Bijbelgetrouw, krachtig en praktisch onderwijs van Andrew Wommack
Overzicht van de vertaalde bijbelstudies van Andrew Wommack, klik hier...

Hoe te stromen in de gaven van de Heilige Geest - 2
Andrew Wommack

Deel 1. Het belang van de gaven
Deel 2. De Heer staat altijd ‘Aan’
Deel 3. De Goddelijke stroom

Oorspronkelijke titel: How To Flow In The Gifts Of The Holy Spirit
Als MP3 bestand te downloaden van: www.awmi.net
Vertaling: 2008 Jan Vossen

De gaven van de Heilige Geest behoren tot de belangrijkste voordelen van het christenleven. Ze stellen ons in staat anderen te bereiken met bovennatuurlijke vermogens.

Deel 2: De Heer staat altijd ‘Aan’.

In ons eerste onderwijs heb ik in principe onderwezen hoe belangrijk de gaven van de Heilige Geest zijn. En ik probeerde aan te tonen dat het geen ‘extraatje’ is, maar dat het echt Gods bedoeling is, dat als Zijn Woord wordt gepredikt, het altijd wordt bevestigd door tekenen en wonderen die volgen. We hebben Markus 16:20 daarvoor gebruikt en natuurlijk nog vele andere verzen. Ik heb ook kort gesproken over de doop in de Heilige Geest en dat de gaven van de Heilige Geest nog steeds noodzakelijk en beschikbaar zijn voor ons, tot op de dag van vandaag. Ik heb dat niet heel uitgebreid gedaan, het was zeker geen volledige uitleg, maar omdat er tegenwoordig zoveel mensen in het lichaam van Christus zijn die geloven dat de gaven zijn uitgestorven met de apostelen, of die denken dat ze voor ons tegenwoordig niet zo belangrijk of noodzakelijk zijn. Daarom vond ik dat ik die dingen minstens even moest behandelen.

Vandaag beginnen we echt te spreken over hoe te stromen in de gaven. In deze tweede onderwijstape van deze driedelige serie over ‘hoe te stromen in de gaven’, wil ik over iets spreken dat heel eenvoudig is. Het is in feite zó eenvoudig dat het gemakkelijk over het hoofd wordt gezien. En sommigen begrijpen misschien niet volledig het belang hiervan. Maar naar mijn inschatting geloof ik dat de voornaamste reden dat de mensen die geloven in de doop in de Heilige Geest en de gaven van de Heilige Geest, toch niet in die gaven stromen, komt omdat ze verkeerde ideeën hebben over hóe God deze gaven laat werken.

Er zijn een aantal dingen. Allereerst uit 1 Korintiërs 12. De apostel Paulus sprak hier over de gaven van de Heilige Geest. En ik ga geen compleet onderwijs geven over de negen gaven van de Heilige Geest. Laat ik daarvan alleen zeggen dat deze negen gaven, die in 1 Korintiërs 12 worden opgesomd niet allesomvattend zijn. Er worden ook nog 7 gaven opgesomd in Romeinen 12 en ik ben er ook niet zeker van dat die allesomvattend zijn. Met andere woorden, dit legt uit hoe enkele van die gaven functioneren, maar dat betekent niet dat dit de enige bovennatuurlijke gaven zijn die God in mensen bewerkt.

Maar ik val midden in enkele van de dingen die hier door de apostel Paulus worden gezegd. Er staat in 1 Korintiërs 12:7 Maar aan een ieder wordt de openbaring van de Geest gegeven tot welzijn van allen. Nogmaals, je kunt hier nog veel meer uithalen als je het in zijn verband beschouwt, maar het punt waar ik hier op wil wijzen is, dat God de gaven van de Heilige Geest aan IEDERE wederom geboren gelovige geeft die de Heilige Geest en zijn gaven wil ontvangen. Ieder persoon heeft gaven. Er zijn heel wat mensen die dat niet beseffen. De waarheid volgens dit vers is, dat alle wederomgeboren Geestvervulde gelovigen gaven van de Heilige Geest gekregen hebben. En in dezelfde context staat hier dat de Heilige Geest aan íeder afzonderlijk geeft zoals Hij wil. Met andere woorden, ieder heeft niet alleen maar één gave van de Heilige Geest, maar potentieel verschillende gaven van de Heilige Geest. Ik heb sommige mensen horen onderwijzen dat je in elke onderscheiden gave van de Heilige Geest kunt functioneren. Ik ben er niet zeker van of dat correct is, maar dit vers, 1 Korintiërs 12:11, zegt dat de Heilige Geest aan ieder apart toedeelt zoals Hij wil.

Deze verzen zeggen dus dat iedere wederomgeboren Geestvervulde gelovige die de Heilige Geest heeft ontvangen, minstens één en waarschijnlijk verschillende gaven van de Heilige Geest in zich heeft. En het moet je uitgangspositie zijn dat je ervan uitgaat dat God ze al heeft gegeven. En het is meer een kwestie van ontdekken wat je gaven zijn dan te proberen God over te halen je gaven te geven. Dat is één heel belangrijke misvatting waar de meeste mensen onder lijden. De meeste mensen geloven niet dat je die gaven al hébt. Ze geloven dat je iets moet doen om ze te verkrijgen. Maar de Schrift leert dat je ze al hébt.

En vervolgens, waarschijnlijk de grootste belemmering, die ik zelf heb ervaren in gesprekken met mensen, is het idee dat de gaven van de Heilige Geest komen en gaan afhankelijk van Gods grillen. Je formuleert het wellicht niet op die manier, maar ik kan je verzekeren dat als jij zo iemand bent, die bij mensen is geweest die geloven in de gaven van de Heilige Geest en er in functioneren, dan heb je uitspraken gehoord die tot de conclusie leiden dat God maar komt en gaat op mensen. En dat de gaven van de Heilige Geest alleen maar op bepaalde momenten functioneren. En dat de Heilige Geest gemakkelijk gekwetst is. Ik weet zeker dat velen van jullie in een dienst zijn geweest waar een prediker heeft gezegd: ‘Laat niemand zich verroeren. Je grieft wellicht de Heilige Geest’.

Ik heb zelfs een preek gehoord van iemand die predikte dat als je kauwgom kauwde het de Heilige Geest kon grieven, omdat het gebrek aan eerbied toonde en daardoor de Geest in een dienst kon uitdoven. De meeste mensen zullen zeggen: ‘Nou, dat is nogal extreem, dat geloof ik niet’. Maar ze geloven misschien dezelfde principes: niemand mag lopen, iedereen moet stil zijn in de dienst. Ik geloof gewoon niet dat daar een Bijbelse grond voor is. De Bijbel zegt wel dat we de Heilige Geest kunnen uitdoven. Maar dat gaat helemaal niet over rondlopen tijdens een dienst en dat soort dingen als onze religieuze tradities, dat je jurken moet dragen, dat je plechtig en waardig rond moet lopen en er zuur en bleek en ernstig uit moet zien. Dat soort dingen zijn gewoon religieuze misvattingen.

Jezus functioneerde in zijn bediening zeer zeker in de gaven van de Heilige Geest en ik stel me zijn samenkomsten voor als een heel circus. Ik bedoel, er kwamen duizenden mensen naar toe, en er waren kinderen bij, dat weten we vanuit Markus 6 waar Hij de menigte voedde. Er was een jongetje die vijf broden en twee vissen bij zich had. Er waren kinderen bij. Geen denken aan dat die volmaakt stil zaten. Denk er ook aan dat ze geen restaurants of foyers of toiletten hadden daar in de wildernis. Ik bedoel er waren duizenden mensen die dagenlang bleven. Die moesten ook naar de wc. Er stonden voortdurend mensen op die gingen lopen en naar de buitenkant van de menigte liepen om hun behoefte te doen. Er waren ook criticasters, de schriftgeleerden, de farizeeërs en de Herodianen, die Jezus aanvielen. We hebben Bijbelse verslagen hoe ze Hem aanspraken. Mensen werden genezen, demonen kwamen eruit. Dit hele idee dat je niet kunt lopen en dat de Heilige Geest zó gevoelig is als je iets niet goed doet, dat Hij ogenblikkelijk verdwijnt. Of dat de gaven maar komen en gaan op basis van iets ontastbaars dat wij niet kunnen begrijpen. Ik denk werkelijk dat dit een grote belemmering is voor het stromen in de gaven van de Heilige Geest.

Ik denk persoonlijk, op basis van de Schrift, en ga enkele van die dingen nog uitleggen, dat de Heer áltijd klaar en bereid is om door ons heen te stromen door de gaven van de Heilige Geest om mensen te helpen. En dat komt in feite gewoon omdat God van mensen houdt. En het doet er niet toe aan wie jij bedient, en het maakt niet uit bij wie je in de buurt bent. Het doet er niet toe of jij denkt dat ze een ‘geestelijke’ reus zijn, er is gewoon helemaal niemand die al de volheid heeft bereikt van alles wat we in Christus zouden kunnen hebben of zouden moeten zijn.
Er is altijd nog meer dat God aan iemand wil toedelen. Als het niets anders is, dan gewoon om gesterkt en bemoedigd te worden in de dingen waarin ze al functioneren. Maar ik geloof dat God altijd nog meer te manifesteren heeft in de levens van mensen. En natuurlijk doet Hij dat door de gaven van de Heilige Geest. De gaven van de Heilige Geest zijn niet vreemd of raar of griezelig. Het is gewoon God die mensen bedient boven menselijke mogelijkheden uit. Het is God die bovennatuurlijk door ons heen stroomt om mensen te bereiken. Die gaven van de Heilige Geest zijn daarvoor. En nogmaals zeg ik dat Hij altijd mensen wil helpen en bedienen.

Als jij dit begrijpt, dan ga je in plaats van denken dat de Heilige Geest maar komt en gaat, begrijpen dat wíj in feite komen en gaan in ons waarnemen van wat God door ons heen wil zeggen en doen naar andere mensen toe. God is echt niet zo kwetsbaar en gevoelig en lichtgeraakt als wordt beweerd. En Hij komt en gaat ook niet zoals het zo vaak wordt voorgesteld. Vooral niet met de gaven van de Heilige Geest. Ik denk dat dit afkomstig is van mensen die graag dramatiseren en die de gaven van de Heilige Geest tot een spektakel willen maken. Natuurlijk zijn ze bovennatuurlijk en we moeten ze echt niet als iets vanzelfsprekends of ‘normaals’ beschouwen, maar tegelijkertijd zijn ze echt heel ‘normaal’ en heel ‘natuurlijk’ voor een wederomgeboren Geestvervulde christen.

Hoe in staat te zijn mensen te bedienen met woorden van kennis en wijsheid die geen oorsprong hebben in enige fysieke aanwijzing of gewone verstandelijke vermogens? Wij hebben niet alleen maar fysieke vermogens. Wij hebben God binnen in ons leven en Hij weet dingen over ons en over andere mensen die wij nooit zouden kunnen weten met onze kleine kersenpit. En als Hij de ruimte krijgt is Hij altijd bereid te stromen. Het is ‘normaal’ en ‘natuurlijk’ als dat gebeurt.

Ik denk dat men gepoogd heeft om dit tot iets dramatisch en heel speciaals te maken, zodat wij zeggen: ‘Oh man, kijk, hier is de zalving van de Heilige Geest’! Ik denk aan een prediker, ik zal geen namen noemen, ik ben zeker niet tegen hen en ik wil ook niemand bekritiseren, want ik geloof dat dit hun religieuze traditie was. Ik ben van duizenden religieuze tradities vrijgemaakt, maar God is nog steeds met mij bezig en het zou me niets verbazen als ik nog steeds aan enkele religieuze tradities vast zou blijken te zitten. Ik veroordeel mijzelf hier niet om, en dus veroordeel ik ook niemand anders hierover. Maar ik herinner me iemand die heel sterk opereerde in de gaven van de Heilige Geest. En als ze aan het bedienen waren, dan stopten ze opeens en zeiden: ‘Hier komen de engelen van God dit gebouw binnen. Nú zullen de gaven van de Heilige Geest gaan stromen’. En ze stellen het voor alsof er eerst nog geen zalving zou zijn, en er geen verlangen van Gods kant was om die mensen te bedienen tot precies op dát moment. En door het op die manier voor te stellen werd het heel dramatisch en begonnen mensen het wonderbaarlijke te verwachten en er zich op in te stellen. Dat kwam door wat deze prediker zei. En het had het gewenste resultaat en de gaven begonnen daardoor te werken. Maar ik geloof niet werkelijk dat de gaven van God op die manier maar komen en gaan op mensen.

Aan de andere kant ben ik bij heel wat predikers geweest die voor mensen baden en in de gaven van de Heilige Geest stroomden en die grote wonderen zagen gebeuren en dan zeiden ze opeens: ‘De zalving is geweken, ik kan niet meer voor anderen bidden’. En ik heb gezien dat mensen in gebedsrijen stonden, die de aanraking van God heel hard nodig hadden, maar ‘de zalving was geweken’, dus moesten ze het maar zonder stellen. En ik heb sommige van die mensen gekwetst en bezeerd naar huis zien gaan. ‘Wat is er aan de hand, geeft God niets om mij’? Nogmaals, ik wil die prediker niet bekritiseren, maar ik denk dat het juister is om te zeggen, dat die prediker gewoon aan het eind van zijn Latijn was gekomen om nog voor mensen te bidden en daarom stopte met in de gaven van de Heilige Geest te stromen. Ik denk niet dat God moe of uitgeput is geraakt. Of dat God geen zin meer had om de rest van de mensen te bedienen.

Maar ik weet uit mijn eigen ervaring, dat ik wel vijf of zes uur lang voor mensen heb gebeden, stromend in de gaven van de Heilige Geest. Het is vermoeiend en na een poosje is je lichaam vermoeid, je verstand wordt moe. Dat is geen kritiek op mij of wie anders dan ook, maar ik zeg dat als dat gebeurt, is het verleidelijk voor mij om te zeggen: ‘Oh, ik voel dat de zalving is verdwenen, ik kan niet langer voor iemand anders bidden’. Maar ik geloof niet dat dat juist is. Het zou juister zijn als ik zou zeggen: ‘Mensen, ik ben gewoon moe, te uitgeput om nog op de manier zoals God wil te kunnen reageren, zoals ik zou moeten. Ik moet gewoon stoppen. Ik ben uitgeput.’ Ik denk dat dat veel juister zou zijn en een meer integere uitspraak. Maar zo vaak hoor je predikers zeggen: ‘Oeps, daar gaat de zalving. God is vertrokken. We kunnen niet langer voor mensen bidden’.

Ik geloof gewoon niet dat God op die manier komt en gaat. Veeleer is het zo dat God áltijd verlangt om door ons heen te stromen en mensen aan te raken. En natuurlijk functioneren wij niet altijd op die manier voor mensen. Dat komt niet omdat God niet zou verlangen dat te doen, maar omdat wij soms wel ontvankelijk zijn voor God en gevoelig voor Zijn leiding, en andere keren niet. Op andere momenten zijn wij helemaal zelfgericht. Soms zijn we aan andere dingen aan het denken, soms is ons denken gewoon in beslag genomen met onze eigen problemen, of wat dan ook en zijn we gewoon niet gevoelig voor de dingen van God.
Maar ik weet dat het kan gebeuren iedere keer als ik het nastreef. Weet je, als ik gewoon mijn dag zou beginnen en zeggen: ‘Vader, ik wil vandaag door U gebruikt worden. Ik wil mensen bedienen, gewoon de mensen achter de kassa als ik een supermarkt binnenga. De bediende aan het tankstation aan wie ik betaal. Ieder persoon waar ik mee in aanraking kom. Gebruik mij vandaag om die mensen te bedienen.’ Als ik zó zou bidden en me daarop focussen, dan is het bijna onvermijdelijk dat ik sommige van die mensen aan zal raken die dag. Maar het is heel gemakkelijk dat ik daar zelfs niet eens aan denk. Ik ga mijn eigen gang en zorg voor mijn eigen zaken. Ik ga de winkels in en uit en denk helemaal niet aan de mensen achter de kassa. En als ik dat niet doe, denk ik niet dat het God is, die geen zin had om door mij in de gaven van de Heilige Geest te stromen, maar ík was niet gevoelig voor wat God wel had kunnen doen en door mij had willen doen.

Ik ga zo enkele verzen bespreken, maar ik wil eerst dit principe vaststellen en dan zullen we dat aan de hand van de Schrift onderbouwen. Maar laat ik je nog een laatste voorbeeld geven. Toen wij onze Bijbelschool begonnen, ik denk in 1994, was de allereerste groep studenten die kwam gewoon zó hongerig. Ze stelden allerlei soorten vragen. En ik gaf onderwijs over precies dit onderwerp dat ik hier bespreek. Hoe God altijd bereid en verlangend is om door ons heen te stromen in de gaven. Het is niet God die aan en uit gaat. Wij zijn degenen die aan of uit staan. Wij zijn degenen die niet altijd waarnemen of God toestaan door ons heen te stromen. En terwijl ik dit vertelde deed ik een uitspraak in die klas. Ik zei: ‘Met de gaven die ik van de Heilige Geest heb, kan ik hier gewoon bij de eerste rij beginnen en de rij afgaan, en ik kan ieder persoon die hier zit bedienen. Ik hoef helemaal niet op God te wachten tot Hij iets speciaals doet. Ik weet dat God van ieder van jullie houdt en voor ieder van jullie heeft God iets wat Hij je graag zou willen geven. En als ik mezelf zou opwekken en mezelf op de Heer zou richten, dan zal God me een woord van wijsheid, een woord van kennis en een onderscheiding van geesten geven voor ieder individueel persoon in deze klas’.

Dat was nogal een bewering. En toen ik dat deed zeiden natuurlijk enkele studenten ogenblikkelijk: ‘Nou, bewijs het maar, doe het dan maar’. En weet je, ik ging gewoon de rij af. Ik weet niet meer hoeveel studenten we toen hadden, waarschijnlijk rond de zestig studenten. En ik ging gewoon de rij af en begon eerst de Heer te prijzen om mijn hart op de Heer gericht te krijgen en ging naar de eerste persoon toe. Ik zei: ‘Vader, ik weet dat U hen liefhebt en dat U meer voor hen hebt dan ze op dit moment hebben begrepen of ontvangen. En wij putten daar gewoon uit. Ik wek de gave op die U binnen in mij heeft gelegd’. Dat is wat Paulus Timoteüs opdroeg in 2 Timoteüs 1:6 : wek de gave op. Met andere woorden, wacht niet op de gaven om jóu op te wekken, maar wek de gaven op die in je zijn. Ik begon zo dus te bidden en al gauw kwam daar een woord van wijsheid, een woord van kennis. En ik begon aan deze mensen te bedienen. En ik kan me niet meer iets heel specifieks herinneren, maar ik herinner me nog dat de dingen die de Heilige Geest door mij heen bediende zo de spijker op de kop sloegen, dat mensen gingen huilen, mensen werden bevrijd en we moesten de rest van de schooldag en de lessen afzeggen omdat mensen in de rij stonden. Ik bad voor mensen, mensen werden genezen en bevrijd. En er gebeurden geweldige dingen. Keer op keer zeiden de studenten: ‘Dat is exact juist, niemand wist wat er met me gebeurd is, niemand wist wat ik voelde of dacht. Dit móet de Heilige Geest zijn geweest’.

En weet je, ik kan dat op ieder moment doen als ik mijzelf op God gefocust krijg. En de waarheid is, dat ik dat meestal niet doe als ik les geef op de Bijbelschool, omdat het de hele rest van het onderwijs verstoorde. En ik denk dat ik echt een gave voor onderwijs heb. En als ik mensen onderwijs geef, zoals ik ook hier op dit moment doe, dan geloof ik dat dit niet bepaald minder is dan functioneren in een woord van wijsheid en een woord van kennis of onderscheiden van geesten. Onderwijzen van het Woord van God is óók een geestelijke gave. Dat wordt genoemd in Efeziërs 4 en in Romeinen 12. En daar bedien ik mensen door. En ik beschouw mijn onderwijsgaven belangrijker dan de andere gaven. Ik functioneer specifiek in een woord van kennis, van wijsheid en onderscheiden van geesten. Mijn dominante gave, de hoofdzaak waar God mij toe heeft geroepen is het Woord van God onderwijzen. Maar ik vul dat aan en voeg er aan toe en ik breid de bediening die God me gegeven heeft uit, ik bekrachtig ze door ook te functioneren in die andere gaven. Ik kán het dus op ieder moment doen, maar in de klas bid ik maar af en toe voor de studenten. Het grootste deel van mijn tijd besteed ik aan onderwijs. Zoals ik heb laten zien door dit voorbeeld wil iedereen wel een ‘woord’, iedereen wil wel iets van God ontvangen. En ook al heeft dat nut, ik kan niet voortdurend bij de studenten zijn. En in wezen is de grootste bijdrage die ik ze kan geven mijn leraarsgave te gebruiken en hen het Woord van God te leren en hen te leren hoe ze de stem van God moeten horen en rechtstreeks van God ontvangen. En dat is uiteindelijk veel beter voor ze dan dat ik in de gaven functioneer en op individuele basis hen bedien.

Maar ik vertel dit om te zeggen dat ik het ook heb bewezen. En ik heb het vele keren gezien. Het gebeurt zo vaak in mijn samenkomsten dat mensen naar mij toe komen en om gebed vragen. En de waarheid is, dat ik doodmoe ben. Ik ben uitgeput. En geloof het of niet, er zijn momenten dat mijn aandacht door andere zaken in beslag wordt genomen. Ik heb zaken die ik moet regelen, ik moet tapes maken. Ik moet mensen spreken, ik moet naar allerlei plaatsen toe. En er zijn momenten dat mijn aandacht gewoon niet zo op de Heer is geconcentreerd als zou moeten. En als ik me niet kon vasthouden aan deze waarheid die ik nu met jullie deel, dat God áltijd bereid en gewillig is om door mij heen te stromen, door deze gaven van de Heilige Geest, als ik dat niet zou geloven, dan zouden er momenten zijn dat ik niet voor mensen zou willen bidden. Ik zou dan zeggen: ‘Nou, ik heb nu even niets. God heeft me niets gegeven’. Omdat ik eerlijk gezegd gewoon niet op de Heer gericht ben.

Maar vanwege deze waarheid, dat ik weet dat God altijd gewillig en bereid is om te bedienen, daarom wek ik mijzelf op als de noodzaak aanwezig is. Ik begeef me gewoon in de positie waarin mijn denken op de Heer gericht is. Ik weet dat dit de natuur en het karakter van God is, en ik laat Hem door mij heen stromen. En daarom kan ik, sinds ik dit heb begrepen, zo goed als altijd stromen in de gaven van de Heilige Geest. En nogmaals, die enkele keren dat het me niet lukt om verbinding te maken komen niet omdat God niet ‘aan’ staat en niets communiceert, maar omdat ik ‘uit’ sta en gewoon niet ontvankelijk ben. Ik ben fysiek en heb een lichaam, dus ik maak dat soort fouten. Er zijn dus momenten dat ik eerlijk gezegd gewoon niet in de Heilige Geest functioneer. Maar sinds ik dit heb geleerd komt het weinig voor. En ik zie gewoon meer van de gaven van de Heilige Geest in werking.

Laat ik een vergelijking gebruiken om dit toe te lichten. Dan spreek ik over de gaven van spreken in tongen. Dat is één van de negen gaven die in 1 Korintiërs 12 worden opgesomd. Als iemand de doop in de Heilige Geest ontvangt, is het gebruikelijk dat ze in tongen spreken. Nogmaals, ik ga hier geen volledig onderwijs over geven. Ik zou wel een uur lang kunnen besteden aan het doornemen van het boek Handelingen om dit te onderbouwen, want in het boek Handelingen wordt in de meeste gevallen waar iemand met de Heilige Geest wordt vervuld, overduidelijk dat ze in tongen spraken. En in de andere gevallen, waar het niet expliciet wordt vermeld dat ze in tongen spraken, is heel duidelijk dat er iets was wat mensen konden horen of zien. Er was een zichtbare en hoorbare uitwerking die de Heilige Geest in hun leven had. En om in één lijn te blijven met de overduidelijke keren in het boek Handelingen waar de Heilige Geest werd ontvangen, is het logisch als het ook daar ging om het spreken in tongen. Dat ga ik niet verder uitwerken, maar ik geloof dat het spreken in tongen een van de allereerste dingen is die gebeuren als iemand de Heilige Geest ontvangt.

En met deze gave van spreken in tongen is het precies zoals met alle gaven van de Heilige Geest. Je hoeft helemaal niet te wachten tot de Heilige Geest je als het ware overvalt en je overweldigt om in tongen te spreken. Het is heel belangrijk dat je dit begrijpt, omdat er een groot deel in het lichaam van Christus is, de Pinksterbeweging, die toen ze voor het eerst de doop in de Heilige Geest ontvingen en in tongen begonnen te spreken, een typische doctrine hadden, dat je niet in tongen kon bidden als je dat zelf wilde. Als je dat beweerde werd je fronsend bekeken en het werd bijna als heiligschennis opgevat. Je kon niet zomaar in tongen gaan bidden als je dat zelf wilde. Je moest wachten tot de kracht van God over je kwam. En daarom hebben ze een doctrine ontwikkeld over ‘wachten’ op de Heilige Geest. Het was niet ongebruikelijk onder sommige van de eerste pinkstermensen dat ze wel twintig jaar besteedden aan het zoeken naar de doop in de Heilige Geest en maar zaten te wachten tot God het aan ze gaf. En ze zaten maar te wachten tot ‘het gebeurde’.

Dat is zeer zeker niet wat de Schrift ons leert. Toen ik de doop in de Heilige Geest ontving en zocht om in tongen te spreken, want ik verlangde die gave, werd ik in feite belemmerd door een verkeerd idee dat de Heilige Geest als het ware ‘over me heen moest komen’ en mij moest ‘overweldigen’ en door mij heen spreken. Misschien is het volgende een beetje vies voorbeeld, maar het is precies waarover de Heer tot mij sprak. Hij spreekt tot mij op manieren die ik kan ontvangen, dus wees mij een beetje genadig. Maar ik dacht eerlijk dat als je met de Heilige Geest sprak, en God erom vroeg, en als het kwam, dan verwachtte ik dat het over me zou komen zoals je moet overgeven. Dat je dan je hand op je mond kon doen, je kon proberen wat je wilde om het tegen te houden, maar boem, het kwam er gewoon uit. En je kon er geen controle over houden. En ik zat op zo’n soort ervaring te wachten. En daardoor duurde het wel drie en een half jaar nadat ik de Heilige Geest had ontvangen voordat ik werkelijk in tongen begon te spreken. Dit bespreek ik in veel meer details in andere tapes, maar laat ik één van de verzen geven waardoor de Heer echt tot mij sprak. In Handelingen 2 wordt verteld hoe op de Pinksterdag de Heilige Geest op hen kwam en in vers 3 staat: en er vertoonden zich aan hen tongen als van vuur, die zich verdeelden, en het zette zich op ieder van hen; 4 en zij werden allen vervuld met de Heilige Geest en begonnen met andere tongen te spreken, zoals de Geest het hun gaf uit te spreken.
Merk op dat hier staat dat ZIJ met andere tongen begonnen te spreken zoals de Geest hun gaf uit te spreken. Als je hierover nadenkt, hierop mediteert, dan staat hier dat niet de Heilige Geest door hen in tongen sprak, ZIJ spraken in tongen en de Heilige Geest gaf hen de inspiratie.

In feite wordt dit onderschreven door 1 Korintiërs 14:14 Want indien ik bid in een tong, bidt mijn geest wel, maar mijn verstand blijft onvruchtbaar.
Als je in tongen bidt, spreekt de Heilige Geest niet door jou heen door de controle over jou over te nemen en jou letterlijk te manipuleren en je mond te bewegen. Voor sommigen is dit misschien overduidelijk, maar ik probeer hier een punt toe te lichten. De gaven van spreken in tongen is niet iets dat je overkomt en je overweldigt, dus iets dat je alleen maar doet als de Heilige Geest zich gewoon letterlijk door jou heen wringt, en dat Hij op je komt en gewoon door je heen stroomt en opeens vertrekt Hij weer en het is voorbij. Dat is niet de manier waarop de gave van spreken in tongen werkt. Maar jíj moet in tongen spreken en de Heilige Geest geeft de inspiratie.

Ik vergelijk dit met mijn gave van leraarschap. De meesten kennen wel de een of andere prediker en de manier waarop een prediker bedient. Het is wel degelijk God die hen inspireert, de Heilige Geest neemt hun mond niet over en spreekt door hen woord voor woord. Een prediker preekt, in mijn geval bijvoorbeeld heb ik een Texaans accent, ik ben een boertje uit Texas. Maar de Heilige Geest spreekt door mij en ik heb duizenden en tienduizenden levens van mensen zien veranderen. Ik weet dat wat ik zeg, als ik predik, door God geïnspireerd wordt, en God gebruikt het. Maar weet je, God spreekt zelf niet met een Texaans accent. God is geen boertje. God zou nooit het slechte Engels gebruiken dat ik spreek. God spreekt niet rechtstreeks door mij en beheerst mij niet dat Hij mij overweldigt en die woorden rollen maar uit me zonder dat ik gezag over ze heb. Zo werkt het niet.

Je kunt niet gaan staan en zeggen: ‘Vader, ik vraag U om mij te gebruiken, laat mij geen enkel woord uitspreken dat niet van U is’. En dan open je gewoon je mond en je steekt je tong uit en gaat staan wachten tot God je op volmaakte wijze laat spreken. Dat is verkeerd. God inspireert je. Hij geeft je inspiratie, maar het komt er in jouw woorden uit, door jouw persoonlijkheid, met jouw accent en jouw grammatica. En zoals ik er ook gehakt van maak, met je eigen vermogen om correct te spreken. Op die manier werkt de Heilige Geest door je! Jij bent degene die spreekt, maar het wordt geïnspireerd door de Heilige Geest. Zo bedient een predikant. Zo spreek je in tongen. Als jij gaat wachten tot de Heilige Geest je in tongen dwingt te spreken zal het nooit gebeuren. God geeft jou de inspiratie, de uitingen, zoals er staat in Handelingen 2:4, maar jíj moet het spreken doen.
In Markus 16:17 staat: Als tekenen zullen deze dingen de gelovigen volgen: in mijn naam zullen zij boze geesten uitdrijven, in nieuwe tongen zullen zij spreken - Jij doet het spreken. De Heilige Geest geeft de inspiratie. En nogmaals, in 1 Korintiërs 14:14, als je in een onbekende tong bidt, dan bid jóuw geest, niet de Heilige Geest maar jouw geest. De Heilige Geest inspireert het, maar het is jouw wederomgeboren geest die het bidden doet.

Wat ik hier allemaal mee wil zeggen is, dat jij degene bent die in tongen spreekt, en jij kunt het spreken in tongen op ieder moment in gang zetten. Nogmaals, als we weer naar 1 Korintiërs 14 gaan, kijk naar enkele uitspraken die de apostel Paulus deed over het spreken in tongen. In 1 Korintiërs 14:15. Hoe staat het dan? Ik zal bidden met mijn geest, maar ook bidden met mijn verstand; ik zal lofzingen met mijn geest, maar ook lofzingen met mijn verstand. Merk op dat hij zegt: ‘ik zal’ het is dus zijn beslissing. Het is een keus. Ik zál bidden met mijn geest. Ik zál zingen met mijn geest. In vers 18 gaat hij verder: Ik dank God, dat ik meer dan gij allen in tongen spreek. En als je dit in de context leest, heeft hij het er hier over dat hij ervoor gekózen heeft om in tongen te spreken. Hij bad méér in tongen dan iedereen. Het was geen kwestie dat God meer ‘op hem’ bewoog dan op alle anderen. Maar Paulus zei: ‘Ik bid meer in tongen dan jullie allemaal’. Ik geloof dat hij bedoelt: meer dan jullie allemaal bij elkaar. En dat kwam omdat hij dat wílde doen. Hij koos om daarin te functioneren.

Hier zijn nog meer verzen die dit ondersteunen. In het laatste vers van 1 Korintiërs 12. Daar staat: 31 Streeft dan naar de hoogste gaven. En ik wijs u een weg, die nog veel verder omhoog voert. Waarom zou de Heer ons opdragen om te stréven naar de hoogste gaven als ze gewoon maar komen en gaan, en volkomen onafhankelijk van ons worden gegeven naar de grillen van God? Als het volledig Zijn keuze is en wij er niets aan kunnen doen? Nee, jij kunt de gaven van de Heilige Geest in gang zetten. Je kunt letterlijk jezelf opwekken om in de gaven van de Heilige Geest te stromen.
In hoofdstuk 14:1 ‘Jaagt de liefde na en streeft naar de gaven des Geestes, doch vooral naar het profeteren.’ Hier zegt Paulus deze mensen dat zíj moeten kiezen voor de beste gaven. Zij moeten streven naar de beste gaven. Zij kunnen die dingen dus in gang zetten. Nogmaals verwijs ik naar 2 Timoteüs 1:6 waar Paulus tegen Timoteüs zegt om de gave aan te wakkeren die in hem was, die hem was gegeven door het opleggen van de handen.

Al die dingen waar ik het hier over heb, spreken over hoe jij de gaven van de Heilige Geest in gang zet. En vervolgens vertelt Paulus in de hele context van 1 Korintiërs 12, 13 en 14 deze mensen hoe ze de gaven van de Heilige Geest moeten gebruiken. En vooral in hoofdstuk 14 stelt hij daar grenzen aan. Hij zegt dat als iemand in tongen spreekt, spreek dan niet tenzij er vertolking is om het te begeleiden. Denk hier eens over na. Eigenlijk zegt hij: stroom niet, laat de Heilige Geest geen uitingen door jou heen geven, tenzij er een vertolking bij is. Sommige mensen die denken dat God maar op jou beweegt en jij kunt daar niets aan doen, zullen hiernaar kijken en zeggen: dit is Godslastering. Dit is het uitdoven van de Heilige Geest. Je kunt dat niet doen. Je mag de Heilige Geest niet het zwijgen opleggen!
Nogmaals, jij bent het niet die de Heilige Geest beheerst. Het is niet zo dat jij de Heilige Geest aan en uit zet. Het is in feite zo dat de Heilige Geest altijd ‘aan’ staat, en dat jij jezelf aan en uit zet. De Heilige Geest is altijd bereid om in de gaven van de Heilige Geest te stromen. Je hoeft Hem nooit aan te zetten. Jij bent niet degene die de Heilige Geest moet motiveren of inspireren. Hij is altijd gemotiveerd en aan het inspireren. Maar jij moet dingen doen om jezelf ‘aan’ te zetten. En jij kunt jezelf ‘uit’ zetten. Er zijn momenten dat het niet gepast is om maar in tongen te spreken. Daar heeft Paulus het over in 1 Korintiërs 14. Hij stelt er beperkingen aan. En hij zegt, dat zelfs als het ordelijk wordt gedaan, dan moeten het hoogstens 2 of 3 mensen zijn, die in tongen spreken, mét een vertolker.

En vervolgens staat in 1 Korintiërs 14:32 ‘En de geesten der profeten zijn aan de profeten onderworpen’. Nou, nogmaals, dit is een radicale uitspraak. Dit zegt in feite: ‘Je kunt deze instructies opvolgen en je kunt netjes en ordelijk functioneren als het gaat om het gebruik van de gaven van de Heilige Geest’. Nogmaals, er zijn grote delen van de Geestvervulde gemeenschap in het lichaam van Christus die niet geloven dat je ook maar énige controle of zeggenschap hebt over het functioneren in de gaven. En zij denken daarom dat het een volledige ‘extatische’ ervaring is als de Heilige Geest op iemand beweegt en ze allerlei van die ‘manifestaties’ van de Heilige Geest vertonen. Het is hier aan mij om daar over te oordelen en ik kan niet zeggen dat het allemaal verkeerd is, maar ik kan zeker zeggen dat ze in het extreme zijn getrokken en dat ze ermee aan de haal zijn gegaan vanwege dit idee dat het puur de Heilige Geest is, die jou controleert, bestuurt en overheerst. En dat is gewoon niet waar.

Als jij in de gaven van de Heilige Geest opereert, spreekt de Heilige Geest tot jouw geest en inspireert wat je doet, maar Hij bestuurt het niet letterlijk. Ik had in een van mijn samenkomsten een keer een vrouw. En mijn vrouw was aan het zingen en leidde de dienst. Er waren daar twee tot driehonderd mensen. En mijn vrouw zong een heel zacht lied, ‘Halleluja’ en we waren gewoon de Heer aan het aanbidden. En dwars daar doorheen begon een vrouw achter in de zaal daar gewoon keihard doorheen te gillen: Halleluja, dank u, Jezus’. En ze begon te schudden en te trillen en heen en weer te bewegen in de zaal. En weet je, ik begrijp dat er mensen zijn voor wie dat een soort religieuze traditie is, het is een religieus ding. Ik denk niet dat het altijd afschuwelijk of verwerpelijk is. Maar het is gewoon religieus. En sommige mensen is dat gewoon zo geleerd. Je moet je zo gedragen als de Heilige Geest op je is.
Dus wij gaven er tot zekere hoogte ruimte aan. Maar ze werd zó luidruchtig en zó hinderlijk en trok zoveel aandacht dat niemands aandacht meer op de Heer gericht was. Niemand aanbad de Heer meer. Ze ergerde iedereen daar aanwezig en het was volledig onordelijk. Ik stuurde dus enkele mensen die voor me werkten naar achteren en zei hen haar te vragen om wat rustiger te worden. Ze kwamen terug en zeiden: ‘Ze wil niet luisteren, ze zegt dat het God is. Ze kan het niet beheersen want de Heilige Geest is helemaal over haar’. Ik ging daarom naar achteren om met deze dame te praten. Ik sprak met haar en zei: ‘Dit is niet de Heilige Geest’. En ik gebruikte dit vers 1 Korintiërs 14:32 waar staat dat de geesten van de profeten aan de profeten onderworpen zijn. Deze vrouw beweerde dat de Heilige Geest over haar was en haar dwong dit te doen. En ik gebruikte dit vers om te zeggen: ‘Nee, de Heilige Geest dwingt je helemaal nooit ergens toe. Hij kan je misschien inspireren om iets te doen, maar hier staat dat jij het kunt beheersen. Het is aan jou onderworpen. En als jij het niet kunt beheersen is het niet de Heilige Geest maar een religieuze geest. Een religieuze demon’.

Sommigen van jullie die luisteren denken nu: ‘Wat? Bestaat dat dan’? Jazeker er is een enorme hoeveelheid van dat soort demonen. Dus in ieder geval ik vertelde deze vrouw dit, en zij wilde gewoon niet luisteren. Ze zei: ‘Nee, nee, nee, dit is God, ik kan het niet beheersen. En zij was aan het maaien met haar armen en schreeuwen en gillen. En tenslotte zei ik haar: ‘Kijk, dit is niet God die jou beweegt als jij het niet kunt beheersen’. Ik zei: ‘Dit is de duivel en ik ga deze duivel uit deze samenkomst gooien. Als jij wilt kan ik hem bij jou uitdrijven en dan zal hij van je weggaan. Maar als jij hem wilt houden dan zal ik jou eruit gooien en de duivel met je’. En deze vrouw: ‘Nee, nee, dit is God. Haaleluuuuja’. En ze begon weer te gillen. Dus in ieder geval, enkele van mijn medewerkers tilden deze vrouw op en zetten haar eruit. En we vertelden haar dat we van haar hielden en dat we niets tegen haar hadden, maar we stonden gewoon niet toe dat dit in de samenkomst zou gebeuren. Daarna ging ik terug naar de samenkomst. Ik legde de mensen uit wat er aan de hand was. En het werd uiteindelijk een positief ding. En we zagen de juiste manier van het functioneren in de gaven van de Heilige Geest werken.

Enkele jaren later was ik op een of ander schaatsfestijn aan de Broadmoar in Colorado Springs en deze vrouw riep naar me. En ze vroeg me om naar haar toe te komen. Ze zat ergens bovenaan op de tribune. Ik ging naar haar toe. Ze had popcorn en deelde wat met me. Ik kwam met haar in gesprek en vroeg hoe het met haar ging. En deze vrouw bedankte me en zei: ‘Jij bent de allereerste geweest om me hierop aan te spreken en die tegen me gezegd heeft dat ik verkeerd bezig was’. En ze vertelde: ‘Ik ben allerlei kerken uitgeschopt, mensen hebben me uitgescholden en afgeblaft. En ik had er geen controle over. En nadat jij met me had gesproken ben ik er eindelijk van verlost. En het heeft mijn leven veranderd’. De vrouw bedankte me en prees God voor de bevrijding die ze had ontvangen.

Het punt is, dat er sommige mensen zijn die geloven: ‘Nee, de Heilige Geest komt gewoon over je en jij kunt er niets aan doen’. Ik heb gehoord van mensen die in de Heilige Geest dansen tot op een punt waar ze helemaal in extase raken en allerlei dingen doen. Nou, als je wilt zeggen dat je de aanwezigheid van de Heilige Geest voelt en daarom enthousiast en opgewonden bent en wilt dansen, maar het is niet dat je niet kunt stoppen, maar dat je niet wílt stoppen. En als je wilt dansen en schreeuwen en het is op een moment in een samenkomst waar je dat kunt doen zonder mensen te ergeren of af te leiden van wat God doet, dan is dat prima. Dat kun je gewoon doen. En ik ben helemaal niet tegen manifestaties van de Heilige Geest. Maar ik zeg dat je het wel degelijk kunt controleren. En als het je ‘gewoon overkomt’, dan is dat niet in lijn met de Schrift.

Weet je, de gaven van de Heilige Geest controleren en beheersen jou nooit tot het punt dat jij er helemaal geen keus in hebt. Dat is niet de manier waarop de Heilige Geest werkt. De duivel werkt op die manier. Hij bezet mensen en dwingt mensen en forceert ze om dingen te doen. Maar God is niet zo. God inspireert en overtuigt en geeft leiding, maar Hij dwingt niet en Hij controleert niet. Dat is gewoon niet de aard van God.

Dit is dus allemaal gezegd om het volgende te stellen: de gaven van de Heilige Geest zijn áltijd beschikbaar, maar het is niet zo dat de Heilige Geest maar over je komt en jou dwingt om erin te functioneren. Jij moet ernaar streven. Jij moet geloven dat God altijd klaar en bereid is om mensen te bedienen, en wanneer jij klaar en bereid bent, kun je aansluiten op die gaven van de Heilige Geest en ze zullen door je heen stromen. Mensen, dit is een radicale openbaring. Nogmaals. Dit is niet alles wat je moet weten over de Heilige Geest, maar ik geloof wel dat dit de allervoornaamste belemmering is die er is. Dat mensen maar zitten te wachten tot God iets doet, en niet begrijpen dat het geen kwestie is van dat wij op God wachten, maar dat God wacht op ons, tot wij een beroep op Hem doen, tot wij ons in een geloofspositie plaatsen van waaruit wij kunnen uitreiken en mensen kunnen bedienen.

Je moet wel al iets weten over de gaven van de Heilige Geest, maar dit gaat over hoe je er in stroomt. Ik ben niet bezig met onderwijs over wat die gaven zijn, en alle manieren waarop ze werken. Om eerlijk te zijn, ik functioneer vooral in een woord van wijsheid, een woord van kennis en onderscheiden van geesten. Dat zijn de dingen waar ik echt vertrouwd mee ben. En ik begrijp niet alle andere gaven van de Geest. Ik heb er heel wat studie over gedaan, ik kan er onderwijs over geven en je hetzelfde vertellen wat zoveel anderen er al over hebben gezegd. Tot op zekere hoogte kan ik uitleg geven zodat je er wel iets aan hebt, maar ik begrijp het nog steeds niet allemaal.
Sommigen van jullie denken ‘dat is verschrikkelijk’. Maar houd goede moed. Ook al begrijp ik niet alles, toch functioneer ik wel degelijk in de gaven van de Heilige Geest, en ik bedoel echt bovennatuurlijk. En alles bij elkaar heb ik in al deze negen gaven die hier in 1 Korintiërs 12 worden genoemd gefunctioneerd. Ik geloof niet dat ze allemaal blijvende gaven binnen in me zijn, maar in omstandigheden waar ik ze nodig had, heb ik er een beroep op gedaan. Gewoon omdat er een nood was en er niemand anders aanwezig was. Daarom heb ik God geloofd voor de gaven van genezingen of de gave van wonderen of de gave van geloof en ik heb daar ook in gefunctioneerd.

Ik heb ook gefunctioneerd in het spreken in tongen en het vertolken van tongen. Maar ik doe dat niet vaak. Maar in de gaven van wijsheid, kennis en onderscheiden van geesten kan ik gewoon op ieder moment functioneren. Want het zijn als blijvend aanwezige gaven die God me gegeven heeft. Dat zijn mijn dominante gaven. Het is best mogelijk dat ik me alleen maar op die terreinen heb geoefend en de rest eigenlijk ook gewoon beschikbaar is voor me. Ik begrijp het nog niet allemaal, maar het punt is, dat ik geweldige dingen heb zien gebeuren terwijl ik het nog niet allemaal begrijp.

Ik wil je daarom ook bemoedigen, dat je geen ‘expert’ hoeft te zijn en er alles van moet weten en alles op een rijtje hebben. Als je alleen maar de paar dingen die ik hier heb gezegd wilt nemen en begrijpt dat God altijd door je heen wil stromen in deze gaven. Het enige dat jij hoeft te doen is jezelf opwekken. Wakker de gaven aan die binnen in je zijn. Dan kun jij stromen in de gaven van de Heilige Geest.

Laat ik je nog snel een persoonlijk getuigenis geven hoe ik in de gaven van de Heilige Geest begon te stromen. Op de eerste plaats was ik ervan overtuigd dat de doop in de Heilige Geest en de gaven van de Heilige Geest voor ons vandaag zijn. Ik had de doop ervaren, en ik begon in tongen te spreken, en vervolgens begon ik te streven naar deze andere gaven. En die ik boven alles verlangde waren het woord van kennis, het woord van wijsheid en het onderscheiden van geesten. Ik kan je daar redenen voor geven, maar in ieder geval zo zat het bij mij. Ik wilde die dingen. En ik geloofde ook dat God ze aan mij had gegeven. Maar ik wist gewoon niet hoe ik ze moest laten werken. Dit was toen ik nog in de Baptistenkerk zat. Ik ging naar een kampweek van de Baptistenkerk en was de jeugdleider in de Baptistenkerk en nam een groep jeugd met me mee. Maar toen ik die week ging had ik al besloten: ‘God, ik zoek U met mijn hele hart’. En tijdens deze week in dat jeugdkamp wil ik dat U mij een woord van kennis geeft, en een woord van wijsheid, en een onderscheiden van geesten. En ik wil dat die gaven in mij functioneren. Ik wist niet hoe ik het moest aanpakken, maar ik sprak gewoon het verlangen uit en zei: ‘God, leer mij, toon mij, hoe ik in deze gaven moet stromen’.

De allereerste avond van dat jeugdkamp, er waren zo’n duizend kinderen daar, kwam er een jonge knul die begon te huilen. Ik bedoel dat hij heel erg emotioneel was. Hij riep tot God om hem te redden. Onthoud dat dit in de Baptistenkerk was. En dit was zo emotioneel als een Baptist maar kon worden, alleen over iemand die gered werd. En hij begon te schreeuwen: ‘Ik ben gered’, en het was zo dramatisch. Mensen begonnen te applaudisseren en werden enthousiast. En terwijl ik hier naar keek onderscheidde ik in mijn hart dat niet de geest van God op hem was. En ik kreeg dit woord van kennis dat zei: ‘Hij is niet gered, dit is vals, het is onecht’. En toen ik die dingen dacht en het onderscheidde was mijn eerste reactie: ‘Man, wat is dat kritisch, waarom twijfel je aan deze jongen? Wie denk je dat jij bent om deze jongen in twijfel te trekken en dit soort dingen te zeggen’. En ik stond op het punt om deze gedachten te verwerpen toen ik opeens bedacht dat ik God had gevraagd om me onderscheiding van geesten, een woord van wijsheid en een woord van kennis te geven. En ik dacht: ‘Hoe weet ik dat dit niet van God is’? Ik bedoel, dit lag helemaal niet in mijn karakter. Ik zou normaal nooit iemand zo beoordeeld hebben, alleen maar door te kijken zonder enige kennis van wat er aan de hand was.
En in plaats van deze gedachten te verwerpen borg ik ze op. Ik zei: ‘God, als dit van U is, en ik weet niet of U het bent, maar ik weet niet wat ik er mee moet doen. U zult dit op de een of andere manier aan mij moeten bevestigen en dit laten zien’. Ik ging die avond slapen. De volgende ochtend stond ik op en ging op bezoek bij het meisje wiens vader dat kamp leidde. Zij woonde daar en ze zag jaar na jaar al die mensen naar dat kamp komen. En zij vertelde over de jongen die de avond daarvoor naar voren was gekomen en zei: ‘Dat doet hij ieder jaar. Hij beweert deze geweldige wonderbaarlijke bekering te hebben en krijgt zo de aandacht van iedereen. Maar hij is een drugsdealer. En hij doet het om mensen te manipuleren en hun vertrouwen te winnen. En ieder jaar verkoopt hij drugs op deze samenkomsten’. Toen ze dit zei was het alsof God me trof en zei: ‘Zie je wel’? Precies de manier waarop ik het onderscheidde, precies de manier waarop ik erover nadacht en opeens wist ik: ‘Man, dit was God’. Ik had letterlijk iets van God gehoord! Ik had onderscheiden dat het niet Gods Geest was, maar een boze geest die deze knul motiveerde. Ik had een woord van kennis, dat wat ik onderscheidde, betekende dat deze knul niet gered was. En het volgende was een woord van wijsheid. Een woord van wijsheid is gewoon wat je moet doen met deze kennis of dit onderscheid. Met andere woorden het is niet genoeg om alleen maar onderscheid te hebben, maar ook om een woord van kennis te hebben wat het probleem is. God zal je nooit leiden om iemand alleen maar te zeggen wat het probleem is en ze daarmee laten zitten. Alleen maar om aan te tonen dat jij een gave hebt. Nee, deze gaven functioneren samen. En als je eenmaal een situatie onderscheidt en een woord van kennis hebt over wat het probleem is, zal God je altijd een woord van wijsheid geven, dat wil zeggen: instructies over hoe je dit probleem moet aanpakken, wat je ermee moet doen.

Toen ik dit eenmaal zag, begon ik God te prijzen dat ik hier deel aan had en zei: ‘God laat me nu zien wat ik moet doen. Geef me een woord van wijsheid, wat u wilt dat ik doe met wat U mij heeft laten zien’. Die avond hadden we weer een dienst. Dat was in de Baptistenkerk, in de tent, waar ze vooraan gebedsbankjes hadden, en mensen kwamen daar bidden voor het altaar. En deze knul zat daar maar te bidden, zo hard als hij kon. En hij deed net alsof hij zo helemaal vol liefde voor God was. En de Heer leidde mij om er heen te gaan en naast hem te knielen. Ik knielde naast hem neer, legde mijn arm om hem heen en zei: ‘Weet je, de Heer heeft mij laten zien dat jij niet echt wederomgeboren bent en het geen oprechte bekering was. Je bent helemaal niet gered’. En ik wilde hem verder helpen, maar toen ik dat had gezegd werd hij woest. Hij ging voor die duizend mensen staan en bestrafte mij: ‘Jij bent van de duivel’, en hij holde de hoek om en vertrok.

En daar zat ik geknield. Mensen keken allemaal naar mij en ik dacht: ‘Nou, God, dat ging echt goed hè’? En ik dacht: ‘Wat moet ik nú doen’? En terwijl ik daar zat, waarschijnlijk hooguit tien minuten. En ik zat alleen maar te bidden. Toen keek ik op en daar was diezelfde knul die om het hoekje van de tent keek en naar mij gebaarde. Ik ging de tent uit, liep naar de zijkant en deze knul greep me vast en zei: ‘Weet je, jij bent de enige hier die genoeg onderscheiding had om te weten wat er gaande is’. Toen beleed hij precies alles wat dit meisje mij had verteld. Hij zei: ‘Ik doe maar alsof. Ik ben hier om drugs te verkopen. Ik deed dit om drugs aan mensen te kunnen verkopen’. En de knul vernederde zichzelf en begon te huilen. En hij zei: ‘Ik heb hulp nodig. Ik heb demonen binnen in mij. Geloof jij in demonen?’ En natuurlijk, in dit Baptistenkamp was ik de enige die geloofde dat iemand demonen kon hebben. En ik zei hem: ‘Zeker wel, en ik heb ook demonen eruit zien gaan’. En hij vroeg: ‘Wil je voor mij bidden’? Ik nam hem mee naar de slaapzaal terwijl de dienst gaande was en bevrijdde de jongen van de demonen. En het was krachtig.

Dat was mijn allereerste ervaring met stromen in de gaven van de Heilige Geest. En weet je, ik ging beseffen dat ik in het verleden al heel veel onderscheid en gedachten had gehad. En ik had ze gewoon afgewezen. Ik had geweigerd ze te aanvaarden, omdat mijn verstandelijk denken tussenbeide kwam: ‘Hoe kun jij dit weten? Dit weet jij helemaal niet over die persoon’.
Ik moet hier een klein voorbehoud maken, een woord als waarschuwing, want iemand kan hiernaar luisteren en denken: ‘He, ik had dus ook de geest van onderscheid. Ik heb zo vaak dingen gevoeld’. Misschien voel jij je nu aangemoedigd om iedere gedachte die maar bij je opkomt te gaan uitspreken en te beweren dat het een gave van de Heilige Geest is. Dit is geen rechtvaardiging voor jou om een kritische geest te hebben. Een kritische geest en de geest van onderscheid zijn twee totaal verschillende dingen. Er zijn sommige mensen die gewoon overal negatief over zijn. En weet je, als je altijd de verkeerde kant van alles ziet, dan zul je vroeg of laat altijd wel ergens gelijk in krijgen. Want er zijn gewoon heel veel negatieve dingen. En dan gaat dit voor jou als bevestiging werken dat dit van God zou zijn. Nee, misschien is het helemaal niet God. Het is gewoon dat jij negatief en kritisch bent.

Er zijn twee dingen die je moet doen om dit te onderscheiden. Ten eerste Psalm 37:4 ‘verlustig u in de HERE; dan zal Hij u geven de wensen van uw hart’. Dat betekent helemaal niet dat Hij je alles geeft wat jij maar wilt. Maar het betekent dat als jij je verheugt, je verlustigt in de Heer, als je God met je hele hart zoekt, dat God Zijn verlangens in jouw hart legt. En ik denk dat je zover kunt gaan om te zeggen: Zijn gedachten, Zijn waarnemingen in jouw hart. Dus de eerste stap om te bepalen of deze onderscheiding, dit ‘woord van kennis’, echt van God is: ‘Ben jij werkelijk God aan het zoeken met je hele hart’? Verlustig jij jezelf werkelijk in de Heer? Als je dat niet doet en je bent er niet zeker van dat je God wel op de eerste plaats van je leven stelt, moet je niet al jouw gedachten ’van onderscheiding’ volgen. Dat is gevaarlijk. Want je kunt ook de duivel horen, of je eigen gedachten, net zo goed als Gods gedachten. Nee, je kunt niet zomaar tot dit onderscheid komen.

Het tweede ding dat je moet doen, als je wel waarachtig God zoekt, dan moet het nog steeds in overeenstemming met het Woord van God zijn. God zal nooit iemand tot zonde leiden. Dat zou in strijd zijn met Schriftuurlijke principes. Dat zou dus absoluut niet van God zijn. Het maakt niet uit hoe sterk ik het zou voelen, hoe heftig ik het voel. Als het in strijd met de Schrift is, is het geen waarachtig onderscheid van God.
Je moet dus al die gedachten en ‘onderscheidingen’ die je hebt, nemen en je afvragen: zoek ik wel God met mijn hele hart? Kan ik op basis daarvan vertrouwen dat God deze onderscheidingen en verlangens in mijn hart legt? En ten tweede, is wat ik denk of voel wel in overeenstemming met het Woord van God? En als het dat niet is, dan maakt het niet uit hoe sterk je overtuiging ook is, je gaat er níet in mee. Je zegt het niet.

Maar weet je, mijn hart was zuiver in het voorbeeld dat ik je gaf en het is Schriftuurlijk dat er mensen zijn, er is dolik onder de tarwe, er zijn mensen die uitspreken dat Jezus Heer is, maar ze zijn geen echte belijders ervan. Alles was in overeenstemming met de Schrift. En ik wachtte tot het werd bevestigd. En toen handelde ik er pas naar en ik behaalde goede resultaten.

Vlak daarna, onderweg naar huis van die kampweek, was ik heel opgewonden omdat ik wist dat ik nu gaven van de Geest had, en ik had ze in me zien functioneren. Dus onderweg naar huis stopten we bij een andere kleine Baptistenkerk. Op de weg terug naar de Dallas Fort Worth-streek waar ik woonde. En toen we in deze kleine kerk stopten, was ik zo enthousiast dat ik de gaven had en dat ze werkten, dat ik bad en zei: ‘God, laat me iets anders over iemand zien. Laat me voor nog iemand een zegen zijn’. En er was een vrouw die voor mij stond tijdens de lofprijs en aanbiddingdienst. En ik was hiervoor aan het bidden. En opeens, ik kon het gezicht van deze vrouw niet zien, er was niets over haar geestelijke gesteldheid. Ik kon haar gezicht niet zien. Ik kon niet zien of ze aan het huilen was, of dat ze eruit zag alsof ze een probleem had, of wat dan ook.
Opeens wist ik gewoon dat deze vrouw huwelijksproblemen had en dat ze op het punt stond te gaan scheiden. Dat wist ik gewoon. Ik zocht God met mijn hele hart en kwamen deze dingen overeen met de Schrift? Ja, die dingen gebeuren, mensen hebben relatieproblemen en natuurlijk zijn al die dingen waar. Ik werd dus bemoedigd. En toen werd gezegd: ‘Draai je om en groet iemand’, en deze vrouw draaide zich om en sprak tot mij. En ik keek haar aan en zei: ‘God heeft me net laten zien dat jij huwelijksproblemen hebt en dat je op het punt staat te gaan scheiden’. En zelfs voordat ik verder kon gaan en zeggen: ‘Ik wil met je bidden’, greep die vrouw haar tas en holde de kerk uit, stapte in haar auto en vertrok. Je moet beseffen dat dit in een Baptistenkerk was en mensen waren helemaal niet aan dat soort dingen gewend.
Weet je, ik had dit waarschijnlijk niet zo goed toegepast als ik had moeten doen. Wat ik tegenwoordig zou doen, vooral als ik in een Baptistengemeente ben, dan zou ik iets tegen die vrouw hebben gezegd in de trant van: ‘Ik weet dat dit misschien een beetje raar voor je is, en misschien begrijp je het niet. Maar ik wil niet veroordelend zijn of wat dan ook, maar ik voel dat God me erbij bepaalt dat je een probleem in je huwelijk hebt. Klopt dat?’ Ik zou nu heel wat milder zijn. Ik ben gegroeid in dit soort dingen. Het is niet dat de gaven in mij beter zijn geworden. De gaven zijn altijd hetzelfde. Ik word gewoon beter hoe ik daarmee moet omgaan. Dus, ik deed waarschijnlijk niet alles helemaal goed. Maar, ik weet dat haar reactie mij liet zien dat ik ergens de spijker op de kop had geslagen. En ook al weet ik niet wat er is gebeurd, die vrouw was vertrokken. Dat duidde niet bepaald een positieve situatie. Het moedigde mij aan. Prijs God, ik lag op koers.

Zo begon ik te functioneren in de gaven van de Heilige Geest en onderweg heb ik verscheidene fouten gemaakt. Dat is nog een ander probleem. Mensen denken dat, omdat ze dit idee hebben, dat als je in de Heilige Geest functioneert dat het 100% puur Heilige Geest is, en dat er helemaal geen vlees of dwaling in kan zitten. Als ze er dan achter komen dat ze een fout hebben gemaakt, of het niet precies helemaal goed hebben gedaan, dan storten ze in elkaar en denken: ‘Ik heb tegen God gezondigd en dit is afschuwelijk’. En het zal ze ontmoedigen om ooit nog in de gaven te functioneren.

Zou je zoiets denken over een prediker die een keer iets verkeerds heeft gezegd en die daarop terugkomt, en zegt: ‘God heeft me laten zien dat dit niet juist was’. Nee, je zou denken: ‘Hij was daar over de Heer aan het spreken en je maakt nu eenmaal fouten’. Wij zouden zo iemand genadig zijn. En een leraar die onderwijst is precies hetzelfde als iemand die in de gaven van de Heilige Geest opereert. Ik heb een gave van onderwijs. Maar toch moet ik af en toe ergens op terugkomen en iets herstellen. Ik heb de verkeerde schriftverwijzing gegeven, ik heb de Schrift verkeerd geciteerd. Ik vertelde het juiste punt, maar heb het niet helemaal goed gezegd. Wij begrijpen dat zoiets gebeurd bij een evangelist, een pastor en een leraar. Maar wanneer het gaat om het functioneren in de gaven van de Heilige Geest, denken sommige mensen dat er geen enkele ruimte voor een vergissing is. Dat is niet waar.

Toen ik pastor van een kerk was, heb ik onderwezen over deze gaven van de Heilige Geest. We moedigden onze kerkleden aan om in de gaven van de Heilige Geest te stromen en het te beoefenen. Ik weet dat het voor sommigen afschuwelijk klinkt, maar artsen ‘beoefenen, praktiseren’ geneeskunde! Dat zetten ze zelfs op hun bordje. Artsenpraktijk! Ze geven je een pilletje en zeggen: ‘Ga naar huis en probeer dit eens. En als het niet werkt kom je maar terug en dan geef ik je wat anders’. Ze ‘beoefenen’ het op jou uit en sturen er nog een flinke rekening voor ook! De waarheid is dat je moet beseffen dat er oefening voor nodig is, om te leren stromen in de gaven van de Heilige Geest.

Wij leerden de mensen dus: ‘God zal je inspireren, maar het moet door jou eruit komen. Het kan dus zijn dat God in je hart geeft wat je moet zeggen, maar dat jij er iets bijvoegt wat niet helemaal juist is. Dat is de reden dat de Schrift zegt dat als je in de gemeente profeteert, dat de andere profeten moeten beoordelen wat door de eerste is gezegd’. Met andere woorden, er is dus ruimte voor een vergissing. En wij vertelden dat aan onze mensen. Ze begonnen in de gaven te stromen en ik kan me een voorval herinneren dat iemand opstond en profeteerde en dat ik toen opstond en het beoordeelde. Zoals de Schrift me ook opdroeg te doen. Als pastor van die kerk. En ik zei: ‘Weet je, ik denk dat de kern van wat je zei juist was’, en ik bemoedigde hem. En ik zei: ‘tot op dit punt geloof ik dat je door God geleid bent en wat je zegt is juist. Maar je hebt een woord van God gehad en er zelf een hele alinea van gemaakt. Als je daar op een bepaald punt gewoon was gestopt was alles goed geweest. Maar je bent begonnen er aan toe te voegen en er toepassingen van te maken. Ik denk dat dat verkeerd is’. En ik liet enkele verzen zien. Ze begrepen het en het bemoedigde hen.

En weet je, daardoor werden mensen niet geïntimideerd. Ze begrepen dat God hen kon inspireren, maar dat ze ook fouten konden maken. Ze konden toevoegen aan wat God had gezegd, en dat betekent niet dat je van de duivel bent, of een slecht persoon of demonisch bezeten. Het betekent gewoon dat je nog geen geestelijke reus bent. Je bent nog aan het oefenen, je moet er nog in groeien.

Ik zeg je dat als mensen dit over de gaven van de Heilige Geest zouden begrijpen, dat de Heilige Geest zichzelf niet opdringt, je moet jezelf opwekken, de gave die binnen in je is, en vervolgens zal de Heilige Geest je gewoon inspireren. Hij werkt het door jóu heen, door jouw persoonlijkheid, met jouw accent en in overeenstemming met jouw kennis en er is ruimte voor fouten en vergissingen. Dat is de reden dat de Schrift zegt dat anderen het moeten beoordelen. In plaats van dat we helemaal niets laten zeggen, moeten we die dingen beoordelen. En weet je, jij kunt de stroom van de Heilige Geest in gang zetten. Niet omdat je Hém ‘aan’ zet, maar omdat jij jezelf ‘aan’ zet. En je kunt de bediening van de Heilige Geest ook stopzetten. Dat is wat de Schrift zegt. Je móet zelfs stoppen als er al drie profetieën of tongen met vertolking zijn geweest. Stop dan gewoon. Sta het niet verder toe!
En dat is niet verkeerd! De Heilige Geest heeft die regels gegeven en geïnspireerd! Ik hoop dat jij de visie kunt begrijpen die ik in dit onderwijs heb besproken. Het is niet alles wat je moet weten over de Heilige Geest, maar naar mijn inschatting is dit het allerbelangrijkste ding om je verder te helpen wat betreft oorzaken waarom mensen niet in de gaven van de Heilige Geest stromen. Dat komt omdat zij denken dat het altijd volkomen moet zijn, volkomen ”gelijk Hij wil” (1 Kor. 12:11). Nee, ik geloof dat God altijd wil bewegen en altijd mensen wil aanraken door Zijn bovennatuurlijke manifestaties van de Heilige Geest. En God is niet degenen die ‘aan’ en ‘uit’ is, maar wij zijn degenen die ‘aan’ of ‘uit’ zijn. Wij kunnen het aantal keren dat wij gevoelig zijn voor de Heilige Geest vermeerderen. Wij kunnen de gaven die door ons heen stromen vermeerderen door ernaar te streven en te geloven dat God altijd aan mensen wil bedienen. En ik zeg je, dit is een eenvoudige waarheid, maar heel diepgaand.

En ik wil je hiermee aanmoedigen, dat als jij deze waarheid aanneemt en de verzen neemt waar we over hebben gesproken. Ga terug naar het voorbeeld over het spreken in tongen. Op dezelfde manier als je de gaven van spreken in tongen hebt ontvangen, besef dat de andere gaven van de Heilige Geest ook zo door je heen zullen stromen. Je kunt de gave die in je is aanwakkeren. 2 Timoteüs 1:6. En als je dat doet zul je zien dat God door je heen begint te stromen. En wees niet bang om fouten te maken. Het is beter om fouten te maken en wel te gaan groeien, en te leren, en het verbeteren, dan nooit een fout te maken en helemaal niets doen.

Ik verzeker je, als je een kind bent dat leert fietsen, zul je vallen. Je zult in het begin wiebelen. Er hoort gewoon een leerproces bij. Als een kind bang is om ooit maar een fout te maken, om van zijn fiets te vallen, dan zal hij nooit leren fietsen. Iemand die bang is iets verkeerd te doen, en bang is dat het niet puur 100% de Heilige Geest is, en maar zit te wachten tot God hem dwingt om te praten of dwingt om die gaven te laten stromen, die zal er nooit in stromen.

Je zult moeten beseffen dat God altijd ‘aan’ is, dat wij degenen zijn die ‘aan’ en ‘uit’ gaan. Je moet jezelf ‘aan’ zetten en in een positie plaatsen waarin je die gaven opwekt. En niet bang zijn om fouten te maken! Wees ook niet te trots om je te laten corrigeren. Let erop dat de gaven altijd voor de andere persoon zijn. Niet voor jezelf.

Ik moedig je aan te beseffen dat God altijd ‘aan’ is. Hij wil altijd aan andere mensen bedienen. En als jij jezelf in overeenstemming met Hem brengt en gevoelig maakt voor God, zal Hij door jou heen stromen met gaven van de Heilige Geest. Dat is een krachtige waarheid.

Deel 3. De Goddelijke stroom

 


 

www.vergadering.nu