Israel, 27 maart 2015
door Caroline Glick
Woensdag kondigde de gemeente Jeruzalem het uitstel aan van de plannen om 1500 appartementen te bouwen in de wijk Har Homa.
Ambtenaren gaven geen verklaring voor deze plotselinge ommekeer. Maar dat was ook niet nodig.
Uiteraard is de bouw van appartementen voor Joden in Jeruzalem geblokkeerd in de hoop de Amerikaanse president Barack Obama te
kalmeren.
Maar is er wel enige reden om te geloven dat hij kan worden gekalmeerd? Vandaag de dag geeft het Witte Huis sneller veroordelingen
van Israël af dan de VN.
Om te bepalen hoe om te gaan met wat er gebeurt, moeten we de aard begrijpen van wat er gebeurt.
Allereerst moeten we begrijpen dat de regeringsvijandigheid weinig te maken heeft met acties van Israël.
Zoals Max Boot woensdag in The Wall Street Journal uitlegde: de regeringsvijandigheid tegenover Israël is een functie van Obama's
twee strategische doelen, die beide zichtbaar zijn sinds hij aantrad: een heroriëntering van het Amerikaanse beleid in het
Midden-Oosten in de richting van Iran en uit de buurt van zijn traditionele bondgenoten Israël en de soennitische Arabische staten,
en het beëindigen van de strategische alliantie van de VS met Israël.
In de
afgelopen zes jaar hebben we gezien hoe Obama consequent en geleidelijk stappen heeft ondernomen om deze twee doelen te bevorderen.
In de richting van Iran heeft hij een onverstoorbare vastberadenheid om hen te ondersteunen in het terrorisme, de nucleaire
proliferatie, mensenrechtenonderdrukking en imperiums bouwende mullahs.
Te beginnen vorig jaar november, toen de deadline voor de nucleaire gesprekken tussen de VS en haar partners en Teheran naderde,
escaleerden Obama's pogingen om Teheran tegemoet te treden sterk.
Obama heeft de voorzichtigheid laten varen in een laatste wanhopige poging om de Iraanse dictator Ali Khamenei te overtuigen om een
deal met hem te ondertekenen. Vorige maand publiceerde de regering een top geheim rapport over de nucleaire
installaties van Israël. Vorige week publiceerde Obama's directeur van de nationale inlichtingendiensten, James Clapper, een
jaarlijkse beoordeling van de terrorismedreiging, die er niet in geslaagd is om ofwel Iran of Hezbollah te vermelden als
bedreigingen.
En deze week beschuldigde de Obama-regering Israël van het bespioneren van haar gesprekken met Iran om de leden van het Congres van
de details van de nucleaire deal te voorzien, die Obama en zijn adviseurs voor hen hebben geprobeerd te verbergen.
In de regionale context heeft de regering niets te zeggen betreffende de overname van de Bab el-Mandeb Strait en de Golf van Aden
door Iran deze week. Met zijn Houthi-proxy die nu verantwoordelijk is voor de strategische waterweg, en met zijn eigen controle over
de Straat van Hormuz, is Iran klaar om de marine-controle uit te oefenen over de twee knelpunten van toegang tot de Arabische olie.
De VS-regering staat de Iraanse sjiitische proxies bij in hun strijd om de krachten van de Islamitische Staat te verslaan in de
Iraakse stad Tikrit. Maar het heeft niets gezegd over de sjiitische slachtingen van soennieten die onder hun controle komen.
Parallel aan zijn eindeloze geduld voor Teheran heeft de Obama-regering Israël behandeld met een steeds toenemende vijandigheid.
Deze vijandigheid heeft zich onder andere gemanifesteerd door middel van het strategisch lekken van zeer geheime informatie, het
implementeren van een wapenembargo tegen de wapenexport naar Israël in tijden van oorlog, het beëindigen van een 40-jarige
overeenkomst om Israël te voorzien van brandstof in tijden van nood, het beschuldigen van Israël voor de afwezigheid van vrede,
het uiten van tolerantie en begrip voor het Palestijnse terrorisme, de indirecte steun voor de Europese economische oorlog tegen
Israël, en het verstrekken van indirecte steun voor de BDS-beweging door het voortdurend beschuldigen van Israël van slechte
bedoelingen en oneerlijkheid.
Dan is er de VN. Vanaf dat hij voor het eerst aantrad, heeft Obama gedreigd om steun voor Israël in te houden bij de VN. Tot op
heden heeft de regering een anti-Israël resolutie veto uitgebracht in de Veiligheidsraad van de VN en overtuigde de Palestijnen
geen andere ter stemming in te dienen.
In de maanden die aan deze acties vooraf gingen, buitte de VS-regering Israël's kwetsbaarheid uit door grote concessies aan de
Palestijnen af te dwingen.
Obama dwong Benjamin Netanyahu om zijn steun voor een Palestijnse staat aan te kondigen in september 2009. Hij gebruikte de
VN-bedreiging om Netanyahu te dwingen akkoord te gaan met onderhandelingen op basis van de wapenstilstandslijnen van 1949, en om
Joodse eigendomsrechten op Jeruzalem, Judea en Samaria te ontkennen, en om enorme aantallen terroristische moordenaars uit de
gevangenis vrij te laten.
Na de overwinning van het nationalistische volksdeel in de verkiezingen van vorige week bracht Obama de crisis in de betrekkingen
naar boven, die hij zelf heeft aangesticht. Hij heeft dat gedaan om twee redenen.
De eerste: volgende week is de deadline voor het tekenen van een nucleaire overeenkomst met Iran. Obama ziet Netanyahu als meest
welbespraakte en effectiefste tegenstander van de deal.
Zoals Obama het ziet: Netanyahu bedreigt zijn nucleaire diplomatie met Iran, omdat hij een unieke mogelijkheid heeft om zijn zorgen
over de deal te communiceren met de Amerikaanse wetgevers en het Amerikaanse volk, en hen te mobiliseren tot tegengestelde acties
van Obama, samen met hem. De brieven die 47 senatoren stuurden naar het Iraanse regime om de grondwettelijke beperkingen op de
presidentiële macht uit te leggen om verdragen te sluiten zonder de goedkeuring van de Senaat, evenals de brief aan Obama van 367
leden van het Huis waarin zij hun ernstige en dringende zorgen uiten over de inhoud van de deal die hij zoekt af te maken, zijn het
bewijs van Netanyahu's succes.
De tweede reden waarom Obama Israël is gaan bestrijden, is omdat hij de resultaten van de verkiezingen van vorige week als een kans
beschouwt om zijn anti-Israël en pro-Iraanse posities op de markt te brengen bij het Amerikaanse publiek.
Als Netanyahu de Amerikanen kan overtuigen om tegen Obama in te gaan betreffende Iran, dan is Obama van mening dat hij door
Netanyahu te verwijten de kansen voor vrede te vernietigen en hem een racist te noemen, en dat Obama in staat is om
voldoende steun van het publiek te winnen voor zijn anti-Israël beleid en de pro-Israël Democratische wetgevers te intimideren
zijn pro-Iraanse beleid te aanvaarden.
Daartoe heeft Obama aangekondigd dat de bedreiging, dat hij Israël zal verlaten bij de VN, nu een zekerheid is geworden. Er is geen
vredesproces, zegt Obama, omdat Netanyahu de euvele moed had om erop te wijzen dat er geen manier voor Israël is om met de
overdracht van Judea en Samaria een nieuwe terreurbasis te riskeren. Als gevolg daarvan, heeft hij het dan niet officieel gemaakt,
maar stapt hij af van het vredesproces en het aansluiten bij de anti-Israël muziekkaravaan bij de VN.
Gezien het besluit van Obama om af te zien van steun voor een onderhandelde vrede tussen Israël en de Palestijnen, en van
gerichtheid op ontspanning, wat Israël's goede vertrouwen toont, zoals joodse bouwstops, zijn niet meer relevant. Het schrappen van
plannen om appartementen te bouwen in Joodse wijken zoals Har Homa, zal geen verschil maken.
Obama heeft een punt bereikt in zijn presidentschap, waar hij bereid is om volledig uitdrukking te geven aan zijn plan om de
strategische alliantie tussen de VS en Israël te beëindigen.
Hij denkt dat door dit te doen, het zowel een doel op zichzelf is, en een middel om te slagen in zijn poging toenadering
van Iran te bereiken.
Gezien deze sombere realiteit, moet Israël naar manieren zoeken om de schade die Obama kan veroorzaken zoveel mogelijk te beperken.
Israël moet zich verzetten tegen het beleid van Obama, met behoud van haar betrekkingen met haar Amerikaanse supporters, inclusief
de Democratische achterban. Hiermee zorgt het ervoor dat het in staat is om zijn bondgenootschap met de VS te vernieuwen
onmiddellijk nadat Obama het kantoor verlaat.
Met betrekking tot Iran vereist een dergelijk beleid dat Israël optreedt met de door de VS versmade Arabische bondgenoten om Iran's
expansionisme en nucleaire vooruitgang te controleren. Het vereist ook dat Israël de sterke oppositie stimuleert tegen Obama's doel
om Israël te vervangen door Iran als belangrijkste bondgenoot van Amerika in het Midden-Oosten en Iran toe te staan nucleaire
wapens te ontwikkelen.
Betreffende de Palestijnen moet Israël het afzien van Obama's vredesproces zien als een kans om onze diplomatieke positie te
verbeteren door het resetten van onze betrekkingen met de Palestijnen. Sinds 1993 is Israël ingesloten door de hersenschim-belofte
van een "tweestatenoplossing".
Tegen het einde van 2000 had de meerderheid van de Israëli's herkend dat er geen manier is om de tweestatenoplossing te bereiken.
Er is geen weg naar vrede met de PLO te maken. Maar als gevolg van de afkeer van de opeenvolgende regeringen om een crisis te
riskeren in de betrekkingen met Washington, durfde niemand de mislukte tweestatenstrategie te verlaten.
Nu, met Obama die zelf het vredesproces dood verklaart, en het vervangt door een beleid van pure vijandigheid tegenover Israël,
heeft Israël niets te winnen bij het handhaven van een beleid dat haar de schuld geeft van de afwezigheid van vrede.
Ongeacht hoe hard Netanyahu zijn trouw verklaart aan de oprichting van een Palestijnse staat in Israël's hartland, Obama zal
doorgaan hem en Israël te hekelen als de vernietiger van de vrede.
De heersende 23 jaar oude opvatting onder ons leiderschap stelt, dat als we afzien van het tweestatenmodel, we de Amerikaanse steun,
in het bijzonder de liberale Amerikaanse steun, zullen verliezen. Maar de waarheid is ingewikkelder.
Geïnspireerd door het Witte Huis en het Israëlische Links, hebben de pro-Israël-democraten het nu moeilijk om te geloven in
Netanyahu's steunbetuigingen voor de oprichting van een Palestijnse staat. Maar degenen die liberale waarden van de mensenrechten
echt handhaven, kunnen worden overtuigd van de juistheid van Israëls overtuiging dat vrede momenteel onmogelijk is, en dat als
gevolg daarvan het tweestatenmodel op een laag pitje gezet moet worden.
We kunnen de steun onder zowel de Republikeinen als de Democraten behouden als we een alternatief beleid presenteren dat zinvol is,
bij het ontbreken van een optie voor een tweestatenmodel.
Een dergelijk beleid is het Israëlische soevereiniteitsmodel. Als de overheid een beleid hanteert van het toepassen van de
Israëlische soevereiniteit over Judea en Samaria in zijn geheel - zoals ik aanbeveel in mijn boek "De Israëlische Oplossing:
Een Een-staat-plan voor vrede in het Midden-Oosten", of gedeeltelijk, in zone C, zoals minister van Economie Naftali Bennett
aanbeveelt, dan zullen onze leiders in staat zijn om hun acties te verdedigen voor het Amerikaanse volk, met inbegrip van de
pro-Israël-Democraten.
Israël moet zijn beleid van soevereiniteit baseren op twee principes. Ten eerste is dit een liberaal beleid dat zal zorgen voor de
gelijke burgerrechten van de Palestijnen en Israëli's, en de Palestijnse levensstandaard verbeteren.
Ten tweede is een dergelijk beleid niet per se een langdurige of permanente "oplossing", maar het is een stabiel evenwicht
voor nú.
Net zoals het besluit van Israël om zijn wetten te laten gelden voor een verenigd Jeruzalem en de Golanhoogte in het verleden, niet
het voeren van onderhandelingen voorkwam over de mogelijke overdracht van de controle over deze gebieden aan respectievelijk de
Palestijnen en Syriërs, zo zal ook een administratieve beslissing om Israëlisch recht toe te passen op geheel of delen van Judea
en Samaria het pad voor de onderhandelingen met de Palestijnen niet blokkeren wanneer de regionale en interne Palestijnse
voorwaarden ze uitvoerbaar maken.
Het zelfbeschikkingsbeleid is zowel liberaal als strategisch levensvatbaar. Als de overheid het aanneemt, zal deze stap Israëls
geloofwaardigheid weer opbouwen en zal Israëls standpunt aan beide zijden van het gangpad in Washington behouden
blijven.
Nooit eerder heeft Israël te maken gehad met zo'n openlijk vijandige Amerikaanse regering. Inderdaad, tot 2009 werd zelfs nooit de
notie overwogen dat er een dag zou komen dat een Amerikaanse president liever een alliantie met het Iran van Khamenei zou aangaan,
tegenover zijn traditionele allianties met Israël en de soennitische Arabische staten. Maar hier zijn we.
Onze huidige situatie is onaangenaam. Maar het is niet het einde van de wereld. Wij zijn niet hulpeloos. Als we verstandig handelen,
kunnen we Irans nucleaire en regionale voortgang voorkomen. Als we moedig handelen, kunnen we onze alliantie met de Verenigde Staten
behouden, terwijl we een beleid aannemen ten aanzien van de Palestijnen, dat voor het eerst in decennia onze belangen en onze
liberale waarden op het wereldtoneel zal voortstuwen.
Oorspronkelijk gepubliceerd in The Jerusalem Post.
De schrijver is de auteur van The Israeli Solution: A One-State Plan for Peace in the Middle East [De Israëlische
Oplossing: Een Eén-Staat-Plan voor vrede in het Midden-Oosten].
(Vertaald door Harry Sleijster)