn naam samen zijn, ben Ik in hun midden'.

Obama 
Dit is natuurlijk niet de plaats om van gedachten te wisselen over de onlangs gehouden Amerikaanse presidentsverkiezingen. Alleen maar om te laten zien hoe zo'n hoopvol perspectief mensen boven hun misère kan uittillen, mag nog eens herinnerd worden aan Barack Obama's gevleugelde woorden Yes, we can ! Als ingetogen calvinisten en evangelicalen vinden we dat al gauw ronkend klinken, blakend van een overmaat aan zelfvertrouwen. Maar als we in onze eigen gemeenten alleen maar somber naar de horizon turen en zeggen No, we cannot! - dan sluiten we alle mogelijkheid af voor God om wonderen te gaan doen in de vastgelopen kerkelijke situatie in Nederland. Goed, laten we dan niet zeggen dat wíj het kunnen. Maar laat er dan toch tenminste het geloof in onze God en Vader zijn om tegen elkaar te zeggen: Yes, He can! En de hoop op de werking van de Geest: Yes, He will! Met de liefde tot de Heer Jezus, omdat het om Hem gaat en om zijn belangen, en omdat het niet alleen maar om ónze warme sfeer in ónze gemeenten gaat. Het gaat om de heelheid, de hulp, het heil, de heerlijkheid die van de Heer via ons in deze wereld terecht moet komen.

Nieuwe vormen 
We zien niets in een ons vastklampen aan het 'zo unieke gedachtegoed van de broeders', net zoals we niets zien in het streven van sommige gereformeerde predikanten om toch vooral het 'gereformeerde gedachtegoed' vast te houden. Integendeel, we zien alleen iets in het samen zoeken naar het schriftuurlijk gedachtegoed in heel nieuwe, eigentijdse vormen. Terugkijken naar het verleden helpt niets. De scheuring tussen 'Open en Gesloten Broeders' repareren? De Vrijmaking reconstrueren? De Doleantie helen? Kom nou. Al die brokstukken van de kerkgeschiedenis (en nog veel meer) stemmen ons alleen maar tot eindeloze treurnis. Verbrokenheid van hart is de enige houding die past bij de verbrokenheid van de kerk - maar dat brengt ons niet verder als we tegelijk niet alles van God verwachten. En daarbij kijken we niet nostalgisch terug, maar in blijde verwachting vooruit - naar wat God in onze tijd in ons land werkt.

De wolkkolom blijft noch in de Vergaderingsoase noch in de gereformeerde oase hangen. Hij trekt altijd weer verder. De vraag is alleen of we mee willen trekken, of dat we willen blijven hangen in de ons vertrouwde oases - waar de wolkkolom intussen allang weg is.

De tempelbouwers in de tijd van Ezra en Nehemia zijn te prijzen om hun project, maar dat project is niet wat de eigenlijke zegen bracht. Tegenover de totale verbrokenheid van mensen staat de totale belofte van God, en die organiseer je niet zélf eventjes, die komt over je heen. Het Koninkrijk van God is het beste dat ons kan overkomen.

Willem Ouweneel en Henk Medema hebben een leidende rol in de Vergadering van Gelovigen.

Bron: Nederlands Dagblad van 21 november 2008...


2. Reactie van Jacques en Joke van der Bijl:
        in het Nederlands Dagblad van 21 november 2008

        [ N.B.: In de (papieren) krant stond een verkorte versie van dit 'Ingezonden'.
                   Hieronder vindt u de volledige reactie van Van der Bijl.]
Tot onze schrik en verbazing lezen wij dat broeder Willem Ouweneel in sommige vergaderingen van de middengroep, waar wijzelf deel van uitmaken, al niet eens meer welkom is aan het avondmaal. Is dat zo ? Is er in de vergaderingen, die vanaf het begin belijden samen te komen op de grondslag van “eenheid van het lichaam van Christus" een nieuwe scheuring in de maak ? Moeten we nu gaan kiezen "voor of tegen" Ouweneel ? Waarschuwt de Schrift ons niet nadrukkelijk voor een dergelijke vorm van sectarisme ? Moet aan het rijtje namen van 1 Kor 1:13 ("Ik ben van Paulus, ik van Apollos, ik van Kefas...") nu ook toegevoegd worden: “Ik ben voor/tegen Ouweneel” ? Als dat zich voordoet – de Heer verhoede het - dan willen wij nadrukkelijk behoren bij de partij “die geen partij wil kiezen”. Laten we dan horen bij de “beproefden”, die aan deze onbijbelse groepsvorming geen deel willen hebben (1 Kor 11:19)! 

In Frankrijk, waar wij jarenlang gewoond hebben, kon ik tot voor kort zeggen: op conferenties zijn de Nederlandse broeders het soms “hartelijk” met elkaar oneens, maar zij blijven elkaar wel liefhebben en respecteren als broeders in de Heer en arbeiders voor Hem. Is dat definitief voorbij ? De nieuwe anti Ouweneel/charismatische tendens is ook tragisch. Juist “bevrijdingsbediening” hebben we in onze tijd zo heel hard nodig. Met hoeveel gebondenheid worden we vandaag de dag niet geconfronteerd ! Juist in deze tijd hebben we het zo heel hard nodig om “schouder aan schouder in uw wijngaard te staan” zoals dat prachtige lied zegt.

Broeders en zusters, laten we leren van de geschiedenis en bewust samen de keus maken om niet opnieuw de weg van verdeeldheid en scheuring op te willen ! Onze Heer Jezus stierf om de verstrooide kinderen van God tot één te vergaderen (Joh 11:52) en gaf zijn Heilige Geest om ons tot één lichaam te dopen (1 Kor 12:13). Laten we ook denken aan zijn woorden vlak voor zijn kruislijden “Opdat zij allen één zijn” (Joh 17:21,23). Het doet pijn om te constateren dat het streven naar die bijbelse eenheid soms meer leeft bij onze “charismatische” broeders dan bij “ons”. Laat het samenkomen “op de grondslag van de eenheid van het lichaam van Christus” weer echt realiteit mogen worden, hoe groot de onderlinge verscheidenheid dan verder ook moge zijn. Dat alleen is tot Zijn eer.

Jacques en Joke van der Bijl
Den Haag


De Leesmap-index


 

www.vergadering.nu