www.vergadering.nu De Leesmap www.vergadering.nu


Meer over het EH-Symposium...Ellips – 29 januari 2005

EH-Symposium

Dick Westerkamp

Genezing in de Bijbel en in de gemeente

Dit is de bijdrage van ds. Dick Westerkamp tijdens het EH-Symposium over 'Lijden, ziekte en genezing' op 26 november jl. Hoewel de auteur in bepaalde kringen als erg vooruitstrevend op dit terrein wordt beschouwd, noemde de pers zijn stellingname de meest 'behoudende' van de drie...

Maandblad Ellips...Graag wil ik het hebben over de dienst der genezing. Eerst kijken we naar wat de Bijbel zegt over ons onderwerp en vervolgens naar de praktijk van de gemeente vandaag.

Bijbel

Het uitgangspunt moet liggen in de bediening van Jezus. Hij kwam om het Koninkrijk van God hier op aarde te brengen. Het Koninkrijk is het centrale thema in zijn onderwijs. In alles wilde Hij tonen Wie de Vader is. God, die het goede wil voor zijn kinderen. Al in het Oude Testament maakt God Zichzelf bekend als Genezer: 'Ik, de HERE, ben uw Heelmeester' (Ex. 15:26). In de evangeliën is genezing niet een zijstraatje, gezien de grote plaats die genezingsverhalen innemen: 38,5% van de verhalende verzen. Jezus heeft verschillende motieven waarom Hij mensen geneest, waaronder ontferming t.a.v. hun nood, reageren op het geloof waarmee ze bij Hem komen, en het verheerlijken van God. Het Koninkrijk dat Hij kwam brengen in woorden en daden, is zo wijd als de schepping. Alles wat God oorspronkelijk gemaakt heeft, is goed. Zonde en bederf zijn de schepping binnengekomen door de ongehoorzaamheid van mensen. Maar alles zal door de krachtige werking van zijn Geest vernieuwd worden tot Koninkrijk, dat wil zeggen: waar Gods wil wordt gedaan. 

Door Jezus wordt het zichtbaar wat het wil zeggen als schepselen weer gaan beantwoorden aan Gods bedoelingen. God regeert en dat betekent heelheid, vrede, sjalôm: een situatie van harmonie en welbevinden voor geest, ziel en lichaam, en ook herstelde verhoudingen tussen mensen onderling en tussen de mens en de natuur. Het is niet zo, dat het Koninkrijk alleen op aarde was toen Jezus er was. Vanaf het begin van zijn openbare optreden koos Hij mensen uit die zijn missie konden voortzetten. Hij gaf ze een intensieve training van ongeveer drie jaar. Hij onderwees ze, Hij deed dingen voor, Hij gaf ze concrete opdrachten en evalueerde die met ze. 'Gelijk de Vader Mij zond, zo zend Ik ook jullie,' hield Hij hun voor. 

Nergens zei Hij dat de wonderen die hun zending zouden vergezellen, alleen bedoeld waren voor een beperkte tijd. Wat zij van Hem geleerd hadden, moesten ze aan anderen leren. Discipelen maken discipelen, een proces dat nog steeds doorgaat. Het maakt een enorm verschil om het Nieuwe Testament te lezen als een boek met historisch interessante informatie, of als handboek voor de christen vandaag. Al tijdens Jezus' leven is het duidelijk dat het Koninkrijk niet onaangevochten is. Voortdurend zien we strijd met de boze. Als de discipelen terugkomen van een missie waarop Jezus hen zond, om het evangelie te prediken en zieken te genezen, zegt Hij: 'Ik zag de satan als een bliksem uit de hemel vallen.' Met andere woorden: toen jullie deden wat Ik je had opgedragen, kreeg het rijk van de tegenstander klappen (Luk. 10). Veel christenen hebben geen oog voor die geestelijke strijd. Maar er zijn twee rijken in oorlog. Er is tegenstand. Matt. 12:28: 'Als Ik door de Geest Gods de boze geesten uitdrijf, dan is het Koninkrijk Gods over u gekomen.'

In een oorlog vallen ook slachtoffers. In de jonge kerk vindt Jakobus door het zwaard de dood, Petrus komt op een wonderlijke manier vrij. Ons wordt niet uitgelegd waarom het in het ene geval anders gaat dan in het andere. Wie over het Koninkrijk spreekt, moet altijd met twee woorden spreken: 'reeds' en 'nog niet'. Het Koninkrijk is al aanwezig, dat maakt Jezus steeds duidelijk. En tegelijk is het er nog niet helemaal en wachten we tot Hij terugkomt in heerlijkheid. Nu leven we met het raadsel van de tussentijd. Satan is al gebonden, en toch heeft hij nog heel veel macht om kwaad te doen. Jezus leert ons denken over het Koninkrijk als geheim (het is ondergronds, onzichtbaar als gist in het deeg), als belofte (zaad dat veel vrucht draagt), en als frontlinie waar gevochten wordt ('In de wereld lijden jullie verdrukking, maar houdt goede moed, Ik heb de wereld overwonnen', Joh. 16:33).

Vandaag

Genezing deelt in het voorlopige van het Koninkrijk. Voor mij staat vast: God wil genezing. Daarover zijn christenen het hopelijk eens. Verschil ontstaat er over de vraag: wanneer en langs welke weg? Wil Hij alles hier en nu?

Het eerste dat ik erover wil zeggen is: genezing hoort op de agenda van de gemeente. Ik ben blij dat dat in toenemende mate het geval is. Genezingscampagnes van rondreizende evangelisten kunnen helpen om dat besef te doen groeien, maar zijn hooguit noodmaatregel. Op genezing mogen we rekenen. Nooit kan het geloof te veel verwachten, zingen we terecht. Zonder verwachting geen genezing (of enige andere inlossing van Gods beloften). Die verwachting mogen we ook zo hoog mogelijk opvoeren. De Heer leeft! Hij is in ons midden! Hij wil ons zegenen!

Voor mij betekent dat bewust werken aan het klimaat in de gemeente. Door middel van preken en ander onderwijs, ook door middel van het ruimte geven aan getuigenissen in de diensten, over wat God in het leven van mensen hier en nu doet. Het betekent ook gemeenteleden toerusten tot dienstbetoon op dit vlak. In concreto: al een aantal jaren geven we een cursus in ministry. Dat betekent het trainen van een team dat kan bidden met mensen en daarbij geleerd heeft veel te verwachten van de kracht van de Heilige Geest hier en nu. Hierbij wordt grote aandacht gegeven aan het zorgvuldig omgaan met mensen, bijvoorbeeld door iemands grenzen te respecteren, en ook door niet méér te beloven dan je waar kunt maken. Je kunt wel met iemand naar God gaan in zijn nood, maar het ligt dan bij Hem wat Hij wil geven. 

We blijven met dit alles staan in een zekere spanning: veel verwachten en toch niet alles krijgen. We willen niet in de valkuil trappen van triomfalisme aan de ene kant: God geeft alles wat we nu willen als we Hem er maar genoeg om vragen. En defaitisme aan de andere kant: verwacht maar niet te veel, dan kun je ook niet teleurgesteld worden.

Ik wil pleiten voor een bijbels realisme. Want ook in de Bijbel wordt niet iedere zieke op slag genezen (Trofimus, Epafroditus, Timotheüs, Paulus). In deze bediening zullen we moeten leren om te gaan met teleurstelling en met onopgeloste vragen. Voor mij hoort het bij de basisstructuur van geloven. De wijsgeer Blaise Pascal zegt ergens over Gods verborgenheid, dat Hij genoeg van Zichzelf laat zien om Hem te vinden, maar niet zoveel dat we er trots en onafhankelijk bij worden.

Het geloof draait erom of we staan in een heel persoonlijke relatie met God. Is er daarom onduidelijkheid in de Bijbel over zoveel zaken waarvan wij precies zouden willen weten hoe het zit? Het duizendjarig rijk, de manier van dopen, de plaats van de vrouw in de gemeente, etc. Op die manier móéten we wel dicht bij God blijven. Er zijn zoveel vragen waarop ik geen antwoord heb. En hoe langer ik geloof, hoe meer wantrouwen ik koester tegenover sluitende systemen.

Wat blijft is het geheim van Gods werken in deze wereld. Zijn wegen zijn hoger dan de onze, en zijn gedachten zijn niet onze gedachten (Jes. 55). Niet iedereen voor wie wij bidden wordt genezen. Kunnen we dat accepteren? En dan toch blijven vertrouwen dat God zijn beloften waarmaakt? Het is een kwestie van eerlijkheid om toe te geven dat ook bij de meest succesvolle genezingscampagne niet iedereen geneest. Dat moeten we dan ook niet beweren. Sterker nog: we zijn allemaal ziek en we blijven dat, totdat Jezus terugkomt. Niemand van ons is 100% gezond in geest, ziel en lichaam.

We zijn vaak een huis dat tegen zichzelf verdeeld is. Ook de zieken die door Jezus genezen waren, zijn opnieuw ziek geworden en overleden. Pas als Hij terugkomt, is er volledig herstel van de eenheid van de mens. Laten we oppassen dat genezing geen doel in zichzelf wordt. Het gáát niet om genezing in de eerste plaats, maar om de vraag of ik Hem ken, of ik nu ziek ben of gezond. Sommige 'genezing' maakt zieker, als ze iemand verleidt tot leven los van God. Genezing betekent een stuk onafhankelijkheid. Maar die vrijheid kun je gebruiken als aanleiding voor het vlees. Bijbels gezien kun je beter ziek zijn met Hem, dan 'gezond' zijn los van God.

Als mensen ziek zijn en blijven, stelt dat voor indringende vragen. Ik heb mensen in gedachten van wie ik denk: Heer, als er nu iemand een kandidaat is voor genezing, als er nu iemand veel geloof heeft, dan is die het wel. Waarom helpt U dan niet? En ook in je eigen leven kom je soms tot zo'n punt dat je niet weet wat je nog zou kunnen doen van jouw kant en dat het toch anders gaat dan jij had gewild of verwacht. We komen pas echt verder als we onze vraagstelling veranderen. Van de 'waarom-vragen' naar de 'hoe-vragen'. Niet: Heer, waarom laat U dit toe? Maar: hoe kan ik U verheerlijken en met U leven in deze situatie? Welke plaats hebben de zieken in de gemeente? En welke gemeente is als geheel uiteindelijk gezonder? Een gemeente waar zichtbaar en voelbaar zorg is voor elkaar (als één lid lijdt, lijden de anderen mee), of een gemeente waar spectaculair mensen worden genezen, maar anderen die niet genezen worden, worden genegeerd? Is er in de gemeente plaats voor chronisch zieken? Dat bepaalt mede de kwaliteit van de gemeente. Zoals het gehalte van een democratie kan worden gemeten aan wat ze doet voor de zwaksten in de sameleving.

Ik ben blij als er mensen genezen worden in campagnes, en ik wil er graag van leren. En tegelijk blijf ik volhouden: elke genezingsbediening moet oog hebben voor wie ziek is en blijft. Wat gebeurt er na de genezingscampagne (of soms al bij de uitgang)? Wie vangt de mensen op die niet genezen zijn? Het is een kenmerk van geestelijke volwassenheid dat iemand kan aanvaarden dat het leven lijden met zich mee brengt. Dat je ook het lijden op je kunt nemen en onvervulde verlangens kunt bijstellen (niet opgeven!). Dat je leert uitzien naar de toekomst, die van God is. Als christenen zijn we mensen van de hoop! En het bijzondere is: hoop heeft zelf weer een genezend effect. Ik geloof dat in een christelijke gemeente de mensen over het geheel gezonder kunnen zijn dan daarbuiten. Want de krachten van de toekomende eeuw zijn in deze wereld binnengebroken. En dat mag ergens zichtbaar worden. Ik geloof in de gemeente als genezende gemeenschap, omdat ik geloof in de Heer van de gemeente, die gezegd heeft: 'Ik zal met je zijn.'


Drs. Dick Westerkamp (1955) heeft doctoraal theologie gedaan in Groningen en is master of sacred theology van de University of Dubuque Theological Seminary, lowa, USA. Hij is predikant te Houten en voorzitter van New Wine Nederland (www.new-wine.nl ).

De Leesmap-index


 

www.vergadering.nu