|
www.vergadering.nu Recensie-index www.vergadering.nu 4 RECENSIES  De boeken van W.J. Ouweneel
De openbaring van Jezus Christus, deel 1 4 . Friesch Dagblad, 17 augustus 1993 Velen hebben in de loop der eeuwen in dit boek willen lezen welke plannen God heeft met zijn schepping, vertelt de Heer ons hier hoe het verloop van de geschiedenis zal zijn, naarmate het einde van deze aardse bedeling in zicht raakt?
Theologen van groot formaat hebben heel diepgaande discussies gevoerd over de uitleg van talrijke gedeelten van het boek Openbaring. Het is een heel moeilijk te begrijpen boek. Maar moet je het daarom terzijde leggen? Het is niet in de Bijbel opgenomen om ongelezen te blijven. Is het te mysterieus om het te kunnen begrijpen? Voert de beschrijving van verborgenheden
tot het ten dele openbaren van geheimen van het Godsrijk? Het is zinvol het bijbelboek Openbaring te lezen en te bestuderen. Dr.
Ouweneel wil daarbij helpen. Zijn benadering is die van de 'broeders'. Ze zijn chiliasten. Maar toch mogen we het boek Openbaring bestuderen. En waarom zouden we de twee boeken van Ouweneel daar niet bij gebruiken? We moeten dat niet doen om achter Gods geheimen te komen. Zelfs Jezus weet in de hemel al die verborgenheden niet. Er blijven mysteries. Maar duidelijk is wel: het geheim is een héilsgeheim. We mogen en moeten de Bijbel inclusief Openbaring bestuderen, maar we zullen Gods plannen en zijn leiding niet kunnen ontrafelen. En dat is ook beslist niet nodig. Veel vragen blijven onbeantwoord. Er trekt een mensenschaar door de geschiedenis. Zij verwacht een hemels vaderland. En God schaamt zich niet hun God te heten, want Hij heeft hun een stad bereid. 3. Prisma, 1989 De faam die de schrijver in evangelische kringen heeft als bijbelleraar wordt ook in dit boek bevestigd. Het boek zal zeker in een dringende behoefte voorzien omdat zoals de schrijver terecht stelt 'Openbaring een van de moeilijkste, maar voor de christen ook een van de actueelste boeken is van de Bijbel'. Voorts ligt de kwaliteit van het boek in het feit dat de schrijver niet uitsluitend zijn eigen visie weergeeft maar ook zeer uitgebreid andere visies behandelt. Daardoor is het boek een evenwichtig naslagwerk geworden. Door helder woordgebruik voor de geïnteresseerde leek zeer goed toegankelijk. 2. Op http://bibelbund.netzwerkplatz.de/htm/98-1-071.htm#b3 gevonden.  Willem
J. Ouweneel. Die Offenbarung Jesu Christi: Bibelstudien über das Buch der Offenbarung. Bielefeld: Christliche
Literatur-Verbreitung, 1995. 544 S.
Ouweneel hat seiner langen Liste von Veröffentlichungen einen beachtenswerten Titel beigefügt. Seinem ausführlichen Werk stellt der Verfasser eine 140-seitige Einführung an den Anfang [Teil A]. Es folgt eine eigentlichen Vers-für-Vers-Auslegung [Teil B]. Am Ende findet sich eine vierzehnseitige Bibliographie. Als Beilage erhält man ein Faltblatt mit der vom Autor vertretenen Gliederung der Offenbarung. Der Leser erfährt im Vorwort von der recht verschlungenen Entstehungsgeschichte des deutschen Textes, dem man seine ursprüngliche Vortragsform - wenn auch nicht immer - abspürt. Durchgehend sind ausführliche Fußnoten beigefügt. Sie erstrecken sich manchmal über mehrere Seiten und verlangen von dem ungeübten Leser ein wenig Einübung. Dafür wird er mit Detailinformationen belohnt, die in dieser Zusammenstellung kaum anderswo zu finden sind. Ouweneel orientiert seine Leser gleich zu Beginn, daß in diesem Kommentar die futuristisch-prätribulationalistisch-prächiliastische Auslegung (S. 12) vertreten werde. Wessen Vorbildung bislang zu solchen Wortgiganten noch nicht vordringen konnte, der kann die Bedeutung mit fleißigem Blättern herausfinden. Erschwerend wirkt für diesen Leser auch, daß er den unerklärten Gebrauch theologischer Standardabkürzungen (LXX, Adv. Haer., Nestle-Aland, ...) hinnehmen muß. Der Hauptwert des Buches liegt einerseits in der ausführlichen Darstellung der Vorfragen [Teil A, S. 1-140]. Es gelingt dem Autor, Interesse an den verschiedenen Auslegungen zu wecken, ohne je seinen Standpunkt im unklaren zu belassen. Ouweneel geht auf die Einteilungsvorschläge zur Offenbarung ebenso ein wie auf die Interpretationsansätze: präteristisch (zeitgeschichtlich), idealistisch (zeitlos-symbolisch), historisierend und futuristisch. Es wird eine Darstellung der verschiedenen Positionen zum Tausendjährigen Reich geboten. Die Frage nach der Entrückung der Gemeinde und der Trübsalszeit wird ausführlich behandelt. Innerhalb der futuristischen Position vertritt der Schreiber außerdem die kirchengeschichtliche Auslegung der sieben Sendschreiben und verwendet vierzehn Seiten auf ihre Verteidigung. Dieser Buchteil scheint mir von besonderem Wert zu sein. Andererseits weise ich auf die ausführliche Exegese hin, die im Teil B geboten wird [Seite 141-530]. Ouweneel teilt die Offenbarung klassisch-dispensationalistisch nach Offb 1:19 in drei Teile: Kapitel 1 als Vergangenheit, Kapitel 2-3 als die derzeitige Heilsperiode des Gemeindezeitalters und die restlichen Kapitel als Beschreibung zukünftiger Ereignisse. Die Kapitel 4:1-19:10 werden durch die drei Gerichtsserien strukturiert und mit Exkursen "angereichert." Ab Kapitel 19:11 gehe es dann um die Vollendung. Wer diesen Auslegungsansatz teilt, findet reichhaltige Argumente zur Unterstützung. Manchmal sind die Positionen etwas ungewöhnlich, wenn der Autor etwa im zweiten Tier den Antichristen sieht (S. 353), oder in 21,9-22,5 eine Beschreibung des millennischen Jerusalem findet. Wohltuend enthält er sich von allzu konkreten Spekulationen etwa betreffend die Identität des Antichristen oder die Bedeutung der Zahl 666 ("Wir wissen nicht, was diese Zahl bedeutet." S. 359). Aber die Neugier wird doch insofern befriedigt, als die Fußnoten stets viele verschiedene Lösungsvorschläge sammeln, die seit den Tagen der frühen Kirche geboten worden sind. Wer Ouweneels Methoden nicht teilt, wird zum Nachdenken über die eigene Position angeregt. Obwohl sich der Autor zu Beginn [Teil A] schon mit amillennialistischer Eschatologie auseinandersetzt, versäumt er es nicht, die Argumente auch im exegetischen Teil zu besprechen. Alles in allem kenne ich zur Zeit keine ähnliche deutschsprachige ausführliche Darstellung der Offenbarungsexegese aus dispensationalistischer Sicht. Für eine Neuauflage bliebe zu wünschen, daß der Autor hier und da zu einer weniger extensiven Darstellungsweise findet, die doch den Informationsgehalt nicht schmälert. Die klassischen Einleitungsfragen (Kanonizität, Verfasser, Zeit, Ort, Empfänger, ...) scheinen im Vergleich mit anderen Vorfragen in der jetzigen Auflage etwas kurz gekommen zu sein. Druckfehler (z. B. S. 13, 29, 36, 53, 60, 65, 66, 68, 75, 116, 129, ...) sollten verbessert werden. Die Schreibweise von Wörtern müßte vereinheitlicht werden (z.B. "calvinistisch" S. 11, aber "kalvinistisch" S. 536). Griechische Worte in lateinischen Buchstaben sollten konsequent kursiv gedruckt sein (z. B. S. 331, nicht aber S. 21). Ein wenig befremdlich wirkt auch der hier und da anzutreffende "Brüderjargon" des Autors, der aus der Brüderbewegung stammt. So teilt Ouweneel in den bibliographischen Angaben in Werke von "Brüdern" und "anderen" ein! Die Bibliographie ist angenehm ausführlich, jedoch - mit den Nachweisen vorwiegend in englischer und niederländischer, aber auch in deutscher und französischer Sprache - nur für den sprachgewaltigen Zeitgenossen voll nutzbar. Eine Überarbeitung/Ergänzung für den deutschsprachigen Raum erscheint sinnvoll. Manchmal sind die Einzelnennungen zu wenig exakt. Für ein Werk dieses Umfangs würde der Gebrauchswert durch ein Autoren-, Personen-, Sach- und Bibelstellenregister sicher noch erhöht werden können. Steffen Denker, CH-Basel 1 . Biblion - 2012 - www.deboekensalon.nl Boekrecensie door Biblion Het eerste deel van in totaal 2 delen die als commentaar op het boek Openbaring zullen verschijnen. In dit eerste deel
behandelt de schrijver eerst een aantal voorvragen die rond de uitleg van Openbaring gesteld moeten worden. Daarna worden de
hoofdstukken 1 t/m 7 behandeld. |
