Bijbelgetrouw, krachtig en praktisch onderwijs van Andrew Wommack
Overzicht van de vertaalde bijbelstudies van Andrew Wommack, klik hier...

Het gezag van de gelovige - 3

Andrew Wommack

Of je het nu prettig vindt of niet, ieder van ons is verwikkeld in een geestelijke strijd. God is vóór ons en de duivel is tegen ons. Wij bepalen wie het over ons voor het zeggen heeft en dat hangt af van degene met wie wij samenwerken. In deze oorlog is het onmogelijk om aan de dienstplicht te ontkomen. Onwetendheid van de reikwijdte van deze strijd is alleen maar in het voordeel van de tegenstander. De duivel houdt ervan in het geniep te werken, zijn enige wapen is bedrog. In dit onderwijs zet Andrew deze strijd uiteen en laat zien hoe de vijand werkelijk in elkaar zit.

Deel 1: We zijn verwikkeld in een geestelijke veldslag...
Deel 2: Wie 'maakte' satan...
Deel 3: Met de autoriteit komt ook de verantwoordelijkheid-1...
Deel 4: Met de autoriteit komt ook de verantwoordelijkheid-2...
Deel 5: Wetshandhaving...
Deel 6: Het strijdtoneel is in je denken...

Deel 3 – Met de autoriteit komt ook de verantwoordelijkheid - 1

Met autoriteit komt ook verantwoordelijkheid. God heeft een enorme autoriteit verbonden aan ons gezag. In feite heeft de mensheid van tegenwoordig, de mensen die wederomgeboren zijn, een grotere autoriteit dan Adam en Eva hadden. Zij hadden autoriteit over de aarde. Maar toen kwam Jezus, Hij had autoriteit in de hemel, op aarde en ook onder de aarde. Dat laatste spreekt over het demonische rijk, de hel. In het Oude Testament wordt het Sheool genoemd. Jezus had gezag over deze drie gebieden. Hij keerde Zich tot Zijn discipelen en gaf hen de opdracht: ‘Gá, en onderwijs alle naties’ (Matteüs 28:19). Dit is wat Hij deed: éérst refereerde Hij aan het gezag dat Hij had verworven (vers 18), en vervolgens zei Hij ‘Nú geef ik jullie dit gezag.’ Zo hebben wij het van Hem gekregen. 

Daarom zijn het gezag en de autoriteit wat wij hebben, groter dan Adam en Eva hadden. Wij hebben alles teruggekregen wat Adam kwijtraakte, met nog veel meer daarbij! Wij hebben nu ook autoriteit over de demonenwereld. Dat is iets wat de meeste mensen ontgaat omdat ze het Woord niet intensief genoeg bestuderen. In het Oude Testament wordt 15 keer de naam van satan gebruikt; alleen al in het boek Job 12 keer. En die twaalf verwijzen eigenlijk allemaal naar één voorval in het boek Job. Buiten Job zijn er dan nog maar drie. Twee daarvan gaan ook over precies hetzelfde voorval, één daarvan staat in II Koningen en de andere in II Kronieken, waar het erover gaat dat satan David aanzet om de mensen te tellen. En als je zo het boek Job opvat als één referentie en deze twee referenties ziet als een verslag van hetzelfde, blijven er in het hele Oude Testament eigenlijk maar drie verwijzingen over naar de naam satan. 

In het Nieuwe Testament zijn heel wat hoofdstukken te vinden die meer dan drie keer melding maken van demonen. Er is een enorm verschil met hoe het Nieuwe Testament over satan spreekt. Het Nieuwe Testament vermeldt dat satan degene is die ziekte veroorzaakt zoals toevallen, blindheid, enzovoort. Er worden heel veel dingen vermeld als zijnde van demonische oorsprong. Hoe komt het toch dat we al die kennis in het Nieuwe Testament vinden en niet in het Oude Testament? 

Het meest eenvoudige antwoord hierop is, dat de mensen onder het Oude Verbond er totaal geen baat bij zouden hebben gehad om veel van satan te weten, te weten dat hij degene was die achter veel van de handelingen en gebeurtenissen zat. Ze hadden namelijk geen gezag, geen autoriteit. Ze hadden geen autoriteit om de duivel te bestraffen en te binden. En dus werd in het Oude Testament in principe alleen gezegd: hou je aan deze wetten, met jouw handelingen, doe deze dingen. Door hun handelingen onder het gezag van God te plaatsen, gaf dat God het recht om in te grijpen in hun leven en te beperken wat satan kon uitrichten. Dat was in feite de benadering onder het Oude Verbond. 

Maar onder het Nieuwe Verbond bezitten wij een aan ons gegeven autoriteit. Wij hebben nu wel gezag over demonen en kunnen verder gaan dan alleen het oppervlakkige niveau. Wij zijn nu in staat om achter de coulissen bij de demonische machten te komen die de mensen inspireren te doen wat zij doen. Zij veroorzaken daardoor heel veel ziekten en problemen, maar wij kunnen de demonen binden en dwingen. Wij zijn in staat om effecten te zien die voor Oud-Testamentische mensen helemaal niet mogelijk waren. 

Maar met de autoriteit die wij ontvangen hebben, komt óók verantwoordelijkheid. Als we daarom de door God gegeven macht en autoriteit, het aan ons toegekende gezag niet actief toepassen, verhinderen wij dat God tussenbeide komt. Want…God werkt door ons heen. In Jakobus 4:7 staat bijvoorbeeld: ‘Onderwerpt u aan God, maar biedt weerstand aan de duivel, en hij zal van u vluchten.’ God gaf ons autoriteit en macht over de duivel. Ook Lukas 9:1 zegt: ‘Toen riep Hij de twaalven samen en gaf hun macht en gezag over alle boze geesten en om ziekten te genezen.’ ‘Macht’ geeft hier weer dat Hij ons het vermogen, de bekwaamheid gaf. We hebben de kracht, maar dat niet alleen, we hebben ook nog het gezag, de autoriteit om die kracht te gebruiken. 

En met die autoriteit komt tegelijkertijd verantwoordelijkheid. Als wij de duivel niet weerstaan, zal hij niet van ons vluchten, zo simpel is dat. Desondanks is het verbazingwekkend hoeveel mensen de autoriteit die hen gegeven is, niet opnemen als satan hen lastig valt, doordat één of andere ziekte, gebrek, armoede of tragedie hun leven binnenkomt. Ze geloven dan wel dat het een aanval van de duivel is, maar in plaats van hun gezag te gebruiken en de duivel te bestraffen en hem te bevelen te vertrekken, gaan ze naar God alsof ze helemaal geen macht en autoriteit bezitten. Dan smeken ze God: ‘Oh God, alstublieft, verander deze situatie, alstublieft jaag de duivel toch weg.’ Maar dat ligt niet in Gods gezagsgebied, want Hij heeft die macht en het gezag aan ons gegeven. Dat zegt de Schrift. 

Hij gaf ons gezag over de duivel. Als jij door een demonische kracht wordt aangevallen moet je in de eerste plaats geestelijk genoeg zijn om te kunnen onderscheiden wat de geestelijke oorsprong van iets is en wat volkomen natuurlijk is. En als het van geestelijke oorsprong is, als het een demonische aanval is, dan ben jij degene die autoriteit over de duivel heeft en met dat gezag komt absoluut verantwoordelijkheid. Daarmee word jij verantwoordelijk om hiermee af te rekenen.

Het is en blijft Gods kracht. Ik zeg hier niet dat jij de oorsprong van die kracht bent. Deze kracht is onder jouw autoriteit geplaatst en als jij het niet gebruikt, zal het niet gebruikt worden. 

Als je het goed tot je door laat dringen, is dit het antwoord op vele vragen en problemen. Er komen zoveel mensen naar me toe die compleet machteloos zijn. Ze zijn zich totaal niet bewust van ook maar enig gezag en ze smeken God: ‘Alstublieft, neem deze ziekte weg, alstublieft, maak mij financieel welvarend, alstublieft, red deze persoon.’ Ze blijven God smeken om dingen te doen, die Hij hen heeft opgedragen om te doen. Terwijl jij de autoriteit hebt om het te doen. God zegt: ‘Jij moet de duivel weerstaan en hij zal van je vluchten.’ Dus als jij de duivel niet weerstaat, zal hij niet vluchten! 

God rekent niet in jouw plaats met de duivel af. Jezus heeft de duivel reeds volledig verslagen. Hij heeft hem van al zijn macht en kracht beroofd en gaf ons autoriteit. Maar als wij die niet uitoefenen, komt God niet tussenbeide om de duivel voor ons te bestraffen. De strijd gaat helemaal niet tussen God en de duivel; de strijd is tussen ons en de duivel. God heeft ons toegerust met autoriteit en gezag, en wij moeten die gebruiken. 

Dat is nogal wat. Als jij kunt vatten wat ik hier vertel, dan beantwoordt dat een heleboel vragen. Er lopen zoveel mensen rond met vragen als: ‘Als het Gods wil is, dat iedereen geneest, hoe komt het dan dat deze persoon gestorven is?’ God gaf ons de macht om te genezen. Het is niet onze macht, het is Zijn macht, maar Hij gaf die aan ons. Het valt nu onder ons gezag. De Heer heeft ons nooit opgedragen tot God te bidden met het doel Hem te vragen om mensen te genezen. Hij heeft ons opdracht gegeven om te gaan en zelf de zieken te genezen. Hij heeft ons helemaal geen opdracht gegeven om te ‘bidden voor de zieken.’

De manier waarop het tegenwoordig in de kerk gedaan wordt komt feitelijk neer op zoiets als: ‘Oh Vader, wij weten dat U het kunt doen en als het Uw wil is, alstublieft, heel erg alstublieft, wilt U het dan doen.’ We smeken als bedelaars en als we dan geen manifestatie zien, als we geen ogenblikkelijk resultaat zien, dan zeggen we: ‘Ik vraag me af, waarom God hen niet genezen heeft.’ 

Maar God heeft allang alle genezende kracht vrijgezet die nodig is om ieder persoon op deze planeet te genezen van iedere ziekte en van ieder gebrek. Dat alles is volledig gedragen door Jezus. Nu heeft Hij ons de macht gegeven om uit te gaan en de zieken te genezen. Al eerder heb ik dat vers aangehaald uit Lukas hoofdstuk 9. Hij gaf ons macht en gezag over alle demonen om ze uit te drijven en om ziekten te genezen. Hij gaf ons die macht en het is nu aan ons om die uit te oefenen. 

Handelingen 3:1-8 is hier een voorbeeld van: ‘Petrus nu en Johannes gingen op naar de tempel tegen het uur van gebed, dat is het negende. En een man, die verlamd was van de schoot zijner moeder aan, zodat hij gedragen moest worden, zetten zij dagelijks bij de poort van de tempel, genaamd de Schone, om een aalmoes te vragen van de tempelgangers. Toen deze zag, dat Petrus en Johannes de tempel zouden binnengaan, verzocht hij om een aalmoes. En Petrus zag hem scherp aan, met Johannes, en zei: Zie naar ons. En hij hield zijn blik op hen gevestigd in de verwachting iets van hen te ontvangen. Maar Petrus zei: Zilver en goud bezit ik niet, maar wat ik heb geef ik u; in de naam van Jezus Christus, de Nazoreeër: Wandel! En hij greep hem bij de rechterhand en richtte hem op, en direct werden zijn voeten en enkels stevig, en hij sprong op en stond en liep heen en weer en hij ging met hen de tempel binnen, lopende en springende en God lovende.’ 

Merk op dat Petrus in vers 6 zegt: ‘Zilver en goud heb ik niet, maar wat IK heb, geef IK u.’ Besef je wel dat Petrus en Johannes uit de meeste kerken getrapt zouden worden omdat ze feitelijk DIT zeggen: IK heb de kracht om jou te genezen? Het is zó in de mode om te zeggen: ‘Oh, maar ik ben het niet, ik kan geen sikkepit genezen.’ De waarheid is, niemand van ons kan ook maar een greintje in eigen menselijke kracht genezen. Maar het punt is, wij zijn niet slechts menselijk, wij zijn wederomgeboren. God gaf ons macht en autoriteit. Dat wil zeggen; we hebben het recht en de mogelijkheid om die kracht te gebruiken. En Petrus zat nauwkeurig juist toen hij zei: ‘wat IK heb geef IK u.’ 

Merk op dat hij in dit voorval niet eens een gebed bad. De meeste mensen hebben daar al moeite mee. Erg onreligieus vinden ze, zo van: Hoe durft hij iemand te genezen zonder gebed en eerst God te vragen. Maar ik let op de vruchten, op de resultaten. Petrus had resultaten. Zijn benadering in deze situatie was de juiste benadering. Hij zei: ‘wat IK heb, geef IK u.’ Hij wist dat hij de kracht en het gezag bezat om te gebruiken. Hij nam zijn verantwoordelijkheid en gaf wat hij had. Daardoor werd die man genezen. 

Dit is precies de reden waarom heel veel mensen geen genezing ervaren, omdat ze zich tot God wenden. Ze beseffen niet dat de kracht niet in de hemel opgeslagen ligt, maar dat God de kracht om te genezen binnenin ieder van ons heeft opgeslagen. Bovendien heeft Hij ons nog de autoriteit en het gezag gegeven om die te gebruiken. Dat maakt ons ook nog eens verantwoordelijk. 

Als iemand niet geneest, ligt dat niet aan God Die hen niet genezen heeft, maar aan ons, die ons gezag en onze macht niet gebruiken. Er spelen ook wel eens wat andere dingen mee. Soms is het niet een kwestie van het individu dat niet kan ontvangen, soms heeft het ook te maken met de mensen om je heen. Jezus was wel eens genoodzaakt om mensen buiten de deur zetten, spotters die in ongeloof waren. Jezus had een absoluut totaalgeloof. Hij functioneerde perfect in dat geloof. Desondanks staat in Markus 6:5-6 ‘Hij kon daar geen enkel wonder doen, behalve dat hij een paar zieken de handen oplegde en hen genas. Hij stond verbaasd over hun ongeloof.’ Hier was geen sprake van een beperking bij Hem. Soms is er geen sprake van een beperking in de persoon om zijn genezing te ontvangen, maar kunnen andere factoren rondom een rol spelen. 

Er spelen dus nog meer zaken een rol. Maar in principe is het een kwestie van een persoon of een groep van personen die God belemmeren, vanwege het feit dat ze niet het gezag en de macht gebruiken en uitoefenen die God gegeven heeft. Wij ontlopen onze verantwoordelijkheid. We schuiven alle verantwoordelijkheid op God door te zeggen dat het aan Hem ligt of deze persoon genezen wordt, gered wordt of voorspoedig wordt, maar zo zit dat niet! 

Als je alleen maar dit ene kleine puntje begrijpt en gewoon erkent dat niet God aan zet is om te genezen, maar dat wij aan zet zijn. Dat is het geloof hebben dat Hij genezing tot stand gebracht heeft, die macht aanvaarden en dat gezag gebruiken om onze problemen en zaken te bevelen te veranderen. Als wij alleen maar dit ene punt zouden begrijpen, garandeer ik je, dat het een enorm verschil zou uitmaken in de manier waarop de dingen gebeuren. 

Vandaag de dag gelooft de overgrote meerderheid van de mensen in het Lichaam van Christus dat God kan doen wat Hij maar wil. Maar ze geloven absoluut niet dat Hij al alles gedaan heeft wat Hij wil doen. Ze geloven niet dat Hij ons de macht heeft gegeven om te kunnen handelen, daarom gebruiken ze hun autoriteit niet en voelen ze geen enkele verantwoordelijkheid. Hier gaat het allemaal mis. 

God heeft Zijn deel al gedaan en heeft Zijn macht en autoriteit binnenin ons gelegd en dat maakt ons verantwoordelijk. Het is absoluut jouw verantwoordelijkheid om te genezen! Om voorspoedig te zijn, om bevrijd te zijn. Het is Gods kracht. Ik zal proberen dit te laten zien, en in de juiste balans te houden. Ik wil je niet onder een gevoel van veroordeling brengen zodat je gaat denken: ‘Dus ik moet dit voor elkaar gaan krijgen?’ Nee, niet uit jezelf, niet uit jouw menselijke vermogens. Maar het wederomgeboren zelf, binnenin jou, heeft de Goddelijke soort macht, het zit vanbinnen. Alle dingen zijn mogelijk voor wie gelooft. 

Als je dit kunt vatten en gaat geloven dat God Zijn deel al gedaan heeft en je neemt vervolgens je autoriteit op, dan ga je grote dingen zien gebeuren. 

Ik heb voor heel veel zieken gebeden. In het begin zag ik af en toe eens iemand genezen en eigenlijk had ik er geen flauw idee van wat ik aan het doen was. Net als een blinde eekhoorn, die af en toe een eikeltje vindt. Maar sinds ik besef dat het er niet om gaat dat ik verzoeken bij God indien en God vraag om mensen te genezen, maar begrijp dat God allang alle mensen heeft genezen en alle ziekten heeft gedragen (in Zijn striemen is ons genezing ‘GEWORDEN’ 1 Petrus 2:24 ), gebruik ik mijn gezag.

Sinds ik dit inzie erken ik dat God de kracht in mij heeft gelegd en dat het aan mij is om die vrij te zetten, al zijn daar ook nog andere dingen bij betrokken. Ik heb namelijk niet meer gezag over iemand anders dan die persoon zelf. Die persoon moet dus wel met mij samenwerken en geloven. 

Maar in principe, sinds ik begrepen heb dat God Zijn deel al gedaan heeft, ben ik mijn gezag gaan nemen en ben ik begonnen genezing te gebieden en spreek en gebied ik mensen om te genezen. Ik ben gestopt met bidden om God te vragen het te doen. En nu zie ik werkelijk honderden keren méér mensen genezen dan vroeger. 

Misschien hebben jullie wel eens van John G. Lake gehoord, hij leefde begin 1900. Deze man had een genezingsbediening die zó groot was, dat de staat Washington hem een medische vergunning gaf. Hij stichtte een ziekenhuis en omdat bij hem zoveel gedocumenteerde gevallen van genezing waren, heeft men in de omgeving van Spokane, waar hij woonde, de gewone ziekenhuizen gesloten omdat hij zo effectief was in het genezen van mensen. In zijn ziekenhuis werden geen medicijnen verstrekt; daar kwamen zijn mensen bij de zieken en zij zalfden hen met olie. Ze baden net zo lang tot de genezing zich manifesteerde. John G. Lake had mensen opgeleid die hij ‘practitioners’ noemde. Zij gingen erop uit en kregen een klein flesje met olie mee, gebaseerd op het Bijbelse ‘zalft de zieken met olie’ en ‘het gelovig gebed zal de zieken genezen.’ En als mensen een beroep deden op deze bediening van genezing, dan stuurde hij hen erop af. Deze ‘practicioners’ kregen de opdracht, ga erheen en kom niet terug voordat de mensen genezen zijn. Sommige mensen vinden dit verbijsterend, want hoe kun je nou zoiets zeggen? Nogmaals de logica is, dat mensen denken dat wij daar geen controle over hebben. Wij hebben geen gezag, wij hebben geen verantwoordelijkheid. Wij gaan gewoon vragen aan God en wat er gebeurt, dat gebeurt dan maar, het ligt allemaal in de handen van God. Maar dat is niet waar. John G. Lake gaf deze mensen de opdracht, gaat heen en kom niet terug voor ze genezen zijn. De langste termijn dat iemand van hen wegbleef was 30 dagen. Soms trokken ze letterlijk bij de zieke mensen in en onderwezen hen in het Woord. Ze bouwden hen op, baden samen met hen en brachten de mensen tot het besef dat God Zijn deel al gedaan had. Er is een enorm verschil tussen het bidden voor de zieken en het genezen van de zieken. 

Voor het overgrote deel gelooft de kerk wel dat God het kan doen, maar ze geloven niet dat Hij het al gedaan heeft en ze geloven zeker niet dat Hij die macht aan ons heeft toevertrouwd. Ze gaan naar God als ze een probleem hebben, bijvoorbeeld op fysiek gebied. Ze vragen God om iemand te genezen. En de waarheid is, dat God Zijn deel allang gedaan heeft om genezing te bewerken. Hij heeft de bovennatuurlijke-doden-opwekkende-kracht in iedere wederomgeboren gelovige geplaatst en nu is het aan ons om genezing te bevelen plaats te vinden. 

In plaats van een bedelaar te zijn - een persoon die komt smeken, passief bij de Heer is, God vraagt om het te doen - moeten we een bevelhebber zijn, die gaat staan en zijn gezag opneemt en de kracht van God beveelt. Dat is precies wat Petrus deed: ‘Wat Ik heb, geef Ik u, in de naam van Jezus Christus van Nazareth, sta op en loop.’ Daarna greep hij hem bij de hand en trok hem overeind. Ogenblikkelijk begon de man rond te lopen en te springen en God te prijzen. 

De meeste mensen zeggen: ‘Maar dat kan ik helemaal niet.’ En daar ligt de reden waarom zij niet de resultaten hebben die Petrus en Johannes hadden. Dit is vandaag de dag één van de belangrijkste redenen waarom wij de kracht van God niet zien. Er zijn veel christenen die hunkeren naar een fysiek wonder. Ik bedoel, het is uiterst serieus voor hen. Je hebt een financieel wonder nodig. Je hebt een wonder van herstel in je huwelijk nodig of wat dan ook. Je bent aan het bidden, je vraagt God erom, maar je neemt totaal geen autoriteit over de vijand. Je spreekt helemaal niet tegen het probleem. Je bent niet bezig te gebieden dat de ziekte verdwijnt. En toch is dit precies wat de Bijbel zegt je te doen. 

Weet je, religie is ons komen vertellen: ‘Jij kunt helemaal niets, je bent een worm, je bent een niets.’ En als je los van je ‘wederomgeboren jij’ spreekt - als je het hebt over je vleselijke zelf, je natuurlijke zelf - dan is dat ook zo. Daar heb ik geen aanklacht tegen. Dat is zonder Christus, zegt de Bijbel in Johannes 15. Dit is wat Jezus Zelf zegt in de eerste paar verzen, ‘Zonder Mij kunt gij niets doen.’ Dat is absolute waarheid. Zonder Jezus kunnen wij helemaal niets. Daar ben ik het mee eens. Maar ik ben het er niet mee eens, omdat ik niet zonder Jezus ben. Ik ben wederomgeboren. De Geest van de levende God leeft binnen in mij. Ik ben helemaal niet alleen maar een mens. 

Iemand die daar stopt en niet erkent dat hij in Christus een nieuwe schepping is geworden, neemt zijn autoriteit niet. Zij begrijpen de autoriteit van de gelovige niet. Ze benaderen God met: ‘Lieve God, ik ben een verstokte zondaar, alleen maar behouden door genade.’ Ik ben helemaal geen verstokte zondaar gered door genade. Ik was een verstokte zondaar en ik ben gered door genade, maar nu ben ik de gerechtigheid Gods geworden. En het is waar dat ik zonder God niets ben, maar ik ben niet zonder God. God leeft binnenin mij en nu heb ik de macht en het gezag om de kracht van God te bevelen. 

Ik zal dit in balans brengen. Het volgende onderwijs gaat erover dat ons gezag uitsluitend in staat is om geestelijke wetten te handhaven. Als God er niet in heeft voorzien, kan ik het niet gebieden. Er is geen sprake van dat ik God dingen laat doen. Laat me een Schriftgedeelte gebruiken dat helpt om dit uit te leggen, Jesaja 45:11 ‘Zo spreekt de Heer, de Heilige van Israël en Zijn Maker. Vraag mij naar de dingen die komen aangaande mijn zonen, en voor wat betreft het werk van mijn handen, gebied mij.’ Dat is een verregaande uitspraak. Sommige mensen verslikken zich hierin. Ze zeggen ‘Dit kan ik niet aanvaarden’, omdat zij denken dat daarmee gesteld is, dat je autoriteit over God neemt. Dat je zo tegen God zou zeggen: ‘God, U moet mij gehoorzamen, ik beveel U dit of dat te doen.’ En dat is natuurlijk volkomen belachelijk. Daar heb ik het hier helemaal niet over. Ik ben God niet, ik ben niet de meerdere van God, ik ben niet de krachtbron. God zit helemaal niet te wachten op mijn grillen, op het opvolgen wat ik Hem zeg te doen. Dat is helemaal niet wat ik bedoel. Maar de Heer zegt hier ‘concerning the work of my hands, command ye Me.’ Maar wat betekent dat dan? 

Ik vergelijk het met elektriciteit. Als je huis aangesloten is op het elektriciteitsnet dan is het energiebedrijf de bron. Zij wekken de kracht op. Jij niet. Je kunt een lamp nemen en in je mond stoppen, maar die zal nooit aangaan. Jij bent de krachtbron niet, toch? Jij bent niet degene die voor de energie zorgt. Maar de elektriciteitsmaatschappij genereert die kracht en levert die af aan jouw huis, je sluit een overeenkomst en vervolgens staat die kracht tot je beschikking. Als jij elektriciteit wilt gebruiken, dan bel je het energiebedrijf niet op met de vraag of zij dit willen komen aanzetten. Zij wekken het op en leveren het bij jou af. Nu hangt het van jou af of jij die kracht inzet. Als jij die schakelaar omzet, dan gebied jij die energie. Jij maakt gebruik van iets, dat niet uit jou voortkomt. Jij bent niet de bron, maar het staat onder jouw gezag, onder jouw autoriteit. Jij gebruikt dat gezag, jij schakelt het in. Als de energiemaatschappij de energie niet levert, kan je die schakelaar honderd keer omzetten, maar dan gebeurt er helemaal niets. 

Als een niet wederomgeboren persoon gaat proberen om tot ziekte te spreken en tot demonen, ze gebiedt te vertrekken, dan gebeurt er helemaal niets, omdat zij de kracht van God niet levend in zich hebben. In Handelingen 19 staat zo’n voorval: een boze geest sloeg zeven man in elkaar en joeg ze bloedend de deur uit. Ik garandeer je dat als je niet met De Krachtbron verbonden bent, als je niet echt wederomgeboren bent, je helemaal niet kunt doen waar ik hier over spreek. Maar als je wél wederomgeboren bent, als je volgens Handelingen 1:8 de kracht van de Heilige Geest ontvangen hebt, dan is die kracht in je aanwezig en dan hangt het van jou af om deze in te zetten of te bevelen. 

Stel, je zou het energiebedrijf bellen met de vraag ‘Kom alstublieft, zet alstublieft alle energie in werking, ik heb het dringend nodig, ik heb bezoek en heb gas, licht en stroom nodig.’ Geen sprake van dat het energiebedrijf iemand zou sturen om de schakelaar voor je om te zetten. Zij wekken de energie op en jij moet jouw rol in het geheel spelen. Je wordt geacht je gezag te gebruiken en die schakelaar om te zetten. Het is precies hetzelfde. 

In plaats van uit te stappen en het Woord te geloven, overtreden christenen vandaag massaal het gebod ‘Jullie hebben nu macht en gezag, ga daarom uit en genees de zieken.’ En als de zieken niet genezen, gaan ze bidden en God vragen om de zieken te genezen. Dat is net zo dwaas als het energiebedrijf bellen om te vragen bij jou het licht aan te komen doen. 

Een goede vriend van mij, Dave Duell, een bevriende pastor uit Denver, vertelde mij een verhaal over de allereerste keer dat hij naar Afrika ging en daar een samenkomst hield. Hij zag mensen genezen, grote wonderen vonden plaats en als gevolg daarvan waren de Afrikanen helemaal ondersteboven. En wanneer Dave over straat liep, kwamen er mensen op hem af rennen, die begonnen dan te gillen en te schreeuwen en probeerden hem aan te raken. Zijn eerste reactie was de gedachte: ‘Hé, het gaat niet om mij, ik ben het niet, het is God, niet ik.’ En voordat hij daarop kon reageren sprak de Heer tot hem: “Wat denk je, toen Ik op die kleine ezel Jeruzalem binnenreed en de mensen al die palmtakken op de weg legden, hun klederen op de weg legden en begonnen te schreeuwen ‘Hosanna, glorie aan God in de hoge.’ Wat zou je denken als die ezel was begonnen te zeggen: ‘Hela, het gaat niet om mij, het gaat niet om mij, stop daarmee.’ De Heer zei verder tegen Dave: ‘Ze proberen jou helemaal niet aan te raken, ze proberen Mij aan te raken. Jij bent gewoon het ezeltje waarop Ik rijd.’ Toen Dave dat eenmaal inzag, bleef hij rustig doorlopen en liet toe dat mensen hem aanraakten. 

Er zijn mensen die hier aanstoot aan nemen. Zij denken: ‘Dus jij beweert dat jij iets bijzonders bent?’ Nee, dat ben ik helemaal niet. Dat geloof ik echt. Aan mij is echt helemaal niets bijzonders. Maar ik draag de meest bijzondere persoon die ooit op aarde rondgelopen heeft, de Heer Jezus Christus, binnenin mij. Hij geeft mij Zijn kracht en Zijn zalving. En ik geloof dat er een dag komt dat net als in de Bijbelse tijden, als de schaduw van Petrus op iemand viel, mensen genezen. Ik heb daar geloof voor. Ik heb geloof dat zieken op straat gelegd zullen worden en dat mensen zullen genezen als alleen maar mijn schaduw op hen valt. Ik weet dat op dit moment sommige van jullie denken: ‘Jij arrogante verwaande kwast.’ Maar ik zeg dat helemaal niet vanwege wie ik ben, maar vanwege Degene die ik in mij draag. Als het voor Petrus de apostel werkte, zal het ook voor mij werken. 

Ik weet dat er heel veel van jullie zijn die dit niet kunnen verteren. En dat is de reden waarom je de kracht van God niet ziet manifesteren. Je bent alleen maar gericht op de natuurlijke kant van jezelf en je erkent helemaal niet dat je meer bent dan alleen maar een mens. Je erkent niet dat je macht en gezag hebt. Ik zeg je dat er vandaag de dag een religieuze cultuur is, die tegen alles is wat ik hier onderwijs. Die cultuur gaat tekeer tegen dit gezag en probeert je wijs te maken dat je niets voorstelt, dat je geen gezag en geen macht hebt. 

Kom niet als een bedelaar voor Gods troon om God te bedelen en te smeken te doen, wat Hij heeft gezegd dat Hij al gedaan heeft. Hij heeft jou gezegd dat je erop uit moet gaan, Hem moet vertegenwoordigen, moet staan en je autoriteit gebruiken om dingen tot stand te brengen. Ons religieuze systeem heeft een tegencultuur, waar dit niet bepaald populair is en daarom zijn christenen bezig met smeken en pleiten en roepen en janken en God te vragen om dingen te doen waarbij het gewoon niet Gods beurt is om iets te doen. Het is nu onze beurt om te gaan staan en dat gezag te nemen en de dingen te bevelen te laten gebeuren. 

Ik heb enkele Schriftgedeelten genoteerd en zal er een paar voorlezen. In Matteüs hoofdstuk 10 vers 8 staat: ‘Genees zieken, wek doden op, maak melaatsen rein, drijf demonen uit. Voor niets hebben jullie gekregen, voor niets moet je geven.’ Dit is Jezus die opdrachten geeft aan Zijn discipelen. Je kunt niets geven dat je niet hebt. Als jij niet gelooft dat God Zijn deel al gedaan heeft en die doden opwekkende kracht binnenin jou geplaatst heeft, dan heeft het geen zin om uit te gaan om zieken te genezen, doden op te wekken en melaatsen te reinigen. Ik zou willen dat ik wist hoe ik je deze dingen kon láten geloven. Ik strijd tegen honderden jaren religieuze tradities die het Woord van God van zijn kracht hebben beroofd. 

God heeft allang ieder persoon genezen die ooit maar zal genezen. Die kracht is al opgewekt en is nu uitgegoten binnenin iedere wederomgeboren, geestvervulde, in tongen sprekende gelovige. Jij hebt die kracht. En nu is niet God aan zet om de zieken te genezen, maar zijn wij aan zet om: te geloven, door geloof ons gezag op te nemen, die kracht vrij te zetten, te bevelen dat dingen gebeuren. Wij moeten deze genezende kracht aan mensen geven. 

Eén van de dingen waar ik enorm van genoten heb tijdens onze ‘Gospel Truth’ seminars is dit. Vroeger ging ik naar kerken toe om te bedienen. Ik bouwde het geloof van mensen op en bad met mensen. Heel vaak heb ik met mensen tot na middernacht gebeden. Mensen kwamen met honderden op me af en ik bad drie tot vier uur achter elkaar. Ik zag blinde ogen open gaan, dove oren geopend worden, wonderen vonden plaats. Ik was daar enthousiast en blij over, maar tegelijkertijd put het je uit en ik wist dat ik mijn beperkingen had. Ik zag mensen in de rij gaan staan en beseffen dat ik niet in staat zou zijn die hele rij af te werken. Gewoon omdat mensen niet zolang konden wachten. Daarna zag ik mensen vertrekken, omdat ik niet de tijd had om hen te bedienen. 

Toen we aan de grotere samenkomsten toekwamen, zagen we in plaats van twee- tot driehonderd mensen zo’n vijfhonderd tot duizend mensen naar de samenkomsten komen. Maar het was onmogelijk om al deze mensen te bedienen. Dus gaf de Heer me opdracht om de afgestudeerde Bijbelschoolstudenten mee te nemen. Samen begonnen we mensen onderricht te geven over deze waarheden. We vertelden hen dat jij de kracht binnenin je hebt; jij kunt genezingen gebieden om te manifesteren. Eén van de geweldigste dingen waar ik me intens over verheug is, dat er nu met behulp van deze studenten voor 300 tot 500 mensen per avond wordt gebeden in plaats van honderd tot honderdvijftig mensen. We zien blinde ogen open gaan, dove oren geopend, mensen komen uit rolstoelen. En ik ga uit mijn dak dat het niet de één of andere bovennatuurlijk gave is die door één persoon werkt en dat alles persé door die ene persoon heen moet werken. Dit werkt voor Jan met de pet gelovigen. Ik herinner me een man die nog nooit van zijn leven voor iemand had gebeden. In zijn hele leven had hij nog nooit een fysiek wonder zien gebeuren. En de allereerste avond dat hij voor mensen begon te bidden, gebeurde het. Ik weet niet meer of het doofheid was, of blindheid, maar echt wel iets anders dan een hoofdpijntje waarbij het niet zo uitmaakt of het nu wel of niet weg is. Maar deze man, die nog nooit voor iemand gebeden had, zag nu blinde ogen open gaan, dove oren openen. Hij was zó intens verrukt, dat hij er ’s nachts niet van kon slapen. Hij was zó opgewonden dat hij het de volgende ochtend direct kwam vertellen. 

Nu is het niet zo dat ik tegen mensen ben die een bovennatuurlijke gave hebben, dat is weer een apart onderwijs. Ook daar is een speciale plaats en gelegenheid voor in het Lichaam van Christus. Maar sommige mensen hebben geleerd dat je één van die genezingsbedieningen moet hebben om voor mensen te kunnen bidden. En dat is niet zo. Iedere wederomgeboren geestvervulde gelovige heeft macht en gezag ontvangen om de zieken te genezen, de doden op te wekken en de melaatsen te reinigen. Dat staat in Matteüs 10:8. In Lukas 10: 8-9 zegt Jezus: ‘En als jullie een stad binnengaan en daar welkom zijn, eet dan wat je wordt voorgezet, genees de zieken die er zijn en zeg tegen hen: ‘Het Koninkrijk van God heeft jullie bereikt.’ 

Het is verbazingwekkend hoe de kerk meent het eerste deel van vers 9 gewoon te kunnen negeren door te zeggen: ‘We hebben de verantwoordelijkheid om het Evangelie aan mensen te prediken.’ Terwijl de Heer ons heeft opgedragen om de zieken te genezen, EN het Evangelie te prediken. Het Woord van God MOET worden bevestigd door tekenen en wonderen. De kerk verlangt daar wel naar, sommige van de Pinksterkerken en geestvervulde kerken verlangen wel naar het zien van wonderen, maar de manier waarop zij dat aanpakken is door bij God te gaan zeuren en pleiten en smeken om Zijn geest uit te storten. Zo van: ‘Oh God, doe iets nieuws, zend Uw opwekking.’ Maar dat is helemaal niet de benadering van de mensen uit de Bijbel. Zij geloofden dat God hen gezag had gegeven. Dus gingen zij erop uit en brachten opwekking. Zij geboden opwekking; zij maakten een opwekking doordat zij wonderen tot stand brachten. 

Nog een Schriftgedeelte dat hiermee overeenstemt staat in Handelingen 4. Nadat de discipelen geslagen waren en bevolen waren om het Evangelie niet meer te prediken, gingen ze terug naar de gemeente en begonnen te bidden. 23 Nadat Petrus en Johannes waren vrijgelaten, gingen ze naar de leerlingen en vertelden wat de hogepriesters en de oudsten hadden gezegd. 24 Toen de leerlingen dat hoorden, riepen ze God eensgezind aan met de woorden: ‘Heer, u hebt de hemel en de aarde en de zee geschapen en alles wat daar leeft, 25 u hebt door de heilige Geest, bij monde van onze voorvader David, uw dienaar, gezegd: “Waarom snoeven de volken en beramen de volksstammen zinloze plannen? 26 De koningen van de aarde zijn aangetreden en de heersers spannen samen tegen de Heer en zijn gezalfde.” 27 Want inderdaad, in deze stad hebben allen samengespannen tegen Jezus, uw heilige dienaar, die door u is gezalfd: Herodes, Pontius Pilatus, alle volken en ook de stammen van Israël, 28 om datgene te doen waarvan u had bepaald en voorbestemd dat het moest gebeuren. 29 Welnu, Heer, sla ook nu acht op hun dreigementen en stel ons, uw dienaren, in staat om vrijmoedig over uw boodschap te spreken 30 door ons bij te staan, zodat zieken genezing vinden en er tekenen en wonderen gebeuren in de naam van Jezus, uw heilige dienaar.’ 

Let op hoe zij baden: ‘God, help ons om het Woord te verkondigen’ Hoe? Door uw arm uit te strekken en te genezen. Dat is de manier waarop de kerk van het Nieuwe Testament het Evangelie predikte. Dat was niet alleen maar leerstellig. Het was met demonstratie en kracht van de Geest. Ze baden: ‘God help ons om het Woord te prediken, door mensen te genezen, dat Uw kracht manifest wordt.’ Zo gingen zij erop uit. Daardoor hadden zij veel betere resultaten dan de meeste mensen tegenwoordig. 

Weet je, er moet echt verschil zijn tussen wat jij predikt en wat een Jehova Getuige predikt. Want een Jehova Getuige is niet wederomgeboren. Zij aanvaarden Jezus helemaal niet als de eniggeboren Zoon van God, de enige weg tot de Vader. Dus zijn zij niet wederomgeboren. En toch is er bij veel christenen, als er bij hen wordt aangeklopt, nauwelijks verschil met een Jehova Getuige of een Mormoon. Het enige dat ze hebben is een doctrine, een leerstelling. 

Wat het verschil zou moeten zijn tussen een christen en alle anderen is niet alleen een juiste doctrine over wie Jezus is, maar dat zij het ook demonstreren door kracht en gaven van de Heilige Geest. En de reden waarom wij dat niet meer zien gebeuren, is omdat wij bidden om God te vragen datgene te doen wat Hij ons heeft opgedragen te doen. 

De Heer heeft het ons dus in o.a. Lukas 10:9 opgedragen: ‘Genees de zieken die er zijn en zeg tegen hen: “Het koninkrijk van God heeft jullie bereikt.” De opdracht is om de zieken te genezen. Hij heeft ons niet gezegd om te bidden en Hem te vragen de zieken te genezen. Hij gaf aan ons de opdracht om de zieken te genezen. Ik beweer niet dat ik de bron van de kracht ben. God is de bron van de kracht, maar Hij heeft die kracht binnenin mij geplaatst en mij autoriteit verleend om Zijn naam te gebruiken en Zijn kracht te gebruiken. Dus als ik niet gebied dat genezing komt, dan zal het niet gebeuren. Het zal écht niet tot stand komen als jij blijft bedelen en smeken en God vraagt jou te genezen. 

Laat me dit nog zeggen. Ik weet dat er mensen zijn die een ongeneeslijke ziekte hebben. Je hebt gebeden en God gevraagd om je te genezen. Of je hebt een vriend, iemand voor wie je bidt in zo’n situatie. En je bent bezig geweest met bidden, hebt geprobeerd God vast te grijpen en je vroeg om genezing, maar je hebt geen manifestatie gezien. Nu worstel je met frustratie, met angst en twijfel. Het probleem is, dat jij God hebt gevraagd om te doen, wat Hij jou heeft gezegd te doen. God heeft jou opdracht gegeven om de zieken te genezen. Hij heeft jou opdracht gegeven je gezag op te nemen. Precies zoals Petrus en Johannes deden: ‘Zilver en goud heb ik niet, maar wat IK heb, geef IK jou.’ En dan pak jij hun hand vast en jij beveelt die genezing te manifesteren. 

Een goede vriend van mij kreeg een beroerte en werd daardoor blind. Ik heb hem bediend met het Woord en we hebben geweldige dingen zien gebeuren. Wij hebben gebeden en geloofd dat de Heer hier de juiste link zou leggen, maar ondanks een aantal goede dingen die gebeurden, ontving hij zijn gezichtsvermogen nog niet terug. Maar een andere vriend van mij ging vorige week naar het huis van deze man om het één en ander met hem te bespreken. De man was dus absoluut blind. Maar Cecil nam zijn gezag op en beval die ogen open te gaan en boem, de man was volkomen genezen. Even daarvoor was hij totaal blind, maar zijn ogen gingen open en hij kon perfect zien!

Dit gebeurt als jij je gezag aanvaardt en beveelt deze dingen te geschieden. Maar dat verklaart ook waarom sommigen van jullie niet ontvangen van God, omdat jullie God hebben gevraagd om te doen wat Hij jullie heeft opgedragen te doen, namelijk je gezag oppakken en gebruiken.

Laat me nog een voorbeeld geven. In 2 Petrus 3:9 staat: ‘De Heer is niet traag met het nakomen van Zijn belofte, zoals sommigen menen; Hij heeft alleen maar geduld met u, omdat Hij wil dat iedereen tot inkeer komt en niemand verloren gaat.’ Dit vers stelt heel duidelijk dat het Gods wil is, dat geen enkel persoon sterft en naar de hel gaat, maar dat iedereen behouden wordt. Wordt nu iedereen behouden? Nee, overduidelijk niet. Jezus zei dat er meer mensen in zullen gaan door de brede weg naar het verderf dan door de smalle weg tot eeuwig leven. Dit laat ondubbelzinnig zien dat Gods wil niet zondermeer gebeurt. Er is nog een hinderpaal waar ik nog wat over wil zeggen. Het lijkt wel of ik voortdurend dingen zeg die me in problemen brengen, maar dat komt omdat er door de kerk van tegenwoordig zoveel onzin wordt geleerd. Zij geeft een verkeerde voorstelling van God. 

De kerk van vandaag leert dat God in Zijn soevereiniteit alles controleert en beheert, dat er zonder Gods toestemming niets gebeurt. Want iets heeft Zijn rechtstreekse goedkeuring, of Zijn indirecte goedkeuring; Hij veroorzaakt het, of Hij staat het toe. Maar dat leert het Woord van God helemaal niet. Ik geloof dat de reden waarom dit zo populair is, waarom mensen zich zo krampachtig aan dit soort leringen vastklampen, omdat ze voorzien worden van een uitvlucht. Het neemt alle verantwoordelijkheid van ons weg. Met andere woorden, je kunt gewoon maar een eind weg bidden: ‘Heer, als het Uw wil is, genees deze persoon, als het Uw wil is, red dit huwelijk.’ Werkt het, geweldig. Werkt het niet, dan moet het niet Gods wil zijn geweest. Deze redenatie kletst ons volkomen buiten beeld. Wij dragen zodoende geen enkele verantwoordelijkheid en kunnen dus ook niet ter verantwoording worden geroepen. 

Dit slaat kant noch wal. Je kunt dat ook waarnemen op het gebied van redding en behoud. Ik geloof waarachtig dat het Gods wil persé NIET is, dat ook maar iemand verloren gaat. Dat is precies wat 2 Petrus 3:9 zegt. En toch gebeurt dit niet. God controleert deze dingen dus niet, of laat ze in ieder geval toe. God heeft niet bepaalde mensen bestemd tot redding en andere mensen tot verloren gaan. Nee, er zijn een aantal oorzaken die hierbij een rol spelen. Ten eerste heeft de persoon een keuze mogelijkheid. God zal niemand dwingen om gered te worden. Hij respecteert onze vrije wil. Dan zijn er mensen die vanwege de leugens en het bedrog van de duivel gekwetst zijn en aanstoot hebben genomen, of volledig in beslag genomen zijn door de zorgen van deze wereld en andere dingen. Daarom hebben ze ieder betoog, ieder aanbod en elke werking van God in hun leven afgewezen. Uit eigen vrije wil kiezen zij ervoor Jezus niet tot hun persoonlijke Heer te maken. 

Verder is het zo dat je niets moet forceren. Je kunt niet aan komen zetten en iemand dwingen jouw geloof aan te nemen. Dat onderwijst het Woord van God niet. Ze hebben hier zelf een keuze in. Soms is het probleem de verkeerde manier waarop we God vertegenwoordigen of Hem voorstellen. Wij moeten mensen de waarheid laten zien. Verder worden veel mensen verleid tot een valse religie waarbij sommigen onderwijzen dat je mensen moet doden vanwege een heilige Jihad. Dat is hun doctrine en zij denken dat het hen toegang tot de hemel garandeert met een harem vol vrouwen voor de eeuwigheid. Dat is complete dwaasheid en schendt de waarheid van Gods Woord. Maar toch wordt dit aan mensen verteld en daarom plegen ze zonder moeite zelfmoordaanslagen. 

Valse leerstellingen sturen mensen de hel in. Er zijn oorzaken voor het waarom, maar God verlangt geen enkele van deze dingen, tóch gebeuren ze. Waarom? Omdat God autoriteit gaf, daarom zijn wij verantwoordelijk. Het is in onze handen om het Evangelie te prediken en mensen wederom geboren te zien worden. En als dit niet gebeurt, ligt dat niet aan God die niet in hun redding zou hebben voorzien, het ligt niet aan God, die niet zou willen dat ze behouden worden. 

Het komt altijd neer op mensen die niet hun gezag hebben opgenomen, die het niet op de juiste manier hebben toegepast omdat ze niet het ware Evangelie prediken. Of ze hebben de waarheid misbruikt, daarbij gelogen en zich zo misdragen dat mensen het verworpen hebben en niet willen luisteren naar de ware aanspraken van het christendom. Op de één of andere manier is het de mens die er een puinhoop van maakt. Satan inspireert dergelijke dingen; hij probeert mensen bevooroordeeld te maken en ervoor te zorgen dat ze aanstoot nemen. Maar het is gewoon NIET Gods wil dat wie dan ook sterft en naar de hel gaat. Toch gebeurt het. 

Exact dezelfde logica gaat op voor genezing, voorspoed en andere zaken. We kunnen zeggen: ‘Als het Gods wil is, dan genezen we, of jij of ik nu bidden of niet.’ Of diezelfde redenering toepassen op redding: ‘Als het Gods wil is, zullen ze gered zijn, of jij of ik nu het Woord prediken of niet.’ Onzin! Wij dragen verantwoordelijkheid. Wij hebben de kracht en de autoriteit om het Evangelie te prediken. Daar ben ik mee bezig. Ik deel het Woord van God uit. Ik ga er op uit. En weet je, miljoenen mensen worden aangeraakt door deze televisie- en radio-uitzendingen. Er zijn mensen die het Woord van God horen, en hun levens veranderen. Mensen worden wederomgeboren en gedoopt in de Heilige Geest. Mensen worden genezen, bevrijd en verlost. 

Het was al die tijd al Gods wil dat ze vrij zouden worden, maar ze hoorden de waarheid niet. Er moet iemand op hun weg komen, zoals er staat in Romeinen 10:13 ‘Want ‘al wie de naam des Heren aanroept, zal behouden worden. 14 Hoe zullen zij dan Hem aanroepen, in wie zij niet geloofd hebben? Hoe geloven in Hem, van wie zij niet gehoord hebben? Hoe horen zonder prediker? 15 En hoe zal men prediken zonder gezonden te zijn?…. 17 Zo is dan het geloof uit het horen, en het horen door het woord van Christus.’ Het is helemaal niet Gods wil dat mensen verloren gaan, maar Hij gebruikt mensen om Zijn Woord te verkondigen en te zorgen dat dingen veranderen. 

Wij hebben gezag om het Evangelie te prediken én een verantwoordelijkheid. Als wij die verantwoordelijkheid niet nemen en ons gezag niet gebruiken, dan is het NIET Gods wil dat dit land en deze wereld in zo’n puinhoop verkeren als op dit moment. Zijn wil is, dat wij allemaal ZIJN waarden vertegenwoordigen en aan Hem gehoorzamen en een glorieuze kerk zijn. Maar het werkt zo niet omdat mensen niet op de juiste manier naar Hem luisteren. 

Mensen bedelen en smeken en vragen God te doen wat Hij ons heeft opgedragen om te doen. Wij smeken God om opwekking te zenden, om mensen te redden, in plaats van dat wij erop uitgaan, het Evangelie verkondigen met tekenen en wonderen, en te nemen wat Jezus al verworven heeft en te zorgen dat het manifesteert. Het is Zijn kracht, maar het is onze autoriteit die ervoor zorgt dat het ook werkt. Kracht komt vrij door autoriteit. 

We hebben het gehad over vergeving van zonden en redding. Kijk eens naar Handelingen 1:6-7 ‘ Zij dan, die daar bijeengekomen waren, vroegen Hem en zeiden: Here, herstelt Gij in deze tijd het koningschap voor Israël? Hij zei tot hen: Het is niet uw zaak de tijden of gelegenheden te weten, waarover de Vader de beschikking aan Zich gehouden heeft.’ Dit is iets heel eenvoudigs, maar tegelijkertijd verbazingwekkend. Ik herinner me die man die in 1988 een boek schreef: ‘88 redenen waarom de Heer in 1988 terug zal komen.’ Ik sprak met enkele mensen die met hun hele hart oprecht geloofden dat dit waar was en erop rekenden dat de Heer in 1988 terug zou komen. Natuurlijk gebeurde het niet. Vervolgens schreef hij een boek ‘89 redenen waarom de Heer in 1989 terug zal komen.’ En mensen kochten dat boek! Ik bedoel, hoe kan het groeien zonder wortel? Absurd. Zo’n vent zit er volslagen naast en toch zijn er nog mensen die zijn nieuwe beweringen ook weer voor zoete koek aannemen!!!

Dit stelt eenvoudig dat je niet de tijd noch het seizoen KUNT weten wanneer Jezus terugkomt. Als iemand beweert dat hij het wel weet, en een datum voorspelt, schrijf dan maar Ikabod op zijn voorhoofd. Ikabod is Oud-Testamentisch voor: ‘De glorie is geweken.’ Ik verzeker je dat die mensen in een dwaling zitten, het is niet van God. Hij zegt dus, jullie hebben geen macht en geen autoriteit over deze zaak. Die is niet tot jullie beschikking of macht gesteld. De Vader heeft de beschikking daarover aan Zichzelf gehouden. En dan zegt Hij in vers 8 ‘Maar gij zult kracht ontvangen, wanneer de heilige Geest over u komt, en gij zult mijn getuigen zijn te Jeruzalem en in geheel Judea en Samaria en tot het uiterste der aarde.’ De Heer zegt hier dat we kracht hebben om een getuige te zijn. 

Ik wil dat je hier even over nadenkt. De Heer zal je nooit een positie geven zonder dat Hij je de autoriteit geeft om te volbrengen wat Hij je heeft gezegd te doen. Dus met deze kracht om te getuigen komt automatisch de autoriteit om die te gebruiken. En daar hoort onvermijdelijk een verantwoordelijkheid bij. Handelingen 10 is daar een voorbeeld van. 

In vers 1-6 staat: En er was te Caesarea iemand, genaamd Cornelius, een hoofdman van de zogenaamde Italiaanse afdeling, een godvruchtig man, een vereerder van God met zijn gehele huis, die vele aalmoezen aan het volk gaf en geregeld tot God bad. Hij zag in een gezicht, omstreeks het negende uur van de dag, duidelijk een engel Gods bij zich binnenkomen en tot hem zeggen: Cornelius! Hij staarde hem aan en werd zeer bevreesd en zei: Wat is er, heer! En hij zei tot hem: Uw gebeden en uw aalmoezen zijn voor God in gedachtenis gekomen. En nu, zend mannen naar Joppe en nodig een zekere Simon uit, die bijgenaamd wordt Petrus: deze is de gast van een Simon, een leerlooier, wiens huis bij de zee ligt. 

Hier verschijnt een engel aan Cornelius. De engel zegt: ‘Cornelius, je bent een goddelijk man, je bent een toegewijd man. God heeft je gebeden gehoord. Stuur nu iemand naar Joppe en vraag naar Petrus, hij zal je vertellen wat je moet doen om wedergeboren te worden. Denk je niet dat die engel precies wist hoe je wederomgeboren moest worden? Waarom vertelde de engel het niet aan Cornelius? Was dat niet veel efficiënter geweest? Was het niet veel gemakkelijker geweest als die engel hem dat verteld had in plaats van mensen naar Joppe te sturen, een reis van twee dagen, dan Petrus mee te nemen, ook twee dagreizen. Waarom stuurde God deze engel met die opdracht naar Cornelius? Waarom legde die engel hem niet gewoon uit hoe hij wederomgeboren moest worden? Weet je waarom? Dit voert allemaal terug naar de kwestie wie de autoriteit heeft. God gaf gezag én autoriteit aan mensen, om het Evangelie te prediken, niet aan engelen. 

Engelen hebben geen gezag om het Evangelie te prediken. Wij zijn degenen aan wie God macht en autoriteit heeft gegeven. Even teruggrijpend op dingen die ik eerder in deze serie heb onderwezen, God zal Zijn Woord niet schenden, omdat Hij integer is. Als God iets zegt, is dat voor Hem bindend. God zegt: ‘Ik geef jou gezag, macht en autoriteit.’ En als wij dat niet gebruiken, dan zal Hij daar niet overheen stappen. God zal Zijn eigen Woord niet aantasten. Hij heeft Zichzelf ingeperkt om het Evangelie te prediken door mensen heen. 

En ik wil hier heel openlijk een aantal dingen stellen. Ik geloof dat satan de kerk is binnengeslopen. Dat is niet zo ongebruikelijk. De Bijbel leert dat satan onkruid, dolik (schijntarwe) tussen het graan zaait . In Handelingen 20:29-30 zegt Paulus : ‘Ik weet dat er na mijn vertrek woeste wolven bij u zullen binnendringen, die de kudde niet zullen ontzien. Uit uw eigen kring zullen mensen voortkomen die de waarheid verdraaien om de leerlingen voor zich te winnen.’ Dit zijn dus dingen die al in de kerk gaande zijn vanaf de stichting van de gemeente. Ik zeg je dat satan de leerstelling in de kerk heeft gepropageerd, ons heeft wijsgemaakt, dat we mensen eenvoudigweg het koninkrijk binnen kunnen bidden. In plaats van: het Evangelie te prediken, mensen de waarheid te vertellen en tot wedergeboorte te leiden door het onvergankelijke zaad van Gods Woord. 

Er zijn mensen die maar bidden en God vragen om mensen te behouden, terwijl ze nooit het Evangelie aan hen uitleggen. Ik heb mensen ontmoet die ‘gebedstrijders’ zijn, maar die nooit hun ‘gebedsruimte’ zullen verlaten. Ze hebben een gebedslijst die zó lang is, dat ze hem niet eens in een uur tijd kunnen voorlezen. Ze bidden werkelijk voor alles en iedereen, maar getuigen niet aan hun buren. Ze praten niet met mensen in de groentewinkel; ze praten niet met de postbode, ze delen het Woord met helemaal niemand. Ze zitten maar te bidden: ‘oh God’ en bidden voor een grote beweging van God. Dat is misleiding, dat is niet de manier waarop het gaat. Je kunt absoluut niemand het Koninkrijk van God binnen bidden. 

De Bijbel zegt in 1 Petrus 1:23 dat wij wederomgeboren zijn, niet uit vergankelijk zaad, maar uit het onvergankelijke zaad van het Woord van God, dat blijft tot in eeuwigheid. Je zult wederomgeboren moeten worden door het onvergankelijke zaad van Gods Woord. Hier wordt het voorbeeld gebruikt van het planten van een zaad in de grond, of het planten van een zaad in de schoot van een vrouw. Je kunt geen kind worden los van dit zaad dat gezaaid wordt. Er is maar één maagdelijke geboorte geweest en er komt geen volgende meer. Je zult erop uit moeten gaan en het zaad van Gods Woord zaaien. Ik heb dat Schriftwoord al eerder gebruikt uit Romeinen 10 waar staat dat geloof voortkomt uit horen en horen door het Woord van God. Je kunt niet wederomgeboren worden zonder geloof en geloof komt door middel van het zaad van Gods Woord. 

Als een vrouw naar mij toe zou komen voor gebed, met de vraag om zwanger te worden terwijl ze niet getrouwd is, dan ga ik niet met haar bidden, want zo gaat het niet. Je wordt niet zwanger door gebed. Je kunt genezen door gebed, wat als resultaat kan hebben dat je zwanger kunt worden. Maar je wordt nooit zwanger door gebed. Ik heb eerder met duizenden mensen gebeden die niet zwanger konden worden en ik heb honderden meegemaakt die bovennatuurlijk tot conceptie in staat waren en daar kan ik je wat geweldige verhalen over vertellen. Maar ik kan me herinneren dat er een vrouw naar voren kwam die gebed vroeg om zwanger te kunnen worden, en nét voor ik mijn handen op haar zou leggen, voelde ik me gedrongen om haar te vragen: ‘Ben je getrouwd?’ ‘Nee dat ben ik niet.’ Ik trok ogenblikkelijk mijn handen terug. Met het zwanger worden van deze vrouw wilde ik niets te maken hebben als ze niet getrouwd was. Zie je, dat is Gods wil niet. Dat is niet de manier waarop het gebeurt. 

Je zult dat zaad moeten planten. Mensen bidden dat andere mensen wederomgeboren worden, maar niemand bidt voor het planten van het zaad. Niemand bidt ervoor dat er iemand op hun weg komt die hen het Evangelie predikt en dat de Heilige Geest hen in herinnering brengt alles wat tot hen gesproken is. Ze denken dat je iemand gewoon het Koninkrijk van God binnen kan bidden. Maar dat is een schending van de macht en de autoriteit die God ons gegeven heeft. God heeft ons opgedragen uit te gaan en het Evangelie te prediken. 

In Handelingen 10 kreeg Cornelius het Evangelie niet van deze engel te horen. In plaats daarvan moest hij een mens laten halen om hem het Evangelie te prediken, omdat God de macht om te prediken aan mensen heeft gegeven en niet aan engelen. 

Als je dit zou begrijpen, dan zou alleen dit al het Koninkrijk in werking zetten! Ik weet dat er sommigen van jullie zijn die al jaren voor mensen bidden om wederomgeboren te worden. Je voelt je gefrustreerd en vraagt je af, waarom God hen niet redt. Dat komt omdat je niet op de juiste manier bidt. Je vraagt maar aan God om hen te redden, alsof er iets is dat God zomaar kan doen, hen redden. God heeft Zijn deel al gedaan en het hangt nu van ons af, mèt onze autoriteit en verantwoordelijkheid, om het Evangelie te prediken. En als mensen niet gered worden, komt dat omdat ze de waarheid niet horen doordat het ware Evangelie niet aan hen gepredikt wordt, óf omdat ze de vrije keuze en wil hebben om het af te wijzen. 

Er is dus geen sprake van dat God de individuele persoon niet wil redden. Er zijn dingen die je kunt doen om het te versnellen, om de bediening van de Heilige Geest aan mensen veel beter te laten lopen. Maar alleen maar bidden en God vragen om hen te redden is absoluut zinloos. Ik vind het eigenlijk vervelend om te zeggen, maar ik probeer de kern over te brengen, dat het totaal zinloos is om te gaan bidden en God te vragen iemand te redden. Dat is niet de manier waarop het Woord ons leert om het te doen. 

Ik weet dat velen van jullie nu aanstoot nemen dat ik zou beweren dat God beperkingen heeft, dat God niet alle macht zou hebben. Wat ik zeg is dat God Zichzélf heeft ingeperkt door ons opdracht te geven het Evangelie te prediken. Hij heeft gezegd dat de mensen wederomgeboren zullen worden door het onvergankelijke zaad van het Woord van God. Maar als wij Zijn instructies niet opvolgen en blijven zeggen: ‘God, ik ga niet met hen spreken, ik wil geen enkele vorm van verlegenheid of schande verdragen, of vervolging die voort kan komen uit het feit dat ik het Woord ga prediken, of ik ga alleen maar bidden in mijn gebedsruimte en ik geloof dat U dan een wonder gaat doen. Dat is recht tegen de wind in spugen. Dat gaat niet werken. Zo functioneert het Koninkrijk niet. 

Ik zeg jullie de waarheid. Als wij God vragen om mensen te redden, om onze geliefde te redden, maar niet doen wat Hij ons heeft opgedragen om te doen, namelijk het Evangelie prediken en een getuige zijn, dan gebeurt er niets. Mensen moeten wederomgeboren worden door het Woord van God. En gebed is niet in staat om mensen wederomgeboren te laten worden. Gebed kan helpen als je het Evangelie gepredikt hebt, maar gebed kan geen vervanging zijn voor wat God ons heeft opgedragen om te doen. 

Mensen worden niet wederomgeboren door gebed. Ze worden wederomgeboren door het horen van de Waarheid. Je zult de Waarheid kennen, en de Waarheid zal je vrijmaken. Het is een misleiding van de duivel om mensen aan te zetten alleen maar te bidden en God te vragen te doen wat Hij ons heeft opgedragen te doen. Hij heeft ons opgedragen het Evangelie te verkondigen. Cornelius ontving als antwoord op zijn gebeden een verschijning van een engel, maar de engel predikte hem niet het Evangelie. In plaats daarvan moest hij mensen naar Joppe sturen en Petrus laten halen om het Evangelie aan hem te prediken, omdat engelen niet de autoriteit hebben om het Evangelie te prediken, dat maakt geen onderdeel uit van het gezag dat zij hebben gekregen.

Wij dragen verantwoordelijkheid. Ik bid en besteed heel veel tijd aan het gewoon in gemeenschap zijn met de Heer. Het overgrote deel van mijn gebed gaat alleen maar over het aanbidden van God, Hem danken en vragen om wijsheid en instructies. En voor zover het mijn bediening aan jullie betreft, vraag ik God om mij te helpen helder en duidelijk te spreken. Dat Hij mij helpt om met alle vrijmoedigheid te spreken, zoals we lazen in dat gedeelte uit Handelingen 4, waar de discipelen dat baden. Ik bid God dat Hij mij openbaringskennis geeft en dat ik een betere manier ontvang om het onder woorden te brengen. Zulk soort gebeden bid ik. 

Maar ik besteed totaal geen tijd om God te bidden en te vragen om in beweging te komen en mensen te redden. Ik bid niet ‘God, alstublieft, raak hun harten aan.’ Weet je waarom? Omdat ik geloof dat God meer van jullie houdt dan ik dat doe. Ik geloof dat God allang levens van mensen wil aanraken. Ik hoef helemaal niet bij God te pleiten om alstublieft van mensen te houden, om alstublieft iets te doen in hun leven. Want ik ga ervan uit dat God meer van jou houdt dan ik dat doe en God is Degene Die mij heeft geleid om op televisie en radio te gaan en Zijn Woord te verkondigen, omdat het door deze waarheden is, dat mensen vrijgemaakt worden. Want ze moeten de waarheid kennen, en de waarheid zal hen vrijmaken. Ik weet dat God allang van jullie houdt, jullie allang wil bedienen. Ik besteed er dus geen seconde aan om God te vragen om alstublieft van mensen te houden, hen alstublieft aan te raken. 

Ik weet dat wat ik hier spreek anders is dan dat de meeste mensen doen, maar de meeste mensen hebben ook niet al te beste resultaten met hun gebed. Dus je zou het eens anders moeten proberen te doen. En ik kan je zeggen dat deze manier van bidden werkt! 

Toen ik net met de bediening begonnen was, pleitte ik ook bij God. Ik bad om opwekking, smeekte en pleitte. We hielden gebedsnachten, waar wij alleen maar pleitten en God smeekten om een opwekking. Wij bedelden, smeekten, riepen, jankten. Kortom, we probeerden van alles, net als heel veel van jullie nog steeds doen. Maar uiteindelijk betrapte ik mezelf op een dag op het volgende. Ik had de stad Arlington in Texas, waar ik woonde, in segmenten en secties verdeeld en was bezig over deze secties te bidden en God te smeken in beweging te komen. ‘Oh God, alstublieft, raak de mensen aan.’ ‘En God, we moeten een beweging van U hebben.’ En ik gebruikte allerlei cijfers en statistieken om God onder de indruk te krijgen van hoe belangrijk dit wel was. Hij moest dus echt wel iets gaan doen! Ik probeerde God te manipuleren, te motiveren, in beweging te krijgen en al dat soort dingen. Op een zeker moment kwamen deze woorden uit mijn mond, ik zei: ‘God, we zouden al een opwekking hebben als Ú maar half zoveel van de mensen in Arlington Texas zou houden als ik.’ Zodra ik dat gezegd had, kreeg ik in de gaten dat er met dit gebed iets niet in de haak was. Ik stelde het allemaal zo voor dat ik degene was die hen liefhad en probeerde Hem zover te krijgen om Zijn liefde over deze mensen uit te gieten. 

Eindelijk drong het tot mijn verstand door dat ik een paar ernstige fouten aan het maken was. Toch is dit precies wat de kerk van vandaag nog steeds aan het doen is. Kerken smeken, ‘Oh God, zend een opwekking.’ ‘Oh God, als U zou willen, zou U Uw Geest over ons land uit kunnen storten en de dingen zouden dan veranderen.’ Maar dat is helemaal niet waar. Weet je hoe God wel beweegt op deze aarde? Via Zijn mensen. Hij beweegt door ons heen. Hij beweegt door ons heen door de prediking van het Evangelie, door de waarheid te verkondigen. Ik geloof dat satan achter verschillende van de bewegingen zit in het Lichaam van Christus, die ons echt alles willen laten doen, behalve het Evangelie prediken. 

Weet je, ik geloof in politieke actie. Dat geloof ik echt. Ik maak gebruik van mijn stemrecht. Ik probeer ook andere mensen te beïnvloeden, niet openlijk op televisie en radio, omdat de regering niet toestaat dat ik mijn BTW-vrijstelling gebruik voor politieke doeleinden. Maar in mijn privéleven heb ik een mening en die deel ik met mensen. Ik geloof in politiek actief zijn. Daarvoor hebben wij de mogelijkheid en daar maak ik ook gebruik van. Maar ik denk ook dat het een misleiding van de duivel is, om mensen zo ver te krijgen om al hun energie, met name christenen, in het politieke proces te stoppen, omdat het politieke proces niet de kracht van de kerk is. 

James Maddington, één van de vroegere ‘founding fathers’ van de Verenigde Staten zei eens dat democratie totaal ongeschikt is voor een volk dat moreel bedorven is. Als wij zouden ophouden een hoge morele standaard te hebben, dan zou democratie dit land vernietigen. En dat is letterlijk wat er nu aan het gebeuren is. Wij legaliseren homo-huwelijken en doen allerlei uitspraken. Je kunt wel in het politieke proces stappen en proberen allerlei aanpassingen aan de wetten en grondwet door te voeren, daarbij zeg ik, doe wat er gedaan moet en kan worden, maar de echte kracht van de kerk is het Evangelie prediken om de harten van de mensen te veranderen. Als de harten van de mensen veranderen, zal de hele politiek daar een weerspiegeling van zijn. 

Weet je waarom er wetten worden aangenomen die immoraliteit bevorderen? Omdat de kerk haar werk niet heeft gedaan. We hebben het Evangelie niet gepredikt en daardoor zijn we de harten van de mensen kwijtgeraakt. En die verloren harten maken nu gebruik van het politieke proces om immorele wetten aan te nemen en door te voeren. Als wij hierop terugkomen en zien hoe levens van mensen veranderen, garandeer ik je dat de kerk meer doet om het land waarin ze leeft te veranderen - door het Evangelie te prediken en de waarheid te verkondigen - dan door politieke processen of door God te smeken om een opwekking te zenden. 

God heeft ons opgedragen om het Evangelie te prediken en de waarheid te onderwijzen. En de waarheid zal ons vrijmaken. Daar ligt onze kracht. Ik geloof dat satan degene is die achter veel van deze dingen zit, zelfs goede dingen, dingen die op hun juiste plek goed zijn. Maar als je iets neemt dat een willekeurige mogelijkheid is, iets dat iedereen zou moeten doen, zoals politieke verantwoordelijkheid, dan is dat op zich prima. Maar ga je dat bovenaan plaatsen, christenen die zich bijvoorbeeld helemaal gaan richten op het mobiliseren van mensen om de regering onder controle te krijgen, is dat niet de manier waarop God ons heeft opgedragen de natie te beïnvloeden. Dat is alleen door de prediking van het Evangelie en het verkondigen van de waarheid. 

Ik weet zeker dat ik door het op televisie en radio spreken van de waarheid en mensen te leren wat de waarheid is, meer doe om het politieke proces te beïnvloeden, dan door te gaan demonstreren bij een abortuskliniek. Ik zeg niet dat dit verkeerd is. Maar de kracht, de allereerste en grootste kracht van de kerk, is het Evangelie. En daar hebben we juist op ingeboet en gas op teruggenomen omdat mensen deze wetten niet begrijpen. God heeft ons macht en autoriteit gegeven om het Evangelie te prediken, zó verandert Hij harten van mensen. 

Maar in plaats van het Evangelie te prediken en deze waarheden te verkondigen, trekken wij ons terug in onze gebedsruimten en zijn we maar aan het bidden, en zijn we bang om ook maar iets te zeggen, uit angst dat iemand ons ‘politiek incorrect’ vindt. Je moet weten dat ik heel veel kritiek krijg op mijn televisie- en radioprogramma’s. Ik ben nogal recht voor zijn raap. Ik ben niet vals of gemeen tegen iemand, maar ik probeer wel zo helder en zo duidelijk te zijn als ik maar kan. Zodoende ben ik nogal recht op de man af en daardoor krijg ik behoorlijk veel kritiek. Mensen denken dat ik van de duivel ben en ik krijg regelmatig brieven met dreigementen. 

Veel mensen zijn bang om de waarheid te verkondigen, omdat ze er veel kritiek op krijgen. Daarom trekken ze zich terug en bidden en vragen God om te doen wat Hij ons heeft opgedragen om te doen. God heeft ons opgedragen het Evangelie te verkondigen. Hij heeft verkozen om door de dwaasheid van de prediking hen te redden die geloven. En ik kan je verzekeren dat er tegenwoordig heel veel christenen zijn, die het Woord van God niet centraal stellen, die niet de waarheid spreken. Ze zeggen iemand niet de waarheid, maar in plaats daarvan glimlachen ze beleefd, schudden hun hoofd en stemmen in met goddeloze dingen. Vervolgens trekken zij zich terug in hun gebedsruimte en bidden: ‘Oh God, overtuig hen.’ Hoe kan God ze overtuigen zonder de waarheid? Jij moet ze de waarheid vertellen. 

Ik zal je uitleggen hoe je moet bidden voor iemand die verloren is. Want ik weet dat een heleboel mensen de dingen die ik zeg weer zullen uitleggen als: ‘Dus jij bent tegen gebed, jij gelooft niet in de effectiviteit van gebed.’ Nee, ik geloof dat gebed supereffectief is, maar tegelijk dat gebed zinloos is, als vervanging van iets dat God ons heeft opgedragen om te doen. Er is een juist gebruik van gebed. Gebed is net als water. Als je eenmaal een zaad hebt geplant, heeft dat water nodig en meststof. Je krijgt een veel grotere oogst als je het zaad bevloeit en bemest, dan het maar te laten sterven omdat het te weinig vocht of voedingstoffen krijgt. 

Gebed is effectief, maar gebed is geen vervanging voor het planten van het zaad. Je kunt kale grond bevloeien. Maar kale grond zal nooit enige vrucht voortbrengen als er geen zaad in zit. Je zult het zaad moeten planten. Het woord van God is het enige dat mensen wederomgeboren doet worden. Het Woord zal gebracht moeten worden. Het is de waarheid die mensen vrijmaakt. Maar als het woord eenmaal gezaaid is, ja, dan is gebed effectief. Er bestaat een juist gebruik van gebed. Maar ik geloof dat het door de kerk van tegenwoordig misbruikt wordt. Het wordt als vervanging gebruikt voor hetgeen God ons heeft opgedragen te doen. 

In 2 Petrus 3:9 staat: ‘De Here talmt niet met de belofte, al zijn er, die aan talmen denken, maar Hij is lankmoedig jegens u, daar Hij niet wil, dat sommigen verloren gaan, doch dat allen tot bekering komen.’ Als je dus begint voor iemand te bidden, stop dan met bedelen bij God om van deze mensen te gaan houden. ‘Oh God, alstublieft, red deze persoon, ik hou van ze, u geeft nog niet zoveel om hen als ik doe, maar God wilt U alstublieft ingrijpen in het leven van deze persoon.’ Je zult moeten erkennen dat God zoveel gaf om deze wereld dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft. God houdt oneindig veel meer van hen die verloren zijn dan jij. Je hoeft helemaal niet te bedelen en te pleiten bij God om Hem aan te sporen iemand te redden. Dat zou niet eens in je op moeten komen. Dus je begint je gebed met Hem te danken. ‘Vader ik dank U dat het niet Uw wil is, dat ook maar iemand verloren gaat, maar dat allen tot bekering komen.’ 

Begin Hem te danken. ‘Dank U, dat u reeds heeft voorzien.’ 1 Johannes 2:2. Laten we dit gedeelte even lezen. ‘En Hij is een verzoening voor onze zonden en niet alleen voor de onze, maar ook voor die der gehele wereld.’ God heeft niet alleen de hele wereld lief, maar Hij is destijds gestorven voor de zonden van de hele wereld. Hij heeft de prijs voor hen reeds betaald. Iemand die naar de hel gaat is iemand die naar de hel gaat, terwijl de prijs voor zijn zonden betaald is! De reden dat hij naar de hel gaat is, dat hij de betaling heeft afgewezen. Dat kun je alleen maar aanvaarden door Jezus, door Hem tot Heer van jouw leven te maken. En de zonde die mensen naar de hel stuurt is niet hun overspel, hun vloeken en tieren, enzovoort, maar de afwijzing van Jezus. Dat zal mensen naar de hel doen gaan. Voor hun zonden is betaald, de kwestie is of je dit aanvaardt. Ga je Jezus tot jouw Heer maken en de betaling voor jouw zonden aanvaarden? Ga je een andere manier proberen om door God aanvaard te worden? Of negeer en verwerp je het allemaal volledig en ga je je eigen gang? 

God houdt dus van mensen. Hij heeft allang voor hun zonden betaald, je hoeft niet te smeken en te pleiten en God te vragen om iets te doen. Wat zou God nog meer kunnen doen om hen te redden dan wat Hij al gedaan heeft? Hij heeft Jezus gezonden, Die is toen voor hun zonden gestorven. Er is niets overgebleven dat God nog moet doen om de persoon te redden waar jij voor bidt. Ik weet dat ik sommigen onder jullie nu echt shockeer. Maar je moet wakker geschud worden. Dit is gewoon verkeerd gebed. Bedel niet bij God om van mensen te gaan houden zoals jij doet en hen te redden. 

Begin met Hem te prijzen. ‘Vader, ik dank u dat het niet Uw wil is dat iemand verloren gaat, maar dat allen tot bekering komen. Dank U dat U de voorziening al heeft gemaakt, dat U al verzoening, het verzoenende offer heeft gebracht voor iedereen, niet alleen voor diegenen die geloven, maar óók voor hen die niet geloven. Vader ik dank U, dat U wilt dat ze behouden worden en dat U daarin heeft voorzien. Heer, hier sta ik dan als voorbidder.’ 

En dit is waar jouw aandeel begint. Jij neemt je autoriteit op en jij gaat de dingen die moeten gebeuren uitspreken. Want God moet door een persoon heen werken. Dan ga jij bidden en zeggen: ‘Vader, het Woord zegt, Romeinen 10:17, hoe kunnen zij geloven tenzij tot hen gepredikt wordt, want geloof komt door horen en horen door het Woord van God, en daarom bid ik Vader, dat het Woord van God op hun weg zal komen. Matteüs 9:38 zegt: ‘Bidt daarom de Heer van de oogst, dat Hij arbeiders uitzendt in Zijn oogst.’ 

En nogmaals, ook dit draait allemaal om het Woord. Ze moeten het Woord van God horen. 1 Petrus 1:23 zegt: ‘Als wedergeborenen niet uit vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het levende en blijvende woord van God.’ Het Woord moet op de weg van mensen komen. Daarom bid je dus Matteüs 9:38, ‘Vader, hier ben ik als voorbidder en ik bid dat arbeiders op hun weg zullen komen. Ik geloof dat nu, op dit moment iemand tot hen komt als ze in een café zitten, laat een evangelist het café binnenkomen en het Woord van God tot hen prediken. Laat iemand het Woord spreken, Vader, zend radio- of televisie-uitzendingen op hun pad, zend arbeiders die op hun werk naast hen zullen zitten en hen het Woord van God vertellen, die hen vertellen over Uw grote liefde voor hen.’

Bid dat het Woord dat zij al gehoord hebben weer terug in hun herinnering komt. Johannes 14:26 spreekt over de Trooster, dat is de Heilige Geest, die u alle dingen leert, u in alle waarheid zal leiden en u in herinnering brengt alles wat Ik tot u gesproken heb. Dus bid dat de woorden die zij bijvoorbeeld als kind op de zondagsschool geleerd hebben weer terug zullen komen in hun herinnering. Je moet het Woord bij hen zien te krijgen. 

En biedt natuurlijk ook jezelf als een voertuig aan. Ik denk dat het heel slecht werkt om te bidden: ‘Oh God, zend arbeiders, breng hen in herinnering’ en meer van dat soort dingen, als jij degene bent die naast hen zit en gelegenheid hebt om hen de waarheid te vertellen. Dan zul jij het Woord met hen moeten delen. Ik geef toe dat er situaties zijn dat iemand om wat voor reden dan ook, zich volkomen voor jou heeft afgesloten of omdat ze ver weg zijn. Er kunnen allerlei redenen zijn dat jij niet in staat bent om rechtstreeks tot deze persoon te spreken. Er zijn dus enkele situaties waarin dit geldt en je dus moet bidden om arbeiders, of dat het Woord in hun herinnering komt. Dat is van toepassing als jij er echt niet toe in staat bent.

Als ik voor iemand zou bidden: ‘Heer, zend arbeiders naar deze ongelovige en breng het Woord terug in zijn gedachten.’ En de Heer zou zeggen: ‘Ga jij maar met ze praten’, dan stop ik onmiddellijk met bidden en ga ik met hen praten. Ik zou ze opbellen of wat dan ook. Ik zou onmiddellijk in actie komen. Maar ik zou er niet meer voor bidden, tot ik gedaan zou hebben wat God mij heeft opgedragen te doen. 

Dus jij bidt dat het Woord terug in hun gedachten komt. Vervolgens zegt 2 Korintiërs 4:4 ‘Ongelovigen, wier overleggingen de god dezer eeuw met blindheid heeft geslagen, zodat zij het schijnsel niet ontwaren van het Evangelie der heerlijkheid van Christus, die het beeld Gods is.’ Dit vers stelt dat satan, een demonische macht, werkzaam is in mensen die God niet geloven, om hen te verblinden voor de waarheid zodat zij het licht van het Evangelie niet kunnen ontwaren. En dus…neem jij je autoriteit. Je gaat niet bedelen bij God dat Hij hen zal redden. God heeft iemand nodig in een fysiek lichaam die gaat staan en zijn gezag gebruikt en zegt: ‘Satan, ik gebied deze verblinding te wijken in de Naam van Jezus.’ ‘Ik gebied deze verharding van het hart te verdwijnen in Jezus Naam.’ Onthoud deze gedachte.

Ik geef nog even een kleine uitweiding, een beetje extra uitleg. Omdat jij voorbede doet voor iemand, is de doorslaggevende factor hierbij hun eigen vrije wil. Bid dit gebed niet maar één keer, omdat je gelooft dat als je bidt en gebiedt dat deze verblinding en hardheid verdwijnen, het werkt en dat God hun hart opent, dat deze misleiding opeens verdwenen is, het Woord tot hen komt, Bijbelgedeelten in hun gedachten komen en mensen op hun weg komen. Besef dat zolang die persoon nog niet klaar is om zich te bekeren en te ontvangen, hij deze overtuiging en dit trekken van de Heilige Geest zal verwerpen. Zijn of haar eigen vrije wil heeft meer autoriteit en macht over hen dan dat jij hebt. Dus zelfs terwijl je dit bidt en weet dat het werkt, hebben zij het recht om het te verwerpen. En dus, als ze het verwerpen, zul je dit gebed opnieuw moeten bidden. Het is niet aan de orde dat je één van deze gebeden in ongeloof bidt. Je gelooft, je weet dat je gebed werkt maar dat deze persoon nog niet juist heeft gereageerd. Dus je bidt het opnieuw en laat God aan hen bedienen. Je verbreekt de verblinding en hopelijk, nadat ze een aantal keren door het Evangelie zijn aangeraakt, dringt het eindelijk tot ze door. Uiteindelijk begint het bij ze binnen te sijpelen. Dus daarom moet je dit soort gebed opnieuw en opnieuw en opnieuw bidden. Omdat deze persoon voortdurend opnieuw en opnieuw en opnieuw jouw gebed ongedaan maakt door zijn of haar hart te verharden. 

Je bidt ook Johannes 20:23 ‘Wie gij hun zonden kwijtscheldt, die zijn ze kwijtgescholden; wie gij ze toerekent, die zijn ze toegerekend.’ Dit betekent niet dat jij in staat bent hun zonden te vergeven. Sommige mensen hebben dat op die manier uitgelegd. Je hebt helemaal geen macht om zonden te vergeven. Maar als iemand, bijvoorbeeld met kanker, helemaal vrij van symptomen is, dan geeft men aan dat deze persoon ‘remissie’ bereikt heeft. Het woord remissie betekent hier niet dat de kanker verdwenen is, maar dat er geen symptomen meer zijn waar te nemen. Dus als hier staat dat je zonden kunt kwijtschelden ‘to remit’ (van het woord remission, zie voetnoot beneden) betekent dit niet dat je de zonden kunt vergeven of uitwissen, maar dat je kunt afrekenen met de effecten die zonde heeft in iemands leven. Je kunt de hardheid van hart, misleiding, verblinding en dat soort dingen bestraffen. Je kunt de symptomen van deze zonden dus wegnemen, waardoor iemand open wordt voor de Heer. 

En zó bid je effectief voor iemand die verloren is. Je smeekt God niet om het te doen, maar dankt Hem dat Hij er al alles aan gedaan heeft en dan neem je jouw gezag op en bidt dat het Woord op hun pad komt, of door middel van arbeiders, of door het terugkeren in hun gedachten. Ga zelf met ze praten en spreek het Woord. Vervolgens bestraf je de verblinding, de misleiding die satan in hun hart heeft gelegd en ‘weerlegt’ de effecten van hun zonde. Dat is wat je moet doen.

Deel 4: Met de autoriteit komt ook de verantwoordelijkheid-2...


Onderwijs vertaald van MP3 bestanden. Gedownload van TV)
Oorspronkelijke titel van deze serie: ‘The Believer’s Authority’
Vertaling: Jan Vossen 072-75611769; e-mail: familyvossen@versatel.nl 


 

www.vergadering.nu