Bijbelgetrouw, krachtig en praktisch onderwijs van Andrew Wommack
Overzicht van de vertaalde bijbelstudies van Andrew Wommack, klik hier...

De positieve bediening van de Heilige Geest - 1
Andrew Wommack

Deel 1. Overtuig je hart
Deel 2. De Trooster
Deel 3. De zonde van ongeloof
Deel 4. Rechtvaardigheid en oordeel

Oorspronkelijke titel: The Positive Ministry of the Holy Spirit;
Als MP3 bestand te downloaden van: www.awmi.net
Vertaling: Wiebrig Calderhead

Veel mensen zijn gaan geloven dat twijfel aan jezelf, jezelf schuldig voelen, gevoelens van onwaardigheid en veroordeling van je zonden het werk van de Heilige Geest is. Maar dat is niet waar. De bediening van de Heilige Geest is juist het tegenovergestelde van wat veel christenen denken. De Heilige Geest is de grote Trooster. Maar Zijn positieve bediening gaat nog verder. Als jij kracht in je leven wilt hebben, moet je weten en begrijpen wat ik in deze serie onderwijs.

Eerste tape: Overtuig je hart

Prijs de Heer. Voor degenen die niet bekend zijn met mijn bediening; datgene wat mijn leven veranderde is dat ik erachter kwam dat God onvoorwaardelijk van me houdt. Toen ik 8 jaar oud was, werd ik wedergeboren en ik begon meteen God te dienen. Ik heb in al mijn 57 levensjaren nooit gevloekt, ik heb nooit een druppel sterke drank gedronken, ik heb nooit een sigaret gerookt, ik heb nooit koffie geproefd. Sommigen van jullie denken nu: "Koffie? Plaats jij koffie en sterke drank in dezelfde categorie?" We hebben een Bijbeltekst voor het drinken van koffie. In Marcus 16:18 staat: "Zelfs indien zij iets dodelijks drinken, zal het hun geen schade doen." Amen? 

Ik wil hiermee zeggen dat ik een superheilig leven heb geleid en toch liep ik in de val door te denken dat God meer van me hield als ik een vroom leven leidde en dat je de gunst van God moest verdienen. Sommigen van jullie kijken me aan van "Hoe kun je dat nou denken?" Bijna alle Christenen denken zo. De meeste Christenen geloven dat God meer van ze houdt naarmate zij zich verdienstelijk maken, of dat ze van meer waarde zijn door de dingen die ze doen.

In onze samenkomsten komen duizenden mensen naar voren die zeggen: "Waarom heeft God me niet genezen? Want ik vast, ik bid, ik bestudeer het Woord." Hiermee vertellen ze mij waarom God hen niet genezen heeft. Omdat ze niet wijzen naar wat Jezus voor jou heeft gedaan, maar naar wat jij voor Jezus hebt gedaan. Dit is een algemeen probleem bij Christenen, dat ze God wel vertrouwen voor hun redding door genade, maar dat ze daarna denken dat ze de gunst van God in hun leven moeten verdienen. Ze moeten verdienen dat God hun gebed verhoort. Hier trapte ik ook in en ik werd een religieuze Farizeeër die probeerde allerhande goede werken te doen. Mijn hart zat op de juiste plaats, ik bedoelde het goed, maar ik had het volkomen bij het verkeerde eind om de goedheid van God te koppelen aan enige waarde of enig nut van mijn kant. 

Op 22 maart 1968 had ik een ervaring waarbij God een gordijn wegtrok. Hij liet me zien dat ik een hypocriet was, hoewel ik, volgens de norm van de meeste mensen, een bijzonder vroom leven leidde. Wie wil de beste zondaar zijn die ooit naar de hel ging? God liet me zien dat ik had gezondigd en de heerlijkheid van God misliep. Ik zag mijn onwaardigheid, mijn relatieve onwaardigheid voor God. Ik walgde van mezelf en had er berouw van en toen kwam Gods liefde in mijn leven. Ik leefde 4,5 maand lang op een ander niveau. Ik weet niet meer wat ik deed. Ik kan mij niet bewust herinneren dat ik in die 4,5 maand iets at of sliep. Ik deed het wel allebei, maar ik sliep nooit langer dan een uur per keer. Ik kon het niet, omdat God van me hield. Het was fantastisch, maar het was ook verwarrend, omdat ik mijn leven lang had gedacht dat ik Gods liefde moest verdienen door iets goeds te doen. Gods liefde werd in mijn leven uitgegoten toen ik me eindelijk realiseerde dat ik de meest waardeloze persoon op de hele wereld was. Ik kon het gewoonweg niet rijmen. Het kostte me jaren om dit te gaan begrijpen.

Dit is waar ik hoofdzakelijk over onderwijs, dat Gods liefde onvoorwaardelijk is. Het is niet gebaseerd op ook maar iets wat jij kunt doen, om te maken dat God van je houdt. God houdt niet van je omdat je waardevol bent, maar omdat Hij liefde is. Nog nooit heeft God iemand voor zich laten werken die aan de vereisten voldoet. Alles wat ik onderwijs is hoofdzakelijk op het bovenstaande gebaseerd. Ik vertel dat Gods liefde onvoorwaardelijk is, dat wij het niet verdienen, enzovoort. 

Het is typerend dat vlak nadat ik hierover gesproken heb, er altijd wel iemand naar me toekomt en dingen zegt die alles wat ik onderwezen heb weer helemaal onderuit haalt, alsof ze geen woord begrepen hebben van wat ik heb gezegd. Dit is typerend. Je moet dit tot je nemen door openbaring. Je kunt niet door allerlei redenaties overtuigd worden. God moet het aan je openbaren.

Een aantal jaren geleden, ik denk dat het ongeveer tien jaar geleden is, hield ik in Engeland een bijeenkomst en ik raakte heel erg gefrustreerd omdat mensen het aanhoorden en zeiden: "Oh, dit is geweldig, dit heeft mijn leven veranderd! Hoe komt het dat God niet in mijn leven bezig is? Komt het omdat ik niet genoeg bid?" Ze hoorden gewoon niet wat ik had gezegd en daarom raakte ik zo gefrustreerd. Ik vroeg God me een manier te geven om dit over te kunnen brengen, zodat de mensen tenminste zouden begrijpen wat ik vertelde. Ik ben me ervan bewust dat niet iedereen het met me eens zal zijn, maar ik wil dat iedereen het kan begrijpen. En God gaf me dit onderwijs, dat ik "de positieve methode van de Heilige Geest" noem. Daar ga ik het over hebben.

Ik kan je beloven dat dit anders wordt dan alles wat je waarschijnlijk ooit eerder hebt gehoord, maar dat betekent niet dat het verkeerd is. Er is een natuurlijke weerstand. De meeste mensen hebben zoiets van, "maar zo heb ik het niet geleerd." Maar toch werkt wat je hebt geleerd niet. Velen van jullie zijn ziek, verslagen, ontmoedigd, wat al niet, en je wilt dat het anders gaat, maar je wilt niet veranderen wat je gelooft. Je bent zoals je bent door dat wat je gelooft.

Vanavond sprak ik met een jongeman die zei dat hij het nodig had bevrijd te worden. Ik vertelde hem een aantal dingen. Ik zei dat hij in feite is zoals hij is door wat hij gelooft. Hij zei: "Nee, ik kan er niets aan doen." Ik zei: "Ja, je kunt er wel wat aan doen. Als jij verandert wat je gelooft, dan kan de duivel niet in je blijven als jij het juiste gelooft." 

Hoe dan ook, dit is allemaal een inleiding om te zeggen dat dit onderwijs radicaal anders kan zijn dan alles wat je ooit hebt gehoord. Maar dat betekent niet dat het verkeerd is. Als jij niet de goede resultaten krijgt, als je niet het overvloedige leven leidt dat Jezus jou wil geven, dan moet je niet te snel zijn om wat ik te zeggen heb van tafel te vegen, alleen maar omdat het je zo niet geleerd is. Dan moet jij iets veranderen. Je bent zoals je bent door wat je denkt. Je moet je denken veranderen.

Ik wil dus dat je het besluit uit Romeinen 3:4 neemt: "God waarachtig en ieder mens leugenachtig." Ik verwijs naar de Schrift en vertel jullie dingen uit de Schrift. Als wat ik vertel niet is wat de Schrift zegt, neem het dan niet aan, maar als het wel is wat de Schrift zegt, ontvang het dan, zelfs als het tegen je traditie ingaat. Menselijke tradities en doctrines doen het woord van God teniet. Ik kan je verzekeren dat de dingen uit Gods Woord waarmee ik je zal confronteren de traditie van de meeste mensen geweld zal aandoen. Je zult moeten kiezen. Blijf je vasthouden aan datgene wat je altijd geleerd is en wat al 500 jaar of langer gedaan is, of houd je vast aan het Woord van God? Als je meegaat met het Woord van God dan zul je erdoor gezegend worden en zal het vrucht afwerpen.

Eén van de redenen dat mensen niet kunnen ontvangen dat God onvoorwaardelijk van ze houdt is omdat religie het altijd verkeerd heeft geleerd. Religie heeft de werking van God in je leven verbonden aan iets van waarde of nut van jouw kant. Eén van de bolwerken hierin is de manier waarop de meeste mensen denken hoe de Heilige Geest werkt. Ze zien de Heilige Geest als een negatieve bediening. Waarschijnlijk zou je het zo niet willen betitelen, maar als ik klaar ben je hierover te vertellen, dan denk ik dat je het met me eens zult zijn. De meeste mensen denken dat de Heilige Geest gezonden is om je te laten zien waar je verkeerd gaat, om je van je zonden te overtuigen. We hebben het gevoel dat we zondigen, dat we uitschot zijn, dat we gewoonweg niet goed zijn. Hoe kan God van je houden? De meeste mensen denken dat de Heilige Geest dit vertelt. Het is ons geleerd en we hebben het aangenomen en verwelkomt. Als je zo denkt, dan maakt het niet uit hoe krachtig ik hier onderwijs dat God van je houdt. Als jij je elke keer weer onwaardig en veroordeeld voelt en je jezelf een mislukking noemt en als je zegt: "Ik had dit niet moeten doen. Oh, ik had dat stuk taart niet moeten eten!", als je denkt dat God degene is die je laat zien dat je dik bent, omdat je allemaal verkeerde dingen doet, dan doet dit al het andere onderwijs teniet. Daarom ga ik een aantal dingen aanvallen, misverstanden over de Heilige Geest en hoe Hij je helpt, en als je dat ontvangt, dan denk ik dat je dit echt zal helpen. 

Ik begin met hoofdstuk 3 van de eerste brief van Johannes. Ik wou dat ik tijd had om dit allemaal in zijn verband te plaatsen. De eerste brief van Johannes is vanuit een heel andere invalshoek geschreven dan de meeste mensen denken. Ik heb een serie tapes hierover, getiteld "Gods soort liefde, de remedie voor alles wat er aan je scheelt" , waarin ik praat over geestelijke dyslexie. Ik heb nu geen tijd hierover te onderwijzen. Ik sla dit over, want als ik nog verder ga, dan ga ik het toch uitleggen. Luister maar naar die tapes. In de eerste brief van Johannes gaat het erover dat veel mensen beweerden dat ze ware gelovigen waren, en toch waren ze niet gelovig. Ze vertrouwden niet op God. Net zoals Jezus leerde dat er onkruid tussen het koren werd gezaaid , waren er veel ongelovigen tussen de Christenen die beweerden Christen te zijn en er toch een verschrikkelijke levensstijl op nahielden. Johannes schreef dus zijn eerste brief om scheiding te maken tussen de ware gelovigen en de valse gelovigen. In feite zei hij dat je kunt beweren wat je wilt, maar zeggen en doen is twee. Je daden zijn het werkelijke bewijs en als je zegt dat je van God houdt, maar je houdt niet van je broeder, dan ben je een leugenaar. Je kunt wel zeggen dat je een relatie met God hebt, maar dat heb je niet als je steeds ruzie zoekt, want dat is niet Gods soort liefde. In 1 Johannes 3 doet de apostel een aantal radicale verklaringen in deze trant en in het 16e vers, nadat hij schreef dat er mensen zijn die beweren Christen te zijn maar het niet werkelijk zijn, komt hij tot het volgende: hoe weet je dat je een ware gelovige in God bent?: "Hieraan hebben wij de liefde leren kennen, dat Hij zijn leven voor ons heeft ingezet; ook wij behoren dan voor de broeders ons leven in te zetten. 17 Wie nu in de wereld een bestaan heeft en zijn broeder gebrek ziet lijden, maar zijn binnenste voor hem toesluit, hoe blijft de liefde Gods in hem?"

Hij schrijft dit allemaal om aan te tonen dat als je werkelijk het ware geloof in God hebt, je het niet alleen maar bij zeggen kunt laten. Het moet op de een of andere manier tot uiting komen. Als je kunt toezien dat mensen lijden en je geen medelijden met ze hebt, dan ben je zo gericht op jezelf dat je niet aan iemand anders denkt. Dan ben je niet wedergeboren en dan heb je Gods liefde niet in je.

Dit zijn krachtige beweringen, maar dit is precies wat deze verzen zeggen. Sommigen van jullie zullen zich nu afvragen of ze wel wedergeboren zijn, omdat ze niet veel medelijden met anderen schijnen te hebben. Het had hetzelfde effect op de mensen aan wie Johannes schreef, dus vervolgens begint hij ze gerust te stellen. In vers 18 staat: "Kinderkens, laten wij liefhebben niet met het woord of met de tong, maar met de daad en in waarheid."

Met andere woorden, zeg niet alleen dat je van iemand houdt, maar laat het zien. Als je een ware gelovige bent, dan zullen je daden daarmee in overeenstemming zijn. Bij mensen die zeggen dat ze Christen zijn, maar zich nooit gedragen als een Christen, is iets behoorlijk verkeerd. Als je gearresteerd zou worden voor het feit dat je Christen bent, dan zou er voor de meeste mensen niet genoeg bewijs zijn om ze te kunnen veroordelen. Er is iets verkeerd met dit plaatje.

Weet je, ik heb eens een predikant horen zeggen dat slechts 15 procent van de mensen die beweren Christen te zijn ook werkelijk wedergeboren zijn. Ik weet niet of dit echt zo is. Ik zei altijd dat het 50 procent was en ik kreeg hier kritiek op. Maar ik hoorde zeggen dat 85 procent van de mensen die beweren wedergeboren te zijn naar de hel gaan, omdat ze geen ware gelovigen zijn. Ze hebben niet hun ware redding ontvangen. Ik weet niet welk percentage waar is, maar ik weet wel dat heel veel mensen denken dat ze een relatie met God hebben, omdat ze geloven dat God bestaat, ze naar de kerk gaan en proberen goed te leven. Maar ze hebben nog nooit echt hun vertrouwen in de Verlosser gesteld.

Eén manier om dat te bepalen is door de volgende vraag te stellen. Als je vannacht nog voor God zou komen te staan en Hij zou vragen wat je rechtvaardig maakt, wat zou je dan doen? Als je begint te vertellen: "Ik ben een goed iemand. Ik doe mijn uiterste best. Ik ga naar de kerk. Ik betaal mijn tienden. Ik help oude dametjes de straat over te steken. Ik probeer mijn uiterste best te doen," dan zul je toch naar de hel gaan. Het kan God niet schelen of je goed hebt geleefd, want we hebben allemaal gezondigd en lopen de heerlijkheid van God mis. Als jij God op jouw waarde wijst, hoe vaak je naar de kerk gaat en hoeveel je geeft en daarmee probeert te zeggen dat je daarom verwacht de hemel binnen te kunnen komen, dan ga je naar de hel, want je hebt geen Verlosser. Het enige antwoord dat je in de hemel brengt is door te zeggen: "Het is niet mijn goedheid. Het is mijn geloof in Jezus. Ik heb een Verlosser die mijn zonden wegnam en voor alles betaalde. Jezus is mijn Verlosser. Door mijn geloof in Hem ben ik waardig." Dat zou het juiste antwoord zijn. Met ieder ander antwoord ga je regelrecht naar de hel en het maakt dan niet uit of je een goed, moreel hoogstaand persoon bent.

Dit zijn radicale bewerkingen, maar hier gaat het allemaal om. Het gaat erom dat veel mensen zichzelf voor de gek houden, dat ze denken dat ze Christen zijn omdat ze geen Moslim of Boeddhist zijn. Ik heb zelfs mensen meegemaakt die een (Amerikaans) muntstuk uit hun zak haalden en zeiden: "Natuurlijk ben ik een Christen. Want hier staat het: "In God we trust" (wij vertrouwen op God). En ze dachten dat ze daardoor een Christen waren. Weet je, vandaag de dag is er meer misleiding over wat een Christen is dan er ooit geweest is.

Vandaag sprak ik met een echtpaar en ze zeiden dat het zo moeilijk is om gelovigen te vinden. Ze vroegen zich af hoe het in de Bijbelzone zou zijn. Ik zei dat ze in veel opzichten in dit gebied gezegend zijn. Want weet je, in de Bijbelzone beweert iedereen een Christen te zijn. Iedereen denkt dat ze Christen zijn, iedereen praat over God, en toch gaan ze naar de hel. Hier heb je dat probleem niet zo zeer. Het is zwart of wit. Mensen zijn openlijk anti-God. Op de een of andere manier is daar gemakkelijker mee om te gaan. Het is veel eenvoudiger om er mee om te gaan.

In ieder geval, Johannes heeft het in zijn eerste brief hierover en kijk nu eens naar vers 19, waar staat: "Hieraan zullen wij onderkennen, dat wij uit de waarheid zijn en voor Hem ons hart overtuigen."

Nogmaals, hij had het erover dat er veel mensen zijn die beweren Christen te zijn, die beweren dat ze een relatie met God hebben en dat het in feite niet zo is. Je kunt zien dat het wel zo is als je vrucht draagt in je leven, als je ernaar handelt, als de liefde van God door je stroomt. En hij zegt dit weliswaar, maar bij iedereen komt het voor dat we niet handelen zoals we zouden moeten doen, waardoor de twijfel toeslaat in je hart. Man, ik doe ook niet alles perfect. Als we meer tijd hadden, dan had ik dit in zijn verband kunnen plaatsen. Hier staat niet dat je altijd alles perfect moet doen, dat je nooit een vergissing maakt, dat je altijd in liefde moet wandelen. Maar er zouden genoeg aanwijzingen moeten zijn om je te veroordelen als je gearresteerd zou worden voor het feit dat je christen bent. Amen?

Maar dit werpt een grote vraag op. Kijk nog eens naar vers 19 waar staat: "Hieraan zullen wij onderkennen, dat wij uit de waarheid zijn en voor Hem ons hart overtuigen." Dit is een radicale gedachte. De meeste mensen denken als volgt: "Als ik werkelijk uit de waarheid ben, als ik werkelijk recht voor God stond, laten we bijvoorbeeld zeggen, als God werkelijk van me hield, als God hartstochtelijk over me was, dan zou ik dat weten." We denken dat dit automatisch zo gaat. Je weet automatisch dat God van je houdt. Je kunt het welbehagen van God voelen. Je kunt voelen dat Hij zich over je verheugt. Zo denken de meeste mensen. En omdat we het niet voelen, omdat we er soms aan twijfelen of God wel van ons houdt, daarom denken we dat dit een aanwijzing is dat het niet zo is.

In vers 19 staat dat we ons hart voor Hem moeten overtuigen. Dat gaat dwars in tegen de manier waarop de meeste mensen denken. De meeste mensen denken dat ze zichzelf niet hoeven te overtuigen. "Als God werkelijk van me houdt en als ik Hem wel behaag, dan zou ik het voelen. Ik zou het weten. Het zou vanzelfsprekend zijn." Maar dat staat niet in dit vers. Je moet je hart overtuigen. Je kunt voor het woord "overtuigen" ook zeggen: verzekeren, bekrachtigen, bemoedigen. Je moet jezelf ervan overtuigen dat God van je houdt. Je moet jezelf ervan overtuigen dat je God behaagt.

Ik heb er al een kort getuigenis van gegeven, dat toen de Heer voor het eerst tot me sprak, Hij me liet zien dat ik een grote nul was omdat ik op mezelf vertrouwde. Toen ik me vernederde en zei: "God, vergeef me", ervoer ik 4,5 maand lang Gods liefde, 4,5 maand lang wandelde ik er in. Het was emotioneel. Maar na 4,5 maand verflauwde de emotie. Ik heb niet de tijd om hierover te praten, maar weet je, het verflauwt altijd. God wil niet dat je op een emotioneel toppunt leeft waar je gewoonweg de aanwezigheid van God voelt. Voor veel mensen is dat een teleurstelling, want je denkt dat dat de plek is waar je wilt zijn. God wil niet dat je daar bent. Geloof is meer dan een gevoel. God zegt dat het zonder geloof onmogelijk is om Hem te behagen. Velen van jullie proberen voor een emotioneel toppunt te geloven, maar God wil niet dat je zo leeft.

In ieder geval, de emotie werd minder, ik moest in militaire dienst en ging naar Vietnam. In Vietnam vroeg ik maandenlang aan God om me te doden. Niet omdat ik zo depressief en angstig was omdat ik in Vietnam was, maar omdat ik zo hongerig was om terug te keren naar die emotionele toestand waarin ik de liefde van God zo hevig voelde, en ik kon daar niet meer komen. Ik dacht dat ik daarom net zo goed wilde sterven. Ik veronderstelde dat de enige manier dat je werkelijk kunt leven is als je in de hemel bent en ik wilde dat God me zou doden en me naar de hemel zou brengen. Maar toen werd ik tweemaal in één dag bijna gedood en ik was niet meer echt zo enthousiast om te sterven als ik dacht, dus uit wanhoop begon ik de Bijbel te lezen. Ik moest wel. Het was óf de Bijbel lezen, óf helemaal niks meer. Ik begon dus de Bijbel te lezen en het verbazingwekkende was dat God me uit Zijn Woord begon te onderwijzen hoeveel Hij van me hield. Weten en geloven dat God van je houdt was oneindig veel beter dan Gods liefde te voelen.

Sommigen van jullie zijn er niet helemaal zeker van of dit zo is, maar het is waar. Omdat ik het nu weet en ik het kan geloven, kan ik mezelf bemoedigen. Het kan me niet schelen hoe ik me voel. Het kan me niet schelen wat mijn emoties doen. Het kan me niet schelen of ik een slechte dag heb gehad. Het kan me niet schelen als iemand over me heen zou rijden. Het kan me niet schelen als ik een fout heb gemaakt, als ik me belachelijk heb gemaakt. Wat er ook gebeurt, ik kan de waarheid nemen en over de waarheid nadenken en de waarheid zal me vrijmaken. Ik kan vrede en stabiliteit in mijn leven hebben, wat nooit mogelijk zou zijn geweest als ik me door mijn emoties liet leiden. Afhankelijk van allerhande dingen zullen emoties veranderen. Maar weet je, de waarheid is altijd de waarheid en blijft altijd de waarheid en dat is veel stabieler.

In ieder geval begon ik het woord te bestuderen en ik begon deze dingen te leren. Feitelijk nam ik de waarheid die ik in Gods Woord las en ik begon mezelf ervan te overtuigen dat God van me hield. Ik begon teksten tot me te nemen. Ik zou dagenlang kunnen vertellen hoe ik dit deed, maar het was een proces. Het is niet zo dat wat ik deed beter is dan zoals iemand anders het doet. Je moet het op je eigen manier doen. Maar je moet dit besef krijgen dat het Woord van God je laat zien dat Hij onvoorwaardelijk van je houdt. Ik heb dat ervaren, maar op dat moment voelde ik het niet. Ik begon de waarheid in Gods Woord te lezen en ik nam deze waarheden en het ging mijn manier van denken veranderen.

Ik bedoel dat het een proces was. In het begin was het een verschrikkelijk proces. Ik kan me de eerste keer herinneren dat ik de Schrift nam en las dat ik in Hem gerechtigheid ben. Mijn oude religieuze onderwijs had me geleerd dat ik tuig was. "Jij? Je bent het uitschot van de wereld. Al jouw gerechtigheid is als vuile vodden, je bent een ouwe zondaar, door genade gered." Dat was me geleerd en toch begon ik in de Bijbel te lezen dat Jezus, die geen zonde heeft gekend, voor ons tot zonde is gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid Gods in Hem. De Schrift overtuigde me ervan dat ik gerechtvaardigd was, alsof ik nooit had gezondigd, heilig en rein. 

En toch, als ik in de spiegel keek, zag ik dingen die ik niet leuk vond. Ik keek naar mijn emoties en ik had gevoelens en gedachten waarvan ik wist dat ik ze niet wilde. Ik had dus zowel die gevoelens als wat het Woord zei, en ik besloot dat ik Gods Woord als waarheid zou aannemen en ieder mens een leugenaar . Ik begon teksten uit te schrijven. Ik plakte teksten op mijn spiegel. Ik kan me herinneren dat ik voor de spiegel stond en naar mezelf wees, mezelf recht in de ogen keek, en dat ik zei: "Jij bent de gerechtigheid van God. God houdt van jou. God heeft een foto van jou in zijn portefeuille. Hij heeft een foto van jou op Zijn schoorsteenmantel in de hemel staan. God is hartstochtelijk over jou. God ziet de zonde in je leven niet. God houdt zich niet met je bezig vanwege je zonden." De eerste keer dat ik al die dingen zei, stonden de haren in mijn nek recht overeind, alsof God me dood wilde slaan. Mijn emoties holden helemaal de andere kant uit, maar ik wist dat het waar was en ik begon mijn hart te overtuigen. Ik begon te zeggen: "Hart, het kan me niet schelen wat je voelt, het kan me niet schelen hoe jij de dingen ziet. Dit is wat Gods Woord zegt." En ik zei dingen die met mijn gevoelens botsten.

Weet je, sommigen hebben dit soort dingen eerder gehoord. Je hebt gehoord dat God onvoorwaardelijk van je houdt. God gebood Zijn liefde voor jou. In Romeinen 5:8-9 staat: "God echter bewijst zijn liefde jegens ons, doordat Christus, toen wij nog zondaren waren, voor ons gestorven is. Veel meer zullen wij derhalve, thans door Zijn bloed gerechtvaardigd, door Hem behouden worden van de toorn." En vervolgens staat er in vers 10: "Want als wij, toen wij vijanden waren, met God verzoend zijn door de dood Zijns Zoons, zullen wij veel meer, nu wij verzoend zijn, behouden worden, doordat Hij leeft."

Iemand kan dit gehoord hebben en weten dat God Zijn liefde aan je gaf terwijl je nog een zondaar was. Je verdiende het niet. Je had niet gevast en niet gebeden, ging niet naar de kerk, las niet in het Woord en betaalde niet je tienden, en toch hield God van jou en redde je toen je een overspelig leven leidde, toen je vloekte, toen je niet het Woord bestudeerde. Je leefde een verschrikkelijk leven en toch hield God van je. Je accepteerde dat. Maar toen liep je in de val door te denken dat nu je Zijn kind bent, je denkt dat Hij meer van je verwacht dan dit, dat je strenger voor jezelf wordt. De meeste van jullie behandelen zichzelf slechter. Je denkt dat God minder van je houdt nadat je wedergeboren bent dan voordat je wedergeboren werd. Je hebt al deze dingen die ik nu zeg al eens gehoord, maar je hebt nooit je hart overtuigd. Je hebt nooit jezelf geholpen door voor een spiegel te gaan staan of wat dan ook maar nodig is om je zover te krijgen, en jezelf te vertellen: "God houdt van mij en het kan me niets schelen hoe ik me voel en wat mijn traditie zegt. Onafhankelijk van mijn prestaties houdt God van me." Er zijn mensen die nooit door die barrière zijn heengebroken.

Ieder van ons heeft barrières in zijn hart die ons ervan weerhouden om bepaalde dingen te ontvangen. Er zijn veel Schriftplaatsen die hierover gaan. Psalm 35:27: "De Here is groot, die welgevallen heeft aan het heil van zijn knecht." Johannes 14:1: "Uw hart worde niet ontroerd (NBG51) / Wees niet ongerust (NBV)." Jij bent degene die je hart wel of niet bezorgd laat zijn.

Ik weet niet of je dit in de gaten krijgt, maar in 1 Johannes 3:19 staat dat jij degene bent die bepaalt wat je hart doet. Je hart kan je veroordelen of overtuigen. Je hart kan het allebei doen. We nemen altijd maar aan dat het God wel moet zijn die maakt dat jij je angstig voelt in je hart, gebrek aan geloof hebt, dat gevoel van veroordeling, dat gevoel dat je onwaardig en onrechtvaardig bent. Dat toont aan dat jouw hart je kan veroordelen.

Kijk eigenlijk eens naar het volgende vers, vers 20: "dat, indien ons hart (ons) veroordeelt, God meerder is dan ons hart en kennis heeft van alle dingen." Man, dit is een geweldig Schriftgedeelte. Hier staat dat als je hart je veroordeelt, God groter is, en dat Hij je niet veroordeelt. Hij weet de waarheid. Je hart kan je veroordelen zonder dat God je veroordeelt. De meeste mensen weten dat niet. De meeste mensen denken: "Oh, dit gevoel van onwaardigheid, het gebrek aan zekerheid, het gebrek aan zelfvertrouwen dat ik heb, dat moet wel van God komen. Zo is het nu eenmaal." Nee! Je hart kan je veroordelen als je helemaal niets verkeerd doet.

Wist je dat ik opgroeide in een superreligieuze omgeving in de Bijbelzone en dat mij geleerd was dat alles zonde was? Alles was zonde. Ik had een droom die tenminste twee keer per jaar terugkwam, soms wel vaker, en dat duurde zo'n 10 tot 15 jaar. Ik droomde dat ik een sigaret had gerookt, dat ik betrapt was en aan de politie werd overgedragen. Zij droegen me over aan mijn moeder en toen kwam ik in de hel terecht. Ik brandde in de hel omdat ik een sigaret had gerookt. Ik was letterlijk doodsbang dat ik naar de hel zou gaan als ik zelfs maar één sigaret zou roken. Sommigen van jullie denken: "Oh, kom nou toch! Dat komt omdat je niet dezelfde norm had." Maar dat is wat religie kan doen. En weet je dat ik me zelfs veroordeeld voelde als ik bij iemand in de buurt was die een sigaret rookte? In een restaurant zag ik eens een vloekwoord op de muur geschreven en wekenlang vroeg ik God of hij me wilde vergeven dat ik het had gezien. Sommigen van jullie denken dat ik een grapje maak, maar dat doe ik niet. Wist je dat in de Baptistenkerk niet gesproken werd over gemengd zwemmen? Ze noemden het gemengd baden. Als je naar een openbaar zwembad ging waar zowel jongens als meisjes waren, dan noemde je het gemengd baden, want baden klonk erger dan zwemmen. En je ging rechtstreeks naar de hel als je naar een openbaar zwembad ging en als jongens samen met meisjes in badpakken zwommen. Dat was goddeloos.

Ik groeide op onder veroordeling. Mijn hart veroordeelde me en gaf me het gevoel dat ik God niet behaagde vanwege dingen waar helemaal niets mis mee was. Ze vertelden ons dat als je danste, je linea recta naar de hel ging. Dansen was van de duivel. En toch spreekt de Bijbel over dansen voor de Heer. Maar weet je dat ik nooit heb gedanst? Sommige mensen zeggen: "Je danste voor de duivel, dus nu dans je voor de Heer", maar ik danste nooit voor de duivel. Ik heb nog nooit voor iemand gedanst. Ik bedoel, als ik een kleine charismatische two-step zou doen, dan zou dat voor mij een grote stap vooruit zijn. Prijs God! Dat zou al heel wat zijn. Hoe dan ook, ik heb nooit gedanst. Ik was over dat soort dingen veroordeeld, omdat ik dacht dat ik dan naar de hel zou gaan. 

Weet je dat ik de schrik van mijn leven kreeg toen ik in Oostenrijk was? Ik sprak eens in Oostenrijk. Er waren daar ongeveer 150 mensen die om ronde tafels heenzaten en al die tijd dat ik aan het woord was, serveerden ze kruiken bier. Ze kregen gratis bier. Het was één van de weinige keren dat het niemand iets kon schelen hoe lang ik doorging. Ik had de hele nacht kunnen doorgaan, het maakte hun niets uit. En ik stond daar dus te preken en de mensen gooiden zich vol met bier. Mijn bekrompen baptistenverstand ging op tilt. Het was een schok. Deze mensen hielden van God en ze dronken bier. Ik kon daar met mijn pet niet bij. Maar weet je, in Oostenrijk drinken ze bier, wijn, schnaps, al dat soort dingen, maar als je koffie drinkt, als je ooit een kopje koffie neemt, dan ga je meteen naar de hel. Dat is een onvergeeflijke zonde. Ik zag wat ze deden en hoe ze dachten en ik begon me af te vragen hoe dit mogelijk was. En als je dan de grens overgaat naar Roemenië, daar drinken ze koffie en bier. Maar als je een sigaret rookt ga je rechtstreeks naar de hel. Ik begon me te realiseren dat dit soort dingen cultuurbepaald zijn. Nu zeg ik niet dat je maar uit moet gaan en dronken moet worden. De Bijbel waarschuwt tegen dronkenschap, maar er staat nergens dat je naar de hel gaat als je bier drinkt of een sigaret rookt. Je gaat niet naar de hel als je een sigaret rookt. Je ruikt wel alsof je daar geweest bent, maar als je een sigaret rookt ga je niet naar de hel.

Dit vertel ik allemaal om te illustreren dat mijn hart me altijd veroordeelde. Ik dacht dat God boos op me was, maar het was God helemaal niet. Het was mijn religieuze traditie, het waren mijn leerstellingen en het was mijn hart dat mij veroordeelde. Ik kan je uit de eerste hand vertellen dat je hart je kan veroordelen als God je niet veroordeelt. Hoewel ik zelf in deze religieuze slavernij leefde en ik me zo onwaardig voelde, zo van "God, ik weet dat U het nu wel met me hebt gehad, hoe kunt U ooit iemand gebruiken die gedaan heeft wat ik heb gedaan", was God groter dan dat. God kende de waarheid en God hield zich aan mijn geloofsbelijdenis. God was niet boos op me, zelfs als ik dacht dat Hij boos op mij was, zelfs als ik dacht dat God me veroordeelde en dat daarom mijn gebeden niet beantwoord werden, omdat ik niet genoeg in de Bijbel las. Ik wist gewoon dat dat het was. Mijn hart veroordeelde mij. God was niet degene die dat deed.

Ik zeg je dat iedereen dat heeft, dat je hart je veroordeelt wegens dingen waar God je niet om veroordeelt. Je hebt het gevoel dat God je nooit zal kunnen gebruiken, terwijl de waarheid is dat God er geen probleem mee heeft om je te gebruiken. Nog nooit heeft iemand met de juiste vereisten voor God gewerkt. Je bent niet de eerste die zo denkt. Je kunt God niet shockeren. Als je hart je niet veroordeelt, dan staat in vers 21 dat we vrijmoedigheid hebben tegenover God (NBG51), dat we ons vol vertrouwen tot God kunnen wenden (NBV).

De meesten van jullie geloven in een God die alles kan doen. Dat is niet het probleem. Als je niet in het volle evangelie zou geloven, als je niet gelooft in een God die wonderen doet, als je lid was van de Eerste Koude Kerk hier in de straat en als je niet geloofde in de bovennatuurlijke kracht van God, dan zou je hier niet op een donderdagavond naar toe zijn gekomen om te luisteren naar een boertje uit Texas. Jullie zijn niet een menigte zonder God. Jullie zijn fanaten. Of je bent hier naar toe gesleurd door een fanaat. Dus je gelooft in de bovennatuurlijke kracht van God. Op 4 maart 2001 is onze zoon uit de dood opgewekt. Hij was 5 uur lang dood. Hij is een blanke jongen, maar hij was al zwart geworden en ze hadden hem helemaal naakt in een koelcel gestopt met een kaartje aan zijn teen, 5 uur lang dood, en God wekte hem op uit de dood. Tegenwoordig werkt onze zoon voor ons. We hebben een kleindochter van 4 jaar. God wekte hem op uit de dood. Als ik je dat zou vertellen, dan zouden de meeste van jullie dat geloven. Je gelooft dat God dat kan doen.

Als iemand vanavond hier dood zou neervallen en ik zou zeggen: "Hé, ik heb al gezien dat God mensen uit de dood kan opwekken. Weet je wat? Ik ga bidden en geloven dat God hem uit de dood opwekt", dan zouden de meeste van jullie zeggen: "Ga ervoor". Amen? Je zou naar voren komen om het te kunnen zien. Maar weet je, 99 procent van de mensen in deze zaal zouden het laten afweten als ik zou zeggen: "Oké, als jij het gelooft, dan doe jij het maar." Opeens zou al je geloof en opwinding veranderen in ongeloof en angst. Wat gebeurt er nou? Geloof je opeens niet meer dat God een wonder kan doen, dat God iemand uit de dood kan opwekken? Nee, je gelooft nog steeds dat God dat kan doen. Je twijfelt niet aan Zijn vermogen, maar je twijfelt aan Gods bereidwilligheid om Zijn kracht door jou heen te gebruiken omdat jij jezelf kent en omdat je hart je veroordeelt, om dingen die je verkeerd hebt gedaan, of dingen die je had moeten doen maar nagelaten hebt, en dat komt omdat je hart niet overtuigd is. Het is omdat je hart je veroordeelt en jij je zelfvertrouwen hebt verloren.

In 1 Timoteüs 1:19 staat dat je geloof schipbreuk lijdt als je niet een goed geweten hebt. Ik zal het voorlezen. Er staat: "Doordat sommigen hun geweten hebben verloochend, heeft hun geloof schipbreuk geleden."Je geweten is dat gedeelte van je dat je veroordeelt of overtuigt. In Romeinen 2:15 staat: "hun geweten bevestigt dit, omdat ze zichzelf met hun gedachten beschuldigen of vrijpleiten." Je geweten is het Schriftuurlijke woordgebruik voor het gedeelte van je hart dat je veroordeelt of dat je overtuigt, en in 1 Timoteüs 1 staat dat, omdat sommigen hun geweten hebben verloochend, ze schipbreuk hebben geleden. Schipbreuk betekent niet dat hun geloof nooit de haven heeft verlaten. Ze voeren uit en gingen ergens naar toe, maar bereikten nooit hun doel omdat gebrek aan vertrouwen maakt dat je geloof schipbreuk lijdt.

Dit is dus wat gebeurt. Mensen geloven dat God dingen kan doen, maar ze twijfelen aan Zijn bereidwilligheid dat Hij het zal doen, omdat hun hart hun veroordeelt. Hun hart is niet overtuigd, ze denken dat ze alles verkeerd doen en ze hebben hun zelfvertrouwen verloren, hun zekerheid en ze denken dat dit van God komt. Ze hebben aangenomen dat dit de manier is waarop de Heilige Geest je bewust maakt van je zonden en je onvolkomenheden en dat de Heilige Geest je zo doet voelen, zo van "hoe kan God ooit iets in mijn leven doen!".

Wat ik ga doen is je laten zien dat de Heilige Geest niet zo werkt. Hij beschuldigt je niet en veroordeelt je niet wegens je zonden. Iemand zal nu wellicht Johannes 16:8 aanvoeren . Ik ga het er vanavond niet over hebben, maar later ga ik Johannes 16:8 behandelen en dan zal ik je laten zien dat er een misvatting is over hoe de Heilige Geest werkt. De mensen denken dat de Heilige Geest er is om je elke keer als je iets verkeerd doet je erop te wijzen dat je iets verkeerd doet in de zin van "Oh God, het spijt me zo. Ik ben zo'n worm. Hoe had ik dit toch kunnen doen!" De mensen denken dat dit de Heilige Geest is. Maar bedenk dit, dat de Heilige Geest nooit, nooit, nooit degene is die jou het gevoel geeft dat je het verpest hebt, die je veroordeelt en je laat zien hoe slecht je bent en je laat zien dat God het met jou voor gezien houdt. Dat doet de Heilige Geest niet.

Heel vaak wordt de Heilige Geest de Trooster genoemd. Hij is gekomen om te bemoedigen. Hij is gezonden om je op te bouwen. Jezus zei in Johannes 16:7: "Het is beter voor u dat Ik heenga. Want indien Ik niet heenga, kan de Trooster niet tot u komen." Het is beter om vanavond de Heilige Geest te hebben dan Jezus in Zijn fysieke lichaam. Veel mensen begrijpen dit niet, omdat ze de positieve bediening van de Heilige Geest verkeerd hebben begrepen en ze de Heilige Geest dingen hebben verweten waar Hij niet schuldig aan is.

Laten we teruggaan naar 1 Johannes 3 en nog een paar verzen daaruit lezen. In vers 16 staat: "Hieraan hebben wij de liefde leren kennen, dat Hij zijn leven voor ons heeft ingezet." Hoe leren wij de liefde van God kennen? Je kunt het weten door wat Hij heeft gedaan. Als God nooit Zijn Zoon Jezus had gezonden om voor ons te sterven, om onze zonden op zich te nemen en voor ons de straf te dragen, dan zouden we zelfs niet in de buurt kunnen komen van de openbaring die we hebben van Gods liefde voor ons. Door daden weten wij wat liefde is. Daarna schrijft Johannes dat als je zegt dat je van iemand houdt, je het moet laten zien. Doe iets. Je bedriegt jezelf als je denkt dat je in liefde handelt als je zegt: "Nou, ga heen in vrede, houd je warm en eet goed," en je geeft hen niet wat ze nodig hebben. Hoe kan de liefde van God dan in je wonen? Naar liefde moet gehandeld worden. Liefde zonder werken is dood, net zoals het in Jakobus 2:17 staat dat geloof zonder werken dood is. Liefde vereist dat je ernaar handelt. En dus kunnen we Gods liefde begrijpen door wat Hij heeft gedaan.

Als je bent voorgelogen over wat Hij heeft gedaan, als je was verteld dat het de Heilige Geest is die je ellendig doet voelen, dat de Heilige Geest je laat zien dat je niet waardig bent, dat de Heilige Geest kwaad op je is omdat je verkeerde dingen hebt gedaan, als dat de manier is waarop je denkt dat Zijn liefde in daden tot uiting komt, als Hij beschuldigd wordt van dingen die Hij niet doet, dan beïnvloedt dat jouw denken over Zijn liefde voor ons. Dan beïnvloedt dat jouw denken van Wie Hij is. En dit gebeurt. De meesten van ons denken dat de Heilige Geest degene is die God heeft gezonden om ons met de zweep te slaan, om ons te straffen, om een vonnis over ons uit te spreken, om ons om onze oren te slaan, zo van "Nu heb je het weer verkeerd gedaan!" en alles wat de Geest doet is om jou door elkaar te schudden en je te laten zien dat je er mee moet ophouden. 

Dat is dus de indruk die mensen van de Heilige Geest hebben. Geen wonder dus dat ze denken dat ze liever Jezus in Zijn fysieke lichaam hier hebben dan de Heilige Geest. En toch zei Jezus dat het voor ons beter was om de Heilige Geest te hebben dan om Hem te hebben. Dat komt omdat we de echte bediening van de Heilige Geest niet goed hebben begrepen, omdat onze harten ons hebben veroordeeld, omdat ons geweten ons vertrouwen heeft weggehaald, omdat ons geloof schipbreuk heeft geleden. We hebben de grote beloning verloren omdat ons geweten ons overtuigt, omdat we denken dat als we het echt goed zouden hebben, als God werkelijk aan onze kant staat, en als alles helemaal in orde zou zijn, zoals het zou moeten zijn, dat we dat dan gewoon zou weten. Nee, dat zou je niet. Je moet je hart overtuigen. Je moet het Woord van God nemen en je moet jezelf ertoe brengen meer te geloven in wat het Woord zegt dan wat je hart voelt.

Je kunt je hart negeren. Het is een factor. Je geweten is een factor. Je kunt het negeren. Maar je kunt het niet over je laten heersen, omdat je hart onbetrouwbaar is. Je hart kan bezoedeld zijn. Er zijn veel Schriftplaatsen die hierover gaan. In Hebreeën 10 is een gedeelte dat hierop aansluit, waar staat dat het geweten een deel van je hart is. In vers 19 staat: "Daar wij dan, broeders, volle vrijmoedigheid bezitten om in te gaan in het heiligdom door het bloed van Jezus," en in vers 22: "laten wij toetreden met een waarachtig hart …". Als je dit goed bestudeert, dan gaat het hier over een hart dat verzekerd is, een hart dat overtuigd is, dat door de waarheden in Gods woord is opgebouwd, "…met een waarachtig hart, in volle verzekerdheid des geloofs …", zie je, hier gaat het om een hart dat overtuigd is. Er is een verschil tussen verzekerd zijn en ten volle verzekerd zijn. Je moet volle verzekerdheid hebben van je geloof. "… met een hart, dat door besprenging gezuiverd is van besef van kwaad, en met een lichaam, dat gewassen is met zuiver water." Je moet je hart zuiveren van een slecht geweten als je werkelijk het Heilige der heiligen wilt binnengaan, de plaats binnengaan waar je intiem bent met de Heer en je weet dat de almachtige God blij met je is en dat er niets is dat Hij tegen je kan hebben. Je moet je hart overtuigen. Kom in de volle verzekerdheid van je geloof en zuiver je hart van een slecht geweten.

De meeste mensen hebben dit niet gedaan. Ons hart veroordeelt ons en de meeste mensen denken dat als ze maar gewoon zouden ophouden met verkeerde dingen te doen en het gewoon maar altijd goed zouden doen, dat hun hart hun dan niet zou veroordelen, dat ze zich dan niet meer onwaardig zouden voelen. Dat is niet waar. Je hart veroordeelt je. Je hart zal je altijd blijven veroordelen. Je moet de waarheid van het Woord van God nemen en je hart beginnen te overtuigen. Je moet jezelf de waarheid vertellen hoeveel God van je houdt, ondanks dat je de zegen van God niet verdient, dat God je niet geeft wat je verdient. Je moet leren om je geweten te reinigen van dode werken.

In Hebreeën 9 staat in vers 14: "hoeveel te meer zal het bloed van Christus, die door de eeuwige Geest Zichzelf als een smetteloos offer aan God gebracht heeft, ons bewustzijn reinigen van dode werken, om de levende God te dienen?" Je moet je geweten reinigen van dode werken om de levende God te dienen. Als jij je geweten niet reinigt van dode werken – en let op, er staat niet dat je moet stoppen met alles wat je verkeerd doet en dat je een heilig leven moet gaan leiden, dat je moet vasten en bidden en studeren, naar de kerk gaan en tienden betalen en dit doen en dat doen, dat dan je geweten gereinigd zal zijn. Nee, je moet je geweten reinigen door het bloed van Jezus te nemen, en de waarheden die het woord van God ons openbaart dat het bloed van Jezus je van alle zonden heeft gereinigd, en dat al je vroegere, tegenwoordige en toekomstige zonden zijn vergeven.

Zonde is niet echt een belemmering voor God. Sommigen van jullie zullen dit ketterij vinden. Hoe durft een christen te zeggen dat zonde geen probleem is? Je denkt veel te licht over zonde. Nee, wat ik zeg is dat het bloed van Jezus oneindig veel groter is dan jouw zonde en dat Hij niet slechts voor een gedeelte van je zonde heeft betaald. Iemand die zegt dat je nog steeds heilig moet leven tenzij je dit en dat doet, omdat God anders niet in jou kan werken, denkt te licht over het bloed van Jezus, als hij denkt dat dit niet genoeg is. Het is verkeerd te denken dat het bloed van Jezus nodig is plus een heilig leven om te voldoen aan de toorn van God. De toorn van God is absoluut bevredigd door de verzoening van Jezus en God is niet kwaad op je vanwege je zonden.

Als je een gebrek aan vertrouwen hebt omdat je weet dat je niet alles even goed hebt gedaan, dan ben je alleen maar bezig om je geweten aan satan te geven in plaats van het te reinigen van dode werken. Jouw geweten veroordeelt jou, je hebt je vertrouwen verloren en dat is de reden dat je niet alle voordelen van je redding ervaart. Het is niet zo dat God het niet aan jou gegeven zou hebben, dat Hij niet bereid zou zijn om in je te werken, maar je moet aanvaarden wat God heeft gedaan en het geloven. Je hebt jezelf een schakel in de ketting gemaakt als je denkt dat je ook nog heilig moet zijn, dat het niet alleen Jezus en Zijn naam is, maar dat het ook je heiligheid is. Kijk maar eens naar een ander Schriftgedeelte, waar precies hetzelfde staat. In Handelingen 3 gaan Petrus en Johannes naar de tempel om te bidden en toen zij de tempel binnengingen, vroeg een verlamde man hen om een aalmoes. Vanaf vers 4 staat er: "En Petrus zag hem scherp aan, met Johannes, en zei: Zie naar ons. En hij hield zijn blik op hen gevestigd in de verwachting iets van hen te ontvangen. Maar Petrus zei: Zilver en goud bezit ik niet, maar wat ik heb geef ik u; in de naam van Jezus Christus, de Nazoreeër: Wandel! En hij greep hem bij de rechterhand en richtte hem op, en terstond werden zijn voeten en enkels stevig, en hij sprong op en stond en liep heen en weer en hij ging met hen de tempel binnen, lopende en springende en God lovende. En al het volk zag hem lopen en God loven; en men herkende hem als degene, die om een aalmoes gezeten had aan de Schone Poort van de tempel; en zij werden met verbazing en ontzetting vervuld, over wat met hem gebeurd was."
En ga dan verder naar vers 12: "En Petrus zag het en antwoordde het volk: Mannen van Israël, wat verwondert gij u hierover, of wat staart gij ons aan, alsof wij door eigen kracht of godsvrucht deze hadden doen lopen?"

Man, hij maakte het zo duidelijk als maar kan. Het was niet zijn kracht, het was niet zijn heiligheid. Het had helemaal niets met hem te maken. In de volgende verzen zegt hij: " De God van Abraham en Isaak en Jakob, de God onzer vaderen, heeft zijn knecht Jezus verheerlijkt, die gij hebt overgeleverd en verloochend ten overstaan van Pilatus, ofschoon deze oordeelde, dat men Hem moest loslaten. Doch gij hebt de Heilige en Rechtvaardige verloochend en begeerd, dat u een man, die een moordenaar was, geschonken zou worden; en de Leidsman ten leven hebt gij gedood, maar God heeft Hem opgewekt uit de doden, waarvan wij getuigen zijn. En op het geloof in zijn naam heeft zijn naam deze, die gij ziet en kent, sterk gemaakt; en het geloof door Hem heeft hem dit volkomen herstel gegeven in u aller tegenwoordigheid."

Hij zegt dus dat het niet zijn eigen kracht of heiligheid was waardoor dit gebeurde. Het was de naam van Jezus en geloof in Zijn naam. Als je zegt: de naam van Jezus en gelooft in Zijn naam plus omdat je heilig bent, dan veroorzaak je een geweldige kortsluiting. Je maakt jezelf een schakel in deze ketting en zoals je weet is een ketting net zo sterk als zijn zwakste schakel. Als je denkt dat je heilig moet leven zodat God je kan gebruiken, dan heb je alles goedkoop gemaakt. Je zult nooit vertrouwen hebben, je hart zal je altijd veroordelen en je zult het gevoel hebben van, ja, God zal het zeker voor Andrew doen, want je gelooft dat wonderen gebeuren, maar je zult zelf nooit het vertrouwen hebben om naar voren te komen en te bidden dat iemand uit de dood wordt opgewekt, omdat je hart je voortdurend veroordeelt en jou vertelt dat je tekort schiet.

De meesten denken dat die veroordeling wel waar moet zijn, dat het wel van de Heilige Geest moet komen en dat het nu eenmaal zo is. "Mijn hart zou me niet veroordelen, tenzij ik het verkeerd doe." Dat is niet waar. Je hart veroordeelt je altijd en vertelt je leugens.

Ik heb je voorbeelden gegeven uit mijn eigen leven. Ik zou je duizenden persoonlijke voorbeelden kunnen geven, zelfs uit de tijd nadat ik voorganger was geworden, zelfs nadat ik de waarheid had gezien. Het is een lastige waarheid om te kunnen bevatten, omdat niemand anders je op deze manier zal behandelen. Je man of vrouw zal je geen genade schenken en je behandelen naar hoe je in de geest bent. Ze behandelen je naar hoe je in het vlees bent en hoe jij je gedraagt. En ze zullen je zeggen: "Je bent zielig. Je verdient dit niet. Je bent een hypocriet." Een vriend van me, Dave Duall, vertelde eens dat toen hij de bediening inging, toen hij het volle evangelisatiecircuit inging en hij ging getuigen, dat hij en zijn vrouw veel problemen hadden. De helft van de tijd maakten ze ruzie. En hij vertelde dat hij eens de deur uitging om te evangeliseren, naar een vergadering van voorgangers ging, dat zijn vrouw hem naschreeuwde: "Hypocriet!!!" Weet je wat dit teweeg brengt? Het maakt dat je hart je veroordeelt, omdat je niet bent zoals je zou moeten zijn. Je zult steeds zeggen: "Oh God, hoe kunt u me ooit gebruiken, want ik ben niet zoals ik moet zijn." God vertelt je dat niet. God sprak niet door Dave's vrouw Bonnie. Je hart zal je veroordelen.

Toen ik begon met mijn bediening deed ik aan God de plechtige belofte, omdat ik nog behept was met deze wettische denkrichting, dat ik geen enkele preek zou houden tenzij ik twee weken van tevoren had gevast. Weet je, als ik nog steeds zou proberen op die manier te leven, zou ik nu allang dood zijn. De komende twee dagen ga ik vijf keer preken, dat is dus vijf keer twee, dus ik had 10 weken geleden moeten beginnen met vasten en bidden. Maar ik deed die belofte omdat ik goed wilde zijn, ik wilde God zoeken en mezelf nuttig maken zodat Hij me kon gebruiken. Ik zette die norm voor mezelf. Je geweten weet niet of de norm goed of slecht is, het weet alleen wat jij denkt dat goed en slecht is. Als ik denk dat ik twee weken voor iedere keer dat ik preek zou moeten vasten en als je me gevraagd zou hebben om te komen preken terwijl ik niet gevast had, dan zou mijn eerste reactie zijn: "Oh God, ik heb niet gevast, ik heb niet gebeden, ik heb het woord niet bestudeerd, ik ben niet voorbereid", dan zou mijn hart me gaan veroordelen. Ik zou me onwaardig voelen, zelfs al besteed ik regelmatig 15 uur per dag aan het bestuderen van het woord. Mijn religieuze ideeën zouden me veroordelen en ik zou niet kunnen komen, omdat ik mezelf er niet op had voorbereid.

Ik ontmoet altijd mensen die zo zijn. Ik ontmoet voorgangers die zichzelf twee uur lang opsluiten voordat de dienst begint om de Heer te zoeken, zich voor te bereiden en er klaar voor te zijn. Ik heb niet gezien dat Jezus zoiets deed. Weet je, vanavond kwamen er een paar mensen naar me toe die zeiden: "Ik kan niet geloven dat je voor de dienst met ons gaat praten." Eigenlijk is dat een schande. Ik ben hier niet om een ander te veroordelen, andere mensen mogen doen wat ze willen, maar ik kan je verzekeren dat Jezus niet eerst naar God ging voordat Hij de mensen bediende. Hij hielp gewoon de mensen. Hij was altijd dezelfde. Als jij jezelf moet oppeppen en in een bepaalde gemoedstoestand moet komen om dingen te doen, dan zul je so wie so niet effectief zijn.

Op een keer logeerde eens een vent bij me die zo was. Als hij 's morgens opstond, werkte hij eerst een ritueel af. Weet je dat het woord "mediteren" komt van "moeder"? Het betekent dat je eerst dingen zacht moet zeggen en dan steeds luider en luider en luider. Deze vent stond op en ging eerst zijn belijdenissen doen. Echt waar, hij was twee uur bezig met op de muren te slaan en te tieren en te schreeuwen: "Ik ben de rechtvaardigheid van God! Ik ben vol van de kracht van God! Ik zal mijn handen op de zieken leggen!" Hij werkte dit ritueel af. Ik was toen voorganger van een groep rangers. En om twee uur in de nacht kregen we een telefoontje dat iemand op sterven lag en ik moest ernaar toe om voor hem te bidden. Dus ik maakte die vent wakker en vroeg hem of hij mee wilde gaan. Maar hij zei: "Oh nee, ik kan niet mee. Ik heb mijn belijdenissen nog niet opgezegd." En hij stond dus op en begon zijn belijdenissen op te zeggen. Ik ging weg en bad voor de ranger en voordat die vent klaar was, was ik alweer terug. Aan zo iemand heb je niets. Echt helemaal niets. Als je 's morgens eerst je belijdenissen moet gaan opzeggen en jezelf moet oppeppen om dingen te doen, dan ben je religieus. Dat is echt zo.

Als je zoiets wilt doen, maar je zegt dat je weet dat je het niet hoeft te doen, maar je doet het omdat het goed is om te doen, als het een discipline voor je is, oké. Maar als je het moet doen, omdat je niet gebruikt kunt worden tenzij je dit en dat hebt gedaan, dan is het je eigen geweten, je eigen hart dat je veroordeelt, niet God. Jij bent degene die de norm bepaalt en je geweten weet niet of die van jou is of dat God het heeft bepaald. Het gaat je alleen maar veroordelen als je niet volgens de norm leeft. Jouw geweten weet het verschil niet tussen gemengd baden en gemengd zwemmen. Het weet het verschil niet tussen dansen en niet dansen, totdat jij er een norm aan hangt en gaat zeggen: "Dit is goed en dat is fout en God kan me niet gebruiken als ik niet een uur per dag bid. God kan me niet gebruiken als ik niet vast. God kan me niet gebruiken als ik niet naar de kerk ga."

Sommigen van jullie hebben dit nooit bewust gezegd, maar je denkt wel dat je al dat soort dingen moet doen en gehoorzaam moet zijn om God in je leven te laten werken. Dus als je een kerkdienst mist, omdat je om wat voor reden dan ook niet naar de kerk ging, omdat je te laat opbleef en jij je versliep en je daarom niet naar de kerk ging, dan veroordeelt je eigen hart je. Je wordt ziek en de dokter vertelt je dat je zult sterven en je weet dat God niet wil dat je ziek bent en dat Hij je beter kan maken, maar de waarheid is dat je het vertrouwen hebt verloren dat Hij je beter zal maken, omdat je op zondagochtend niet naar de kerk ging. Zo is het maar net.

Weet je, ik was eens voorganger in een kleine kerk in Colorado. Er woonden maar 144 mensen in het plaatsje Pritchett in Colorado en 100 daarvan gingen naar de kerk. We hadden gezien dat een man uit de dood werd opgewekt. De sheriff was bezig zijn zuurstofmasker van zijn gezicht af te halen en ik liep gewoon naar binnen en wekte deze man op uit de dood. Dat veroorzaakte behoorlijk wat opschudding. Van alle kanten kwamen de mensen naar de kerk. Ik had dus geen tijd meer om te eten en te slapen, omdat er zoveel mensen kwamen die zieken meebrachten. Ze kwamen dag en nacht bij onze deur en er gingen weken voorbij zonder dat ik het Woord kon bestuderen of kon bidden. Natuurlijk bad ik wel, maar ik bad voor de mensen. En ik las voor uit de Bijbel. We hadden geen televisie. Ik keek dus niet naar de televisie. En het is echt waar dat ik de deur moest uitglippen om iets te kunnen eten, want de mensen brachten zoveel zieken. In mijn hart wist ik dat ik het Woord moest bestuderen en dat ik moest bidden. Je kunt niet voortdurend alleen maar uitdelen. Ik had het ook nodig om over het Woord na te denken en daarom deed ik God een belofte dat, als ik de volgende ochtend zou opstaan, ik de hele dag zou vasten, de hele dag zou bidden en de hele dag het Woord zou bestuderen. Nou, ik was nog niet wakker of iemand kwam al op mijn deur kloppen. Ze maakten me om 5 uur 's morgens wakker omdat iemand gebed nodig had, dus ik begon te bidden, ik begon voor de mensen te bidden. En ik opende mijn Bijbel wel, maar dat was om de mensen te helpen. De hele dag hielp ik mensen en bad ik voor ze. En tegen lunchtijd kwam een vent langs die ik had proberen te bekeren en wedergeboren te laten worden. Deze vent stond op het punt om gered te worden en hij vroeg me of hij me kon uitnodigen voor een lunch. Ik had het hart niet hem te vertellen dat het niet kon omdat ik aan het vasten was en ik dacht dat dit wel eens de dag zou kunnen zijn dat hij wedergeboren zou worden. Ik ging dus met hem uit en at met hem. En ik had honger, omdat ik geen ontbijt had gehad, en dus at ik meer dan ik anders gedaan zou hebben.

In ieder geval, die avond reed ik 45 mijl om naar een Bijbelstudie te gaan. Ik reed zelf en ik voelde me zo onwaardig. Ik dacht: "Oh God, ik heb U beloofd dat ik de hele dag zou bidden, dat ik het Woord zou bestuderen, dat ik zou vasten, maar ik heb meer gegeten dan anders, ik heb de Bijbel niet eens geopend, ik heb helemaal niet gebeden." Ik voelde me zo onwaardig. Weet je, er schoten mij tekstplaatsen te binnen. De duivel kan de Schrift voor je citeren. Hij heeft heel veel van deze Bijbels vertaald. En de duivel bracht me in herinnering dat leugenlippen de Here een gruwel zijn, maar wie trouw handelen, zijn Hem welgevallig, dat een vuur voortdurend brandende gehouden moet worden op het altaar en niet uit mag gaan, dat het beter is om geen eed te doen, dan een eed te doen die je niet kunt nakomen. De Schriftplaatsen kwamen van alle kanten uit mijn geheugen tevoorschijn en terwijl ik steeds dichter bij Wasco, Colorado kwam, dacht ik: "Oh God, hoe hebt U me ooit kunnen gebruiken. Ik heb tegen U gelogen. Ik heb mijn eed gebroken." Ik voelde me zo onwaardig. Zie je, ik twijfelde er niet aan dat God dezelfde was. Ik dacht alleen maar: "God, ik ben niet dezelfde. Ik heb niet gedaan wat ik beloofd heb. Hoe zou U me kunnen gebruiken." En terwijl ik steeds dichterbij kwam, begon ik te zeggen: "God, hoe moet het dan met de mensen? Als U het niet wilt doen omdat U van me hield en omdat ik U teleurgesteld heb, doet U het dan voor de mensen. Gebruik me en zet de mensen vrij, omdat U van die mensen houdt." Maar ik voelde helemaal geen vrede, ik voelde geen geloof en vertrouwen. Dus ik ging maar door met zoeken en onderhandelen met God en eindelijk zei ik: "God, doe het dan alsjeblieft om Wie Jezus is." En zodra ik dat had gezegd, sprak de Heer tot me en zei: "Om Wie denk je dat ik het deed?"

Weet je, ik was teruggevallen in dit denken dat God me kon gebruiken omdat ik een kei was, omdat ik al die dingen goed had gedaan. Kijk niet op zo'n hoge toon naar me! De meeste van jullie zouden precies hetzelfde hebben gedacht en dat is nu net de reden dat je weliswaar gelooft dat God wonderen kan doen, maar dat je ze niet ziet, omdat je hart je veroordeelt en jij je hart niet overtuigt. Je denkt alleen maar dat als je het goed deed, dat jij je dan goed zou voelen en dat je zelfvertrouwen zou hebben. Dat is niet zo. Je moet de waarheid van het Woord van God nemen en je moet je geweten veranderen. Je moet je geweten reinigen. Je moet je hart overtuigen zodat het jou gaat overtuigen in plaats van jou gaat veroordelen. En het kost inspanning van jouw kant om jezelf te vernieuwen.

Veroordeling, schuld en onwaardigheid heb je van nature. Je rechtvaardig te voelen, geaccepteerd en welgevallig voor God komt je niet aanwaaien. Je moet je hart overtuigen. Je moet jezelf herprogrammeren. De meesten van ons hebben dat niet gedaan. We zouden het gevoel hebben dat je dat niet tegen jezelf kunt zeggen. Stel je voor dat God het er niet mee eens is! Nou, dan moet je naar het Woord gaan en ontdekken wat God zegt en tegen jezelf zeggen wat God zegt. De meeste van ons zeggen niet tegen zichzelf wat God zegt. De meeste van ons hebben geaccepteerd dat de zonden van onwaardigheid, veroordeling en mislukking feitelijk van God komen. Dat het normaal is en zo hoort. Dat is het niet.

Ik ga hier niet over onderwijzen, maar ik ga je wel iets zeggen wat ik waarschijnlijk niet zou moeten doen, maar ik doe het toch, omdat ik misschien niet de tijd heb om het uit te leggen.

Weet je dat de mens zijn geweten verkregen heeft? Ik geloof niet dat God de mens met een geweten schiep. Ik geloof dat het door de boom van kennis van goed en kwaad kwam. We gaven onszelf een geweten. God wilde niet dat je dit ding binnen in je had dat je steeds maar vertelt wat goed en wat verkeerd is. Maar omdat we allemaal een geweten hebben, heeft God de wet gegeven en het geweten vergroot, niet het gedeelte dat je iets goeds kan vertellen, maar het gedeelte dat je veroordeelt. De wet leerde ons veroordeling en leerde ons geweten hoe het ons moest veroordelen. Het diende een doel, namelijk om je te laten zien dat jij jezelf niet kunt redden. Je bent niet goed genoeg. Je hebt een Verlosser nodig. Het geweten had dus tot doel om je tot Christus te brengen. Maar als je eenmaal tot Christus gekomen bent, dan kan het geweten je niet echt meer helpen. Het doet niets anders dan je maar blijven veroordelen, totdat je het bloed van Jezus Christus neemt en jij je geweten reinigt van dode werken. Dan komt het zover dat het tenminste neutraal is of, als je werkelijk volwassen hierin wordt, dan krijg jij je geweten zover dat het je feitelijk vertrouwen en zekerheid geeft, maar je krijgt het nooit in overeenstemming met wat je in je hart voelt. Je moet je leven altijd baseren op wat het Woord van God zegt, omdat je hart wispelturig is en je geweten wispelturig is. Je geweten kan gebrandmerkt zijn met een heet brandijzer (1 Timoteüs 4:2). Je geweten is een gids, maar niet een betrouwbare gids en je moet het voortdurend in bedwang houden en het moet beteugeld worden door het Woord van God.
Je zult nooit een punt bereiken waar je alles goed doet, waar, als je maar genoeg bidt, vaak genoeg naar de kerk gaat, voldoende het woord bestudeert en je beleefd genoeg bent en genoeg van de mensen houdt, je automatisch zoveel geloof en vreugde en vrede zult voelen dat je nooit meer zult twijfelen. Dat zal nooit gebeuren. Het bestaat niet. Je moet het Woord van God nemen en jezelf letterlijk herprogrammeren, je eigen zelfveroordeling aan de kant zetten en je leven baseren op wat Gods Woord zegt en niet op wat jij zegt.

Sommigen van jullie denken misschien dat ik van nature in God geloof. Dat is niet zo. Het kostte me heel veel inspanning. Sommige mensen zien me dingen doen; ik heb jullie een getuigenis gegeven hoe ik iemand uit de dood heb opgewekt, en jullie denken dat het eenvoudig is, dat je dat zou kunnen geloven. Maar weet je dat er meer dan 20 jaar overheen zijn gegaan, waarin ik op het Woord stond en mijn denken vernieuwde, voordat mijn hart op de plek was waar ik kon bevatten dat God me kon gebruiken om iemand uit de dood op te wekken? Het kwam niet als vanzelf. Ik droomde erover. Het kwam zover met me dat een half jaar tot een jaar lang al mijn dromen over het opwekken van doden gingen. Ik stond ervoor in geloof. Ik nam Schriftplaatsen die gebieden dat ieder van ons erop uit zou moeten gaan om de zieken te genezen, de melaatsen te reinigen en de doden op te wekken. Die teksten zijn er niet alleen voor predikers of voor de superheiligen. Ik nam ze en vernieuwde mezelf en overtuigde mijn hart. Ik joeg ernaar. Het gebeurt niet per ongeluk. Er is niemand die per ongeluk iemand uit de dood opwekt. Er is niemand hier die per ongeluk de liefde en het welbehagen van God gaat voelen en gewoon sterk staat in de Heer. Je moet ernaar jagen en het kost inspanning.

De meeste Christenen denken dat God niet van ze kan houden omdat ze het niet voelen, omdat ze niet dat vertrouwen hebben, omdat ze weten dat ze niet zijn zoals ze zouden moeten zijn. Ze laten gewoon toe dat hun hart hun veroordeelt. Ik probeer dit soort denken om te draaien en je te laten inzien dat het niet God is die je veroordeelt, maar dat het je hart is. Het is verkeerd. Je moet je hart overtuigen. In 1 Johannes 3 staat in vers 20 dat zelfs als je hart je veroordeelt, God meerder is dan je hart. Hij zal nog steeds van je houden. En in het volgende vers staat dat als je hart je niet veroordeelt, als jij je hart zou overtuigen, dat je dan vrijmoedigheid hebt tegenover God en dat je de zegen en de goedheid van God gaat ervaren. Je eigen hart is je ergste vijand. De meeste van ons hebben ons hart niet beteugeld en in bedwang gehouden. We laten het ons in bedwang houden, een niet vernieuwd hart, een hart dat ons veroordeelt.

Ik ga je nog heel veel dingen vertellen over de positieve bediening van de Heilige Geest. Vanavond heb ik je alleen nog maar laten zien dat je gevoelens niet altijd juist zijn en dat er iets is dat werkelijker is dan wat je voelt. Daarna gaan we praten over hoe de Heilige Geest je terechtwijst en met zonde omgaat, hoe de Heilige Geest dingen doet. Ik verzeker je dat dit je leven zal transformeren, als je kunt accepteren, begrijpen en bevatten waar we het over hebben. Dit is werkelijk goed.
Ik weet dat voor sommigen van jullie dit anders zal zijn. Je gaat graag naar de kerk en je laat je vermaken, alsof het een bijeenkomst is waar je wordt opgepept: "God houdt van je en je kunt het doen. Ga ervoor." Je raakt helemaal opgepept en je gilt en schreeuwt en roept en gaat erop uit, en je hart blijft je maar veroordelen. Dit is niet wat sommigen van jullie die naar de kerk gaan om zich te laten vermaken gewend zijn. Dit is lastig. Sommigen van jullie moeten nota bene je hoofd op een andere manier gaan gebruiken dan alleen als hoedenplank. Je zult het niet leuk vinden. Maar ik vertel je dat we de waarheid moeten horen. En het is de waarheid die je vrijmaakt. Ik geloof dat dit je zal helpen. Amen.


Deel 2. De Trooster


 

www.vergadering.nu