www.vergadering.nu Recensie-index www.vergadering.nu L. Floor, De vrucht van de Geest Ellips - oktober 2005 Meer Geest in de gemeenten Boekrecensie
door KLAAS VAN DER ZWAAG
Dr. L. Floor, voormalig hoogleraar Nieuwe Testament aan de Christelijke Universiteit van Potchefstroorn, zegt in zijn boek De vrucht van de Geest dat het gevaar niet denkbeeldig is dat door de enorme belangstelling voor de gaven van de Geest en het werk van de Geest in de wereld er minder aandacht is voor het persoonlijke geestelijk leven. Hij waarschuwt dat we de gaven van de Geest niet belangrijker achten dan de vrucht van de Geest. De gaven dienen om de vrucht van de Geest, die in het hart van de gelovige groeit, in de gemeente te laten groeien. De verandering van het hart, de innerlijke vernieuwing door de Heilige Geest, is de belangrijkste voorwaarde voor het dragen van de vrucht van de Geest en voor geestelijke groei (105). De vrucht van de Geest is liefde, de som van alle christelijke deugden, aldus Floor. Het eerste wat de Geest in het leven werkt is liefde, blijdschap en vrede. Dat is niet alleen individueel, maar ook in het geheel van de gemeente. De gemeente is een lichaam dat door de Geest tot leven komt. Maar hetzelfde lichaam wordt ook door de Geest van Christus gevoed. Het doel van de geestelijke groei is Christus. Floor wijst ook op het naar buiten gericht zijn van de gemeente in de lofprijzing. Geen gebed brengt ons dichter bij de Here dan een lofprijzend gebed. De Schrift spreekt over een toename in geestelijke groei. En deze groei is zowel gave als opgave. Maar wat God als opgave aan ons voorbehoudt, schenkt Hij tegelijk ook als genadegave (103).
Bovengenoemde boeken bieden veel inzicht in het werk van de Geest, in de gelovige en in de gemeente. Al zijn de invalshoeken van de auteurs divers (reformatorisch of evangelisch), ik heb in deze boeken niet alleen het allesbeslissende belang van het werk van de Heilige Geest weer eens duidelijk onderstreept gezien, maar ook de verantwoordelijkheid van de gelovige. Dat de mens afhankelijk is van de Geest, betekent niet dat hij maar passief moet zijn. Hij wordt juist opgeroepen om de middelen te gebruiken en de plichten te volbrengen, maar wel in afhankelijkheid van de Geest. Dat heilige samenspel tussen de soevereine Geest en de menselijke plichten is een rode draad in bovengenoemde boeken en biedt veel stof voor bezinning op de christelijke gemeente in deze tijd. |