Bijbelgetrouw, krachtig en praktisch onderwijs van Andrew Wommack
Overzicht van de vertaalde bijbelstudies van Andrew Wommack, klik hier...

Hoe kun je gelukkig zijn? - 3
Andrew Wommack

Deel 1. Het is niet verkeerd om blij te zijn
Deel 2. Is Jezus genoeg voor je?

Deel 3. Leer tevreden te zijn
Deel 4. Het geheim van Paulus
Deel 5. Wat doen we met ambitie?
Deel 6: Herken je Jezus?

Oorspronkelijke titel: How To Be Happy – You Must Learn To Be Content
Als MP3 bestand te downloaden van: www.awmi.net
Vertaling 2007 Wiebrig Calderhead

Veel mensen verlangen ernaar om gelukkig te zijn. Waarom zijn sommige mensen gelukkig en lijkt het of anderen zich ellendig voelen? In deze krachtige serie zul je het geheim leren hoe je gelukkig kunt zijn. Andrew Wommack legt uit dat het Gods wil is dat je gelukkig bent. De Bijbel leert ons om ons altijd in de Heer te verheugen. Leer hoe je ondanks je omstandigheden gelukkig kunt zijn. De vreugde van Paulus was niet afhankelijk van zijn omstandigheden. Ontdek het geheim. De Heer is altijd bij je. Wanneer jij je eenmaal deze waarheid hebt toegeëigend, zal je vreugde overvloeien.

Deel 3: Leer tevreden te zijn

Laten we naar Filippenzen 4 gaan en kijken naar wat Paulus daar zegt. Ik geloof dat Paulus erin geslaagd was om gelukkig te zijn en hier staat wat Paulus erover zei. In Filippenzen 4:10 zegt hij: "Ik heb er mij ten zeerste over verblijd in de Here, dat gij nu eindelijk uw belangstelling in mij hebt kunnen verlevendigen, omdat gij wel belangstelling hadt, maar niet de gelegenheid."

Paulus was in de gevangenis. In deze tekst verwijst hij ernaar dat de Filippenzen niet precies wisten waar Paulus was. Meer dan een jaar was hij onderweg van Judea naar Rome en zij wisten dus niet precies waar hij was. Ze hielden van hem. Paulus noemt dat een aantal keren. Dit was de enige kerk die ooit met hem had gecommuniceerd over geven en ontvangen. Deze kerk ondersteunde hem, zelfs nadat hij het gebied had verlaten. Verscheidene keren stuurden ze hem giften. Wat hij nu dus zegt is dat ze zorg voor hem hadden. Hij praat over financiële dingen. Ze hadden hem een gift gestuurd en konden hun belangstelling in hem weer verlevendigen. Ze hadden het eerder willen doen, maar daarvoor hadden ze niet de gelegenheid.

Het was niet zoals in onze dagen. Ze hadden niet onze communicatie-mogelijkheden. Ze wisten niet waar hij was en ze konden hem niet opbellen toen hij op het schip zat. Paulus was een jaar lang onbereikbaar en niemand wist waar hij was. Daarom zegt hij dat ze zorg voor hem hadden en hun belangstelling voor hem konden verlevendigen. Ze wilden het eerder doen, maar de gelegenheid ontbrak. In vers 11 schrijft hij vervolgens: "Niet dat ik dit zeg, als zou ik gebrek lijden; want ik heb geleerd met de omstandigheden, waarin ik verkeer, genoegen te nemen."

Deze tekst laat je zien dat je moet leren om tevreden te zijn. Tevreden zijn is iets wat je leert. Het is iets wat jij jezelf leert. Het is een keuze, een beslissing. Het is niet een gevolg van je omstandigheden.

Ik heb dit punt al eens gemaakt, maar het is het waard om vanaf nu, totdat Jezus komt, herhaald te worden, omdat we een samenleving zijn van mensen die ontevredener zijn dan ooit tevoren. We zijn de meest welvarende, rijke, voorspoedige groep mensen die ooit op aarde heeft geleefd en toch zijn de meeste mensen hier ontevredener dan jullie ouders of grootouders waren. Zij hadden veel minder en hun leefomstandigheden waren veel eenvoudiger, en toch hadden ze meer vreugde en voldoening. Niet omdat ze gebrek hadden aan dingen, maar vanwege hun houding. Wij hebben een verkeerde houding. Wij zijn verwend en we veronderstellen dat dingen je gelukkig zullen maken, maar dat is niet zo.

Je moet inzien dat vreugde, geluk, vrede en tevredenheid niet op dingen zijn gebaseerd. Het is een keuze. Het is een gemoedstoestand, niet een toestand waarin je verkeert. Ik denk dat dit wel een goede manier is om het te zeggen. Tevredenheid is niet de toestand waarin je verkeert, maar een gemoedstoestand. Je kunt ongeacht de situatie waarin jij je bevindt tevreden zijn. Dat zegt Paulus hier. Hij zegt: "Ik heb geleerd met de omstandigheden waarin ik verkeer genoegen te nemen. Ik weet wat armoede is en ik weet wat overvloed is. In elk opzicht en in alle dingen ben ik ingewijd, zowel in verzadigd worden als in honger lijden, zowel in overvloed als in gebrek. Ik vermag alle dingen in Hem, die mij kracht geeft." (Filippenzen 4:11-13)

Paulus zegt hier dat hij dit heeft geleerd. Wist je dat je kunt kiezen? Je kunt de manier waarop je denkt veranderen. Het is zoals iemand gisteren zei: "Je kunt je gedachten beheersen. Ik doe het niet, maar je kúnt het wel doen." Ik vond dat grappig. Je kúnt het niet alleen doen, je zou het ook moeten doen. Op deze manier zouden we moeten leven. Amen? Wij moeten leren tevreden te zijn. Het is jouw keuze. Dat is echt zo. Dit is echt bemoedigend voor me. Paulus zei dat hij het had geleerd. Het kwam niet als vanzelf. Het gaat niet automatisch. Het is iets wat je geleerd moet worden. Als je gaat mediteren over de dingen die ik je uit de Schrift laat zien en als je ontvangt wat ik zeg, dan kun jij jezelf leren om tevreden te zijn. Het is een keuze. Je kunt jezelf tevreden maken.

Aan de andere kant kan niemand je ontevreden maken. Als het een keuze is, een gemoedstoestand, iets waar jij voor kiest, dan kunnen andere mensen jouw tevredenheid niet beïnvloeden. Ze kunnen doen wat ze willen en toch kun jij nog steeds tevreden zijn. Dat is echt zo. Ik weet dat een aantal van jullie er moeite mee hebben om dit tot je te laten doordringen, maar het is waar.

Ik sprak eens met een man die in de gevangenis zat. Deze man had 24 jaar gekregen en hij zei dat hij geloofde dat God hem eerder uit de gevangenis zou krijgen. Het bleek dat hij een paar weken geleden inderdaad werd vrijgelaten. Maar in ieder geval, toen ik met hem sprak, vroeg ik hem: "Wat doe je als je niet vrijgelaten zou worden? Wat doe je als je de volle 24 jaar moet zitten? Met andere woorden, zullen de omstandigheden je tevredenheid beïnvloeden?" Weet je, hij zei dat het er niet toe deed. Hij zei: Voor de eerste keer in mijn leven heb ik vreugde en vrede. Ik ben tevreden. Als ik die tijd in de gevangenis moet doorbrengen, dan ben ik gelukkiger dan ooit tevoren. Er zijn hier mensen die de Heer nodig hebben." Wist je dat er mensen in de gevangenis zijn die meer vreugde en tevredenheid hebben dan velen van ons buiten de gevangenis? Het is niet vanwege hun omstandigheden. Het is vanwege hun gemoedstoestand. Het is vanwege hun instelling.

Paulus zei dat je kunt leren om tevreden te zijn. Dat betekent dat je situatie je niets voorschrijft. Jij kunt kiezen. Aan de andere kant kan iemand je omstandigheden beïnvloeden. Ze kunnen je opsluiten en in de gevangenis zetten. Maar dat zou niets moeten beïnvloeden. Het is jouw keuze. Handelingen 16 beschrijft dat Paulus en Silas in de gevangenis waren. Toch verheugden ze zich, prezen ze God en waren ze dankbaar, omdat ze een keuze hadden.

Als je dit begrijpt, plaatst het jou in de bestuurdersstoel. Sommige mensen vinden het niet leuk wat ik zeg. Ze zeggen: "Je veroordeelt mij. Je maakt mij verantwoordelijk. Je zegt dat het mijn schuld is dat ik ben zoals ik ben." Ja, dat zeg ik ook. Maar weet je wat het goede nieuws daarvan is? Dat als jij degene bent die verantwoordelijk is, betekent dit dat jij degene bent die gezag heeft en dat jij je houding kunt veranderen als je ervoor kiest om hem te veranderen. Als je de schuld altijd aan anderen geeft en zegt dat het hun fout is dat je bent zoals je bent, dan zet je hen in de bestuurdersstoel. Dan zijn zij degenen die gezag hebben en dan bepalen zij hoe jij je voelt. Op deze manier gaat het in onze maatschappij. Men geeft anderen de schuld voor hun gevoelens, voor hun levensopvatting en voor wat er met hen gebeurt. Dat is slavernij. Het Woord van God leert dat niet. We hebben teveel overmatige nadruk gelegd op omstandigheden. We verwachten dat dingen ons voldoening zullen geven. Maar dat is niet wat Paulus zegt.

Kijk eens naar 1 Timoteüs 6. Hier staat een radicale passage. Sommigen van jullie zullen hier enorm versteld van staan. Vanaf vers 1 schrijft Paulus aan Timoteüs: "Allen, die onder een slavenjuk zijn, moeten hun meesters alle eer waardig achten, opdat de naam Gods en de leer geen smaad lijden. 2 Zij, die gelovige meesters hebben, moeten hen niet geringschatten, omdat zij broeders zijn, doch des te betere slaven wezen, omdat (hun meesters) gelovigen en geliefden zijn, die zich beijveren wèl te doen. Leer en vermaan in deze zin. 3 Indien iemand een andere leer verkondigt en zich niet voegt naar de gezonde woorden van onze Here Jezus Christus en de leer der godsvrucht, 4 dan is hij opgeblazen, hoewel hij niets weet, en heeft hij een zwak voor geschillen

– 'een zwak hebben voor' betekent dat je overmatige nadruk op iets legt –

en haarkloverijen, een bron van nijd, twist, lasteringen, kwade vermoedens, 5 en geharrewar bij mensen die niet helder meer zijn van denken en het spoor der waarheid bijster geraakt zijn, daar zij de godsvrucht als iets winstgevends beschouwen. 6 Nu brengt inderdaad de godsvrucht grote winst, (indien zij gepaard gaat) met tevredenheid. 7 Want wij hebben niets op de wereld medegebracht; wij kunnen er ook niets uit medenemen. 8 Als wij echter onderhoud en onderdak hebben, dan moet ons dat genoeg zijn."

Merk op dat in het derde vers staat: "Indien iemand een andere leer verkondigt." Welke andere leer? Een andere leer dan in de verzen 1 en 2 staat. Als iemand iets zegt dat tegenstrijdig is met de verzen 1 en 2, dan is hij opgeblazen, wat betekent dat hij trots is, hoewel hij niets weet. Hij veroorzaakt ruzie. Dit is sterke taal. Ik bedoel dat Paulus hier geen enkele ruimte laat voor tegenspraak. Hij zegt dat als er iemand is die wat anders zegt dan wat hij zegt, dat die persoon dan trots is en niets weet. Alles wat diegene doet is ruzie en ontevredenheid veroorzaken en hij beschouwt de godsvrucht als iets winstgevends.

De meesten vatten dit op als zou het over geld gaan en het gaat ook over geld, maar niet alleen daarover. Het gaat over dingen, dat je tevredenheid in dingen ligt. Het gaat over mensen die leren dat je leven afhangt van je omstandigheden en dat je omstandigheden bepalen hoe jij je voelt. Daarover gaan deze verzen. En Paulus zegt dat we ons hier verre van moeten houden. Maar godsvrucht die gepaard gaat met tevredenheid brengt grote winst (vers 5).

Laten we dus teruggaan naar de verzen 1 en 2 en bekijken wat zo belangrijk is, dat Paulus zegt dat als iemand iets anders onderwijst, hij trots is en niets weet. Het enige wat hij doet is dat hij moeilijkheden veroorzaakt en de aandacht van mensen op uiterlijke omstandigheden richt. In vers 1 zegt Paulus: "Allen, die onder een slavenjuk zijn, moeten hun meesters alle eer waardig achten, opdat de naam Gods en de leer geen smaad lijden."

Het Griekse woord dat hier voor "slavernij" wordt gebruikt is "doulea". Paulus heeft het hier over een "doulos", een lijfeigene die geen persoonlijke rechten heeft. Hij zegt dat de slaven hun meesters moeten dienen en hen hoogachten, zodat de naam van God en de leer (van God) niet worden bespot (NBV).

Vandaag de dag zouden de meeste mensen het hier niet mee eens zijn. Als je het er niet mee eens bent, dan ben je trots en dan weet je niets. Je praat over geschillen en geharrewar. Dat zegt Paulus hier. Maar als jij tegenwoordig in een ander land zou komen waar slavernij is, dan verzeker ik je dat de meeste van ons zich door God geroepen zouden voelen om die situatie te veranderen. Het is onrechtvaardig. Mensen lijden. We moeten ze bevrijden. Maar weet je dat Paulus het niet op deze manier benaderde? Paulus heeft slavernij nooit afgekeurd. En in zijn dagen was slavernij heel gewoon.

Zeg ik nu dat God voor slavernij is? Nee. Het was nooit de bedoeling van God dat mensen eigendom van anderen zouden zijn. Dat is absoluut verkeerd. God was er niet voor en Paulus was er niet voor. Maar Paulus sprak er ook nooit tegen. Eigenlijk vertelde Paulus de slaven tevreden te zijn met de positie waarin ze zich bevonden.

Ik kom hier nog op terug, maar kijk eerst eens naar 1 Korintiërs 7. In verzen 20 en 21 staat: "20 Ieder blijve bij die roeping, waarin hij was, toen hij geroepen werd. 21 Zijt gij als slaaf geroepen, bekommer u daarover niet, maar als gij ook vrij kunt worden, maak er dan te meer gebruik van."

Wat een radicale verklaring. Weet je wat hij hier zegt? Hij zegt dat ieder blijve wat hij was toen hij geroepen werd. Hij heeft het met name over het huwelijk. Hij zegt: "Als je getrouwd was toen je wedergeboren werd, blijf dan getrouwd. En als je vrijgezel was, blijf dan vrijgezel. Deze dingen zijn niet belangrijk." En daarna heeft hij het over het besneden zijn en slavernij. Hij zegt: "Als je een slaaf was toen je behouden werd, maak je daar geen zorgen over. Het is niet belangrijk." Vervolgens zegt hij: "Als je vrij kunt worden, blijf dan een slaaf en gebruik het als een getuigenis."

Wat een radicale verklaring. De meeste mensen zouden hiervan tegen het plafond springen. "Man, wat zeg je nou! Je zou uit alle macht tegen deze sociale beunhazen moeten optreden. Je zou het onrecht moeten herstellen. Dat zou je moeten doen." Nogmaals, God is niet voor slavernij. God heeft dat nooit bedoeld. In Amerika hebben we hierover een Burgeroorlog uitgevochten en ik zeg niet dat slavernij iets goeds is. Maar ik zeg dat Paulus nooit zijn gezag als apostel gebruikte om een campagne tegen slavernij te voeren.

Sommige mensen denken misschien dat dit ook geen enkele zin zou hebben gehad. Slavernij vierde hoogtij. In zijn maatschappij kon je niet stemmen of petities indienen. Het had geen enkele zin. Dus legde hij zich er maar bij neer. Maar als je deze redenering gebruikt, dan zou Paulus weliswaar niet in staat zijn geweest om het Romeinse keizerrijk te veranderen, maar ik kan je verzekeren dat Paulus onder de Christenen wel de slavernij had kunnen uitbannen. Paulus had genoeg invloed om de slavernij te kunnen uitbannen. Hij had ervoor kunnen zorgen dat alle Christelijke slaveneigenaars hun slaven zouden vrijlaten. En toch zegt hij in 1 Timoteüs 6, nadat hij tot de slaven heeft gesproken, in vers 2: "Zij, die gelovige meesters hebben, moeten hen niet geringschatten, omdat zij broeders zijn, doch des te betere slaven wezen, omdat (hun meesters) gelovigen en geliefden zijn, die zich beijveren wèl te doen."

Hij zegt hier met andere woorden dat aan de ene kant een slaaf een ongelovige meester kan dienen die niet beter weet en de slaaf kan daarom beredeneren dat, omdat deze meester niet beter weet omdat hij niet wedergeboren is, hij het met geen mogelijkheid anders kan zien. Maar als een slaaf een Christelijke eigenaar had, dan zou het voor een slaaf gemakkelijk zijn om te zeggen dat Paulus zei dat in Christus geen onderscheid is tussen slaaf en vrije, barbaar en Skyth, Jood en Griek (Kolossenzen 3:11 ). We zijn allemaal hetzelfde. We zijn broeders in de Heer. Waarom zou deze persoon mij bezitten en me zo behandelen? Het zou gemakkelijk zijn geweest voor een Christelijke slaaf om te rebelleren en te eisen dat een Christelijke slaveneigenaar hem zou vrijlaten. Toch zegt Paulus tegen de slaaf dat als hij een gelovige meester heeft, hij hem dubbel moet eren en hem beter zou moeten dienen omdat hij deel uitmaakt van het Lichaam van Christus. Dien hem beter dan zoals je een ongelovige zou dienen.

In plaats van dat hij tegen het gebruik ingaat en het bekritiseert zegt Paulus hier: "Man, je moet tevreden zijn. En als iemand je anders leert, dan is hij trots en weet hij niets, dan veroorzaakt hij ruzie en legt hij overmatige nadruk op vleselijke dingen, denkende dat godsvrucht winst, succes en promotie oplevert. Houd je verre van dit soort mensen."

Tjonge, dit is een klap in onze Westerse beschaafde manier van denken. Wat Paulus hier in feite zegt is dat de slaaf, die in de Here geroepen is, een vrijgelatene van de Heer is en dat hij die als vrije geroepen is, een slaaf is van Christus (1 Korintiërs 7:22). Het punt dat hij hier maakt is dat uiterlijke dingen, de toestanden in je leven, of je nu een slaaf of slaveneigenaar bent, of een miljonair of een pauper, of baas of arbeider, helemaal niet belangrijk zijn. Ze betekenen niets. De vreugde, vrede en het geluk van iemand liggen niet in dit soort uiterlijke dingen. Het punt dat Paulus hier maakt is dat je je leven in Christus zou moeten vinden. Als je een slaaf bent en als je Christus kent, dan ben je vrijer dan iemand die vrij is en Christus niet kent. Jezus kwam niet om regeringssystemen te veranderen. Hij kwam niet om over deze wereld te regeren.

Ik kan nu helemaal van het onderwerp afdwalen, maar omdat het nu een week voor de verkiezingen is, wil ik toch een paar dingen opmerken. Ik zal hier niet lang bij stilstaan, maar weet je dat er christenen zijn die helemaal opgaan in het politieke gebeuren? Ze proberen stemmen te krijgen, ze proberen mensen in en uit de regering te krijgen. Ze hebben een uitgesproken mening. Ik heb ook een stellige mening over wie president zou moeten worden. Ik ga niet zeggen wie, want uiteindelijk doet het er helemaal niet toe. Sommige mensen prediken dat als bepaalde mensen in de regering komen, de natie naar de knoppen gaat. De moraal is verdwenen en al hun hoop is erop gevestigd dat de politiek dingen zal veranderen. Ze willen wetten maken tegen homoseksualiteit. Ze willen via de politiek en het rechtssysteem Amerika weer terug bij God brengen. Bij veel mensen ligt de nadruk hierop.

Wist je dat toen dit land werd gesticht John Adams, de tweede president van de Verenigde Staten, zei dat democratie volkomen ongeschikt was voor wie dan ook, behalve voor morele mensen? Hij zei dat als deze natie ooit zou ophouden moreel te zijn, de democratie ons de das zou omdoen. Wat hij eigenlijk bedoelt is dat, omdat we het recht hebben om dingen te veranderen, te controleren en te stemmen, en zelf te regeren, dat als onze maatschappij ooit immoreel zou worden, de democratie ten ondergang is gedoemd. De kerk probeert democratie te gebruiken om krachten te mobiliseren om immorele mensen te besturen, om hen moreel te laten handelen en om hen te beperken. Het Evangelie is ervoor bedoeld om dat te doen.

Wij zouden ons moeten inspannen om de harten van de mensen één voor één te veranderen en daar de nadruk op moeten leggen. Als je erin slaagt om mensen te veranderen, dan zullen ze niet voor immorele leiders stemmen. Ze zullen niet stemmen voor mensen die altijd liegen. Ze zullen niet stemmen voor dingen die tegenstrijdig zijn aan de principes van God. De reden dat de dingen gaan zoals ze nu gaan in ons politiek systeem is niet vanwege het politieke systeem. De politiek is een weerspiegeling van de maatschappij. Het is omdat de maatschappij deze kant is uitgegaan en de kerk heeft dit laten gebeuren. De kerk is begonnen om homoseksualiteit te legaliseren. De kerk heeft dit toegestaan. De kerk stond toe dat mensen van hetzelfde geslacht met elkaar konden trouwen, stond priesterschap toe en al dat soort dingen. Als de kerk het eenmaal doet, is het hek van de dam en dan volgt de maatschappij hierin.

Ik kan je verzekeren dat het probleem niet de politiek is. De enige reden waarom het in de politiek toegaat zoals het nu gaat, is omdat wij zoveel immorele mensen in dit land hebben die zich drukker maken om de almachtige poen. Als iemand hen iets wil geven, dan nemen ze het, ook al zou de moraal naar de knoppen gaan. Ze geven geen zier om iemand anders. Daar ligt het probleem. Waarom zouden we ons inspannen voor de politiek?

Ik zeg niet dat we niet zouden moeten stemmen. Christenen zouden moeten stemmen. We hebben een verantwoordelijkheid. We hebben een dubbel burgerschap. We hebben zowel een hemels als een aards burgerschap. Als je in de Verenigde Staten een goede burger wilt zijn, dan moet je stemmen. Er is niets verkeerds mee om in de politiek te zijn, maar het zou niet de focus van de kerk moeten zijn.

Het Evangelie is oneindig veel krachtiger dan het politieke proces. En het Evangelie kan mensen vrijzetten. Het maakt niet uit in welke omstandigheden je verkeert. Het Evangelie kan mensen bereiken en bijstand geven. Je hebt geen bijstandswetten nodig. Je bereikt iemand met het Evangelie, je brengt het Evangelie binnen in hun en als zij het Woord van God bezitten zullen zij sneller uit de bijstand komen dan de regering dat voor hen kan doen. Jezus zal al die problemen oplossen.

Zie je, het antwoord ligt in de persoonlijke relatie met de Heer en toch proberen we allerlei andere dingen te gebruiken. We willen wetten uitvaardigen, we willen het onrecht opheffen. Er zal altijd onrecht zijn. De enige manier waarop je hier afdoende mee kunt omgaan is door te doen wat Paulus zegt. Vertel aan de mensen dat als je een gelovige bent en als je in slechte omstandigheden zit, je moet leren hoe jij je voldoening en je vreugde in de Heer kunt vinden. Je hoeft niet naar andere dingen te kijken.

Ik weet dat sommige mensen dit moeilijk kunnen plaatsen. Sommige mensen hebben er moeite mee hoe je ooit tevreden zou kunnen zijn als in onze maatschappij nog steeds slavernij bestond. Wel, er zijn duizenden en duizenden voorbeelden van slaven in dit land die meer van God wisten en tevredener waren dan hun achter-achter-achterkleinkinderen die gediscrimineerd worden. Zeg ik nu dat er geen discriminatie en geen problemen in Amerika zijn? Nee, ze bestaan nog steeds. Maar ik zeg dat je oneindig veel beter af bent dan je grootouders, maar sommigen van hen hadden meer vreugde en meer vrede en waren tevredener dan hun afstammelingen. Dat is niet vanwege hun omstandigheden, maar het is omdat ze God kenden. Ze waren tevredener met God dan hun kinderen. Amen? Jouw omstandigheden zijn niet het probleem. Wat onze maatschappij doet is te proberen om alle problemen op te lossen zodat iedereen gelukkig kan zijn. Geluk hangt niet af van omstandigheden. Het is niet afhankelijk van dingen. Het is een keuze. Het is een relatie met God.

Ik zag eens de film 'Spartacus' met Kirk Douglas. Ik weet niet hoeveel van jullie die film gezien hebben. Ik kan me herinneren dat de eerste keer dat ik die film zag ik er veel verdriet van had. Het brak mijn hart. Weet je, het is een waargebeurd verhaal over slaven die in Rome in opstand kwamen. Toen ze uiteindelijk bedwongen werden, legden ze die mensen 28 tot 30 mijl lang langs de weg. Ze kruisigden de slaven met duizenden tegelijk. De dingen die gebeurden waren verschrikkelijk. Toen ik dat zag, dacht ik: "God, waarom gebeuren deze dingen? Hoe kunt U dit soort dingen laten gebeuren? Waarom kwam U er niet tussen en waarom veranderde u deze regeringssystemen niet?"

Het duurde een lange tijd voordat de Heer me dit liet zien, maar wat Hij me vertelde kwam erop neer dat als Hij regeringssystemen zou instellen om mensen vrij te zetten, dan zou dat een koninkrijk in het natuurlijke gebied zijn. Het zou onderhevig zijn aan de grillen van een nieuwe dictator. Het zou voortdurend onder vuur staan. Het zou komen en gaan en er zou gewoon geen manier zijn waarop dit koninkrijk met succes zou kunnen standhouden. Wat God dus deed was dat Hij een koninkrijk oprichtte in de harten van de mensen. Hij zei dat als die slaven Hem werkelijk kenden, het niet zou uitmaken of ze wel of niet gekruisigd werden. Ze zouden kunnen heengaan met zo'n grote vreugde en vrede die niemand ooit zou kunnen raken. Niemand zou hen ooit iets kunnen aandoen. God richtte een koninkrijk op dat groter was, waar niemand invloed op kon uitoefenen.

Sommigen kijken hier misschien vreemd van op, maar ik ben in Rome geweest en ik heb de plaatsen gezien waar de Christenen voor de leeuwen werden gegooid. Ik heb gedocumenteerde feiten gelezen dat voor iedere Christen die werd gedood er ongeveer zes of zeven Romeinen waren die van hun zitplaatsen in de piste sprongen en onmiddellijk de dood onder ogen zagen, omdat ze dezelfde vreugde en vrede wilden ontvangen die deze Christenen hadden. Nero stak zelfs zijn vingers in zijn oren en vroeg waarom die Christenen moesten zingen. Ze zongen terwijl ze op de brandstapel stonden, terwijl ze wreed werden vermoord. Ik heb een grafschrift gezien van een man die geschreven had: "Hier rusten mijn vrouw en mijn zes maanden oude dochter, die vandaag in circus Maximus hun leven gaven voor de glorie van Jezus." Dat was geen rouwverklaring, het was een eerbetoon.

Sommigen van ons vragen zich af hoe ze dat konden doen. Omdat ze een tevredenheid hadden die in een Persoon was en ze maakten zich niet druk om fysieke dingen. Ze hadden eigenlijk de houding die Paulus had, dat het sterven gewin was. "Want het leven is mij Christus en het sterven gewin." (Filippenzen 1:21). Ze vonden zoveel voldoening in de Here Jezus Christus dat het martelaarschap een onderscheiding was die ze droegen. Ze schepten erover op. Ze zetten het op hun grafstenen. Ze eerden de Heer.

De meeste van ons kunnen zich hier niets bij voorstellen. Dat is omdat we trots zijn en niets weten. We verafgoden al die andere dingen en daar leggen we de nadruk op. We zijn gaan geloven dat onze vreugde en tevredenheid in uiterlijke dingen liggen in plaats van in de Here Jezus Christus. We lopen de schat mis die God binnenin ons heeft gelegd en we kijken naar al die andere dingen. Dat is de reden waarom we waarschijnlijk de welvarendste maatschappij zijn die er ooit is geweest, maar dat we tegelijk nog nooit zo ontevreden, zielig, depressief en verslagen zijn geweest.

Dat is zelfs in Christelijke kringen zo. Als ik door kerken wordt uitgenodigd, dan is het niet ongewoon dat 80 tot 90 procent van de geestvervulde christenen naar voren komt voor gebed omdat ze voortdurend tegen depressiviteit vechten. Dat is een zonde. Het is een schande. Het zou niet zo moeten zijn. Het zou niet moeten gebeuren en de enige reden waarom dit gebeurt is omdat we denken zoals de wereld denkt. De Bijbel zegt: "Zoals een man in zijn hart denkt, zo is hij."

Het doet er niet toe of je wedergeboren bent, je hebt het leven van God binnenin je. Als je verkeerd denkt, zul je het verkeerd krijgen. We moeten ons denken veranderen. We moeten onze aandacht richten op Jezus en op wat Hij voor ons heeft gedaan. We moeten onze aandacht van de uiterlijke vleselijke dingen afhalen en ophouden met denken dat als je een nieuw huis, een nieuwe auto, een nieuwe vrouw, een nieuwe kerk, een nieuw dit of een nieuw dat hebt, dat je dan gelukkig bent. Je geluk ligt in de Heer. Als jij ontevreden bent, dan maken je omstandigheden jou niet ontevreden, maar het feit dat je niet waardeert wat God voor jou heeft gedaan. Dat is een broedplaats voor de duivel. Ik vertel je dat jij je aandacht op de Heer Jezus Christus gericht moet hebben.

Ga eens naar Lucas 4. Ik laat je iets zien wat hier op het eerste gezicht niets mee te maken heeft, maar ik geloof dat het wel zo is. In Lucas 4 wordt de verzoeking van Jezus beschreven. Het staat ook in Matteüs 4. Vanaf vers 1 staat in Lucas 4:
"Jezus nu, vol van de heilige Geest, keerde terug van de Jordaan en werd door de Geest geleid in de woestijn, 2 waar Hij veertig dagen verzocht werd door de duivel. En Hij at niets in die dagen en toen zij voorbij waren, kreeg Hij honger. 3 En de duivel zeide tot Hem: Indien Gij Gods Zoon zijt, zeg dan tot deze steen, dat hij brood worde. 4 En Jezus antwoordde hem: Er staat geschreven: Niet alleen van brood zal de mens leven. 5 En hij voerde Hem op een hoogte en toonde Hem al de koninkrijken der wereld in een ogenblik tijds. 6 En de duivel zeide tot Hem: U zal ik al deze macht geven en hun heerlijkheid, want zij is mij overgegeven, en ik geef haar wie ik wil. 7 Indien Gij mij dan aanbidt, zal zij geheel van U zijn. 8 En Jezus antwoordde en zeide tot hem: Er staat geschreven: Gij zult de Here, uw God, aanbidden en Hem alleen dienen. 9 En hij leidde Hem naar Jeruzalem en stelde Hem op de rand van het dak des tempels en hij zeide tot Hem: Indien Gij Gods Zoon zijt, werp Uzelf dan vanhier naar beneden; 10 want er staat geschreven: Aan zijn engelen zal Hij opdracht geven aangaande u om u te behoeden, 11 en: Op de handen zullen zij u dragen, opdat gij uw voet niet aan een steen stoot. 12 En Jezus antwoordde en zeide tot hem: Er is gezegd: Gij zult de Here, uw God, niet verzoeken. 13 En toen de duivel alle verzoeking ten einde had gebracht, week hij van Hem tot een bestemde tijd."

Vaak ontgaat het ons wat de werkelijke verzoeking was als satan zegt: "Verander deze steen in brood". Jezus had honger en de meeste mensen vatten dit op als een fysieke verzoeking. Ik geloof dat dit een deel ervan was. Het is waar dat Hij honger had. Maar weet je wat de echte verzoeking was? Satan is geraffineerd. We hebben er al over gesproken hoe hij Adam en Eva verleidde. Hij koos het listigste dier dat er was.

Maar zelden is de verzoeking datgene wat wij denken dat de eigenlijke verzoeking is. Gewoonlijk ligt er een sluwere kant onder de oppervlakte. Het ging hier niet werkelijk om het veranderen van een steen in brood. Dat was niet de eigenlijke verzoeking. Weet je wat de werkelijke verzoeking voor Jezus was? In alle drie gevallen zei satan: "Indien U de Zoon van God bent." Weet je wat de werkelijke verzoeking was? Satan speelde op twijfel, op een mogelijke ingang van twijfel die Jezus kon hebben over Wie Hij was. Hij probeerde Jezus zover te krijgen dat hij aan satan en aan Zichzelf zou bewijzen Wie Hij was.

Sommige mensen zeggen misschien dat satan uiting gaf zijn eigen twijfel en dat hij zei: "Als U werkelijk de Zoon van God bent." Wel, als je dat gelooft, dan verlaag je deze hele situatie tot iets krachteloos. Satan gaf geen uiting aan zijn eigen twijfel. Hij wist Wie Jezus was. Hij probeerde Jezus te bespelen en Jezus aan het twijfelen te maken, zodat Hij iets zou doen, de bovennatuurlijke kracht van God zou gebruiken, om te bewijzen Wie Hij was.

Ik weet dat sommigen van jullie denken: "Hé, wacht eens even. Jezus twijfelde nooit aan Wie Hij was." Ik geloof ook niet dat Hij eraan twijfelde, maar ik geloof dat de verzoeking er wel degelijk was. Ik geloof dat het een doortimmerde verzoeking was.

In Filippenzen 2:5-7 zegt de Schrift: "Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was, 6 die, in de gestalte Gods zijnde, het Gode gelijk zijn niet als een roof heeft geacht, 7 maar Zichzelf ontledigd heeft, en de gestalte van een dienstknecht heeft aangenomen, en aan de mensen gelijk geworden is."

- dat betekent dat Hij niet dacht dat het onrechtvaardig of onbillijk was. Met andere woorden, Hij wist dat Hij God was. Maar Hij vernederde Zichzelf, Hij gaf Zijn aanzien op en Hij nam de gestalte van een dienstknecht aan. –

In vers 8 gaat het verder: "En in zijn uiterlijk als een mens bevonden, heeft Hij Zich vernederd en is gehoorzaam geworden tot de dood, ja, tot de dood des kruises."

Een van de dingen die veel mensen niet begrijpen is dat Jezus God in het vlees was. Zijn Geest bestond in eeuwigheid. Hij is de almachtige God, maar Zijn fysieke lichaam was menselijk. Zijn lichaam was niet besmet met zonde, maar het was toch menselijk. Ik weet dat dit bij veel mensen verkeerd zal vallen, maar het is de waarheid en je moet het te pakken krijgen. Maar toen Jezus werd geboren, had Hij het lichaam van een kleine baby. Ik bedoel dat toen Jezus een kleine baby was, Hij na het voeden een boertje moest laten, Zijn luiers moesten worden verschoond, Hij moest leren om zindelijk te worden, Hij moest leren lopen. Hij had iemand nodig die Hem leerde om te praten. Hij was niet een baby van een week oud die al perfect kon praten. Amen?

We denken aan Hem als God en Hij was ook God en volledig. In Zijn Geest was dat ook zo, maar niet in Zijn fysieke lichaam. In Lucas 2:52 zegt de Schrift dat Jezus toenam in wijsheid en grootte en genade bij God en mensen. Jezus moest groeien en Zijn fysieke lichaam was net zo fysiek als jouw en mijn lichaam is. Zijn fysieke lichaam moest onderwezen en opgevoed worden. Zijn hersens wisten niet meteen Wie Hij was. Met Zijn fysieke verstand herinnerde Hij zich niet dat Hij de wereld had geschapen. Hij kon Zich die dingen niet herinneren. Het was in Zijn Geest. Ik ben er zeker van dat Hij in Zijn Geest openbaring kreeg. God maakte Hem dingen bekend en ik weet zeker dat er heel veel dingen waren die daarvan getuigden. Maria en Jozef vertelden Hem dat de engelen hen bezochten, over Zijn wonderbaarlijke geboorte, de herders, de wijzen uit het Oosten die kwamen, al dat soort dingen.

Ik weet zeker dat Hij deze dingen hoorde en voor Hem waren ze een bevestiging, maar uiteindelijk kwam het erop neer dat Jezus in Zijn natuurlijke omgeving door geloof begreep dat Hij God was. Het was een openbaring van Zijn hart. Hij had getuigen, maar uiteindelijk moest Hij door geloof met Zijn verstand aanvaarden dat Hij God was. Man, dat is geweldig. Het maakt dat Hij op dezelfde manier functioneerde zoals jij en ik functioneren. Jezus moest het net zo doen als wij, door geloof. Door geloof moest Jezus geloven dat Hij God was. Hij moest vertrouwen op de dingen die God tot Hem had gesproken.

Door geloof wist Jezus dat Hij de Zoon van God was. En satan kwam en probeerde de zondeloze volmaakte Zoon van God eraan te laten twijfelen dat Hij de Zoon van God was. Dat was de eigenlijke verzoeking. Daar ging het allemaal om. Het ging niet om brood of van de tempel vallen. Het ging erom om Hem iets te laten doen, door gebruik te maken van de bovennatuurlijke kracht van God, om te bewijzen Wie Hij was.

Dit onderstreept nogmaals het feit dat satan Adam en Eva, die perfect waren, kon verleiden en hen ontevreden kon krijgen zonder dat daar een reden voor was, want ze leefden in volmaaktheid. Hij kon de discipelen van Jezus nemen, die met Jezus in het vlees optrokken en de dingen zagen die Jezus deed, zoals nog nooit iemand eerder had gedaan, en zij hadden niet genoeg aan Jezus. Satan kon maar één poging wagen bij Jezus. Hij haalde zijn krachtigste wapen tevoorschijn, zijn hevigste misleiding, en weet je wat dat was? Hij probeerde Jezus te laten twijfelen aan Wie Hij was.

Man, als satan twijfel gebruikt bij Jezus, omdat dat het krachtigste wapen was dat hij had, denk je dan niet dat hij ook op die manier bij ons komt? Hij probeert ons eraan te laten twijfelen wie wij zijn en wat we hebben en we gaan naar uiterlijke dingen kijken als onze bron van vreugde, vrede en geluk, terwijl de waarheid is dat we sterk moeten staan in wie we zijn. We moeten onszelf niet toestaan om te twijfelen. We moeten niet toegeven aan twijfel en we moeten niet gaan proberen om al deze dingen te bewijzen.

Toen ik pas enthousiast was geworden voor de Heer, was dat in de tijd van de Charismatische opwekking. Ik reisde het hele Dallas Fort Worth-gebied door om naar bijeenkomsten te gaan. Ik bedoel dat de mensen zo opgewonden waren over wat God aan het doen was, dat als je iemand ontmoette, hij zou zeggen: "Prijs God. Ik ben gedoopt in de Heilige Geest en ik spreek in tongen." En dan zou hij een korte samenvatting geven van wie hij was en wat hij had. Hij zou je alles over zichzelf vertellen. "Man, ik ben al twee maanden, twee jaar, hoe lang dan ook met de Geest vervuld. Ik kan je vertellen dat ik heb gezien dat mensen uit de dood werden opgewekt. Ik heb dit zien gebeuren." Weet je, ik deed eraan mee, omdat je wilt dat de mensen weten dat God iets in je leven heeft gedaan. Maar het ontaardde in iets van trots. Het werd een egotrip en dat was niet goed. Daardoor zijn er een heleboel vervelende dingen gebeurd.

In ieder geval herinner ik me dat ik eens naar een bijeenkomst van W.G. Grant ging en er kwam een man op me af die mij een samenvatting van zijn leven gaf en mij vertelde hoe belangrijk hij was. Ik herinner me dat ik alleen maar zei: "Wel, mijn naam is Andy." Hij wachtte totdat ik al mijn verdiensten zou opnoemen, maar ik zei niets. Hij was ervan overtuigd dat ik niet wedergeboren was. Tijdens de hele dienst hield hij mij in de gaten en omdat ik als ex-Baptist niet zo levendig was als de anderen, ben ik er zeker van dat hij ervan overtuigd was dat ik niet gered was. Toen de uitnodiging gedaan werd om naar voren te komen, kwam hij naar me toe. Een aantal van zijn vrienden begonnen voor me te bidden. De ene zei: "Hou vol", en de andere: "Laat gaan", en ze baden voor me. Het enige wat ik had gedaan was dat ik niet had meegedaan aan het spel. Maar weet je dat ik voor het eerst in mijn leven aan niemand hoefde te bewijzen wie ik was? Ik wist wie ik was. Ik wist dat God van me hield en het kon me niet schelen wat de anderen van me dachten. Ik had hun acceptatie niet nodig.

Toen ik die bijeenkomst verliet, was ik opgewonden, opgebouwd en bemoedigd, omdat het me voor het eerst in mijn leven niet kon schelen wat iemand anders van me dacht. Het was een belangrijke springplank, een belangrijke overwinning in mijn leven dat ik het spel niet hoefde mee te spelen en niet hoefde te proberen om op iemand indruk te maken. Het was een belangrijke mijlpaal in mijn leven.

Weet je dat veel mensen zich nog zo onzeker voelen over zichzelf? Ik kan je verzekeren dat als iemand naar hen toekomt en zegt dat hij niet gelooft dat God vandaag de dag geneest, ze in discussie gaan. Niet omdat ze van die persoon houden en die persoon willen veranderen, maar omdat ze zichzelf dolgraag willen bewijzen. Je bent onzeker en daarom moet je die strijd winnen, omdat jij ermee worstelt. Vroeger deed ik dat ook. Ik ging met mensen in discussie, omdat als ik het argument zou verliezen, mijn argumenten dan misschien niet zo goed zouden zijn als die van hen. Ik moest wel winnen. Ik moest mezelf bewijzen aan mezelf en aan anderen. Nu ben ik op een plek gekomen dat ik weet wat ik geloof. Als ik merk dat iemand anders er door geholpen wordt, dan ga ik met hem in debat, maar ik ga niet om een andere reden met hem in debat. Ik hoef het niet voor mezelf te doen.

Je kunt op een plek van zekerheid komen, waar je weet wie je bent en je niets hoeft te doen om jezelf te bewijzen wie je bent en wat je hebt. Op die plek was Jezus. Als Jezus had gereageerd en die steen in brood had veranderd, dan had hij eigenlijk niet gezondigd door een steen in brood te veranderen als hij honger had. Hij had honger en Hij had niets gegeten. Als Hij brood nodig had gehad, dan zou er niets verkeerds aan zijn geweest als Hij dat had gedaan. Maar wat wel verkeerd zou zijn geweest, is dat Hij het uit angst had gedaan, uit twijfel, uit onzekerheid, om aan iemand te bewijzen Wie Hij was. Dan zou Hij die twijfel en onzekerheid in Zijn leven hebben bekrachtigd en daar bood Jezus weerstand aan. Daar deed Hij niet aan mee.

Satan benadert ons op precies dezelfde manier. Hij maakt dat je aan de fundamentele kennis gaat twijfelen. Hij laat je betwijfelen wie je bent. Je weet niet wie je bent en daarom moet jij je voldoening in andere dingen zoeken, in plaats van in te zien dat God alles wat je nodig hebt om gelukkig en tevreden te zijn al binnenin je heeft gelegd. We gaan dan praten over sociale onrechtvaardigheden. Ik kan niet gelukkig zijn totdat ik deze situatie kan veranderen, totdat ik mezelf omhoog heb gewerkt, totdat ik in een managementpositie kom, totdat ik een betere vrouw, een betere man heb, totdat ik dit of dat doe. Dan ben je een trots persoon die niets weet. Je praat alleen maar over geharrewar, oorzaak en problemen en je legt alle nadruk op het oppervlakkige denken dat jij je geluk vindt in uiterlijke dingen. Hou je hier verre van.

Ik kan je verzekeren dat een groot deel van het Christendom zich precies in deze categorie bevindt. Want we prediken al deze uiterlijke dingen aan de mensen. Ik geloof dat geestvervulde christenen hier waarschijnlijk ontvankelijker voor zijn dan anderen, omdat geestvervulde Christenen in de kracht van God geloven om te bemiddelen, om huwelijken te veranderen, lichamen te genezen, om je financiële voorspoed te geven en al dat soort dingen. Veel mensen uit de confessionele kerken verwachten dat soort dingen niet eens. Hun is verteld dat God dit soort dingen niet meer doet. Dus de motivatie van de mensen die in de confessionele kerken aan God zijn toegewijd is vaak minder hebzuchtig en egoïstisch dan die van geestvervulde mensen, omdat ze in dit leven niets verwachten. Hun hoop is geheel gericht op de toekomst. Amen?

Ik diende een God van Wie ik geloofde dat Hij mijn vader had gedood. Toen ik twaalf jaar was werd me verteld dat God mijn vader had gedood, omdat Hij hem in de hemel meer nodig had dan ik hem nodig had. God gaf je problemen om je dingen te leren. God deed dit soort dingen. Als je dan toch nog genoeg toewijding hebt om zo'n soort God te dienen, dan ben je niet echt op jezelf gericht en op je eigen voordeel uit. Amen?

Maar veel Pinkstergelovigen komen bij de Heer omdat hun huwelijk is mislukt. Iemand heeft hun verteld dat de Heer hun huwelijk had hersteld en daarom kwamen ze bij de Heer, ontvingen ze en deden daarmee hun voordeel. God zal je ook voorspoedig maken en Hij zal ook je lichaam genezen. Het is daarom gemakkelijk om bij de Heer te komen om wat God in je leven kan doen en het is gemakkelijk om God als een soort winkelwagen te gebruiken. Je gaat de schappen van de hemel langs en je neemt dit en dat en, o ja, dit heb ik ook nog nodig. Dat is de houding die je krijgt.

Hoewel God ook inderdaad al deze dingen geeft, zijn het liefdesgaven. Hij doet het omdat Hij van je houdt en je zou ze moeten ontvangen omdat je weet dat God van je houdt. De Schrift zegt in Psalm 35:27: "Laten jubelen en zich verheugen, wie mijn rechtvaardiging begeren; dat zij bestendig zeggen: De HERE is groot, die welgevallen heeft aan het heil van zijn knecht." Dus ja, je zou het moeten ontvangen, maar ik zeg dat het niet je motivatie zou moeten zijn. We zouden God moeten dienen en inzien dat onze voldoening in Christus ligt en dat het niet uitmaakt hoe je uiterlijke omstandigheden zijn.

Weet je, ik moest naar Vietnam en heel veel mensen moesten door een periode heen dat ze in Vietnam waren. Gisteravond sprak ik met een man die 26 jaar later nog steeds versuft is. Hij was van de wereld. Ik probeerde met hem te praten, maar dat lukte niet, want hij was nog steeds van slag omdat hij in Vietnam gevangen was genomen. Het heeft invloed op heel veel mensen gehad. Maar ik ging ook door die periode in Vietnam heen en het was alsof ik in een zeepbel zat. Ik bedoel dat God me zo bovennatuurlijk zegende en beschermde.

Het was vele jaren later, wel meer dan twintig jaar nadat ik in Vietnam was geweest, dat ik in Chicago was en daar gaf een man mij een boek. In dit boek stonden twaalf verhalen van mensen die in Vietnam waren geweest, het hadden overleefd en die daarna wedergeboren werden. Ze vertelden hoe God al hun leed, pijn, angsten en alle nare dingen die ze hadden opgelopen had weggenomen. Een van die verhalen was van de man die mij het boek had gegeven. Hij signeerde het boek voor me en hij wilde dat ik het zou lezen. Uit beleefdheid las ik dus dat boek, want ik wist dat hij mij ernaar zou vragen.

Ik begon dus zijn verhaal te lezen en het was goed. Het was krachtig. Daarom las ik ook een ander verhaal. Het eindigde ermee dat ik de hele nacht opbleef om dat boek uit te lezen. Ik had nog nooit iets over Vietnam gelezen. Ik had er geen behoefte aan om over Vietnam te lezen. Maar weet je, toen ik dat boek begon te lezen, was ik geschokt, omdat drie mensen in dezelfde divisie waren geweest waarin ik was. Twee van hen waren er in dezelfde periode als ik daar was, en één man beschreef zelfs een gebeurtenis die ik ook had meegemaakt. Maar hij beschreef die gebeurtenis vanuit het perspectief van een ongelovige. Hij beschreef hoe de Vietnamezen op je afkwamen en je het mondingsvuur van de geweren kon zien. In ongeveer twee uur tijd werden we in een gebied dat half zo klein is als deze zaal meer dan 170 keer beschoten. Hij beschreef dit vanuit het perspectief van een ongelovige en hij praatte over zijn angst. Het was twintig jaar later en God haalde een sluier weg en liet me zien hoe het zou zijn geweest als ik niet in de Heer was geweest en ik niet op de Heer was gericht. De angst en ontzetting kwamen met volle kracht op me af en ik had drie dagen nodig om er los van te komen. Ik was tot in mijn merg geschokt. Het was alsof God me liet zien: "Zie je hoe het zou zijn geweest als Ik er niet was geweest?"

Ik kan mij herinneren wat ik dacht toen ik het mondingsvuur van de Vietnamezen over de heuvel zag komen. Ik had dit nooit aan mijn vrouw verteld, of aan mijn moeder. Ik had dit nooit aan iemand verteld totdat ik dat boek las, omdat ik er niet zo mee zat. Ik kan mij herinneren dat ik toen dacht: "Heer, als ik doodga, dan weet ik waar ik naar toe ga." En ik was begaan met de Vietnamezen. Ik was aan het bidden: "Laat ze alsjeblieft wedergeboren worden." Ik deed voorbede voor die soldaten. De liefde van God stroomde door me heen. Ik voelde medelijden. Ik voelde echt de vreugde en de vrede van de Heer in een situatie waarin een andere man in paniek raakte en hysterisch werd.

Ik had er naderhand nooit meer aan gedacht en ik had nooit iemand erover verteld. Ik bevond me in precies dezelfde situatie als de man die het beschreef en weet je wat het verschil was? Ik was op de Heer gericht en vanwege de vrede van de Heer had ik geen enkele angst. In plaats daarvan had ik vreugde en vrede. Ik had een medelijden dat uit me stroomde naar de vijand die probeerde ons te doden. Het was precies dezelfde situatie, maar twee totaal verschillende uitkomsten. Weet je waarom? Vanwege ons perspectief. Omdat mijn vrede niet in uiterlijke omstandigheden was. Ik ben in situaties geweest waarbij mensen me wilden doden en toch voelde ik alleen maar vreugde en vrede. Niets anders dan vreugde en vrede.

Op een dag ging ik met de legerpredikant op stap. We bezochten een voorganger van een Vietnamese kerk. Het was tegen de regels, want het was niet geoorloofd om er alleen op uit te gaan, maar we deden het omdat de legerpredikant kon doen en laten wat hij wilde en ik was zijn lijfwacht. Dus gingen we erop uit en ik bestuurde de jeep. Toen we in de kerk met de voorganger aan het praten waren, vroeg de legerpredikant hem of de Vietcong in de buurt was. De voorganger antwoordde dat er een heleboel waren. Dat ze zelfs aan de overkant van de straat waren. Aan de overkant van de straat bleek een hoofdkwartier van de Vietcong te zijn. De legerpredikant dacht eerst nog dat hij een grapje maakte, maar toen we goed keken zagen we de Vietcong overal, met geweer en al. En onze jeep stond voor de kerk geparkeerd, tegenover het hoofdkwartier. We hadden gemakkelijk gedood kunnen worden. De legerpredikant werd helemaal hysterisch. We wisten niet wat we moesten doen. Maar we stapten toch in de jeep, ik reed dwars door die soldaten heen en ze gingen aan de kant en lieten ons door. Het was alsof ze blind waren. Jaren later dacht ik hieraan terug en weet je, het was omdat ik op de Heer was gericht. Ik wist dat God me niet zou laten doodgaan in Vietnam.

Ik was eens met een man in een vliegtuig. Hij was de piloot en vloog en ik was de passagier. Het was zo'n heel klein vliegtuigje. Mijn ene schouder raakte het ene raam, mijn andere schouder raakte zijn schouder en zijn andere schouder raakte het andere raam. Terwijl we vlogen kwamen we in slecht weer terecht. Het vliegtuig werd heen en weer geschud en viel plotseling duizend voet naar beneden. De piloot schreeuwde uit alle macht, hij bad in tongen, hij gilde. De wind was zo sterk dat, hoewel wij de ene kant uit koersten het vliegtuig de andere kant uit ging. De piloot kon de stuurknuppel maar tien minuten vasthouden en daarna moest ik het overnemen. We vlogen over een exercitieveld en via de radio berichtten ze ons dat als we niet maakten dat we wegkwamen, ze ons zouden neerschieten. De piloot was zo zenuwachtig, dat hij niet in staat was om te reageren. Ik antwoordde dus dat ik nog nooit eerder met dit vliegtuig had gevlogen, dat we niet wisten wat we deden en dat we zo snel mogelijk weg zouden zijn.

Het werd zo erg dat de piloot – en dit moet je voor je zien – zijn handen voor zijn ogen deed en zei: "Mijn God, we gaan dood. We gaan dood!" Hij begon te schreeuwen en ik moest met één hand het vliegtuig besturen en met de andere hand hem vasthouden. Ik zei: "In de naam van Jezus, beheers je. We gaan niet dood. Ik heb Vietnam niet overleefd om in jouw vliegtuigje dood te gaan. Hou vol." Ik moest dat vliegtuig 30 tot 40 minuten besturen totdat die man weer bij zijn positieven kwam. Maar weet je dat ik al die tijd geen enkele angst had? Ik had overstuur kunnen raken en dat zou onze hele dag hebben verknoeid. Maar je kunt zo gericht zijn op de Heer dat, prijs God, dat soort dingen niet uitmaken. Het is echt mogelijk. Amen?

Prijs God. Jouw probleem is niet het probleem, maar het probleem is hoe je ernaar kijkt. Het is het feit dat jouw vreugde en vrede in uiterlijke dingen ligt. Als je vreugde in de Heer is, dan is Hij altijd dezelfde, of je nu in een klein vliegtuigje bent, in Vietnam, bij je familie, op je werk, waar dan ook. Als jouw vreugde in een persoon is, de Heer Jezus, dan is hij gisteren en heden en tot in eeuwigheid dezelfde. Hij verandert niet en jouw vreugde hoeft niet te veranderen.


Deel 4. Het geheim van Paulus


 

www.vergadering.nu