Bijbelgetrouw,
krachtig en praktisch onderwijs van Andrew Wommack
Overzicht van de vertaalde bijbelstudies van Andrew Wommack, klik hier...
Ontdek de sleutels om vol te blijven van God - 2
Andrew Wommack
Over de auteur:
Het onderwijs van Andrew Wommack bereikt miljoenen christenen over de hele wereld. Dit radicale onderwijs doorbreekt
tradities en leringen die soms generaties lang zijn overgeleverd, maar niet gebaseerd blijken te zijn op een grondig kennen en
begrijpen van Gods Woord. Door Andrews onderwijs vallen voor veel christenen de puzzelstukjes van de Bijbel op hun plaats,
waardoor het weer een springlevend boek wordt dat hen leven geeft, zoals God het altijd bedoeld heeft.
Inleiding:
Veel christenen hebben geweldige momenten met God die hen totaal vervuld met leven en ze zijn vervuld met Hem. Maar al te
vaak verstikken de zorgen en bezigheden van deze wereld Zijn aanwezigheid in onze levens weer. Wat is er gebeurd? Is God weer
vertrokken? Nee! Hij heeft gezegd dat Hij ons nooit zal verlaten of verzaken. Wat er is gebeurd, is dat wij van God zijn
weggelopen en zelf verminderen wat Hij voor ons heeft gedaan. Het goede nieuws is dat als we in de gaten hebben wat we aan het
doen zijn, we dit proces kunnen omkeren. In deze serie geeft Andrew belangrijke waarheden die ons kunnen helpen vol te blijven
van God.
Als MP3 bestand te downloaden van: www.awmi.net
Deel 1: Verheerlijk God
Deel 2: Wees dankbaar
Deel 3: De kracht van verbeelding
Deel 4: Een goed hart
Deel 2: Wees dankbaar
De meeste mensen hebben als ervaring dat God hen op een of andere manier heeft aangeraakt, maar dat ze niet in staat zijn dat
vast te houden. Ik zie dit in het bijzonder, omdat ik reis. Ik kom op allerlei plaatsen en bepaalde personen zijn zó aangeraakt
door het Woord, maar je komt zes maanden later weer eens langs en je kunt gewoon niet merken dat God ooit hun leven heeft
aangeraakt. Het is alsof ze het kwijtgeraakt zijn. En zo heeft God het niet bedoeld. We hebben daar gisteravond veel over
gesproken. En we zijn begonnen met Romeinen 1:21 te gebruiken. Dit spreekt over hoe mensen weglopen van de openbaring van Gods
bestaan, en over hun haat tegenover God, en hoe zij verantwoording aan Hem verschuldigd zijn. En dit vers geeft vier dingen die
wij doen, die ons verharden en ons ongevoelig maken voor de dingen die God in onze levens heeft gedaan.
Er staat dat zij God niet verheerlijkt hebben. Daar hebben we de hele vorige avond aan besteed. Wat betekent het om God te
verheerlijken? In principe gaat dat over ‘waarde toekennen’, het woord ‘achten’. Het woord ‘verheerlijken’ wordt
gedefinieerd door het woord ‘hoogachten’. En het woord ‘hoogachten’ betekent hoge waarde toekennen aan, of zeer op prijs
stellen. Het gaat dus over de waarde die jij hecht aan de dingen die God doet. En de waarheid is, dat de meesten van ons de
dingen van God niet genoeg waarde toekennen. Zodra wij de meningen van anderen en de dingen die wij zien meer beginnen te
waarderen dan wat het Woord zegt over wat Hij gedaan heeft, dan beginnen wij ongevoelig te worden. De zegening, het gunstige
effect, de vreugde van wat God heeft gedaan in ons leven begint te slijten als je stopt met dat te verheerlijken, of de juiste
waarde toe te kennen aan wat God gedaan heeft.
Ik ga dit vanavond illustreren. Laten we naar Hebreeën gaan. Ik wil je hier een voorbeeld van geven en dan gaan we verder. In
Hebreeën 12:1 staat: ‘1 Daarom dan, laten ook wij, nu wij zulk een grote wolk van getuigen rondom ons hebben, afleggen alle
last en de zonde, die ons zo licht in de weg staat, en met volharding de wedloop lopen, die vóór ons ligt. 2 Laat ons oog
daarbij (alleen) gericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs, die, om de vreugde, welke vóór Hem lag, het
kruis op Zich genomen heeft, de schande niet achtende, en gezeten is ter rechterzijde van de troon Gods.’
Wist je dat het woord ‘niet achten’ hier, volgens Strong’s concordantie betekent: ‘niet achten’ of ‘minachten’.
Met andere woorden, dit is precies het tegenovergestelde van waar we gisteravond over spraken. We hadden het over het
verheerlijken van God, het waarderen, of (hoog) achten van wat God in je leven gedaan heeft.
Weet je dat je niet alleen maar een goede, hoge waarde hoeft toe te kennen aan wat God in je leven gedaan heeft, wat Hij tot je
gesproken heeft? Je moet ook al het andere dat tégen je komt een lage waarde of geen waarde toekennen. Het is een tweesnijdend
zwaard. Er zijn twee manieren waarop je dit kunt benaderen. Je kunt niet alleen maar zeggen: ‘Vader, ik dank U voor wat U hebt
gedaan, ik verheerlijk U. Ik vergroot en verhoog wat U in mijn leven hebt gedaan.’ Maar je moet een bewuste inspanning doen om
laag te waarderen, te minachten, al het andere in vergelijking daarmee.
Nu zijn er heel wat verzen hierover, maar een van de klassieke is waar Jezus zei: ‘Tenzij je tot de Heer komt en je vader en
je moeder en broeder en zuster en zelfs je eigen leven haat, kun je Mijn discipel niet zijn.’ Sommige mensen hebben daar
moeite mee, maar als je dezelfde passage opzoekt in Matteüs 10 is het precies dezelfde situatie, hetzelfde voorval, maar hier
zegt Hij: ‘Tenzij je Mij méér liefhebt dan je je vader of moeder liefhebt.’ Hij heeft het er niet over dat je mensen moet
haten. Maar Hij heeft het over een relatief iets, in een vergelijking.
Je kunt iets nemen dat in feite goed is: je wordt geacht je vrouw lief te hebben. Je hoort je echtgenoot lief te hebben. Je
hoort je kinderen lief te hebben, je hoort je ouders te eren en respecteren. Maar er hoort deze voortdurende vergelijking te
zijn. Een waardevergelijking van dingen. En tenzij je God zoveel hoger dan die dingen verheft, en in vergelijking daarmee al het
andere haat, inclusief je eigen leven, garandeer ik je dat satan vroeger of later zelfs goede dingen zal nemen, waar je waarde
aan hecht, om tegen je te gebruiken.
Hier staat dat Jezus de schande niet achtte. Hij verachtte de schande. En merk op dat er staat dat Hij de vreugde die voor Hem
stond nam. En begin hierover na te denken. Dit is de manier waarop Hij het kruis verdroeg. Hoe verdroeg Jezus het kruis? Hij
stelde de vreugde voor zich. Nou, welke vreugde had Jezus in het kruis? De meesten van ons, als wij in die situatie zouden zijn,
en wij zouden het vooruitzicht hebben te worden gekruisigd, met de schande en schaamte die er bij hoorde, zouden dan moeten
beseffen dat wij tot op zekere hoogte schande en schaamte verdienen. Net als de rovers die mede waren gekruisigd. Zij verdienden
wat ze kregen. Maar Jezus was volkomen zondeloos. Jezus had nooit schaamte gekend, Jezus had nooit schuld gekend. Jezus was
heilig, heilig, heilig. En voor Hem was schande en schaamte aannemen veel en veel erger dan wij ons ook maar in de verte kunnen
voorstellen. En in díe situatie stelde Hij zich de vreugde voor ogen. Dat is radicaal.
Sommige mensen denken: welke vreugde is er dan? Veel mensen kunnen helemaal niets goeds zien in hun situatie. Ze denken: ‘Er
is helemaal niets goeds’, er is geen enkele positieve kant. Terwijl de waarheid is, dat je in iedere situatie iets positiefs
kunt vinden. Amen? Het maakt mij niet uit of iedere keer als jij licht ziet aan het einde van de tunnel, het de volgende trein
blijkt te zijn. Er is altijd iets positief. Al snijden ze je keel door met een mes. Als het een gloednieuw mes is, roestvrij
staal, prijs God, het was tenminste geen oud roestig ding. Er is altijd iets positiefs in iedere situatie. Maar wij zijn
meesters in het neigen naar het negatieve. Wij zien altijd de negatieve kant.
Hier was Jezus op weg naar het kruis, en vanwege de vreugde die voor Hem lag… Jezus kon het kruis tegemoet gaan en nog steeds
vreugde vinden en Zich daarop focussen. Hij keek mentaal. Hij ‘ving’ het woord is letterlijk, Hij ving of hield vast, deze
gedachten. Het was niet ‘vanzelf’. Ik garandeer je dat toen Jezus op weg was naar het kruis, Hij geen golf van vreugde of
van enthousiasme voelde. Gewoon natuurlijke gevoelens. Het was een inspanning van zijn kant dat Hij voorbij het kruis keek en de
vreugde zag. Hij zag het feit dat dit zijn Vader zou behagen, dat Hij zijn Vader blij zou maken. Hij zag het feit dat Hij niet
dood zou blijven maar uit de dood opgewekt zou worden en dat Hij aan de rechterhand van de Vader zou zitten, en weet je wat Hij
nog meer zag? Hij zag jou en mij.
Jezus deed dit omdat Hij de wereld zó liefhad. Hij was in staat om voorbij het verdriet te kijken. Dit is zo’n sleutel. Een
sleutel tot overwinning. Als jij ooit iets doet dat iets voorstelt, als jij ooit iemands leven aanraakt, als jij wilt slagen in
welke onderneming dan ook, kan ik je garanderen dat er problemen zullen staan tussen jou en dat succes. En de persoon die slaagt
is de persoon die in staat is om voorbij die problemen te kijken en voorbij de kwetsuren en de pijnen en de kosten. En ze zijn
in staat om daar overheen te kijken en in feite verheerlijken, verhogen, waarderen, achten, hoogachten ze het uiteindelijke
resultaat, meer dan de kosten en de moeiten onderweg. Dat is wat het verschil maakt tussen overwinnaars en verliezers.
Iedere miljonair waar ik ooit over gelezen heb is meer dan een keer failliet gegaan! Maar ze hadden iets binnenin zich. Ze
wisten gewoon zeker dat er een manier was om te slagen. Ze hielden dit doel, deze prijs voor ogen. En daardoor konden ze van
alles verdragen waar andere mensen aan onderdoor gingen. En dan heb ik andere mensen gekend, alles leek wel vanzelf te gaan voor
hen, maar ze hadden een verslagen mentaliteit en verwachtten gewoon dat er iets fout zou gaan. Ze keken ernaar uit. Maar bij het
eerste kleine probleempje stortten ze als een kaartenhuis in elkaar en dan spreken ze over al die problemen die hen overkomen.
Maar het zijn helemaal niet die omstandigheden. Je mislukte aan je binnenkant.
Maar de Heer stelde de vreugde voor zich en Hij verachtte de schande. Hij minachtte. We hebben gisteravond ook Romeinen 11:13
gebruikt, dat het woord ‘vergroten’ of ‘verhogen’ hetzelfde woord is dat met ‘verheerlijken’ werd vertaald in
Romeinen 1:21. Jouw gedachten vergroten of verkleinen alles. Het is niet wat er met jou gebeurt dat belangrijk is. Het is hoe
jij het inschat, hoe jij het verwerkt. Als jij negatieve dingen vergroot, dán worden ze onoverkomelijk. Maar je kunt ook enorme
dingen nemen en ze minachten en verkleinen. Als Jezus het kruis en de schande die gepaard gingen met het kruis kon verdragen en
minachten, dan kan ik je garanderen dat je alles kunt minachten. Je kunt alles wat tegen je komt tot niets terugbrengen.
Ik weet dat sommigen hier geen ‘klik’ mee hebben. Want het Woord, de Schrift zegt: ‘Ik zal de Heer ten állen tijde
zegenen. Zijn lof zal voortdurend in mijn mond zijn.’ De meesten van jullie kennen dat vers wel, maar de waarheid is, dat je
niet echt gelooft dat het werkt. Je prijst God alleen maar tot een bepaald punt. Maar als het verder gaat dan dat? ‘Je kunt
toch niet van mij verwachten dat ik God in deze situatie prijs?’ Met andere woorden, het Woord betekent niet echt ‘ten allen
tijde’ het betekent: ten allen tijde, behalve in deze tijden.
Weet je dat er echt niets is, als je de juiste heerlijkheid toekent, de juiste waarde, de juiste achting aan God en de
bovennatuurlijke dingen? Helemaal niets in dit leven, helemaal niets is daarmee te vergelijken. Je kunt echt alles niet achten,
minder maken in dit leven, zodat echt niets je kan dwarszitten, en niets je vreugde kan wegroven.
Sommigen van jullie denken: ‘Maar wat als je een echtscheiding meemaakt, wat als het verschrikkelijk is, wat als je echtgenoot
je bedrogen heeft? Je kunt je toch niet verheugen in een dergelijke situatie?’ In feite zullen de psychologen je vertellen dat
je in ontkenning leeft.
Ik was in Charlotte, North-Carolina, ik ging daar al 12 of 15 jaar lang elk jaar heen. Zoiets. En ieder jaar als ik daar kom
nodigt een van mijn partners mij uit op zijn bedrijf. Hij heeft een stuk of 30 werknemers. Hij roept hen bij elkaar, laat hen
zitten en zegt: ‘De klok tikt door, ik betaal jullie, ga zitten en luister naar deze man zolang als hij wil praten.’ En ik
ga daar prediken. En dit was zeven of acht jaar geleden, ik ben vergeten wat het precies is, maar de Heer gaf me echt iets
geweldigs voor die mensen. Ik ging daarheen en sprak in de kantine. En ik leidde zo’n 10 van die werknemers tot de Heer.
En een dame kwam terug. Ze had zichzelf de dag ervoor van kant proberen te maken. Ze had haar pols doorgesneden en was in het
ziekenhuis beland. Ze zat in haar derde huwelijk. Haar echtgenoot had echtscheiding aangevraagd. Ze was arm, ze was alcoholist,
had allerlei soorten problemen, en ze kwam terug in deze kantine. En ze zei: ‘Ik ben geen christen zoals u en de baas hier,
maar ik weet dat gebed werkt en ik wil dat u voor mijn huwelijk bid.’ En toen begon ze te huilen en zei: ‘Ik maak nu mijn
vierde scheiding mee. En als hij van me scheidt weet ik niet of ik het nog red.’ En ze stortte in elkaar en begon te
huilen.
En ik keek haar aan en zei: ‘Laat me even controleren of ik het goed begrijp.’ Ik zei: ‘Je bent geen christen en je weet
dat je geen christen bent.’ Ze zei: ‘Dat klopt.’ Ik zei: ‘Als je nu zou sterven zou je rechtstreeks naar de hel gaan.’
En ze zei: ‘Dat klopt.’ En ik zei: ‘En je wilt dat ik voor je huwelijk bid en niet voor je redding?’ En ze keek me aan
en ik zei: ‘Besef je wel, dat als je duizend jaar in de hel gebrand hebt, het je geen barst meer kan schelen of je ooit
getrouwd was of niet? Wie interesseert zich nu voor je huwelijk?’ Het was alsof ik haar een draai om de oren had gegeven. Ze
stopte met huilen en keek me aan en zei: ‘Ik moet nodig gered worden.’ En ik zei: ‘Daar ben ik het mee eens.’ En we
baden, ze werd wedergeboren, en daarna bad ik voor haar huwelijk.
Zeg ik daarmee dat huwelijk niet belangrijk is? Nee, maar het gaat om de vergelijking. Sommige mensen zeggen: ‘Maar als je een
echtscheiding meemaakt, kun je je niet verheugen.’ Jazeker, dat kun je wel. Ik geloof dat God je huwelijk wil zegenen, maar
als je de juiste waarden toekent, doet het er niet echt toe. Het doet er niet echt toe of je huwelijk ooit wat wordt, het doet
er niet echt toe of je echt geneest, het doet er niet echt toe of je ooit welvarend wordt.
Dus: op welk goeds kan ik me dan focussen midden in een scheiding? Nou, als het niets anders is, kun je zeggen: ‘Oh, dank U
Jezus, dat de schrift zegt: in de hemel trouwen ze niet en worden ze ook niet ten huwelijk gegeven.’ Amen? ‘Dank U Jezus,
dit is maar tijdelijk. Halleluja!’ Of: ‘Dank U Jezus, dat ik niet voor eeuwig met deze persoon opgezadeld hoef te zitten!
Halleluja.’ Je zou je dáárover moeten gaan verheugen. Je moet je gaan verheugen over: ‘Vader, dank U dat U nooit van mij
zult ‘scheiden. U zult mij nooit verlaten.’ Je kunt je verheugen als je midden in een echtscheiding zit.
En als je stervende bent? Het doet er niet toe. Wat maakt het uit als je dood gaat? Je gaat sowieso dood. Je weet toch dat leven
een ‘dodelijke’ ervaring is? We zitten allemaal in verschillende fasen van het sterven. Paulus zei: ‘Ik weet gewoon niet
wat ik moet kiezen. Ik heb zo’n verlangen om met de Heer te zijn, ik wil graag gaan, maar ik denk dat ik maar blijf vanwege
jullie.’
Als je zover komt, dat je de dingen op de juiste manier waardeert, zodat als ze je vertellen dat je gaat sterven, je zegt: ‘Oh,
wat geweldig!’ Je gaat bij de Heer zijn! Het is voor ons niet voorbij als we sterven. Je gaat bij de Heer zijn. Als je de
dingen op de juiste manier waardeert, als de dokter je vertelt dat je gaat sterven, dan zoen je hem op beide wangen: ‘O man,
dat is geweldig! Geweldig!’ Ik geloof in genezing en daarom geloof ik dat God me gaat genezen, maar als Hij het niet zou doen,
zou het dan niet geweldig zijn om in de tegenwoordigheid van God te zijn? En diegenen van jullie die zeggen: ‘Maar dat zou ik
niet kunnen.’ Waarom? - Omdat je verkeerde waarden hebt toegekend. Jij verheerlijkt dit fysieke leven, de vleselijke dingen,
meer dan je andere dingen verheerlijkt.
Je huwelijk is schitterend. Prijs God voor het huwelijk. Maar als je huwelijk zo belangrijk voor je is, dat je het zonder je
partner niet zou redden, als je huwelijk op de klippen zou lopen en je zegt: ik overleef dit niet. Dan heb je de verkeerde
waarden. Mozes’ vrouw verliet hem. En hij bleef gewoon op koers. Hij bleef gewoon doen wat God hem vertelde te doen. Hij heeft
geen stap geaarzeld.
John Wesley, ik ben in Londen geweest, naar zijn huis. Zijn vrouw sloeg hem en schopte hem als hij aan het bidden was. Ze haatte
God en ze haatte hem. En hij leefde meer dan 40 jaar met haar en ze haatte God. Ze sloeg hem. Ze haatte haar echtgenoot en John
Wesley ging gewoon door en veranderde de wereld door het Woord van God. En sommigen van jullie zeggen: ‘Mijn man of mijn vrouw
houdt niet van me en respecteert me niet en dat verhindert mijn groei.’ Haal je duim uit je mond en word volwassen. Besef dat
er iets groters is dan dat. Je kunt gewoon verder gaan.
Als Jezus aankon wat Hem aan het kruis te wachten stond, het negeren en minachten, en het zover kon komen, zei Hij: ‘Ik reken
het als niets.’ Naakt, bespuugd, zijn baard uitgerukt, dorens in zijn hoofd, uitgelachen. Ze zeiden: ‘Als jij de Christus
bent, profeteer dan wie je geslagen heeft.’ Ze blinddoekten Hem en zeiden: ‘Als jij de Christus bent, kom dan van je kruis
af en haal ons er ook vanaf.’ Ze bespotten Hem. Maar Hij minachtte dat. Het telde gewoon niet voor Hem, het deed er voor Hem
niet toe, omdat Hij iets anders had waar Hij op gericht was.
Broeders en zusters, de meeste dingen waar wij ons zo zorgen om maken zijn zó onbeduidend. Sommigen van jullie zeggen: ‘Oh,
als ik in de hemel kom, dan ga ik God toch even vragen hoe het hiermee zit.’ Oh nee, dat ga je helemaal niet. Als je daar
komt, ken je alle dingen zoals jij zelf gekend bent. Dan zie je alles in het juiste perspectief en je ziet de heerlijkheid en
het ontzagwekkende van God, en dan denk je: ‘Oh, ben ik blij dat ik die domme vraag niet gesteld heb. Ben ik blij dat ik mijn
kleine gezeur niet heb geuit.’ Ik verzeker je, dat als jij voor God staat, jij Hem echt niet ter verantwoording gaat roepen en
zeggen: ‘Waarom deed U dit niet en waarom deed U dat niet?’
Als wij Gods perspectief krijgen, zal het je leven veranderen. De reden dat dingen voor ons zo groot zijn, is omdat God zo klein
is. Als jij God zou verhogen, God zou vergroten, God waarderen dat God zo groot is, dan doen al die andere dingen er gewoon niet
toe. Niets anders is meer belangrijk. En als je die houding krijgt, zul je merken dat alles in het natuurlijke beter gaat werken
voor je. Je wordt makkelijker genezen, je financiën doen het beter, je huwelijk gaat beter, omdat je niet meer zo afhankelijk
bent van die andere persoon. Als zij iets verkeerd doen, heeft dat geen invloed op jouw wandel. Jij blijft gewoon met God
wandelen. En dat is het allerbeste dat je voor je partner kunt doen.
Mijn vrouw weet dat ik meer van God houd dan van haar. En ik weet dat mijn vrouw meer van God houdt dan van mij. Voor sommige
mensen zou je dat dwars zitten en het zou je pijn doen. Voor mij is dat een zegen, want ik stel mijn vrouw teleur. Ik doe dingen
verkeerd. En als zij me zou geven wat ik verdien, zou ik in de nesten zitten. Maar zij heeft een toewijding aan God en ik weet
dat God nooit verkeerd zit. God is altijd dezelfde. En God is degene die ons samen heeft gebracht en God wil dat ons huwelijk in
stand blijft en ik schep groot genoegen uit het feit dat ze meer op God reageert dan op mij. Dat is een zegen.
Hij stelde deze vreugde voor zich, en dat stelde Hem in staat het kruis te verdragen. De reden dat sommigen van jullie niet
kunnen verdragen, is dat je geen vreugde voor ogen hebt. Je bent net als een vlieg die op een schilderij zit. En ze zeggen dat
een vlieg samengestelde ogen heeft, ze zien wel duizend beelden van alles. Stel je voor dat deze vlieg op een schilderij landt
en zit op die klodder verf. En hij ziet tweeduizend van die rode verfklodders en zegt: wat is dit lelijk. Maar als je terug
vliegt en het geheel in het oog krijgt, zie je dat die kleine verfklodder het een meesterwerk maakt. Het is volmaakt.
Jij kunt zó dicht bij je probleem komen, dat je niets anders ziet dan jouw probleem. Je denkt dat de hele wereld in elkaar
stort vanwege jouw probleem. Maar je zou gefocust moeten raken op iets anders dan waar je nu op gericht bent. Je moet er voorbij
kijken. Je moet je ogen opslaan en ergens anders heen kijken, en kijken wat er gaande is. Dat is wat Jezus deed. Hij keek verder
dan dit probleem. Dat stelde Hem in staat te verdragen en Hij achtte niet, Hij minachte de schande. Hij kende er geen waarde aan
toe. Hij kende het geen belang toe.
Kijk ook in Hebreeën 11:26. Laten we teruggaan en dit over Mozes lezen. Vers 24. ‘Door het geloof heeft Mozes, volwassen
geworden, geweigerd door te gaan voor een zoon van Farao’s dochter, 25 maar hij heeft liever met het volk Gods kwaad
verdragen, dan tijdelijk van de zonde te genieten; 26 en hij heeft de smaad van Christus groter rijkdom geacht’. Weet je wat
het woord ‘geacht’ betekent? Daar hebben we over gesproken. Het woord ‘verheerlijken’ wordt gedefinieerd door het woord
‘achten’ en dat betekent: waarderen, een hoge prijs toekennen. Dat is precies het tegenovergestelde van ‘minachten’ en
‘niet achten.’
Er staat ‘26 en hij heeft de smaad van Christus groter rijkdom geacht dan de schatten van Egypte, want hij hield de blik
gericht op de vergelding.’ Mozes achtte lijden, verwerping en vervolging als waardevoller dan alle schatten van Egypte. De
meesten van jullie hebben ‘De 10 geboden’ gezien, waarin alle weelde van Egypte wordt uitgebeeld. Als je de wereldse
geschiedenis leest, kun je ontdekken dat Mozes de tweede in gezag was, het leger leidde en de Ethiopiërs versloeg. Hij was een
generaal en had een grote, hoge gezagspositie. Als jij in die positie was geplaatst, zou het een hele strijd voor je zijn als
God jou vertelde dat dit niet echt jouw volk was. Dat dit is niet waar jij thuishoort. En je moet je met de slaven
identificeren. Velen van ons zouden daar moeite mee hebben. Waarom? Omdat je waarde zou hechten: ‘Oh God, kijk wat ik op moet
geven!’ Weet je waarom je moeite hebt? Weet je waarom het soms een strijd voor je is om dingen te doen? Vanwege de waarde die
je aan dingen hecht.
De reden dat Mozes in staat was dingen te doen, was dat hij zei: ‘Met God samen lijden, Gods wil doen, en de troon verliezen,
ook al moet ik 40 jaar in de woestijn doorbrengen, dat is meer waard, waardevoller, dan wat er ook maar in het land Egypte te
vinden is.’ Dat is de reden dat hij in staat was het te doen.
Soms kijken we naar mensen die grote offers hebben gebracht en we vragen ons af: ‘Hoe konden ze dat doen?’ Met jouw waarden
zouden zij het ook niet kunnen doen! Zij zouden niet in staat zijn dat te doen, want je zult doen wat jij het meest waardeert,
acht, op prijs stelt. En het probleem is dus niet dat wij niet weten wat juist is om te doen, maar het probleem is, dat ons
waardesysteem zo scheef is, dat we gewoon niet de juiste besluiten kunnen nemen, omdat we zoveel te verliezen (denken te)
hebben.
Het zag eruit alsof Mozes al deze eer en autoriteit en macht en rijkdom verloor, maar hij keek daar overheen. Hij had respect,
weet je wat het woord ‘geacht’ in het laatste deel van dit vers betekent? De Strongs concordantie zegt dat het betekent: ‘Hij
keek weg van alles behalve’. Dat is wat het betekent. Hij keek weg van, met andere woorden: hij weigerde om te gaan zitten en
alle dingen die hij opgaf te gaan tellen en te gaan overzien. Hij wendde zich af van alles en werd zo gefocust op ‘kijk wat
God mij beloofd heeft.’
Als Mozes was blijven zitten waar hij was, zouden de meesten van jullie hier nooit van Mozes gehoord hebben. Het leek alsof hij
heel wat opgaf, maar God kiezen werkt altijd het beste uit voor je. Mozes veranderde de loop van de hele wereld. Er bestaat geen
christen die de naam van Mozes niet gehoord heeft. En de meeste niet-gelovige mensen kennen de naam van Mozes. Iedereen heeft
over Mozes gehoord. Niemand zou tegenwoordig de naam van Mozes gehoord hebben als hij de rijkdommen van Egypte had verkozen. Hij
heeft de betere keus gemaakt. Het pakte beter uit.
De waarheid is, dat het altijd beter voor jou is om Gods weg te kiezen, maar het probleem is dat wij zeggen: ‘God, ik moet dit
opgeven en dat.’ Toen ik voor het eerst echt de Heer ging dienen, was ik schoolverlater. En toen ik uit Vietnam terugkwam
begon ik te werken in een gewone baan. Ik werkte op een fotoafdeling van een openbare school. En hier was ik, een
schoolverlater, maar ik gaf alles wat ik had. Ik ontwikkelde films, bewerkte ze en leverde ze af bij de scholen. Maar ik deed
het als voor de Heer. Ik deed mijn uiterste best. Ik bad over mijn werk. In ieder geval, het was geweldig. Binnen enkele maanden
kwam de man die de leiding over die hele afdeling had naar me toe en zei: ‘Jij bevalt me echt en het werk wat je doet bevalt
me prima. Ik bied je een baan aan, die je wat zal bieden. Je kunt hier 35 jaar werken en dan heb je een gegarandeerd pensioen.’
En hij bood me een managementfunctie aan terwijl ik 20 jaar oud was. Maar de haak was, ik moest minimaal 5 jaar blijven. En het
gebeurde precies toen God me verteld had dat ik in de bediening moest gaan.
Voor een schoolverlater was het een geweldige kans. Maar ik besloot: geen kans. Ik waardeerde Gods plan voor mijn leven meer, en
ik wist helemaal niet wat het was, maar ik waardeerde het meer. En als ik er nu op terugkijk, was dat op dat moment een
verzoeking, want het zag er waardevol uit voor mij. Als ik er nu op terugkijk, dan is het: ‘dank U Jezus’ dat ik die baan
niet gekozen heb. Films bewerken. Maar wat God in mijn leven heeft gedaan is zoveel geweldiger dan dat. Het is zoveel
ontzagwekkender. Ik was nooit meer die stad uitgekomen als ik het gedaan had. Ik reis nu de hele wereld rond en predikt overal
voor mensen. Het is áltijd beter om God te kiezen. Je moet gewoon je waardesysteem veranderen en al het andere niet achten. Kom
zover dat je wegkijkt van alles behalve God. En je zegt: God, U bent alles wat ik wil, Uw wil is het enige wat ik in mijn leven
nodig heb.
Kijk in Filippenzen 3. Ik praat zo snel als ik kan, maar er is hier zoveel over te vertellen. In Filippenzen 3 sprak Paulus over
al zijn verdiensten, over alles wat hij had. Hij sprak niet over zijn mislukkingen, hij sprak niet over alle dingen die hij
verkeerd deed. Hij sprak over al zijn diploma’s, zijn opleiding, zijn prestaties, alle grote dingen. Paulus was wellicht een
van de hoogst opgeleide mensen van zijn tijd. Hij was dé aankomende Rabbi in het land Israël. Hij had alles mee. Maar in vers
7 zegt hij: ‘Maar alles wat mij winst was, heb ik om Christus’ wil schade geacht.’ 8 Voorzeker, ik acht zelfs alles
schade, omdat de kennis van Christus Jezus, mijn Here, dat alles te boven gaat. Om zijnentwil heb ik dit alles prijsgegeven en
houd het voor vuilnis, opdat ik Christus moge winnen.’
Weet je dat dit woord ‘achten’ of ‘houden voor’ precies hetzelfde woord is als Mozes gebruikte toen hij zei dat hij de
vervolging om God als grotere rijkdom achtte? Dit gaat over precies hetzelfde als waar wij over gesproken hebben. Paulus schreef
een hogere waarde toe aan God. En hij schreef zo’n lage waarde toe, hij minachtte, al het andere. Zijn geweldige opleiding en
prestaties. Hij zei: ‘ik acht ze’ dat wil zeggen, hij kende een waarde toe aan al zijn prestaties als ‘vuilnis.’
Weet je wat wij met ons ‘vuilnis’ doen? Wij lijsten het in en hangen het aan de muur! Als je al het andere, behalve de
kennis, het kennen van Christus als vuilnis zou beschouwen, dan ben je net als Paulus. Als ze op je afkwamen en zeiden: we gaan
je vermoorden. ‘Wat geweldig! Vermoord me en ik ga bij God zijn!’ Dat zou jouw reactie zijn. Maar weet je waarom heel
weinigen van ons op die manier zouden reageren? Omdat wij niet alles behalve de kennis van Christus als vuilnis beschouwen. Jij
hecht echt waarde aan jouw reputatie. Jij hecht echt waarde aan alle dingen die je hebt. En ik zeg niet dat je het niet moet
waarderen, maar in vergelijking met, dus de relatieve waarde. Je zou zo’n hoge waarde aan God moeten toekennen en aan Gods
kracht in je leven, dat er zelfs geen spoortje aarzeling zou zijn als iemand zegt: ‘Kies tussen je leven of God.’ Geen
keuze, Jezus, U bent het. Jezus, voor U sterf ik ogenblikkelijk.
Sommigen van jullie denken dat je dat niet kunt doen. Jazeker, dat kun je. Ik wou dat ik meer tijd had om je hierover te
onderwijzen. Ik heb een tapeserie getiteld ‘How to prepare your heart’ die hier helemaal bij past.
Laten we terug gaan naar Romeinen 1. Als ik tijd had, kon ik je laten zien hoe David precies ditzelfde deed. Je kunt naar ieder
persoon gaan in het Woord van God die je maar wilt en dit voorbeeld, waar we hier over spreken, over het verheerlijken van God
is daar een deel van. Zij hechtten meer waarde, meer respect aan wat God zei, meer waarde aan Gods plan voor hun leven. Zij
hielden meer van God dan van zichzelf. Dat is de sleutel. Als jij de dingen van God meer gaat waarderen dan je eigen dingen, als
jij God meer waardeert dan jij je eigen leven waardeert, wordt het christenleven zó gemakkelijk. Het is niet moeilijk.
Mensen jammeren altijd: ‘Oh, God stuurt je naar de diepste rimboe van Afrika.’ De meeste mensen geloven dat God iets gaat
doen dat je pijn doet, dat je van alles kost. Zo gaat het helemaal niet. De Bijbel zegt in Psalm 37:4 ‘verlustig u in de HERE;
dan zal Hij u geven de wensen van uw hart.’ Dat betekent helemaal niet dat Hij je maar alles geeft wat je begeert. Het
betekent dat Hij zijn verlangens in jouw hart plaatst. Als jij je in de Heer verlustigt, en je waardeert en acht Hem hoger dan
wat dan ook, dan kun je doen wat je maar wilt doen. Omdat wat je wilt doen zal veranderen. Ik doe wat ik wil doen. Dit is wat ik
wil doen. Dat is geweldig. Als God jou naar de diepste rimboe van Afrika zou sturen, als jij je in de Heer zou verheugen, zou je
nergens anders gelukkiger zijn. Je zou er dol op zijn. Je zou er gék op zijn. Amen?
Hetzelfde met Afrika of China, of waar dan ook. Amen? Ik heb een paar vrienden in Mexico, die daar al meer dan 20 jaar wonen. En
ze kunnen zichzelf niet voorstellen om weer in de States te moeten wonen. Ze vinden het gewoon heerlijk om te zijn waar God hen
geroepen heeft om te zijn. Wij hebben gewoon zoveel verdraaid denken over dingen.
In Romeinen 1:21 waren vier dingen opgesomd. Het eerste is, dat ze ophielden met God verheerlijken. Het tweede is dat er staat:
‘of dankbaar waren.’ Het is moeilijk om het allemaal samen te vatten. Gisteravond gebruikte ik Romeinen 11:13, dat als je
God vergroot, dat is God verheerlijken, dat is precies hetzelfde woord, vertaald als ‘verheerlijkt’ hier in Romeinen 1:21.
God vergroten of verhogen is dus God verheerlijken.
Kijk nu in Psalm 69. Hier spreekt Jezus. Het is een profetische Psalm, en Hij spreekt hier aan het kruis, als ik tijd had kon ik
je dat aantonen. Maar hier is Jezus die spreekt in Psalm 69:31, waar Hij zegt: ‘Ik zal Gods Naam prijzen met gezang, en Hem
met dankzegging grootmaken.’ We hadden het er gisteravond over dat God verheerlijken is: God grootmaken. Je moet wat God zegt
nemen en het grootmaken. Als je erover nadenkt wordt het groter en krachtiger in jouw leven. Dus eigenlijk zijn deze dingen
allemaal met elkaar verbonden. Ze zijn verstrengeld. Om God te verheerlijken móet je dankbaar zijn. Want als je God dankt, maak
je God groot. Ik zal Hem met dankzegging grootmaken, is wat Psalm 69:31 zegt. Dus wist je dat om God echt groot te maken en Hem
te verheerlijken, je moet beginnen met echt dankbaar te zijn voor de dingen die God in je leven heeft gedaan.
Wist je dat ondankbaarheid een van de kwalen van onze generatie is? Kijk naar dit vers waar Paulus spreekt tot Timoteüs en over
de eindtijd. 2 Timoteüs 3:1 ‘En weet dit, dat in de laatste dagen ontstaan zullen zware tijden. 2 Want de mensen zullen zijn
liefhebbers van zichzelven, geldgierig, laatdunkend, hovaardig, lasteraars, den ouderen ongehoorzaam, ondankbaar, onheilig.’
Wist je dat ondankbaar direct naast onheilig geplaatst wordt? Het wordt in dezelfde lijst opgenoemd die met lasteraars wordt
gelijkgesteld, en het gaat verder met: ‘3 Zonder natuurlijke liefde, onverzoenlijk, achterklappers, onmatig, wreed, zonder
liefde tot de goeden, 4 Verraders, roekeloos, opgeblazen, meer liefhebbers der wellusten dan liefhebbers Gods.’
Is dat een beschrijving van onze maatschappij of niet?
Het staat hier, dat een van de tekenen van de eindtijd zal zijn dat mensen ondankbaar zullen zijn. Er zijn enorme delen van de
bevolking die tegenwoordig ondankbaar zijn. Ze denken niet aan de goedheid van God. Wist je dat dankbaar te zijn minstens twee
dingen vereist. Waarschijnlijk veel meer, maar een van die dingen is, dat er herinnering nodig is. Je kunt niet dankbaar zijn
zonder de goede dingen te herinneren die voor je gedaan zijn. En er is ook nederigheid voor nodig. Wist je dat een trots persoon
niet gelooft dat iemand hem ook maar ergens bij geholpen heeft. Hij denkt dat hij alles zelf voor elkaar heeft gekregen. Hij
erkent de bijdrage of de hulp van iemand of iets anders niet. ‘Ik ben een self-made man of vrouw.’ En dit is
alomtegenwoordig vandaag de dag.
Heel weinig mensen herinneren zich Psalm 103: ‘2 Loof den HEERE, mijn ziel, en vergeet geen van Zijn weldaden.’ Weet je
waarom God je opdraagt om niet te vergeten? Omdat, als je geen beslissing neemt om te herinneren, je zult vergeten! Dit is de
hele reden waarom de Bijbel allerlei gedenkfeesten instelde, zoals het Pesach en al die gedenktekens en herinneringen instelde.
Het was de reden voor speciale feestdagen en al die dingen. Bedoeld om de mensen door herinnering op te wekken.
Weet je dat jouw herinnering een van de krachtigste eigenschappen is die je hebt? Ik heb recent een verhaal gehoord over een
stel in Arizona die waren getrouwd en een week of twee na hun huwelijk zat de vrouw achter het stuur en de man sliep op de
achterbank. En ze kregen een auto-ongeluk. En de man achterin overleefde het redelijk ongedeerd, maar de vrouw overleefde het
net, maar ze was haar geheugen kwijt. Niet volledig, maar ze was de laatste 12 maanden kwijt. Ze kon zich haar ouders
herinneren, haar naam, alles behalve de laatste 12 maanden, die waren weg. En dat was de tijd dat ze deze man ontmoet had, dat
ze verliefd waren geworden en getrouwd. En toen ze herstelde ging ze met deze man mee naar huis, omdat ze zeiden dat hij haar
echtgenoot was, maar ze kon zich hem niet herinneren. Ze probeerden een fysieke relatie te hebben, maar ze kon het niet aan en
tenslotte moesten ze stoppen en uit elkaar gaan en weer met elkaar gaan kennismaken. Want de reden was dat ze die relatie niet
in stand kon houden zonder haar herinnering.
Blijf hier even bij stilstaan, als je niet in staat zou zijn je iets te herinneren, bedenk eens wat het met je huwelijk zou
doen! Bedenk eens wat het met je kinderen zou doen. Bedenk wat het zou doen met jouw kerksituatie, wat het zou doen met je werk
en je zaken. Zonder herinnering kun je niet functioneren.
Maar toch herinneren heel weinig mensen zich de goedheid van God. Als jij de dingen die God in je leven heeft gedaan wilt
behouden, dan zul je een dankbaar persoon moeten zijn, die voortdurend teruggaat en zich Zijn overwinningen herinnert. Herinner
je en herhaal de dingen die God in je leven doet.
Ik kom voortdurend mensen tegen die ’s ochtends opstaan, en het is alsof iedere dag een gloednieuwe dag is, zonder enige
geschiedenis. Ze staan ’s ochtends op, maar weten niet zeker of ze ’s avonds God nog zullen dienen of niet. Dat hangt af van
hoe de dingen overdag verlopen. Ze willen niet echt God buiten de deur zetten, ze willen echt wel getrouw zijn, maar ze kunnen
gewoon niet garanderen dat ze getrouw blijven. God verhoede dat ze in een compromitterende situatie terecht komen, want ze weten
gewoon niet zeker wat ze zullen gaan doen. Maar weet je dat mijn leven precies het tegenovergestelde daarvan is?
Ik kan je in alle oprechtheid verzekeren dat ik vanaf 1968 elke dag van mijn leven, ik kan een paar dagen gemist hebben, maar ik
kan die nu niet bedenken, maar bijna elke dag van mijn leven ben ik teruggegaan naar wat God in mijn leven heeft gedaan. Man, ik
ben dankbaar. Ik ben één en al dankbaar persoon. Ik dank God voortdurend. Ik herinner me precies waar ik was toen God mijn
leven aanraakte. Ik herinner me dat. Ik ben dat nog nooit vergeten. De Bijbel zegt dat in Jesaja 51: ‘1 Hoort naar Mij, gij
die de gerechtigheid najaagt, gij die de HERE zoekt. Aanschouwt de rots waaruit gij gehouwen zijt, en de holte van de put
waaruit gij gegraven zijt.’
Je moet naar God kijken en jouw positie in Hem zien, maar tegelijkertijd moet je de put herinneren waar je uitgekropen bent. Je
moet je die dingen herinneren. En als je je dat herinnert, zal het de manier waarop je handelt veranderen.
Als ik ’s ochtends wakker wordt en satan probeert me onder druk te zetten om God te verloochenen, kan ik dat gewoon niet. Want
ik heb een geschiedenis van 31 jaar. Ik heb een geschiedenis van 41 jaar wedergeboren zijn, maar 31 jaar lang God zoeken met
mijn hele hart en het zit gewoon in mijn gedachten en mijn leven ingeweven. En als iemand zou proberen mij de Heer te laten
verloochenen of verwerpen, kan ik dat gewoon niet. Het is een deel van mij. Ik heb een geschiedenis. Maar sommige mensen worden
’s morgens wakker en zijn alles vergeten wat God voor hen gedaan heeft. Ik herinner me waar ik was toen God mijn leven
aanraakte en wat God heeft gedaan. Er is niets dat daartegen opweegt. Er is niets dat mij in verleiding kan brengen me van God
af te keren.
Nu geloof ik tegelijkertijd, dat ik net als iedereen, in principe tot alles in staat ben. Maar vanavond kan ik dat niet, want
mijn hart is op God gericht en ik herinner me voortdurend mijn overwinningen. En ik dank God. Ik kan waarschijnlijk alles doen
wat anderen ook doen, maar ik kan het vanavond niet. Ik weet niet hoe lang ik erover zou doen. Misschien zes maanden, of een
jaar, twee jaar, drie jaar de Heer ontkennen en negeren om deze herinneringen te laten vervagen en mijn liefde en mijn passie
voor God te laten verflauwen. Ik zou waarschijnlijk uiteindelijk dingen kunnen doen, maar vanavond kan ik het niet. Je kunt mij
niet overhalen om vanavond overspel te plegen. Je kunt mij vanavond niet overhalen God de rug toe te keren, want ik houd van God
en ik herinner me wat God voor me gedaan heeft.
En er zijn onder jullie die over straat rijden en maar hopen dat de duivel geen verleiding of verzoeking op je weg brengt, want
je weet gewoon niet zeker of je ertegen opgewassen bent. Een van de redenen dat je zo bent is, dat je niet verheerlijkt hebt wat
God al in je leven heeft gedaan, en je herinnert je niet, en je bent niet dankbaar voor de dingen die Hij al gedaan heeft. Als
jij teruggaat en je overwinningen herinnert en dankbaar bent, weet je, dan dat doet iets krachtigs. Herinnering is een super
sterke kracht.
In feite zei Petrus het op deze manier in 2 Petrus. Drie verschillende keren sprak hij erover dat hij spoedig zou sterven. En
hij zei: ‘Ik zeg deze dingen om uw zuiver besef wakker te houden door middel van herinnering.’
Drie keer sprak hij erover: ik wil u opwekken door herinnering. Als je terugdenkt en jezelf opwekt door herinnering, want van
sommigen van jullie heeft God je hachje meer dan een keer gered. En als je gewoon terug zou denken en je herinneren, geef dan
wat tijd om te denken aan de goedheid van God, dat zou jouw zienswijze totaal veranderen. Diegenen onder jullie die zeggen: ‘God
waar bent U nou, houdt U wel van mij?’, denk gewoon terug aan al de geweldige dingen die God voor je gedaan heeft.
Ik was in Florida met de pastors en we zaten grappen te maken en we begonnen verhalen te vertellen. En je vertelt altijd van die
verhalen en dingen die je meegemaakt hebt. En ik ging vertellen over die keer dat ik met een man in dat kleine vliegtuigje
vloog. En het was zo klein, zijn schouder zat klem tegen het raam en mijn schouder tegen het andere raam. En deze man werd
zenuwachtig, want we belandden in een storm. Het is een lang verhaal, maar hij raakte totaal in paniek. En dat vliegtuigje ging
op en neer als in een achtbaan. Viel honderden meters in een keer naar beneden. We gingen deze kant op, maar de neus wees díe
kant op, we vlogen zo ongeveer zijdelings. Het was een zootje, en tenslotte sloeg deze piloot zijn handen voor zijn ogen en
riep: ‘We gaan dood, we gaan dood.’ En hij rolde zich tot een balletje op. En daar zat ik in dat vliegtuigje. Ik stuurde dat
vliegtuigje met een hand en met mijn andere stootte ik hem aan om zich te vermannen. En ik zei: ‘God heeft me niet Vietnam
laten overleven om in jouw vliegtuigje dood te gaan.’ En ik moest dat ding een uur lang besturen. En wij vlogen over een
militair schietterrein. En ze kwamen op de radio en dreigden ons neer te schieten als wij niet onmiddellijk omkeerden. En ik
zei: ‘Hé, de piloot heeft een paniekaanval en heb medelijden met ons, we zijn hier weg zo snel als we maar kunnen.’
En we begonnen die verhalen te vertellen. In augustus nog was het dat een rotsblok dat meer dan een ton woog over mijn arm en
over mijn hoofd heen rolde. Een rotsblok. Het was zo’n meter hoog en rolde over mijn arm en mijn hoofd. En ik sprong overeind
en begon te roepen en te schreeuwen: ‘In de naam van Jezus, ik ben genezen.’ En 36 seconden later stopte ik met rennen en
keek, en alles werkte. En prijs God, ik ben genezen. Ik heb daar een monument opgericht. Dat is waar we het over hebben.
Herinneren. Dat deed ik. Ik heb daar een monument opgericht waarop staat: ’25 augustus 1999 redde Jezus mijn leven toen deze
rots over mijn hoofd en mijn arm rolde.’ En dan staat er: Psalm 116:6: De Heer bewaart de eenvoudigen.’ En ik zei: ‘Dank U
Jezus.’ Ik heb daar een monument staan. En iedere keer als ik langs die plek loop, zie ik dat.
Wij begonnen die verhalen te vertellen. En ik had wel 30 van die verhalen waar ik eigenlijk dood had moeten zijn. Ik ben van de
bodem van een zwembad opgevist, terwijl ik bewusteloos op de bodem lag. Om 11 uur ’s avonds. En toevallig liep iemand langs en
zag me. Ik ben van een rotswand van 500 meter afgevallen en iemand ving me midden in de lucht op. Toen ik me dat allemaal ging
herinneren, had dat gewoon een enorme impact op mij. Ik ging zeggen: ‘God, U hebt een plan voor mijn leven.’ ‘God, U bent
nog niet met mij klaar.’ Man, er moet een reden zijn dat ik nog steeds in leven ben!
Het was een jaar geleden dat we dat deden. En ik ben het hele jaar nog onder de indruk, denkend aan de goedheid en genade van
God in mijn leven. Velen van jullie heeft God het leven gered en je bent vergeten wat je je zou moeten herinneren. Neem eens de
tijd om al die herinneringen op te halen en denk aan de goedheid van God. ‘God, kijk toch wat U allemaal gedaan hebt.’ Je
zou nog niet tot de helft van wat God allemaal heeft gedaan moeten komen, voordat ze je van het plafond kunnen schrapen. ‘Oh,
dank U Jezus, U bent zo goed’ en er kan geen greintje depressie of ontmoediging meer binnen komen.
Ieder van jullie die bedrukt of ontmoedigd is, kan ik verzekeren dat je niet denkt aan wat God voor je gedaan heeft. Je denkt
alleen maar aan wat de duivel je aandoet, in plaats van dat je ziet op de vreugde die voor je ligt en dat je denkt: ‘Als ik
sterf dan ga ik met de Heer zijn. Als ik arm ben, dan heb ik een villa in de hemel, liggend aan straten van goud.’ In plaats
van aan dat soort dingen, kijk je naar jouw situatie. Je kunt niet depressief zijn zonder je ogen weg te halen van Jezus en van
wat Hij heeft gedaan, zonder je op je problemen concentreren, zonder je verleden te vergeten en de toekomst die God voor je
heeft. Je concentreert je alleen maar op dat ene ding en dan word je depressief. En ik verzeker je dat er heel wat deprimerende
dingen zijn om je op te richten als je wilt. Maar als je op de juiste manier kijkt en je bent dankbaar en je herinnert je, dan
is er geen enkele reden om ontmoedigd te zijn. Het doet er niet toe wat er buiten gaande is.
Toen ik in de 6e klas zat deed onze leraar een keer een experiment. Hij verhitte een halve liter gastankje met een gasbrander,
en toen deze heet was, schroefde hij de dop erop. Goed strak. En toen de lucht afkoelde, vormde dat een vacuüm aan de
binnenkant. Hij zette dat gastankje op zijn bureau en ging verder met onderwijs. En ik zat op de 1e rij en weet nog dat ik naar
dat tankje keek. En zonder dat iemand het aanraakte, naarmate het afkoelde en het vacuüm ontstond, begon dat tankje te ploppen
en in elkaar te kreukelen en werd gewoon verpletterd. Het leek wel alsof iemand er met de moker op losging. Het ding viel op de
grond en ging maar door met platter worden. En ik keek er naar en niemand raakte het aan. Het enige dat dit was, was de normale
atmosferische druk die de tank verpletterde, omdat er niets in zat. Het was vacuüm.
Toen ik over deze boodschap nadacht, zei de Heer: ‘Jullie hebben het tegenwoordig zo over al die druk en stress. Alle stress
waaronder we staan. De kinderen zijn in de stress tegenwoordig.’ Nu is het niet mijn bedoeling dit allemaal te kleineren, maar
jullie hechten zoveel waarde aan je problemen dat je boos word als ik je probleem gering acht. Maar kinderen staan onder een
andere stress tegenwoordig. Wat denk je van de generatie uit de tweede wereldoorlog, die hun vaders weg zagen marcheren om nooit
meer terug te keren. Dát is druk!
Heeft iemand van jullie ooit gehoord van Thomas A. Crapper? Dat is de man die het toilet heeft uitgevonden. Echt waar. Ik heb
zijn biografie gelezen. Ik vond het in Engeland. Op de leeftijd van 11 jaar gaven ze hem een dagrantsoen voedsel en wezen hem de
richting van Londen. En op de leeftijd van 11 jaar moest hij een afstand van 360 mijl lopen naar Londen en was op zichzelf
aangewezen. Hij had geen verwanten, had geen onderdak, en stond met 11 jaar op straat. Het was aanpakken of sterven. Toen ik dat
las was ik geschokt en dacht: ‘Dit kan toch niet normaal zijn.’ Het was ook niet normaal. Ze schreven ook dat dit niet
normaal was. De meeste kinderen verlieten hun huis niet voor ze 12 waren!
En wij hebben het over onze stress. Kun je jouw kind van 11 jaar voorstellen en je schopt ze de straat op met genoeg eten voor
één dag en wat kleren op hun rug, en ze halen het of ze gaan dood? En wij praten over stress: ‘Nou, ik heb geen tweede
vakantie.’ Nou, ik weet niet wat er tegenwoordig speelt, ik loop misschien wat achter. ‘Ik heb niet die schoenen van $ 200
die licht geven als je loopt.’ Oh, dat is écht druk, jullie hebben echt heel wat te lijden voor Jezus! Bespaar me die
onzin!
Ik verzeker je, het is niet de druk van buitenaf, maar het vacuüm van binnen dat mensen vandaag de dag verpletterd. Die tank,
als er druk van binnen zat, was in staat om iedere druk van buiten te weerstaan, iedere luchtdruk. Maar sommigen van jullie
kunnen niet de minste druk in je huwelijk aan en je jammert al over hoe erg het is. Je bent er gewoon verzot op om heel veel
waarde aan die druk toe te kennen en je jammert: ‘Nobody knows the trouble I feel.’ ‘Nobody knows my sorrow.’ We
schrijven er nog liedjes over. ‘Niemand heeft zoveel problemen als ik heb’ zodat jij je gerechtvaardigd voelt om te klagen.
De duivel kan jou het idee geven dat jouw situatie erger is dan die van wie dan ook. Niemand heeft ooit jouw toestand
meegemaakt. En dan kan ik me hier de longen uit mijn lijf prediken, ik kan je alles vertellen wat ik weet, maar jij zit daar en
zegt: ‘Ja, dat is wel zo, máár voor mij gaat dat niet op.’
De Bijbel zegt in 1 Korintiërs 10:13: ‘Gij hebt geen bovenmenselijke verzoeking te doorstaan.’ Letterlijk: geen verzoeking
die niet gewoon is voor alle mensen. Niet maar een of twee andere mensen hebben dat, iedereen heeft dezelfde problemen.
Hetzelfde punt, andere verpakking, ander papier, ander strikje, dezelfde inhoud. De duivel kent geen andere trucjes. Zodra jij
jezelf uitzonderlijk maakt: ‘Niemand anders dan ik’, heb je jezelf van het antwoord afgezonderd! Het is een leugen van de
duivel. Jij hebt helemaal geen druk die buiten Gods vermogens ligt, het is het vacuüm van binnen bij jou, dát is het
probleem!
Het is het feit dat je God niet verheerlijkt en dat je jouw overwinningen niet overdenkt en herinnert. En je bent niet dankbaar,
je herinnert je niet. Je bent je verstand kwijt geraakt. Amen? Je gebruikt je hersens niet! Hoe dom kun je worden en nog steeds
ademhalen? Ik verzeker je, als je zou doen waar ik over sprak, als je zou herinneren: ‘Oh God, ik herinner me toen U mijn
leven redde. God ik herinner me de avond dat ik wedergeboren werd, ik herinner me de vreugde die U in mijn hart legde en toen U
tot mij sprak. God ik herinner me wat U gedaan hebt.’ Dan weet je dat de Schrift zegt dat je Zijn poorten binnengaat met
dankzegging. Psalm 100: ‘1 Juicht de HERE, gij ganse aarde, 2 dient de HERE met vreugde, komt voor zijn aangezicht met
gejubel. 3 Erkent, dat de HERE God is; Hij heeft ons gemaakt, en Hem behoren wij toe, zijn volk, de schapen die Hij weidt. 4
Gaat met een loflied zijn poorten binnen, zijn voorhoven met lofgezang, looft Hem, prijst zijn naam; 5 want de HERE is goed,
zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid, en zijn trouw tot in verre geslachten.’
Zelfs al denk je dat jouw situatie zo erg is dat je er wel over moet klagen en jammeren, ga dan voordat je gaat klagen, zijn
poorten binnen met lofzegging en dankzegging. Besteed voor iedere vijf minuten klagen tien minuten aan danken en loven voor zijn
goedheid. En als je dat zou doen, tegen de tijd dat je aan je geklaag toe bent, is het zó gekrompen dat je zegt: ‘Oh God, het
stelt ook eigenlijk niets voor.’
Ik heb mensen gesproken die van ongeneeslijke ziekten genezen zijn. Wonderbaarlijke genezingen. En dan zijn ze verkouden en het
blijft even hangen, en hun geloof werkt niet, ze vinden hun genezing niet. En dan komen ze naar me toe en zeggen: ‘Als God me
niet van deze verkoudheid kan genezen, stop ik er mee.’ Wat kun je doen om te voorkomen dat de ‘geest van oorvijg’
helemaal op je komt? Hé man, weet je niet meer wat God gedaan heeft? Je bent genezen en je vergeet het gewoon! Je ziet de
dingen niet meer in perspectief.
Kijk eens in 2 Korintiërs 4. Ik zeg je, als je luistert, zal dit je goed doen. Het zal je hart veranderen. We hebben geen enkel
recht om te klagen. Niemand zal in staat zijn voor de Heer te staan en te zeggen: ‘God, het was niet eerlijk.’ Hier heb je
de apostel Paulus aan het woord, in vers 16 zegt hij: ‘16 Daarom verliezen wij de moed niet...’ Daar hebben we het over, hoe
vast te houden wat God aan het doen is, hoe niet mat te worden, maar je enthousiasme en je vuur vast te houden, en hoe te
volharen. Hij zegt: ‘16 Daarom verliezen wij de moed niet maar al vervalt ook onze uiterlijke mens...’ Zie je, Paulus
beweerde niet dat hij geen problemen had. Hij zegt: ik verga, ik kom om. Uiterlijk overkomt mij de hele tijd van alles, ‘maar
al vervalt ook onze uiterlijke mens nochtans wordt de innerlijke van dag tot dag vernieuwd. 17 Want de lichte last der
verdrukking van een ogenblik...’ Paulus zegt hier: ‘onze lichte verdrukking.’
Sommigen van jullie zeggen: ‘Nou, dat is de reden dat ik niets kan met wat je zegt, want ik heb een zware verdrukking. Paulus
had niet echt problemen. Hij had alleen maar een lichte verdrukking. Ik kan me niet herkennen in wat hij zegt.’ Ik kan er
vanavond niet zoveel tijd aan besteden, maar sla eens 2 Korintiërs 11 op en lees maar eens over zijn ‘lichte verdrukking’.
Beginnen vanaf vers 22. En lees over hoe hij met stokken geslagen was. Als je met stokken geslagen werd, dan hingen ze je op en
sloegen ze je tot ze letterlijk de botten in je benen en in je voeten braken. Hij is twee keer met stokken geslagen. Hij is vele
malen met zwepen geslagen. Hij werd gestenigd en voor dood achtergelaten in Lystra. Hij was in de gevangenis. Hij heeft een
nacht en een dag in diepe zee gedreven. Hij heeft honger geleden en dorst. Dat waren zijn ‘lichte’ verdrukkingen. Paulus’
‘verdrukkingen’ waren meer in hoeveelheid, en ze waren gewoon erger dan die van jou. Als Paulus zegt dat zijn verdrukkingen
‘licht’ zijn, dan is er hier geen enkel persoon die het recht heeft om te klagen! Er is hier niemand wiens problemen er
zelfs maar in de buurt komen.
Hij gebruikt hier exact dezelfde redenering als waar we mee begonnen waren vanuit Hebreeën 12, waar staat dat Jezus: ‘de
schande niet achtende, en gezeten is ter rechterzijde van de troon Gods. 3 Vestigt uw aandacht dan op Hem, die zulk een
tegenspraak van de zondaren tegen Zich heeft verdragen, opdat gij niet door matheid van ziel verslapt. 4 Gij hebt nog niet ten
bloede toe weerstand geboden in uw worsteling tegen de zonde.’ Hij maakt hier een vergelijking. Hij zegt: ‘Kijk naar Jezus,
kijk naar wat Jezus geleden heeft voor jou. Tot het punt dat jij lijdt, tot de dood aan toe, heb je geen recht om te klagen.’
Dat zegt hij eigenlijk. Als je in leven bent, zou je God moeten prijzen. ‘Alles wat adem heeft: prijs de Heer.’ Je zou God
moeten danken in plaats van mopperen en klagen. Er is hier helemaal niemand met het recht om te klagen. Ik weet dat sommigen van
jullie zeggen: ‘Nee mijnheer, dat klopt niet.’ Omdat jij andere waarde hecht aan dingen dan ik doe. Jij hecht echt waarde
aan die problemen. Jij hecht waarde aan je kwetsuren en je pijntjes. Maar de waarheid is dat je geen enkel recht tot klagen
hebt! Gods voorziening is groter dan jouw probleem.
Dank u voor die oorverdovende stilte! Hij heeft het over ‘lichte verdrukking’ en geeft dan twee redenen waarom het ‘licht’
is. De eerste reden is: ‘17 Want de lichte last der verdrukking van een ogenblik...’ Het is maar voor een ogenblik. Niet
alles in je leven ziet er zo beroerd uit. De meesten van jullie hebben niet zo’n heel goed referentie punt. Je vergelijkt
jezelf met de familie ‘Doorsnee’ en met anderen. We kijken naar de TV die een volslagen, maar dan ook een volslagen irreëel
beeld schildert van alles. En dat gebruik je als je norm. Dat schept gewoon ontevredenheid binnenin je. Maar de waarheid is dat
ons referentiepunt vervormd is. Sommigen van jullie die klagen over hoe erg de dingen wel zijn, ik zou je graag een enkele reis
geven naar sommige plaatsen waar ik geweest ben. Als je daarvan terug zou komen, zou je de grond kussen en zeggen: ‘Oh God, zo
slecht heb ik het nog niet.’
Je moet de dingen dus in het juiste perspectief krijgen. Ik geloof dat iedereen hierbinnen echt reden heeft om God te prijzen.
Maar als jouw situatie echt zó ellendig is, dat het echt meelijwekkend is, wat je dan moet doen is denken: ‘Man, het is maar
voor een ogenblik. Het is tijdelijk.’ Als je fysiek lijdt, financieel, emotioneel, in je huwelijk, wat het ook is, het is maar
tijdelijk. Nadat je een miljard jaar in de eeuwigheid hebt doorgebracht, kijk je hierop terug en denkt: ‘zo erg was het
allemaal niet.’ De dingen in het licht van de eeuwigheid plaatsen zal je perspectief veranderen. Het stelt allemaal niet
zoveel voor. Het is maar tijdelijk. Dat is geweldig.
Zie je, dit is de reden dat hij zegt: het is maar een lichte verdrukking, omdat hij zegt dat het ‘maar voor een ogenblik’
is. En in vers 18 zegt hij: ‘18 daar wij niet zien op het zichtbare, maar op het onzichtbare; want het zichtbare is tijdelijk,
maar het onzichtbare is eeuwig.’ Als jij bedrukt en ontmoedigd bent, als jij je vreugde kwijt bent, als de dingen van God niet
fris zijn in je leven, kan ik je verzekeren dat je niet op de dingen van God ziet. Je waardeert die dingen niet, je verhoogt ze
niet en vergroot ze niet. In plaats daarvan zie jij op de fysieke, natuurlijke dingen, je waardeert die. Je hecht daar een
grotere waarde aan. Je vergroot die dingen en daar komt je ontevredenheid vandaan.
Je depressie word echt niet door je genen of door je hormonen veroorzaakt. Het is geen ‘chemische onbalans.’ Sommigen van
jullie zeggen dan: ‘Geloof je niet dat er chemische onbalans bestaat?’ Zeker wel, dat is een uitvloeisel van verkeerd
denken! Ik betwijfel niet dat er chemische onbalans bestaat en ik betwijfel ook niet dat je lithium kunt nemen en versuffen. We
hebben op dit moment een Bijbelschoolstudent die gestopt is met zijn medicatie en hij is manisch-depressief. Hij stopte met zijn
medicatie en is doorgedraaid. En volgende week moet hij met ons naar Mexico. En hij gelooft God dat hij genezen is. En ik zei:
‘Hé broeder, ik geloof ook dat je genezen bent. Maar we nemen je echt niet mee naar Mexico en laten je daar doordraaien,
weglopen en iemand vermoorden in een vreemde cultuur. Je wilt echt niet in een Mexicaanse gevangenis terechtkomen!’ Ik zei:
‘We geloven God samen met je, en zolang je in orde bent, staan we naast je, maar je neemt wel dat medicijn. Je gaat niet
doordraaien bij ons. Zo gauw je doordraait, stoppen we je vol medicijnen tot je niet meer tot iets in staat bent en slepen we je
weer terug naar huis.’
Ik geloof niet dat zijn ‘chemische onbalans’ zijn depressie veroorzaakt, maar die depressie wordt veroorzaakt door zijn
verkeerde denken, zijn negativisme, het kijken naar de verkeerde dingen, en dat veroorzaakt chemische onbalans. Jouw emoties
hebben uitwerking op je lichaam. Het veroorzaakt rimpels en bezorgt je grijs haar. Wist je dat Mary van Schotland in één nacht
grijs werd, de nacht voor haar onthoofding. Als reactie op de angst die ze in haar leven had. Haar haar werd spierwit en ze was
de dag ervoor nog roodharig. Ik twijfel er niet aan dat er dingen in je lichaam gebeuren. En de artsen stellen dan vast wat er
in je lichaam gebeurt en geven daar medicijnen voor. Maar je lichaam reageert in feite op jou.
De Bijbel zegt in Romeinen 8:6: ‘vleselijk gezind zijn is dood.’ Vleselijk denken tast je lichaam aan. Maar ‘geestelijk
gezind zijn is leven en vrede.’ Als jij geen leven en vrede hebt, komt dat omdat je vleselijk denkt. Jesaja 26:3 zegt: ‘De
Heer bewaart in volmaakte vrede hen wiens hart op Hem gericht is.’ Vrede is verbonden aan jouw gedachten. Jouw emoties zijn
verbonden aan jouw gedachten. Als alleen je omstandigheden zouden bepalen hoe jij je voelt, dan moet iedereen in slechte
omstandigheden zich altijd slecht voelen, maar dat is gewoon niet zo. Er zijn mensen die in veel ergere omstandigheden zijn dan
jij bent, maar toch verheugen zij zich en prijzen God.
Een keer kwam een jongen in mijn kantoor, een van mijn Bijbelschoolstudenten en hij liep te huilen. En ik zei: ‘Wat is er mis
met je.’ En hij had altijd wel iets mis. En hij zei: ‘Ik ging gisteren naar de kerk en ik was zo verlangend om het Woord van
God te horen. De duivel zette me vlak achter twee vrouwen die de hele tijd aan het praten en aan het lachen waren.’ En hij
zei: ‘Het leidde me af en de duivel roofde het Woord van me’ en hij begon te huilen. En ik zei: ‘Spaar me die onzin, ik
heb net een telefoongesprek gevoerd met iemand die zijn vrouw verloren heeft. Het was een vriend van me, die prediker was, maar
hij zei: ‘God is geweldig.’ En hij verheerlijkte God en prees hem en sprak over de goedheid van God. En ik heb net ook
getelefoneerd met een man wiens vrouw in het ziekenhuis ligt. En die bad voor haar in die vreselijke situatie en hij
verheerlijkte God. En dan komt deze man zitten janken omdat twee vrouwen voor hem zaten te kletsen. Ik had zin om hem echt de
deur uit te schoppen. Ik zei: ‘Waarom ben je niet ergens anders gaan zitten?’ Hij zei: ‘Oh, daar heb ik geen moment aan
gedacht.’ Nou, dat was toch echt héél moeilijk!
Al onze problemen zijn zo in vergelijking met God en met Zijn standpunt. Jij hebt problemen? Ik verzeker je dat God zegt dat Hij
er om lacht. Hij lacht ze gewoon omver. God zit daar echt niet zijn handen te wringen en te zeggen: ‘Nu weet Ik toch echt niet
meer wat Ik moet doen. Heeft iemand nog een goed idee?’ Ik verzeker je dat God niet van streek is. Hij maakt zich er geen
zorgen over, jouw probleem maakt Hem gewoon aan het lachen. In vergelijking is het helemaal niets. Als je Zíjn houding
aanneemt, ga je de dingen zo zien, en dan ben je gewoon dankbaar en je herinnert je de goedheid van God.
Als je de kinderen van Israël bestudeert toen ze uit Egypte trokken, Psalm 106 vertelt dit, dan staat er 4 keer in die Psalm:
ze vergaten de machtige werken die Hij in Egypte verricht had. En iedere keer dat ze het vergaten staat er dat ze dit en dat
deden en gestraft werden en in allerlei problemen terecht kwamen. Je kunt gewoon niet falen als je de goedheid van God niet
vergeet en je denken daarop gericht houdt. Het is zo’n sterke kracht om God te gedenken en aan Zijn dingen te denken, zodat
Hij voortdurend in je gedachten is. Dat verandert je hele leven. Dit is zo eenvoudig dat je iemands hulp nodig hebt om het
verkeerd te begrijpen. En we hebben heel wat hulp gehad om het verkeerd te begrijpen.
Broeders en zusters, het is echt heel eenvoudig. De Heer heeft het echt niet ingewikkeld gemaakt. Het is onze levensstijl, het
is onze maatschappij, het is ons waardesysteem. Wij hebben de dingen verhoogd, die God veracht. Hollywood knaagt gewoon aan mij.
Want ze eren deze mensen. Ze buigen zich voor hen neer en kussen de grond waarop ze lopen. Ze schrijven er verhalen over en
graven in hun levens en proberen alles te weten te komen. ‘Want dit zijn toch zúlke geweldige mensen.’ Maar ik geloof niet
dat God ook maar van één van hen onder de indruk is. Mensen die de oscars hebben gewonnen… ik zie God in de hemel gewoon
geeuwen om ze. Bespaar het me toch, je vergapen aan die dingen, een prijs winnen om overspel af te beelden, en moord en liegen
en stelen, en wij geven hen alle eer en erkenning. God waardeert de dingen niet waar wij grote waarde aan hechten.
Je zegt: ‘Ja, dat weet ik wel.’ Ik kan je verzekeren dat de hemel echt niet sluit op zondag bij de ‘supercup’, zodat ze
allemaal kunnen kijken. Het stelt echt niets voor. Er is niets verkeerd aan je als je TV kijkt, er is niets verkeerd als je naar
de ‘supercup’ kijkt, maar als je hier enthousiaster over wordt dan over God, dan heb je echt een probleem. Als het ervoor
zorgt dat je niet naar de kerk kunt: ‘Want het is vandaag ‘supercup’, mijn team speelt!’ Dan heb je een groot probleem.
Het is niet de TV die het probleem is, het is de waarde die jij hecht aan dat probleem. Het is het feit dat iemand die dat
balletje heen en weer gooit en schopt op het veld en iemand anders onderuit schoffelt, voor jou belangrijker is dan de dingen
van God leren kennen. Dan is er iets mis met jouw denken.
Onze waardesystemen zijn zó verminkt. Je kunt niet echt anders reageren dan je dominante gedachten. Je zult zo zijn. En als jij
aan al die andere dingen zit te denken, zal het je in die richting trekken. Je moet er echt werk van maken. Als alle anderen
deze mensen aan de voeten vallen, want ‘oh, ze zijn zo geweldig’ en ‘kijk naar al hun geld en hun rijkdom’ en ‘kijk,
ze zijn zó knap’, dan weet je dat God schoonheid heel anders ziet dan wij. Je zult je echt in moeten spannen om te zeggen:
‘God, ik weet dat dit niet de manier is waarop U de dingen ziet. God, voor u is dit helemaal niet belangrijk.’
In de bediening is dit echt heel belangrijk. Het voert me terug op deze herinnering. Ik zie mensen die nu dood zouden zijn als
ik niet voor hen gebeden had. Mensen die nu in de hel zouden zijn als ik niet voor hen gebeden had. Een moeder schreef mij
onlangs over een van haar zonen die in de gevangenis zat en wedergeboren werd en helemaal veranderd door mijn tapes. Hij is nu
dood en zij schreef om mij te bedanken en zei: ‘Je beseft gewoon niet hoe dit zijn leven heeft veranderd. Hij was eindelijk
gelukkig. Voor het eerst veranderde zijn leven ten goede.’ Dus dat soort dingen kunnen je waarde veranderen tot: ‘God, ik
heb echt iets gedáán! Ik ben echt een bijzonder iemand.’
Ik heb deze herinnering, dat toen ik op school zat, ik zo’n watje was bij alles. Ik was zo timide en zo verlegen dat ik
helemaal niemand aan kon kijken en met hem praten. Ik was zo vreselijk introvert. Voor mij werkte er niets. Ik ging nergens
heen. Ik kon niet spreken. Ik sprak onlangs met Don Francisco in Portugal. En hij vertelde dat hij ‘massaal’ stotterde,
zoals hij het noemde. Ze hadden hem voor de klas gehaald om een gedicht voor te lezen. En hij had na 45 minuten maar twee zinnen
uit kunnen spreken. En nu zingt deze man die liederen en de woorden stromen gewoon soepel uit hem. En hij krijgt veel eer en
erkenning. Maar als hij het zich herinnert, dan is híj het niet, maar is het God. Dat zal je met je voeten op de grond houden.
Het zal je ervan weerhouden je eigen persberichten te lezen. Ik verzeker je, dit is geweldig spul wat ik hier zeg. Dit kan je
leven veranderen. Dit is geweldig. Het bevalt mij. Ik ben gezegend.
Ik ga het afsluiten. Bob Nichols is een heel goede vriend van mij. Ik onderwees dit tijdens een leidersconferentie. Bob Nichols’
dochter raakte in een coma en is nu al anderhalf jaar in coma. Ze had eigenlijk allang niet meer moeten leven. Maar ik was er
bij toen de artsen kwamen en zeiden: ‘Mijnheer Nichols, ze is dood, laat de slangen eruit halen.’ Ik was naar binnen gegaan
en heb haar gezien. Ze was normaal 60 kg maar woog nog maar 30. Ze zag er niet meer als een mens uit. Ik heb nog nooit iets
gezien dat er zo slecht uitzag en nog leefde. En ik had al het geloof nodig wat ik had om mijn ongeloof niet uit te spreken voor
Bob en Joy. Ik was erbij en zag hen toen de artsen hen onder druk zetten. En hij werd niet boos, hij gaf hen er niet van langs
en ging niet staan om te proclameren. Hij zei gewoon: ‘Nee, dat is niet waar we in geloven’, en hij ging gewoon verder. En
dat was erg sterk.
Maar in ieder geval, zijn dochter gaat hier allemaal doorheen, en het is nu 18 maanden geleden. Ze is thuis. Ze staat zelfs en
loopt rond met een looprek en zij beweren dat ze nog steeds in coma is. Ze praat niet, maar ze kan in je hand knijpen. Het
lichtje brandt! In ieder geval zien ze vooruitgang. En hij worstelt al 18 maanden hieronder. En ik predikte deze boodschap en
had het erover dat niemand het recht had om te klagen. Niemand. God is goed. En toen ik dit predikte, stond Bob op van de 1e rij
en zei: ‘Dat is genoeg voor mij, ik kan het niet meer inhouden’, en hij barstte uit in lofprijzing en God verhogen. En hij
sprong op en neer en zei: ‘God, U bent zo goed’ en hij ging helemaal uit zijn dak om God te prijzen. Hij verpestte mijn hele
preek. En ik was de hele groep kwijt.
Een man die wellicht meer geleden heeft dan de meesten van jullie hier maar kunnen bedenken, was zó dankbaar, verheerlijkte God
zó, dat hij het niet meer aankon. Uiteindelijk rolde hij over de grond, God prijzend voor zijn goedheid. En sommigen van ons
klagen en mopperen over die nul komma niks problemen die wij hebben. Ik zeg je: wij moeten ons bekeren. Wij moeten zeggen: ‘Oh
God, vergeef mij om mijn verharde hart. Vergeef mij dat ik kijk naar het gemiddelde van hoe alle anderen zijn, en dan gewoon een
beetje beter te willen zijn dan dat.’ Wij moeten ons bekeren voor God. God is een goede God. God heeft ieder van ons gezegend.
Wij wonen in een land dat ons zozeer gezegend heeft. Als jij wedergeboren bent, heb je echt geen enkele reden om te mopperen of
te klagen.
En als je nog verloren bent, heb je ook geen reden om te mopperen of te klagen. De almachtige God zelf is voor jou gestorven om
jou te redden. De almachtige God heeft jou lief. Als jij de enige levende ziel op de hele aarde was geweest, was hij nog gekomen
om voor jou te sterven. Hij komt niet alleen maar voor die andere miljarden mensen, Hij heeft het helemaal speciaal voor jou en
om jou gedaan. Er is helemaal niets dat jou kan laten mopperen of klagen.
Ik geloof in genezing, in voorspoed, en al die dingen, maar als God mij nooit zou genezen, als God nooit iets voor mij zou
hebben, als in dit leven helemaal niets ooit zou werken, het feit dat God Almachtig van mij houdt, is genoeg om het uit te
roepen en God te prijzen. Het feit dat de Heer mij verlost heeft en ik een belofte heb van wonen in een ‘villa’ en voor
eeuwig bij God zijn, geen ellende meer, geen verdriet meer, man, ik heb meer dan genoeg om God voor te prijzen en te danken. Ik
heb echt geen enkele reden om te mopperen of te klagen. Ik ben gezegend.
Jij bent gezegend, of je het weet of niet. Wij zijn allemaal gezegend. Het is maar gewoon wat je waardeert, wat je verhoogt,
waar je aandacht op gericht is. Prijs God. Ik doe alles wat ik maar kan om je aandacht weg te leiden van het negatieve en te
richten op de goedheid van God. God is een goede God. De Heer is goed voor ieder van jullie. Halleluja. Is dat geen goed
nieuws?
Gisteravond kwam een vrouw naar me toe en sprak over iemand voor wie ze gebeden hadden en die stierf. Ze zei: ‘Die ervaring
heeft deze openbaring verminderd. Het heeft mijn geloof belemmerd, en het geloof van andere mensen, omdat wij in verwarring
waren.’ Maar ik heb dat ook meegemaakt. Ik heb voor vier mensen gebeden die gestorven waren voordat ik de eerste uit de dood
zag opstaan. Er was een meisje, ik had haar geen aanzoek gedaan, maar ik was na aan het denken over haar te huwen. We hadden er
een beetje over gesproken. Haar ouders vertelden het Rode Kruis dat wij verloofd waren en ik kreeg een noodverlof uit Vietnam en
kwam naar huis. Ik was bij haar toen ze stierf. Ze stikte in haar eigen bloed. En ik was bij haar. En wij baden meer dan twee
uur over haar, nadat ze gestorven was. En dat raakte ons. Ik ben daar geweest!
En ieder ander persoon die hierbij betrokken was, ieder ander persoon, zei toen dat het niet Gods wil kon zijn om te genezen.
Want als er íemand genezen zou zijn, dan was Debbie het wel geweest. Maar ik zei, ook al was ik in verwarring en had verdriet:
‘God, Uw Woord zegt dat wij door Uw striemen genezen zíjn.’ De Heer had haar een speciale belofte gegeven. Psalm 118:18
waar staat: ‘Ik zal niet sterven maar leven en de werken van de Heer verkondigen.’ En ik liep daar vandaan en zei: ‘Ik
begrijp het niet, maar dit was niet Gods wil. Dit was niet wat God bevolen heeft.’ En tot op de dag van vandaag denken degenen
die daar bij betrokken waren, dat ik de draad ben kwijtgeraakt. Maar ik had geen antwoorden. Ik wist niet wat er aan de hand
was, maar ik hield drieeneenhalf jaar vol tot ik ontdekte wat er gebeurd was. Drieenenhalf jaar was er iets dat tegengesteld
leek te zijn aan wat Gods Woord zegt. Maar ik bleef zeggen: ‘God, Uw woord zegt het en ik wijk er niet van af. Het is de
waarheid. Of ik het nu kan zien of niet.’ En ik moest het gewoon inslikken en verdergaan met God en God dienen. Ze stierf aan
leukemie. En toen de Heer mij had laten zien waarom het gebeurd was, nadat ik een openbaring had gekregen, kreeg mijn buurvrouw
in Llamar leukemie. En ik ging erheen en bad voor haar en zij werd genezen en opgericht. Prijs God.
Het punt dat ik hiermee duidelijk wil maken, is dat ik door die dingen heengegaan ben. Maar ik heb gedaan waar ik over gesproken
heb en ben blijven zeggen: ‘God, Uw woord zegt.’ Door opeengeklemde kaken heen. En daardoor ben ik nog steeds gelukkig in
Jezus vandaag de dag, en wandel nog steeds in overwinning, en zie nog steeds mensen genezen.
En jij kunt dat ook, ongeacht wat jouw probleem is. Ongeacht wat de druk is, jij kunt God geloven. En het is zo eenvoudig als
waarde toekennen aan, God verheerlijken, dankbaar zijn en je de goede dingen van God en de goedheid van God herinneren. Dat is
de manier waarop je dat doet.
Deel 3: De kracht van verbeelding
|