Nederlands
Dagblad - 10
januari
2008 - www.nd.nl
VRIJPLAATS
Lees ook: Ouweneel:
Het evangelie dwingt tot een keuze...
Vaticaan heeft gelijk
Met de opvatting van priester Antoine Bodar en die van het
Tweede Vaticaanse Concilie, zoals geciteerd door A.C. Breen, dat
buiten de verkondiging van het evangelie om ook hindoes in de
hemel zullen komen is niets mis, meent S. Streuper.
door S. Streuper
De heer A.C. Breen heeft
zorgvuldig en overtuigend uit de Bijbel aangetoond dat er zonder
Christus en zijn verzoenend sterven geen zaligheid is. Aan de
door hem aangehaalde teksten valt niet te tornen! Maar hij laat
andere teksten buiten beschouwing. Oftewel, het Vaticaan is in
dit geval iets zorgvuldiger geweest dan de heer Breen. Immers,
nadat Paulus in Romeinen 1 en 2 bewezen heeft dat zowel de Jood
(die op de hoogte was met Gods wetten) als de Griek (die Gods
wetten niet kende) niet te verontschuldigen zijn, concludeert
hij: "Want allen die zonder wet gezondigd hebben (de Griek dus)
zullen ook zonder wet verloren gaan, en allen die onder de wet
gezondigd hebben, zullen door de wet geoordeeld worden... op de
dag, dat God het verborgene van de mensen zal oordelen door
Jezus Christus" (Rom. 2:12 en 16). De verzen 13, 14 en 15 vormen
een tussenzin.
Juist in deze tussenzin introduceert Paulus een nieuwe groep
schuldigen, namelijk van een willekeurige 'Griek' die niet zoals
in Romeinen 1:23 de Schepper negeert en zich voor het schepsel
neerbuigt, maar die de Schepper in de hem omringende schepping
heeft herkend. Deze buigt zich nu voor Hem neer, ook al heeft
hij nog nooit van God of het evangelie gehoord. Die hun (nog)
onbekende God schrijft zijn wet in de harten van deze 'Grieken',
zodat zij van nature doen wat de wet zegt. Ook voor hen geldt
dat niet de hoorders, maar de daders van de wet gerechtvaardigd
zullen worden. Dat betekent ook dat God het werk van Christus op
hen toepast.
God heeft geen andere rechtsgrond dan alleen het verzoeningswerk
van Christus om zondaren te rechtvaardigen; ook voor hen geldt
dat zij gerechtvaardigd zijn door het geloof, door het bloed van
Christus en door de genade van God. Is bijvoorbeeld de 'Griek'
(een romeinse centurio) Cornelius hier geen duidelijk voorbeeld
van? In Handelingen 10:34,35 zegt Petrus: "Nu begrijp ik pas
goed dat God geen onderscheid maakt tussen mensen, maar dat hij
zich het lot aantrekt van iedereen, uit welk volk dan ook, die
ontzag voor hem heeft en rechtvaardig handelt.
Ook vandaag zijn er onder elk volk mensen, onder wie hindoes en
moslims, die gerechtigheid doen en hun Schepper vrezen, zonder
te hebben gehoord van het evangelie. Het Tweede Vaticaanse
Concilie heeft dan ook een evenwichtige en Bijbelse uitleg van
Romeinen 2 gegeven. Hier zien we de ongelooflijke rijkdom van
Gods goedertierenheid, verdraagzaamheid en lankmoedigheid. Soms
beseffen wij nauwelijks de grote goedertierenheid van God die
ons zo graag tot bekering wil leiden (vergelijk Romeinen 2:4).
Behalve de tienduizenden evangelisten die dagelijks het
evangelie verkondigen, brengt onze God ons dag en nacht via het
uitspansel Zijn eigen prediking: een prediking zonder woorden,
zonder stem of klank, die gaat over de gehele aarde, tot aan het
einde van de wereld (Psalm 19). Geloof maar niet dat dat zonder
vrucht blijft.
S. Streuper woont in Dieren
|