Bijbelgetrouw, krachtig en praktisch onderwijs van Andrew Wommack
Overzicht van de vertaalde bijbelstudies van Andrew Wommack, klik hier...
Je hebt het al - 4
(dus stop proberen het te krijgen)
Andrew Wommack
Deel 1 - We zijn al gezegend...
Deel 2 - Genade en geloof...
Deel 3 - Het is in het geestelijke gebied...
Deel 4 - De triomftocht...
Deel 5 - Heb je meer geloof nodig?...
Deel 6 - Het probleem is ons ongeloof...
Onderwijs vertaald van MP3 bestanden. Gedownload van TV)
Oorspronkelijke titel van deze serie: ‘You've Already Got It’
Deel 4: De triomftocht
Prijs de Heer, ik ben Andrew Wommack, en dit is de vierde tape in de serie ‘Je hebt het al’. In deze serie hebben we vanuit
Efeziërs hoofdstuk 1 het feit behandeld dat we reeds gezegend zijn met alle geestelijke zegen. En het laatste deel van dat
hoofdstuk spreekt erover dat binnenin ons al dezelfde kracht woont, die Jezus Christus uit de dood deed opstaan. En de
voornaamste conclusie die ik uit deze dingen trok, was dat God al deze dingen al gedaan heeft. Dat God álles wat we nodig
hebben reeds in ons heeft geplaatst.
En dit gaat volkomen tegen het denken van de meeste christenen van vandaag de dag in. De meeste christenen geloven tegenwoordig
dat God wonderen kán doen, dat Hij een ‘beweging’ kán maken, maar ze geloven niet dat Hij het reeds gedáán heeft. Daar
hadden we het dus over in de eerste tape.
De tweede tape ging over de balans tussen geloof en genade. En dat hebben we ontleend aan Efeziërs hoofdstuk 2. Daarbij keken
we vooral naar vers 8, en we bespraken hoe geloof alleen maar toe-eigent, waar God door genade reeds heeft voorzien. Dat is een
enorm belangrijk principe. En die hele tape ging over dat onderwerp. Als je hiervan iets gemist hebt, of als het al enige tijd
geleden is dat je ernaar geluisterd hebt, wil ik je aanmoedigen om dat nog eens te doen en je herinnering op te frissen. Want
alles waarover we vandaag zullen spreken, hangt af van het feit of je deze eerste twee dingen begrijpt.
De meeste christenen denken dat geloof iets is, wat wij doen om God in beweging te krijgen. Maar geloof krijgt God helemaal niet
in beweging. God beweegt uit genade, onafhankelijk van ons. Vóórdat wij maar een nood hebben. God heeft al in al onze noden
voorzien, nog vóór wij ze maar hadden. En door genade heeft God in alles al voorzien, en geloof brengt God niet in beweging.
God reageert niet op ons geloof, maar ons geloof is onze positieve reactie op hetgeen dat God reeds gedaan heeft. Het geloof
eigent alleen maar toe waar God reeds uit genade in heeft voorzien. Een geweldige waarheid.
Vervolgens, in de 3e tape, heb ik een poging gedaan om dit uit te leggen en over het geestelijke gebied gesproken. Maar sommige
mensen lopen vanwege de dingen die ik al besproken heb tegen een muur aan. Ze zeggen dat het nergens op slaat en dat het niet
waar is, omdat ze het niet kunnen waarnemen. Sommige mensen kunnen letterlijk niet geloven, dat er iets kan bestaan buiten het
zien, horen, proeven, tasten en ruiken. De derde tape ging dus vooral over het vaststellen, dat er een geestelijke wereld
bestaat, dat God geest is, Johannes 4:24, dat God in de geestelijke wereld beweegt, Gods activiteit is in het geestelijke
gebied. De dingen die God uit genade heeft gedaan en waarin Hij heeft voorzien, zijn een realiteit in het geestelijke
gebied.
Maar of ze zich ooit manifesteren in het fysieke gebied, hangt er niet van af of God wel gegeven heeft, maar hangt veel meer af
van of wij ontvangen. En er zijn dingen die wij kunnen doen, zodat die de tijd die nodig is voor manifestatie kan bespoedigen.
De tijd dus tussen wanneer God geeft en dat wij het zien manifesteren. En er zijn dingen die wij doen die dat verhinderen. En op
deze tape wil ik spreken over geestelijke oorlogvoering en over het afrekenen met de duivel en het overwinnen van zijn
belemmeringen tegen de dingen waar God reeds in heeft voorzien.
Dit is waarschijnlijk uit alles waarover ik in deze serie onderwijs het meest controversiële onderwerp, omdat er tegenwoordig
een enorme nadruk ligt op geestelijke oorlogvoering. Satan bestaat, en er zijn boosaardige dingen in deze wereld. Er bestaan
demonische machten, die tegen God strijden. Tot een jaar of tien, twintig geleden was het lichaam van Christus bijzonder
onwetend over het rijk van de duisternis. Vele gelovigen dachten dat alle demonen ergens in een onontwikkeld derdewereldland
zaten, en we geloofden niet dat dit ook in een ontwikkeld westers land bestond. En ik denk dat die illusie de laatste twee
decennia in stukken is geslagen. Vooral onder charismatische stromingen. Er zijn waarschijnlijk nog wel evangelische en sommige
traditionele stromingen te vinden die nog steeds onwetend zijn van satans bestaan en geloven dat dit soort dingen niet veel
invloed heeft.
Maar iedereen die werkelijk het Woord van God gelooft, moet erkennen dat satan een echte vijand is. Satan verzocht Jezus, hij
bestreed Jezus en Zijn hele bediening. Er zijn vele gelegenheden waar Jezus mensen genas door demonen bij hen uit te drijven.
Eén van de duidelijke voorbeelden in de Schrift is Handelingen 10:38 waar staat: ‘Hoe God Hem met de heilige Geest en met
kracht heeft gezalfd. Hij is rondgegaan, weldoende en genezende allen, die door de duivel overweldigd waren.’ Dat maakt heel
duidelijk dat ziekte een aanval van de duivel is. Ik ga daar niet veel tijd aan besteden, maar satan bestaat dus wel degelijk.
Er zijn demonische machten en ik denk dat het heel goed is dat het onder de aandacht is gekomen dat we in een geestelijke oorlog
betrokken zijn.
Maar in dit bewustwordingsproces denk ik dat een groot deel van het lichaam van Christus opnieuw tot een uiterste is gekomen,
met name op het gebied van geestelijke oorlogvoering. In feite worden daardoor aan de duivel krachten en mogelijkheden
toegeschreven die hij helemaal niet heeft. In deze tape zullen we hierop ingaan. Satan speelt een rol, hij werpt belemmeringen
op die verhinderen dat wat God reeds heeft voorzien in de geestelijke wereld, in de fysieke wereld kan manifesteren. En we
zullen daarop ingaan. We zullen spreken over het gezag uitoefenen over de duivel.
Maar ik wil heel duidelijk maken dat satan in principe een verslagen vijand is. En de enige reden dat hij überhaupt nog iets
klaarspeelt, is door onze eigen onwetendheid. Het is zoals Paulus zegt in 2 Korintiërs 2 vers 11: ‘Want zijn gedachten zijn
ons niet onbekend.’ Maar het lichaam van Christus van tegenwoordig is wél onbekend met zijn gedachten. Als geheel is men wel
tot erkenning gekomen dat satan bestaat, maar ze rekenen hem krachten en mogelijkheden toe die hij in werkelijkheid niet
heeft.
Laten we daarom hier beginnen bij Efeziërs 6. Het boek Efeziërs zullen we tijdens dit hele onderwijs gebruiken, omdat, zoals
ik al eerder zei, het volledig is geschreven vanuit het standpunt dat alles reeds is gedaan, en het daarom voor ons slechts een
kwestie van in bezit nemen is, of in gebruik nemen, van wat God ons reeds heeft gegeven. En niet om te proberen God over te
halen om ons iets nieuws te geven. Het hele boek Efeziërs is vanuit dat standpunt geschreven.
In het zesde hoofdstuk rondt hij dit alles af. In dat laatste hoofdstuk van de brief zegt hij vanaf vers 10: 10 Voorts, weest
krachtig in de Here en in de sterkte zijner macht. 11 Doet de wapenrusting Gods aan, om te kunnen standhouden tegen de
verleidingen des duivels. En in vers 12 vervolgt hij met: 12 want wij hebben niet te worstelen tegen bloed en vlees, maar tegen
de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers dezer duisternis, tegen de boze geesten in de hemelse gewesten.
In de eerste twee verzen wordt dus heel duidelijk gemaakt dat wij in oorlog zijn. Mensen die niet geloven dat wij in een oorlog
betrokken zijn, gaan deze onvermijdelijk verliezen. Maar laat mij hier een heel duidelijk onderscheid maken. Dit kan wellicht
een heleboel mensen tegen de borst stuiten, maar ik verzoek je om éérst eens helemaal te volgen wat ik zeg, luister naar deze
Bijbelverzen, en trek vervolgens je conclusies over wat het Woord zegt. Niet op basis van moderne leerstellingen binnen het
lichaam van Christus, en dat soort dingen.
We zijn betrokken bij een veldslag. Maar deze veldslag wordt niet daarbuiten, ergens in de hemelse gewesten gevoerd. Wij
bestrijden demonische machten, jazeker. En zij bestaan in de hemelse gewesten, geestelijke boosheid. Maar de veldslag zelf wordt
hier binnen, tussen jouw oren uitgevoerd. Let op dat er staat dat je de wapenrusting Gods moet aandoen, om stand te kunnen
houden tegen de verléidingen van de duivel.
Het woord dat hier met ‘verleidingen’ wordt weergegeven betekent: leugens, misleiding, bedrog, listen en sluwheden. Al deze
woorden impliceren dat de enige macht van de duivel bedrog is.
Satan heeft niet de feitelijke macht om ook maar in staat te zijn iemand tot iets te dwingen. In werkelijkheid doet satan er
niet wezenlijk toe. Ik ga dit in een heleboel andere schriftgedeelten onderbouwen, maar laat me hier eerst deze stelling
neerzetten. En ik daag je uit om deze uitleg te blijven volgen en de schriftgedeelten te onderzoeken die dit aantonen. En
schakel het niet uit, omdat het tegen populaire theologie van tegenwoordig ingaat.
Satan is een volkomen verslagen vijand, met geen enkele macht om ook maar iemand te vernietigen, of om mensen in gevangenschap
te houden. Hij heeft geen enkele macht om wát dan ook maar te doen. Satans enige macht is misleiding en bedrog, listen,
slimmigheden, sluwigheden.
In 2 Korintiërs 11 spreekt Paulus tot de Korintiërs. Wie met de context waarin Paulus hier spreekt vertrouwd is, weet dat de
Korintiërs in enkele vreselijke dingen waren terechtgekomen. Ze deden allerlei rare dingen. Paulus bestrafte hen nogal
openhartig. Maar er staat hier in 2 Korintiërs 11:3: ‘Ik vrees, dat misschien, zoals de slang met haar sluwheid Eva
verleidde, uw gedachten van de eenvoudige en loutere toewijding aan Christus afgetrokken zullen worden.’
Merk op dat hij hier dus zegt dat de manier waarop satan je zal aanvallen is door arglistigheid en bedriegen. Ook dit betekent
weer datzelfde: bedrog, listigheden, slimmigheden en dergelijke. Dat komt allemaal met elkaar overeen. En hier staat dat de
manier waarop satan tegen ons strijdt, is om ons af te leiden van de eenvoudige toewijding aan Christus. Met andere woorden, hij
maakt het ingewikkelder en moeilijker dan het in werkelijkheid is.
Je kunt dit helemaal terugvolgen tot in het boek Genesis. En je vindt dan in Genesis 3 dat de slang zich keerde tot Eva. En de
slang was het meest listige dier van alle dieren op de aarde. Waarom gebruikte de duivel niet een mammoet? Of een olifant, of
een tijger of een leeuw om Eva te intimideren. Waarom liet hij niet een mammoet gewoon zijn voet boven op Eva’s hoofd zetten
en zeggen: ‘Eet nu van deze vrucht van de boom van kennis van goed en kwaad, want anders verpletter ik je hoofd.’
Satan deed zoiets niet, omdat hij geen macht had om iemand te dwingen of te intimideren tot wat dan ook. In plaats daarvan moest
hij met bedrog en list komen. En hij begon zijn bedrog met te zeggen: ‘God heeft zeker wel gezegd…’ Dat wil zeggen: hij
viel het Woord van God aan. De waarheid van Gods Woord is wat ons in staat stelt ons te onderwerpen aan God, om te volharden, om
Hem te zoeken, en weerstand te bieden aan de duivel.
En als satan hen niet zover kon brengen dat zij het Woord in twijfel zouden trekken, was er geen mogelijkheid dat hij hen tot
wat dan ook zou kunnen verleiden. De slang dwong hen niet, intimideerde hen niet, maar in plaats daarvan bedroog hij hen. En dit
is in feite een ander onderwerp. Ik heb hier een hele tapeserie over, getiteld: ‘Christelijke filosofie’, of ‘christelijk
denken’. Er zijn twee series, een twee en een driedelige serie, die dit behandelen, beide vanuit Genesis hoofdstuk 3.
Als je hierin geïnteresseerd bent, zal dit in veel meer detail hierop ingaan. Luister daar maar naar. Je zult ontdekken dat
satan hen verleidde met iets wat ze reeds bezaten. Hij zei: ‘Zou je niet als God willen zijn?’ Maar de waarheid was, dat zij
reeds als God waren. Ze waren meer in de gelijkenis van God vóórdat ze van die vrucht aten, dan nádat zij daarvan gegeten
hadden. En dat is een heel goede overeenkomst met waar ik al over gesproken heb. Satan zal proberen te zeggen: ‘Natuurlijk,
God heeft de wereld lief, maar hoe kom je erbij om te denken dat Hij van jóu zal houden?’ Hij zal proberen jou zover te
krijgen dat je gaat proberen te voelen of God nu van je houdt. Je gaat het dan in het fysieke gebied zoeken in plaats van dat je
het in de geestelijke wereld zoekt, waar het reeds een volbracht feit is.
En omdat je geen liefde vóelt, omdat je geen kippenvel krijgt, ga je roepen: ‘Alstublieft God, stort uw liefde in mijn leven
uit.’ En dat is in feite een gebed van ongeloof. Satan houdt ervan om mensen te weerhouden om naar de Hem toe te gaan. Maar
hij kán je er niet van weerhouden. Want als je eens goed nadenkt over het moment toen jij tot de Heer kwam, als je ooit een
moment te kort was geschoten en zou hebben gefaald, dan was het toen wel geweest, toen je wedergeboren werd. Je ging nooit naar
de kerk, je vastte niet, je bad niet, je bestudeerde het Woord niet, je deed helemaal niets goed. Velen van jullie leefden in
hoererij, overspel, drugsverslaafdheid, wat dan ook. Vals, zelfzuchtig, en in die toestand riep je tot de Heer en ontving je het
grootste wonder dat je ooit maar zult meemaken. Als satan werkelijk degene is, voor wie hij zich graag voordoet, dan zou hij
toen voorkomen hebben dat je gered werd, in plaats van nádat je gered werd tegen je te gaan liegen: ‘Je hebt het niet, je
hebt het niet’.
Hij kan je echt bij helemaal niets tegenhouden. Het liefst zou hij je bij God vandaan houden. Maar als hij dat niet kan, is zijn
volgende optie om jou te laten zeggen: ‘Natuurlijk, God kán deze dingen doen, maar tot nu toe hééft Hij ze nog niet gedaan.’
Satan doet dat graag. Ik vergelijk het met een wedstrijd touwtrekken. Je hebt twee teams en je trekt aan een touw, en in het
midden ligt een modderpoel of zoiets. Je probeert altijd het andere team in de modder te trekken. Maar als je merkte dat zij aan
het winnen waren, en dat jij niet kon winnen en op de modderpoel afstevende, weet je wat je dan deed? Je liet het touw los,
zodat zij in ieder geval, ook al wonnen ze wel, op hun achterste zouden belanden.
Satan doet tegenwoordig hetzelfde. Hij komt op christenen af en zegt in principe: als jij nou echt zo’n geweldige christen zou
zijn, dan zou je dit wel doen, of dat hebben. En hij zou je veroordelen over wat je niet hebt. En hij houdt jouw aandacht
gericht op het fysieke gebied. Maar de waarheid is dat je in de geestelijke wereld alles al hébt. En zoals er staat in Filemon
1 vers 6: ‘6 Opdat de gemeenschap van uw geloof krachtig worde in de bekendmaking van alle goed, hetwelk in ulieden is door
Christus Jezus. (Statenvertaling)
De manier om je geloof aan het werk te krijgen is door te beginnen te erkennen de goede dingen die in je zijn.
Heel veel christenen van tegenwoordig zeggen dat er geen enkel goed ding in hen is. Paulus zegt zoiets in Romeinen hoofdstuk 7 :
18 Want ik weet, dat in mij, dat wil zeggen in mijn vlees, geen goed woont.’ Als hij die tussenvoeging ‘in mijn vlees’ er
niet bij had gezet, zou het geen ware uitspraak zijn geweest, want ín hem woont God. En alles wat God is en wat God hem gegeven
had, dat was allemaal ín hem en allemaal goed. Maar hij geeft hier precies aan, ‘in mijn vlees’, met andere woorden, in
zijn fysieke vleselijke zelf. Niet in zijn wedergeboren zelf, maar in mijn vlees woont geen goed.
Het is prima als een christen begrijpt en erkent dat we zonder Christus helemaal niets zijn. Maar ín Christus kunnen wij alle
dingen doen. In Christus zijn er wel degelijk goede dingen. En wij moeten ons concentreren en identificeren met wie wij in
Christus zijn. En precies tegen dít punt is de aanval van satan gericht. Het is gericht om te voorkomen dat jij begrijpt en
erkent wie jij bent en wat jij hebt in Christus. Het zijn leugens en bedrog. Satan heeft geen enkele andere kracht of vermogen
om jou te laten mislukken in welk gebied ook van jouw leven. Net zo min als hij dat had om Adam en Eva te laten mislukken. Hij
moet ons dus op een of andere manier bedriegen.
Blijf daar nou eens even bij stilstaan. Als jij de duivel zou zijn, en jij zou moeten proberen om volmaakte mensen te bedotten,
Adam en Eva, die nooit gezondigd hadden, die geen enkel probleem in hun leven kenden. Ze leefden in het Paradijs, waar alles
volmaakt was, de temperatuur was precies goed, alle voedsel was in overvloed aanwezig, er waren helemaal geen problemen in de
wereld, geen slecht nieuws te melden of te horen, dag na dag. Waar kon hij hen mee verleiden? Hij kon hen niet verleiden met
geld. Er bestond helemaal geen geld. Elke behoefte was voorzien en overvloedig aanwezig. Hij kon hen ook niet verleiden met
overspel. Er was helemaal niemand om mee over te spelen. Hij kon hen ook niet verleiden met pijn en bitterheid vanwege vroegere
ervaringen en gebeurtenissen, om in het verleden te blijven hangen en depressief en ontmoedigd te worden. Zulke dingen bestonden
helemaal niet.
Hoe verleid je volmaakte mensen? Je kunt hen niet verleiden met geld, niet met seks, niet met macht, niet met trots, of
arrogantie, niet met roem of aanzien. Dat soort dingen bestonden niet. Hoe verleid je mensen die in zulke omstandigheden
leefden? Weet je, dat is echt heel lastig. En de duivel koos ervoor om te gaan zeggen: ‘Zo goed als het is, maar er bestaat
meer, en jullie hebben het niet allemaal’. De waarheid was dat ze het allemaal al hadden. Maar hij haalde hen over om te gaan
denken aan wat zóu kunnen, en wat mogelijk zou kunnen zijn. En hij kreeg volmaakte mensen die in volmaakte omstandigheden
leefden zover. De meeste mensen tegenwoordig zouden er alles voor over hebben om in die situatie te mogen leven, maar deze
volmaakte mensen gooiden dit alles weg, omdat een pratende slang hen ervan overtuigde dat ze niet genoeg hadden.
Als je volmaakte mensen, die nul komma nul fysieke problemen hadden, en ook geen enkele aanleiding hadden om de goedheid van God
ooit in twijfel te trekken, als je in staat bent om mensen die in volmaaktheid in het paradijs leefden ervan te overtuigen dat
ze niet alles hadden, dan kan ik je verzekeren dat je in staat bent om mensen die in een gevallen wereld leven, en als ze hun
ogen opendoen in iedere richting, pijn, tragedie en tekort kunnen zien, dat je heel gemakkelijk zulke mensen zult kunnen
overtuigen dat ze niet alles hebben.
Maar de waarheid is dat degenen die wedergeboren zijn echt alles al hebben. Jullie zijn volmaakt in Christus Jezus. Alles is al
aan jullie gegeven. Maar jullie strijden niet tegen een demonische macht met superieure kracht en superieur gezag. Waar jullie
tegen moeten opstaan en tegen strijden, en dat is het enige wat jullie moeten doen, is tegen zijn leugens, zijn bedrog. Dezelfde
leugens en hetzelfde bedrog dat hij gebruikte tegen Adam en Eva.
Ik kan nog heel veel tijd gebruiken om dit uit te leggen. Ik heb een serie van zes tapes, getiteld: ‘Geestelijk gezag’ dat
tot in details hierop ingaat. Maar merk op dat hier in Efeziërs 6 staat, dat hij spreekt over een oorlog. Ja, er is een oorlog
te voeren, maar waar gaat die precies over. De oorlog wordt niet daar ver weg gevoerd in de hemelse gewesten. In plaats daarvan
wordt deze precies tussen jouw oren uitgevochten. De oorlog tegen de duivel wordt uitgevoerd in jouw gedachten. En dat is ook
precies de reden dat Gods Woord essentieel is. Dat is de reden waarom Johannes hoofdstuk 8 zegt: 32 en gij zult de waarheid
verstaan, en de waarheid zal u vrijmaken.’
Want waarheid is het tegengif voor misleiding. En satans enige kracht is misleiding. Hij heeft tegen ons gelogen en ons
wijsgemaakt dat hij krachtig is, maar hij heeft een verkeerde voorstelling van zaken gegeven. In feite zijn wij ervoor
verantwoordelijk dat heel veel mensen zich aan satan hebben onderworpen. Omdat ze gaan denken: ‘Ja, maar kijk dan eens hoe
machtig satan dus is.’ Satan heeft helemaal geen greintje macht. Zijn enige macht is misleiding en bedrog. En als wij de
waarheid kennen en begrijpen, zal de waarheid ons vrij maken.
Laat me je op nog een schriftgedeelte betreffende geestelijke oorlogvoering wijzen. Ik heb er al een paar gebruikt, zoals 2
Korintiërs 2, dat zegt dat ‘zijn gedachten ons niet onbekend zijn.’ Dat laat zien dat het tegengif tegen satan in feite de
waarheid is. De waarheid maakt je vrij: Johannes 8, Efeziërs 6: bied weerstand aan de listen van de duivel.
Luister eens naar dit schriftgedeelte uit 2 Korintiërs 10:3 waar staat: ‘3 Want al leven wij in het vlees, wij trekken niet
ten strijde naar het vlees.
Dit gaat dus over oorlogvoering, geestelijke oorlogvoering.
4 want de wapenen van onze veldtocht zijn niet vleselijk, maar krachtig voor God tot het slechten van bolwerken, 5 zodat wij de
redeneringen en elke schans, die opgeworpen wordt tegen de kennis van God, slechten, elk bedenksel als krijgsgevangene brengen
onder de gehoorzaamheid aan Christus.
Ook hier is dus weer een schriftgedeelte over oorlogvoering. Let op dat het dus gaat over een oorlog. We zijn krachtig voor God,
tot het slechten van bolwerken, waarbij ‘redeneringen’ geslecht worden. Het gaat dus over redeneringen, bedenksels die tegen
de kennis van God ingaan, om die gevangen te nemen en te brengen onder de gehoorzaamheid aan Christus. De oorlog wordt dus
gevoerd tegen gedachten, redeneringen, kennis die ingaat tegen de kennis van God, oftewel het Woord van God.
Er is dus wel degelijk sprake van geestelijke oorlogvoering, daar ben ik het 100% mee eens, maar de oorlogvoering is dus in
feite tegen satans leugens en bedrog. En hij heeft geen werkelijke macht. De meeste christenen denken dat satan een enorme macht
heeft, dat hij een veel grotere kracht en autoriteit heeft dan fysieke menselijke wezens. Maar dat is helemaal niet waar. Satan
is een verslagen vijand. Hij is volkomen geklopt. Maar hij waart rond als een briesende leeuw, zoals 1 Petrus 5 zegt, zoekende
wie hij kan verslinden. Hij is niet een echte leeuw, maar hij poseert áls een briesende leeuw. Satan probeert het lichaam van
Christus te intimideren, maar de waarheid is, dat al zijn tanden al zijn uitgetrokken. Hij kan hooguit een beetje aan je
sabbelen. Hij kan helemaal niets doen. Satan is krachteloos. Hij heeft helemaal het vermogen niet om wat dan ook maar van je te
stelen, ténzij… jij zijn leugen gelooft. Als jij zijn leugen en bedrog gelooft, ben jij degene die hem kracht geeft. Jij bent
dan degene die hem meer kracht en vermogen geeft dan hij waard is. Dan kan hij jouw kracht tegen jou gebruiken.
Hij gebruikt jouw angst, jouw ongeloof, jouw vrees, om jou te verdrukken en te vernietigen. En daarom is satan wel degelijk een
factor. Ik geloof dat er mensen zijn bij wie satan de kaas van het brood eet, en het brood erbij. Maar dat komt niet omdat hij
zoveel kracht en gezag heeft, maar omdat hij hen weet te bedriegen. En zij geven uit angst of vrees aan hem toe, en daardoor
zijn zíj degenen die in werkelijkheid de duivel kracht geven. Doordat ze aan hem toegeven.
Laat ik je hier wat persoonlijke voorbeelden van geven. Toen ik op 23 maart 1968 voor het eerst werkelijk helemaal vol van de
Heer werd, werd ik mij onmiddellijk bewust van de geestelijke wereld. Veel meer dan daarvoor. Ik besefte niet alleen dat God
levend en werkelijk was, maar er waren in deze wereld nog een heleboel andere dingen gaande, die door demonen werden
veroorzaakt.
Nu was ik opgevoed bij een denominatie die geloofde dat alle demonen ergens ver weg in Afrika zaten. In feite geloofden ze
helemaal niet dat er echt zoiets als demonen bestond. Dat was gewoon geen discussiepunt. Het had geen enkele zin er zelfs maar
over te praten. Maar toen ik het Woord begon te lezen, sprong me dat gewoon tegemoet. En de Heilige Geest liet me zien dat er
heel veel problemen waren, met name ziekten en emotionele problemen die een demonische oorsprong hadden. En ik begon voor mensen
te bidden en zag dat mensen bevrijd werden. We zagen mensen ogenblikkelijk van drugs verlost worden, zonder enige terugval,
mensen die daarvoor zwaar verslaafd waren. Wij begonnen te zien hoe mensen van dingen bevrijd werden, en we zagen grote
successen. Maar we wisten helemaal niets. Het enige wat we deden, was bidden en we wisten dat er een geestelijke oorlog gaande
was. Maar we wisten niets van satans trucs. We wisten helemaal niet hoe het allemaal werkte.
We streden tegen satan alsof we met onze ogen dicht in het rond sloegen. En zo af en toe was het raak en, prijs de Heer, zagen
we een overwinning. Maar er gebeurden daarom ook veel verkeerde dingen. Eén daarvan kwam doordat ik een boek gelezen had. Ik
zal de titel hier niet noemen, omdat veel mensen dit persoonlijk zullen weten. In feite was het zo, dat ik dit een keer noemde
in een samenkomst. En er was een vrouw die vele jaren naar de kerk was geweest van de man die dit boek over demonen en hoe
christenen moeten afrekenen met demonen, had geschreven.
En zij was naar die kerk geweest en zei dat de duivel haar en haar gezin werkelijk had verwoest, en alles wat ik hier ga zeggen
was waar. Zij was een getuige uit de eerste hand. En deze man en zijn bediening werden werkelijk geteisterd door demonische
machten. Maar deze man had een boek geschreven en in een wanhopige poging om erachter te komen hoe het allemaal werkte hebben
wij het gelezen.
Enkele van de dingen die ze schreven was, dat als iemand werd bevrijd, ze in een emmer moesten overgeven, er moest een fysieke
manifestatie zijn. Je moest spreken met die demonen. Je moest hen hun naam vragen. Je moest uitzoeken wie de sterkste was. Je
moest hen naar een bepaalde plaats toesturen, je kon hen niet gewoon eruit gooien, je moest hen ook vertellen waar ze heen
moesten gaan.
Je kon het ook niet alleen doen, er moesten minstens twee mensen bij zijn, want anders zouden de demonen er één kunnen
overweldigen. Er moesten minstens twee personen bij zijn. En ze schreven over al die dingen waar niet echt een schriftuurlijke
onderbouwing voor is. Het was gewoon het persoonlijke ervaring van deze man. Daarmee wil ik helemaal niet zeggen dat hij uit de
duivel is. Ik zeg alleen dat hij wat fouten heeft gemaakt. Ik heb ook de nodige fouten gemaakt. Maar een gedeelte van die fouten
kwam voort uit de informatie die wij uit dit boek haalden.
Wij moesten de mensen voorbereiden. We moesten hen drie weken of zo counselen, en hen klaarmaken voor bevrijding. En ik ken
mensen die dat nog steeds doen. Ik ken iemand hier uit Colorado Springs, die bevrijding zocht. Ze lieten hem een formulier van
vijf pagina’s invullen, en hij moest wachten op een afspraak. En 45 dagen later, moesten ze dan naar die afspraak en worden
bevrijd van demonen. Dat is volkomen dwaasheid!
Dat is helemaal niet juist. Jezus heeft nooit iemand een formulier laten invullen, Hij liet hen ook echt niet 45 dagen wachten.
Ik veroordeel helemaal niemand, want ikzelf heb die dingen ook gedaan. En wij zagen de demonen zo uit mensen verdreven
worden.
De eerste keer dat ik zoiets meemaakte en heel zeker wist dat dit demonen waren, ging over een vrouw die naar onze
baptistengemeente was gekomen. Wij waren geen doorsnee baptisten. Wij waren radicale baptisten. Wij geloofden in de mogelijkheid
van bezetenheid, wij geloofden in het spreken in tongen, en al dat soort dingen. Wij waren dus radicale baptisten. En zij kwam
dus, werd gered en wedergeboren. Maar ze had nogal wat problemen, ze was lesbisch en allerlei soorten problemen, dus ze deed
echt haar best om hiermee af te rekenen.
Ze was echt gered, maar worstelde nog met deze problemen. En op een dag ging zij op haar werk gewoon helemaal door het lint. Ze
wist haar eigen naam niet meer, ze wist niet meer wie ze was, ze wist niet waar ze vandaan kwam. Ze wist zelfs niet eens meer
wat ze in dat gebouw deed. Ze wist werkelijk niets meer. Ze was echt helemaal de draad kwijt. En iemand liep op haar af, noemde
haar naam, en zei: ‘Ik zie je wel na het werk om met mij mee naar huis te rijden.’ Doordat die persoon dat zei, wist ze
tenminste weer hoe ze heette. Ze ging met die vrouw naar huis. Ze stapte uit en vond sleutels in haar tasje. Ze opende de deur,
en zo troffen wij haar aan. Ze wist helemaal niets meer. En wij geloofden dat dit volkomen demonisch was.
Als wij haar naar een of andere hulpverlenende instantie hadden gebracht, zouden ze haar waarschijnlijk in een psychiatrische
inrichting hebben gestopt. Ze zouden haar vol met medicijnen hebben gestopt, en waarschijnlijk zou ze daar nooit meer overheen
gekomen zijn. Wij wisten dat de oplossing geestelijk was en niet fysiek, dus wij namen haar mee, sloten haar op in een kamer,
wij wisten niet wat we moesten doen, maar wel dat het van de duivel was. Dus we begonnen te zingen en te bidden. Het was een
kleine vrouw, maar ze was echt gewelddadig. En ik kan me een moment herinneren dat wij haar tegen de grond gedrukt hielden, en
met één arm nam ze twee van ons beet en smeet ons over haar hoofd heen tegen de muur. Dat was echt bovennatuurlijke kracht,
zoals in de Bijbel met Legioen.
En we zagen allerlei demonische manifestaties. Nogmaals, we wisten er nauwelijks wat van. We wisten ook niet hoe we het aan
moesten pakken, dus we sloten haar op, maakten een rooster om bij haar te blijven en te bidden, en zeven dagen lang zagen we
allerlei soorten demonen uit deze vrouw komen, alleen maar door onze volharding en geloof en weigering om op te geven.
En daardoor vergaarden we een zekere roem. Mensen begonnen van alle kanten te komen en we zagen allerlei mensen bevrijd worden.
Maar hierdoor raakten we ook verzeild in een aantal van deze rariteiten. Daardoor gaven we de duivel kracht, en kreeg hij veel
meer aanzien en krediet van ons dan hij waard is. En ik herinner me nog een homoseksueel, waar we al weken mee bezig waren
geweest om hem voor te bereiden om bevrijding te ontvangen. En we lieten hem wekelijks bij ons langs komen. En op een
woensdagavond kwam hij naar onze kerk, dat was die baptistengemeente, en hij wilde dat wij die demonen uit zouden drijven. En de
medepastor van de kerk, waar ik mee samenwerkte om demonen uit te drijven was weg, naar een conferentie.
Ik stond er dus alleen voor. Ze kwamen mij opzoeken, en ik sprak die man. Hij had nog een andere homoseksueel meegenomen, die
ook bevrijding nodig had. En hij kwam naar me toe: ‘Ik ben er klaar voor om nú bevrijd te worden.’ En ik zei: ‘Dat kan nu
niet’ Hij vroeg: ‘Waarom niet?’ - ‘Omdat ik nu in mijn eentje ben, die andere man is er niet.’ En hij zei: ‘Ik ga
hier niet weg met al die demonen bij me’. - ‘Maar ik ga ze niet uitdrijven.’ En hij zei: ‘Je kunt dan beter iets gaan
doen, want ik ga hier niet met ze weg’. En ik wist niet wat ik moest doen. Ik vroeg Jamie, ze was toen nog niet mijn vrouw,
maar we baden samen, en Jamie had nog nooit een demon zien uitdrijven. Ik geloof dat dit zelfs nog was vóór ze de doop met de
Heilige Geest ontvangen had.
Zij ging dus met mij mee. We zaten in een ruimte met ramen aan twee kanten. Tegen een muur stonden stoelen opgestapeld. Tien
boven op elkaar en zo. En ik begon met die man te praten: ‘Ik begin er niet aan’. - ‘Begin dan maar met te pleiten op het
bloed’. Dat is nog zo iets, dat ons was wijsgemaakt, dat je ‘op het bloed moest pleiten’ om te voorkomen dat die demonen
uit iemand gingen en dan in jou kwamen, of in iemand anders. Nogmaals, dat is helemaal onjuist. In ieder geval, ik wist gewoon
niet wat ik moest doen. Dus ik begon maar te bidden: ‘Vader, ik weet niet wat ik moet doen.’ En terwijl ik dit zei, viel
deze man op de grond, begon te blaffen als een hond, en als een slang te kronkelen. En hij begon met stoelen tegen de ramen te
smijten. Die andere demonisch bezeten man klom bovenop een stapel stoelen, tien hoog. Jamie was zo snel en hard aan het bidden
als ze maar kon, en ik had geen idee wat ik moest doen. Dus ik begon deze demonen naar hun naam te vragen: ‘Wat is jouw naam,
in de naam van Jezus, zeg me je naam’. En dan noemde een demon zijn naam.
Ik ga niet alle details hier verhalen, maar we hadden heel uitgewerkte protocollen om met hen te praten. Er waren allerlei
manifestaties, en dat soort dingen. We hebben echt zoveel dingen meegemaakt. In ieder geval had ik het gevoel dat ik voor schut
gezet werd, omdat al deze demonen zich begonnen bekend te maken. En ik wist gewoon niet zeker of de ene al vertrokken was voor
de ander zich bekend maakte, en ik had het gevoel dat ik volkomen in de maling werd genomen. Ik wist niet wat ik moest doen en
in wanhoop riep ik: ‘Oh God, help me.’ En de Heer bracht me een schriftvers in herinnering, dat Jezus de boze geesten beval
hun mond te houden en eruit te gaan. En ik dacht, dat lijkt me geweldig. Dus ik zei: ‘In de naam van Jezus beveel ik jullie
allemaal je mond te houden en uit deze man te gaan.’
En boem, ogenblikkelijk stopte hij, hield zijn mond en viel op de grond. Hij zag eruit alsof hij dood was. En ik ging naar hem
toe en rolde hem om, en hij lag gewoon God te aanbidden, en zei: ‘Dank U Jezus, ik ben vrij, ze zijn weg.’ En hij was
volkomen vrij. Wij dachten van minstens tien demonen. En ik dacht: dit is nog eens eenvoudig. In vergelijking met wat wij gewend
waren, met hen te praten, hun naam te vragen en al dat soort dingen. En op dat moment besloot ik: ‘Ik heb de duivel veel te
veel ruimte en aandacht gegeven. Ik ben bezig geweest met zijn naam te vragen, en te denken dat ik door al die procedures heen
moest.’ Er moesten altijd twee mensen aanwezig zijn, je moest op het bloed pleiten, je moest allerlei dingen doen. En ik had
niets daarvan gedaan. Ik had gewoon gesproken, en boem, ze waren verdwenen. En ik ging het Woord bestuderen en kwam erachter dat
dit precies de manier was waarop Jezus het had gedaan. En ik ging heel wat stoutmoediger worden.
In diezelfde tijd was er zoveel demonisch aan de gang met mensen die demonisch bezeten waren en naar ons toe kwamen, dat onze
aandacht op de duivel gericht was. We waren voortdurend bezig met over de duivel te spreken. Ik kwam er op een keer achter.
Dagelijks besteedde ik twee tot vier uur aan gebed. En ik ontdekte op een gegeven moment dat ik meer tijd besteedde aan het
tegen de duivel te praten in het zgn. gebed dan met God. En dat verontrustte mij. En ik zei: ‘God, ik besteed meer tijd aan
het aanspreken van de duivel als ik bid, dan dat ik aan U besteed.’ En ik wist dat daar iets verkeerds aan was.
Er zijn heel wat mensen die betrokken zijn bij dit rare soort van geestelijke oorlogvoering. Hun hele gebedsleven bestaat uit
het binden van de duivel en het bestraffen van de duivel. Ze noemen het gebed, maar in feite spreken ze tegen de duivel. En daar
is iets helemaal verkeerd aan. Ik begon dit te herkennen. In diezelfde tijd was ik in Arlington bezig een christelijk centrum te
openen. In Arlington Texas hebben we een gebouw gehuurd, dat een sociëteit was geweest. We hadden het geschilderd en
leeggeruimd. En ik was samen met die kerk in dat gebouw bezig met een gebedsnacht. Ik was daar helemaal alleen aan het bidden in
dat gebouw. En toen ik dat deed, ervoer ik een aantal demonische manifestaties. Ik bedoel dat íets in die kamer begon mijn keel
dicht te knijpen. Er was niets dat je daar kon zien, maar ik werd fysiek gewurgd, geslagen, ik werd fysiek aangevallen door
demonen.
Man, ik schoot dat gebouw uit. Ik deed de deur achter me op slot, vloog mijn auto in, achteruit de oprit af, en ik stond op het
punt met gierende banden te vertrekken. Toen de Heer tot mij sprak en mij vroeg: ‘Waar ga je naar toe?’ Ik zei: ‘Ik ben
hier vertrokken. In dat gebouw zitten demonen.’ En Hij zei: ‘Al de wapenrusting die je gebruikt tegen de duivel in Efeziërs
6 is voor de voorkant. Er is geen wapenrusting voor je achterkant.’ En ik snapte wat dat wilde zeggen. Je kunt de duivel niet
je rug toekeren. Je moet hem tegemoet treden.
En ik zei: ‘Heer wat bedoelt U, U wilt toch niet dat ik weer dat huis binnenga?’ En ik hoorde verder niets meer. Weet je, de
Heer gaat niet met je in discussie. Hij geeft je een woord en laat jou de keus wat je er mee doet. En het was zo’n 2 à 3 uur
in de ochtend, en ik zat daar een poosje in de auto. Tenslotte trok ik weer de oprit op, zette de motor af, maakte de deur open
en sloot mijzelf weer in dat huis op. En vanaf een uur of 3 tot zo’n zes uur ’s ochtends bestreed ik de demonen in dat
gebouw. En toen ik dat gedaan had, was het allemaal opgeruimd. Het was allemaal weg.
Ik had die demonische manifestatie meegemaakt. Ik heb andere ervaringen gehad. Ik heb dromen gehad, waarin satan mij aanviel.
Dan werd ik wakker en dacht, het is maar een droom. En als ik naar de badkamer ging, zag ik dat ik bloedde vanwege fysieke
aanvallen. Ik bedoel, er waren echt allerlei demonische manifestaties. Maar weet je waarom ik die meemaakte? Sommige mensen
zeggen dan, dat komt omdat de duivel zo machtig is en jij hem lastig viel op zijn terrein. Nee, weet je waarom dat kwam? Omdat
ik zoveel tijd besteedde aan de duivel en de duivel bestraffen en me daarop concentreren. Zoveel om over de duivel te leren, dat
ik de duivel veel te veel belang had toegekend in mijn leven. Ik was gewoon teveel met hem bezig. En de Heer liet mij zien, dat
ik de duivel aan het verheerlijken was en hem meer macht aan het toeschrijven was dan hij verdiende. Ik zag dat in en bekeerde
me ervan.
Ik bestrafte het en vanaf die tijd zei ik: ‘De beste verdediging is een goede aanval.’ En vanaf die tijd ging ik zóveel
tijd besteden aan het vrijmoedig voor God staan, God prijzen en aanbidden, dat dit alle ingangen van satan in mijn leven ging
vernietigen. En dat is nu meer dan 30 jaar geleden, en vanaf die tijd heb ik nóóit meer een nieuwe demonische manifestatie
gehad. Ik heb wel meegemaakt dat demonen manifesteerden in mensen om mij heen, en ik heb heel wat demonen uit mensen
uitgedreven. Sommige daarvan staan op tape, je kunt onmenselijke kreten horen, en stemmen die uit mensen komen, maar persoonlijk
heb ik nooit meer fysiek een demon hoeven te bestrijden. Die dingen zijn mij nooit meer gebeurd.
De enige reden waarom ze gebeurden, was omdat ík de duivel macht verleende om dat te doen. Door mijn angst, door mijn ongepaste
nadruk die ik op hem legde.
En ik wil je vertellen, broeders en zusters, dat dit tegenwoordig steeds weer voorkomt in het lichaam van Christus. We hebben de
duivel echt véél te veel aanzien gegeven. Satan speelt een rol. Hij gaat rond als een briesende leeuw, zoekende wie hij kan
verslinden. Maar de enige reden dat hij ook maar íets kan doen, tegen wie dan ook, is omdat zij hem de kracht geven door hun
angsten. En een heleboel wat tegenwoordig wordt geleerd als geestelijke oorlogvoering, schrijft aan de duivel meer kracht en
meer gezag toe, dan hij in werkelijkheid heeft. Hij heeft echt helemaal nul komma nul kracht. Geen gezag. Zijn enige macht is
bedrog. En doordat geestelijke oorlogvoering aan de duivel grote kracht en gezag toeschrijft, doordat men spreekt over machten
en overheden, die over gebieden heersen, en demonen die gebonden moeten worden voordat ook maar iets mogelijk is, en dat soort
dingen, stellen ze de zaken omgekeerd voor aan hoe het Woord de zaken voorstelt.
En in feite veroorzaakt dít, dat veel mensen toegeven aan de kracht van de duivel. Laat me nog een schriftgedeelte tonen in
Kolossenzen 2. En dit is echt geweldig. Vers: ‘13 Ook u heeft Hij, hoewel gij dood waart door uw overtredingen en
onbesnedenheid naar het vlees, levend gemaakt met Hem, toen Hij ons al onze overtredingen kwijtschold, 14 door het bewijsstuk
uit te wissen, dat door zijn inzettingen tegen ons getuigde en ons bedreigde. En dat heeft Hij weggedaan door het aan het kruis
te nagelen: 15 Hij heeft de overheden en machten ontwapend en openlijk tentoongesteld en zo over hen gezegevierd.’
Mensen, dit is krachtig. Vooral vers 15 waar staat: ‘Hij heeft de overheden en machten ontwapend en openlijk tentoongesteld en
zo over hen gezegevierd.’
Het woord ontwapenen wordt hier op een bepaalde manier gebruikt, zoals wanneer je een vijand overwint, en alles wat hij heeft
van hem afneemt. Plunderen. Satan is ontwapend, oftewel, beroofd van alles wat hij kon gebruiken. Overheden en machten zijn
geplunderd. Niets is hen overgelaten, ze hebben dus geen enkel gezag meer, geen enkele macht. Satan wás de god van deze wereld
en had alle gezag en autoriteit, maar is door Jezus volkomen ontwapend en ervan geplunderd. De duivel heeft geen enkele macht en
autoriteit meer. Zijn enig overgebleven wapen is bedrog. En als jij aan hem toegeeft, gebruikt hij jouw kracht, jouw gezag, om
jou te overmeesteren.
Er staat dus in vers 15 dat Hij de overheden en machten heeft ontwapend en openlijk tentoongesteld. God maakte er een openbare
vertoning van. Ik vergelijk dit graag met toen ik op de middelbare school biologieles had. Je moest dan krekels en torretjes
vangen, vlinders en andere insecten. Je maakte ze dood en prikte ze dan op een stuk papier. En daaronder moest je hun naam
schrijven. En daar hingen ze dan, met een speld door hun lijf geprikt, dat ze op het zachtboard hield. Dat is een
tentoonstelling. En zo zie ik ook de duivel. Hij zit vastgeprikt op het kruis. Door de spijkers waar Jezus aan hing, hangt hij
nu aan het kruis, tentoongesteld. Ontwapend en geplunderd, hij heeft niets meer. Hij is tentoongesteld. En in het laatste deel
van het vers staat: dat Hij zo over hen heeft gezegevierd.
Als je het Griekse woord in deze zin zou opzoeken: ‘gezegevierd’ is dat een woord dat letterlijk verwijst naar een
triomftocht. Het spreekt hier over het letterlijk tentoonstellen en verwijst naar een gewoonte die de Romeinen hadden. Als de
Romeinen tegen een vijand gingen strijden en die vijand overmeesterden, hielden ze een parade, een optocht, als ze terugkwamen.
Als ze de vijand niet hadden overmeesterd, dan hielden ze geen optocht. Het probleem daarbij was, dat alle Romeinse burgers, die
vreesden voor die vijandige macht, als er geen optocht was, als de vijand niet overmeesterd was, dan was er nog steeds angst in
hun leven. Nog steeds zorg en ongerustheid. Komen ze er misschien alsnog aan, komen ze weer terug. Ze hadden misschien wel een
veldslag gewonnen, maar als de koning, de generaal van het vijandig leger niet te pakken hadden, kon hij wellicht zijn troepen
hergroeperen en weer aanvallen. Er was dan een aanleiding om vragen te stellen en zorgen te maken.
Maar als ze de vijand overwonnen, namen ze die generaal of koning, en dan doodden ze hem, en brachten zijn hoofd of zijn lichaam
mee. Maar wat ze nog veel liever deden, was hem levend gevangen te nemen, volkomen naakt uitkleden, zodat hij geen enkel
kledingstuk had dat hem er koninklijk of belangrijk deed uitzien. Hij had geen wapenrusting aan, die hem er nog sterk uit deed
zien. In plaats daarvan, lieten ze hem volkomen naakt zien. Ze bonden hem vast aan een wagen of een paard, en óf ze lieten hem
erachteraan lopen, of sleepten hem door de straten, en ook hakten ze de beide duimen en de beide grote tenen af van die persoon.
Zodat hij nooit meer in staat zou zijn een zwaard vast te houden, zodat hij nooit meer in een veldslag staande zou kunnen
blijven. En dan paradeerden zij met hem door de straten. En zo lieten ze aan alle Romeinen zien dat de vijand overwonnen was. En
de burgers lachten hem uit, bespuwden hem, sloegen hem en dat soort dingen. En dit nam alle angst en vrees voor deze koning of
deze generaal volledig weg. En dát was het doel van die optocht.
En dit wordt hier in principe gezegd. Jezus deed precies hetzelfde met de duivel. In die schriftgedeelten die ik al heb
aangehaald, staat dat Jezus de duivel op elk terrein volkomen verslagen heeft. In Hebreeën 2 staat dat Hij degene die de macht
over de dood had volledig heeft vernietigd en allen zou bevrijden, die gedurende hun ganse leven door angst voor de dood tot
slavernij gedoemd waren (Hebreeën 2:15).
Hoeveel duidelijker kun je het nog uitleggen? Hij heeft hem die de macht over de dood had volledig uitgeschakeld, dat is de
duivel, en hen bevrijd, die door angst voor de dood in slavernij leefden.
Zie je, satan had niet echt de macht. Het was de ángst voor de dood, het zijn de listigheden van de duivel, het is het bedrog
waarmee hij tegen mensen opereert. En Hij heeft ons daarvan bevrijd. Waar satan in de Schrift als verslagen vijand in de optocht
is meegevoerd, en hij is tentoongesteld als een nul waarvan het randje uitgegumd is, hij is helemaal niets, maar het probleem is
dat het lichaam van Christus de optocht heeft gemist.
Over het algemeen hebben de mensen die bezig zijn met ‘geestelijke oorlogvoering’ het op één punt juist. Ja, er is een
oorlog gaande, en ja, satan bestaat en leeft, ja, satan speelt een rol. Maar waar ze de plank volkomen misslaan is, dat zij
zeggen dat hij een rol speelt, omdat hij grote macht heeft en grote autoriteit. Nee, dat heeft hij helemaal niet. Hij heeft een
enorm vermogen om te bedriegen en te liegen, en wij moeten weerstand bieden aan de listigheden van de duivel.
We moeten de waarheid leren kennen, we moeten ons concentreren op God en niet op demonen. Jazeker, er ís een veldslag gaande.
Maar ik zeg je, dat de geestelijke oorlogvoering-beweging als geheel, de duivel heeft verheerlijkt, en eer gegeven heeft. Ze
hebben de optocht gemist. Ze schrijven aan de duivel méér macht toe dan hem toekomt.
Hier zijn enkele voorbeelden in de geestelijke oorlogvoeringbeweging, van waar ik het over heb. Er is een hele beweging, die
beweert dat vóórdat je een bepaald gebied kunt binnengaan en effectief kunt zijn in de prediking van het evangelie, je eerst
‘spiritual mapping’ moet doen. Je moet dan weten wat de achtergrond van dat gebied is, je moet weten welke demonische dingen
er in het verleden zijn gebeurd, je moet dat onderzoeken. Je moet erachter komen wat de bolwerken zijn, en dan moet je er
voorbidders heen sturen. En die voorbidders besteden maanden, jaren, decennia om te bidden en demonen in dat gebied te
bestraffen en te binden, voordat het invloed heeft.
Ik wil er geen doekjes om winden en zeg het zo duidelijk en open als ik maar kan. In het Woord van God vindt je hiervoor
helemaal geen aanwijzing. Zoiets kun je helemaal nergens terugvinden in Gods Woord. Het is helemaal verkeerd. Zeg ik daar nu mee
dat er geen demonische machten bestaan? Nee, dat is helemaal niet wat ik zeg. Ik geloof dat er echt demonische machten bestaan.
En ik geloof ook dat er een hiërarchie van demonen bestaat, dat er geestelijke boosaardigheid bestaat. Dat er demonen zijn die
aan bepaalde plaatsen verbonden zijn. En ik geloof dat dergelijke dingen bestaan.
Maar weet je, Paulus heeft nooit iemand naar een gebied gestuurd om te bidden en demonen te binden en de plek voor te bereiden
zodat het Woord van God verspreid zou kunnen worden. Nee, het is het Woord van God, de wáárheid, die mensen vrijmaakt,
Johannes hoofdstuk 8. En het is een foutieve toepassing als wij gaan prediken dat de reden waarom er niet meer mensen
wedergeboren worden en vrijgemaakt worden, is dat wij niet genoeg gebeden hebben en geen geestelijke oorlogvoering hebben
gedaan.
Jezus heeft nóóit mensen aangesteld om voor Hem uit te gaan naar dorpen en steden en daar te bidden. Hij heeft wél zijn
discipelen naar de steden uitgezonden om aan te kondigen en mensen te laten weten dat Hij zou komen, zodat de menigten bij
elkaar zouden komen.
Hij zond hen uit om wonderen te doen, en mensen bij elkaar te halen. Paulus heeft nooit mensen vooruitgestuurd, Petrus heeft
nooit zulke dingen gedaan.
Er is gewoon helemaal geen schriftuurlijke onderbouwing voor deze praktijken. De complete geestelijke oorlogvoering beweging, de
manier waarop zij het voorstellen, dat voorbidders hier moeten zouden staan en machten binden en zo, is helemaal verkeerd.
Je zult wel dingen kunnen vinden zoals in Genesis hoofdstuk 18 of 19, waar Abraham voorbede doet voor de steden Sodom en
Gomorra. En je zult mensen tegenkomen die op die manier voorbede doen en God vragen om genade te hebben. Maar dat is iets heel
anders dan wat er tegenwoordig gedaan wordt. En zelfs op die manier. Ik heb nu geen tijd om dit allemaal tot in detail te
behandelen. Dat wordt allemaal behandeld in mijn tapeserie over geestelijke gezag .
Maar er is een enorm verschil tussen wat er gebeurde onder het Oude Testament en wat er gebeurt onder het Nieuwe Testament.
Onder het oude verbond had God nog geen verzoening voor onze zonden gemaakt. Jezus was nog niet voor ons naar de hel geweest,
Hij was nog niet onze voorbidder geworden, en het was dus gepast om om genade te vragen, omdat genade nog niet volkomen gegeven
was. Het werd wel getoond, maar als het ware ‘op krediet’. Het was nog geen werkelijke overeenkomst. De verzoening was nog
niet gedaan.
Maar aan déze kant van het kruis is er een enorm verschil tussen de manier waarop wij tegenwoordig in relatie met God staan.
God heeft nú genade en vergeving uitgestort, zoals staat in 2 Korintiërs 5 : dat God de wereld met zich verzoend heeft en de
mensen hun zonden niet meer toerekent. En als wij nu gaan denken, dat er nog steeds een boze God is daarboven, die op het punt
staat dit land te bestraffen, tenzij wij voorbede doen en smeken en pleiten bij God, om ‘Uw toorn in te houden, en U te
bekeren van het kwaad dat U van plan bent te doen’, dat is nu helemaal verkeerd. Jezus heeft allang de verzoening voor ons tot
stand gebracht. Hij is de enige middelaar die nu een eind heeft gemaakt aan al dat soort voorbede.
Er bestaat tegenwoordig wel een soort goddelijke voorbede. Maar dat bestaat heel eenvoudig uit te zeggen: ‘Vader, ik weet dat
U een goede God bent. Ik weet dat U van ons houdt, U zou zelfs Sodom en Gomorra hebben gespaard, als er maar 10 rechtvaardigen
waren geweest. Er zijn nu heel wat rechtvaardigen in dit land. Dank U dat U ons niet wilt oordelen’. Al deze doemprofetieën,
van als wij niet dit of dat doen, dan gaat God ons vernietigen, dat is níet van God.
Begrijp me niet verkeerd. Er bestaan wel degelijk consequenties. Als mensen Godhaters zijn en stoppen met het zoeken van God,
worden ze vals en zelfzuchtig, en schiet de criminaliteit omhoog en komen er allerlei problemen. Terroristische aanvallen en dat
soort dingen gebeuren. Maar dat is gewoon een kwestie van zaaien en oogsten. Dat is heel wat anders dan het oordeel van God. God
zal zijn oordeel niet over mensen brengen in dit huidige tijdperk.
Er komt nog een tijd dat Hij dat wél zal doen. En Hij zal volkomen rechtvaardig zijn om dat te doen, maar in dit tijdperk van
de gemeente stort Hij genade uit. En de nieuwtestamentische voorbidder hoeft zich niet tot God te wenden om Hem Zijn toorn te
laten inhouden, zoals Mozes deed in Exodus 32. Omdat God Zijn toorn al heeft laten varen, omdat Jezus verzoening heeft gedaan
voor onze zonden, en niet alleen die van ons, maar voor de zonden van de hele wereld. God heeft nu zijn toorn laten varen en
stort genade en vergeving over de mensen uit. En als een nieuwtestamentische voorbidder gaat staan en God gaat oproepen zich te
bekeren zoals Mozes deed, dan is dat helemaal fout.
Voor Mozes was dat helemaal niet verkeerd, omdat dit onder een bedeling plaatsvond, waarin God Zijn toorn uitvoerde. Maar wij
leven in het tijdperk en in de periode, waarin geldt dat God in Christus de mensen hun zonden NIET toerekent, maar Zichzelf met
hen verzoend heeft. En als een nieuwtestamentische voorbidder God oproept om Zich te bekeren en gaat roepen: ‘Oh God, stort
alstublieft Uw kracht uit,’ en al dat soort dingen, dan ontkracht hij daarmee de verzoening en de voorbede van Jezus.
Je moet gewoon begrijpen dat er een groot verschil is tussen voorbede gedaan onder het oude verbond en de manier waarop het
gedaan moet worden onder het nieuwe verbond. En veel wat tegenwoordig wordt onderwezen over geestelijke oorlogvoering, staat
helemaal onder de instelling van het oude verbond, het is anti-christ en het is een ontkenning dat Jezus degene heeft
vernietigd, die de macht over de dood had, de duivel. Het verheerlijkt de duivel en in feite zijn het de mensen die de optocht,
de parade gemist hebben.
Ik geloof dat de manier waarop wij op een persoonlijk niveau de geestelijke oorlog moeten voeren, als volgt gaat. Je moet de
leugens en de bedriegerijen van de duivel weerstaan, en dat doe je in hoofdzaak door de waarheid te kennen. Johannes 8:32: ‘gij
zult de waarheid verstaan, en de waarheid zal u vrijmaken.’ Het is dus de waarheid, het begrijpen van de waarheid, wat het
grootste tegengif is tegen misleiding. En de kracht en de macht van misleiding ligt daarin, dat jij niet weet wat de waarheid
is.
Op het ogenblik dat jij een juiste standaard hebt, een juiste maatstaf, de waarheid, dan is bedrog en misleiding ogenblikkelijk
al zijn kracht kwijt. Weet je dat als iemand geterroriseerd wordt door de dreiging dat er iemand komt die hem wil doden, en als
je dan op de een of andere manier het lijk kunt laten zien van degene die hen heeft bedreigd, dan is die angst en die
intimidatie onmiddellijk verdwenen. Ze kennen de waarheid als ze weten dat het niet werkelijk een probleem meer is. Dat is het
grootste tegengif dat we hebben. Dat is het Woord.
Op een persoonlijk niveau neem ik gewoon het Woord van God. Ik mediteer erover, ik houd van God, ik heb gemeenschap met God, ik
heb gemeenschap met Gods mensen. Ik blijf positief in het zoeken van God. En door dit te doen heb ik een enorm, werkelijk enorm
wapen tegen de duivel. Lofprijs is een heel machtig wapen tegen de duivel. Het drijft hem letterlijk naar buiten. Hij kan gewoon
geen lofprijs verdragen. En op een persoonlijk niveau besteed ik er gewoon heel weinig tijd aan, misschien ééns per maand, of
één keer per enkele maanden, en bestraf en bind ik de duivel ergens voor.
En de enige reden waarom ik het dan doe, is niet omdat hij enige macht heeft, of omdat hij zo bijzonder tegen mij in actie komt,
maar omdat de oorlogvoering in mijn geest, in mijn gedachten dan zo intens is, dat ik het hardop uitspreek. En ik zeg: ’Ik
bestráf deze gedachten. Satan, je hebt nul komma nul rechten op mij.’ En ik bestraf en zeg deze dingen hardop. Maar meestal
hoef ik dat helemaal niet hardop te zeggen. Ik weerleg het gewoon door de Waarheid. Dat kan natuurlijk heel anders liggen als
jij in een toestand bent waarin je heel lang door de duivel overheerst bent geweest. Als je demonisch bezeten bent (geweest) en
daar uit wilt komen, moet je wellicht de duivel vaker hardop bestraffen, en tegen deze dingen spreken.
Maar als je eenmaal vrij bent, dan is het vrij gemakkelijk om die vrijheid te behouden door in de waarheid te blijven staan. En
iedere keer dat je erkent dat er iets opgedoken is wat jou problemen veroorzaakt, omdat je een leugen geloofd hebt, dan spreek
je het uit, bestraf je die gedachte en dan is het afgelopen. Zo ligt het op een persoonlijk niveau.
Als het gaat over het omgaan met andere mensen is het zo dat ik demonen bestraf als ik ze tegenkom. Laat me het volgende zeggen.
In mijn zesdelige serie ga ik er verder op in, hier niet. Over de verschillende gradaties in demonische gebondenheid, of je
bezet, bedrukt, onderdrukt, etc. bent. De Bijbel gebruikt in het originele Grieks gewoon in alle gevallen het woord ‘dai’monion’.
Dat is bezeten door een demon. Het Grieks maakt geen onderscheid in verschillende gradaties.
Als ik vroeger iemand zag met demonische problemen, dan dreef ik ze gewoon uit. Maar ik realiseer me tegenwoordig, dat als ik ze
uitdrijf op míjn gezag, gebaseerd op míjn geloof, dat die dingen dan weer terugkeren naar die persoon. En op een bepaalde
manier bewijs ik hen helemaal geen goede dienst. Want Jezus sprak erover dat als een boze geest uitgedreven is, dat die dan
graag terugkomt met zeven andere geesten, nog boosaardiger dan hijzelf. En de laatste toestand van die persoon is dan nog erger
dan de eerste toestand.
Ik ben me daarom gaan realiseren dat de beste manier om iemand te bevrijden, is door hem de waarheid te vertellen. Ik leg hem
uit hoe Jezus hem overwinning heeft bezorgd. Ik onderwijs hem vanuit het Woord van God. En als ik dat doe, en hij luistert naar
me, zal meestal, gewoon omdat je de waarheid onderwijst, de demon vertrekken, zonder dat je die hoeft uit te drijven. Ik kan je
daar honderden voorbeelden van geven. En dan heb ik het ook over zeer zware demonische bezetenheid, waarin mensen niet meer
konden functioneren. En als ze dan naar de waarheid zaten te luisteren, werden ze al bevrijd, vóórdat ik zelfs maar aan
toekwam om voor hen te bidden.
Het gaat om de ingangen die satan heeft tot een persoon, iets in hun denken of wat dan ook. Dan is hij zó diep bij hen
ingeworteld, dat zelfs als iemand de waarheid inziet en aanvaardt, hij nog steeds iemand anders nodig heeft om voor hem te
bidden en de duivel te bestraffen. Er zijn dus momenten, dat ik demonen uit mensen werp. Vooral als ik bid voor ziekte en
depressie en dergelijke dingen. En ik zie dat mensen bevrijd worden. Maar ik wil het niet doen zonder de mensen iets van de
waarheid mee te geven, omdat ze zichzelf moeten kunnen beschermen. Het is niet alleen nodig de duivel eruit te krijgen, maar ook
om hem eruit te houden.
En vervolgens op een breder gebied. Als ik niet met mensen individueel te maken heb, maar als ik naar een bepaald gebied ga,
stuur ik daar niet eerst voorbidders naar toe. Nogmaals, ik stel dat daar helemaal geen schriftuurlijke grond voor is. Maar ik
voer wel degelijk geestelijke oorlogvoering. Weet je hoe ik dat doe? Ik zorg dat ik op de radio kom, op de televisie, door
middel van tapes, boeken, video’s. Ik begin de mensen de waarheid te vertellen, en als ze de waarheid ontvangen, dan opent dat
hun hart en maakt hen klaar en meer ontvankelijk voor het evangelie. En vervolgens kom ik daar en ik predik het Woord.
In het 19e hoofdstuk van Handelingen ging Paulus naar Efeze. En hij had daar een heleboel tegenstand. In feite dacht hij er al
aan om de stad te verlaten, maar de Heer zei hem de stad niet te verlaten, omdat Hij er mensen had. Uiteindelijk is hij twee
jaar in Efeze gebleven. Hij sprak er stoutmoedig en ontmoette allerlei soorten geestelijke tegenstand. Maar er is niet één
schriftverwijzing waarin hij de gelovigen heeft samengeroepen om geestelijke oorlogvoering te doen, om demonen te bestraffen en
machten boven Efeze te bestraffen of te binden. Speciaal in die tijd was het een centrum voor de verering van Diana van Efeze.
Ze hadden daar een tempel die als één van de wereldwonderen werd beschouwd en Diana werd daar door mensen vanuit heel Azië
aanbeden. Dit was het centrum van haar aanbidding.
Paulus heeft de gelovigen nooit opdracht gegeven om de Diana van Efeze te bestraffen, of om geestelijke oorlogvoering te doen.
Hij heeft de gelovigen nooit bijeengeroepen. Weet je hoe hij het deed? Hij verkondigde de waarheid. Hij weerlegde hun verkeerde
denkbeelden, hij vertelde de mensen de waarheid. Door de prediking van het evangelie brak hij de macht van Diana van Efeze. Dat
is de schriftuurlijke manier.
Ja, ik geloof dat er een demonische macht wás, die in Efeze heerste. Maar hij riep geen voorbidders en geestelijke strijders
bij elkaar om dat te doen. Hij zorgde dat mensen tot wedergeboorte kwamen, vertelde hen de waarheid, en de waarheid is wat
mensen vrijmaakt. En ik geloof dat Diana van Efeze volledig verpletterd werd.
Laat me hier wat toepassingen daarvan maken op onze tijd. Ik geloof dat het in 1999 was, dat leiders van de ‘geestelijke
oorlogvoering’, de ‘profetische beweging’ en dat soort kringen naar Efeze zijn gegaan. Zij geloofden dat God hen had
geopenbaard dat de belangrijkste demonische macht van deze tijd Diane van Efeze was, en dat zij de demonische macht was die
genoemd werd in de Bijbel, die alle moslims gevangen hield, in wat het 10-40 raam werd genoemd. En zij moesten geestelijke
oorlog gaan voeren. Ze haalden mensen bij elkaar om te bidden, en ze hebben dacht ik zo’n 20.000 mensen overgehaald om naar
Efeze te reizen, naar dit amfitheater dat een ruïne was uit de dagen van Paulus, en zij deden daar ‘geestelijke oorlogvoering’
en zij vernietigden Diana van Efeze.
Ze hebben daar helemaal niet het evangelie gepredikt. Ze hebben daar helemaal geen mensen tot de Heer geleid. Wat ze daar deden
was mensen bij elkaar halen en daarna hebben ze een gebedsdienst gehouden, en meenden zo afgerekend te hebben met Diana van
Efeze. Dat is het tegenovergestelde van wat Paulus deed. Ik geloof persoonlijk dat Diana van Efeze tegenwoordig helemaal geen
rol speelt. 2000 jaar geleden is zij door Paulus al verslagen. Helemaal niemand aanbidt tegenwoordig Diana van Efeze. En zij
beweren natuurlijk: maar tegenwoordig zijn dat de moslims, of het Islamitische geloof, dat is dezelfde geest. Maar dat is
natuurlijk allemaal heel erg subjectief. Dat is wat zij beweren. Zo voelden zij dat. Het is gewoon hun indruk. Maar er is geen
enkele manier om dat te controleren of vast te stellen of het zo is.
Ik geloof dat het helemaal niet waar is. Paulus versloeg Diana van Efeze, of je het nu Islam wilt noemen of wat dan ook. Hij
versloeg al die dingen 2000 jaar geleden, niet door gebed of voorbede, maar door het prediken van de waarheid. En daardoor
werden die demonische machten gebroken. Zeg ik nu dat ik geloof dat er geen demonische machten bestaan? Nee, ik geloof wel
degelijk dat ze bestaan, maar ze zijn er omdat mensen hen macht hebben gegeven en zich hebben overgegeven aan hun leugens. Maar
de manier omdat op te lossen is niet door rechtstreeks de demonen aan te spreken en die te binden en te bestraffen. Ze hebben
helemaal geen macht om wat dan ook maar te doen, tenzij mensen hen kracht geven door hun leugens te geloven. De manier om die
demonische machten te breken is dus met de mensen te spreken, ze uít de leugens te helpen, uit de demonische misleidingen, en
dan zijn de demonische machten gebroken.
Neem als voorbeeld San Francisco, waarvan wordt gezegd dat het één van de hoofdsteden is van de homoseksualiteit. Mensen
leiden daaruit af dat er demonische machten boven San Francisco moeten zijn, homoseksuele en lesbische geesten, die boven die
plaats hangen en mensen in gebondenheid houden. Ik geloof wel degelijk dat er homoseksuele en lesbische geesten zijn die daar
huizen, en ook dat er een hele concentratie van in San Francisco is. Meer dan in andere plaatsen. Daar ben ik het mee
eens.
Maar hoe reken je daarmee af? De manier waarop sommige mensen daarmee afrekenen is door die geesten te binden en te bestraffen,
en ze sturen mensen daarnaar toe alleen om te wandelen en te bidden en dat soort dingen te doen. Maar dat is niet het Bijbelse
model. Die demonische machten spelen totaal geen rol, behalve dat mensen zich eraan hebben toegewijd, en hen zo kracht verlenen.
Je kunt die demonische machten helemaal niet binden en bevelen om weg te gaan. Ze denken dat als je van die demonische machten
af bent, dat mensen dan wel gevoelig worden voor het evangelie.
Nee, zo werkt het helemaal niet. Die demonische machten zijn daar. Het is helemaal niet zo dat er bepaalde demonen waren in San
Francisco en dat die alle homoseksuelen naar San Francisco hebben getrokken. Ik ken niet de hele geschiedenis daarvan, maar er
was iemand in het gebied van San Francisco, die waarschijnlijk homoseksueel was, of daar dicht tegen aan zat, die in het bestuur
kwam. Ze hebben wetten aangenomen, ze hebben speciale bijstandsvoordelen, bepaalde wettelijke regelingen gemaakt, die voordelig
waren voor homoseksuelen. Ze hebben zo een toevluchtsoord gecreëerd die het voor homoseksuelen aantrekkelijk maakte.
En daarom zijn homoseksuelen uit het hele land en vanuit de hele wereld naar San Francisco gegaan, en ze hebben hun demonische
machten meegenomen. Het was niet zo, dat demonische machten die daar huisden homoseksuelen aantrokken, nee, de homoseksuelen
werden door alle voordelen aangetrokken. En zij namen al die demonische machten met zich mee.
Als je van die demonische machten af wilt komen, moet je niet naar de hemelse gewesten gaan en rechtstreeks met die machten
strijden. Wat je moet doen is aan deze mensen de waarheid verkondigen. En als ze de waarheid horen, en gaan begrijpen dat God
hen heeft geschapen als Adam en Eva, en niet als Adam en Steve, dan worden ze vrijgemaakt. En als zij de waarheid ontvangen,
gaan zijzelf deze duivels weerstaan en worden die demonische machten gebroken. En dan gaat het hele geestelijke klimaat boven
San Francisco veranderen. En zo kun je verder en verder gaan en hier toepassingen van maken.
Ik heb bijvoorbeeld vrienden die geloven dat de Amerikaanse Indianen gruwelijke dingen zijn aangedaan. En dat er onder hen geen
opwekking mogelijk is, totdat wij om vergeving vragen, totdat wij teruggaan naar de 15e, 16e en 17e eeuw en geestelijke oorlog
voeren en afrekenen met deze demonische geesten waardoor deze dingen gebeurd zijn, enz. Dat staat lijnrecht in tegenspraak met
de Bijbel. Sommige mensen kunnen wellicht bepaalde oudtestamentische gedeelten aanhalen en zeggen: ‘Wacht eens even, God zal
ongerechtigheid bezoeken tot in de 4e generatie’, en dergelijke dingen, maar nogmaals, dat gold onder het oude verbond.
In het boek Ezechiel hoofdstuk 18 staat al geschreven: 1 Het woord des HEREN kwam tot mij: 2 Hoe komt gij er toch toe, dit
spreekwoord te gebruiken in het land Israëls: de vaders hebben onrijpe druiven gegeten en de tanden der kinderen zijn slee
geworden? 3 Zo waar Ik leef, luidt het woord van de Here HERE, gij zult dit spreekwoord in Israël niet meer gebruiken.
Maar dit woord is niet meer van toepassing. Wanneer hij profeteert over het nieuwe verbond dan staat er in vers 4: Zie, alle
zielen zijn van Mij, zowel de ziel van de vader als die van de zoon zijn van Mij; de ziel die zondigt, die zal sterven.
En in vers 20: De ziel die zondigt, die zal sterven. Een zoon zal niet mede de ongerechtigheid van de vader dragen, en een vader
zal niet mede de ongerechtigheid van de zoon dragen. De gerechtigheid van de rechtvaardige zal alleen rusten op hemzelf en de
goddeloosheid van de goddeloze zal alleen rusten op hemzelf.
En het zal gewoon niet meer gebeuren dat de kinderen lijden onder de zonden van hun vaderen. Dát is het verbond waaronder wij
nu leven.
Jazeker, er zijn gruweldaden aangedaan aan de Amerikaanse Indianen. Dat betwijfel ik helemaal niet. Mijn vrouw is Indiaanse.
Maar zij loopt helemaal niet rond met bitterheid en gekwetstheid en boosheid. Maar als ik een Indiaan zou tegenkomen die boos en
gekwetst was, en boos op mij om iets dat mijn over- over- over- overgrootvader misschien heeft gedaan tegen zijn volk, dan zou
ik zeggen: ‘Het spijt me erg, dat was helemaal verkeerd’.
Ik ga niet ontkennen dat er verkeerde dingen zijn gebeurd. Maar dat is niet iets waardoor ík gebonden ben. En ík ben ook niet
degene die deze man in gebondenheid houd. Dat is alleen maar het feit dat hij de waarheid niet kent dat hij vergeving heeft
ontvangen en dat hij vrij en onafhankelijk is. Hij is níet het product van iets dat 500 jaar geleden gebeurd is. Nu kan het
best zijn dat die dingen van invloed zijn op hem, maar het is zíjn keuze om dood of leven te kiezen. En als hij die waarheid
gaat begrijpen, kan hij volledig vrijgemaakt worden. Maar ik ga daar niet aan die demonen macht zitten geven, en beweren dat er
niets kan gebeuren, tenzij we al deze dingen doen en verzoening bewerken. Zó geef je satan macht die hij helemaal niet heeft.
Er zijn zelfs mensen die de oude routes van de kruistochten in Europa uit de jaren 1100 hebben opgespoord. Ze zijn die routes
langs gegaan en hebben boetedoening gedaan, zich verontschuldigd en vergeving gevraagd aan mensen, in het geloof dat als zíj
verzoening plegen en vergeving gevraagd hebben voor alle mensen die in de jaren 1100 zijn bezeerd, dat Europa niet in de
geestelijke duisternis zal blijven. Dat is helemaal verkeerd.
Weet je wat Europa in geestelijke duisternis houdt? Het feit dat ze het Woord niet ontvangen hebben. Het feit dat het Woord van
God in Europa verbannen is, verboden zelfs in de telecommunicatie. Ze zeggen dat niet rechtstreeks, maar zo is het echt. Ik word
op televisie uitgezonden, via 3 satellieten, over heel Europa. Maar ze moeten mijn onderwijs zódanig bewerken, dat er heel wat
kracht uit verloren gaat.
Ik heb eens een keer iets gezegd over het slaan van je kinderen. En dat hebben ze eruit gepiept, alsof ik aan het vloeken was.
Ik mag niet zeggen dat Jezus de Weg, de Waarheid en het Leven is. Ik word gedwongen om te zeggen: ‘De Bijbel zegt dat Jezus de
Weg, de Waarheid en het Leven is.’ Ik mag het brengen als een mening, maar ik mag het niet brengen als een feit.
Door heel Europa heen is de prediking van het evangelie verboden. In Frankrijk hebben ze wetten aangenomen, waardoor het nu
illegaal is om te evangeliseren. En als je mensen de handen op wilt leggen, en voor hen bidt, kun je gearresteerd en in de
gevangenis gegooid worden, wegens ongeoorloofde uitoefening van geneeskunde. Al dat soort dingen zijn gericht tégen het
evangelie. En dat is de reden waarom Europa in de toestand blijft waarin het is. Omdat ze niet openstaan voor het evangelie. Het
komt helemaal niet omdat er demonische machten zijn.
Nu maken demonische machten hier wel onderdeel van uit. Ze inspireren mensen om zulke maatregelen uit te vaardigen. Maar je kunt
dat probleem niet oplossen door alleen geestelijke oorlog te voeren en demonen te binden. Wat je moet doen is het Woord naar die
mensen gaan brengen. En ik doe alles wat ik maar kan. We sturen er honderden, duizenden tapes naar toe, we zijn op TV en op de
radio, en we doen alles wat we maar kunnen doen.
Wij ondersteunen mensen in Europa, die stoutmoedig zijn en het evangelie prediken. En ik geloof dat dit de benadering zou moeten
zijn van de kerk. Ik geloof dat de manier waarop geestelijke oorlogvoering vandaag de dag wordt voorgesteld, waarin het mensen
aanmoedigt om níet het evangelie te prediken, en níet de waarheid te vertellen, maar alleen maar te bidden, ik geloof dat dit
in feite een manoeuvre van de duivel is.
Sommige mensen zullen hier flink aanstoot aan nemen. ‘Hoe kun je beweren dat het van de duivel is, om te bidden.’ Nou, de
duivel inspireerde de Farizeeën en de schriftgeleerden en de huichelaars om trompetten te laten blazen op de hoeken van de
straten en al dat soort religieuze dingen te doen. Ja, religie is altijd al demonisch van aard geweest. Ik heb het nu niet over
waarachtig christendom. Maar ik heb het over de religieuze gebruiken. Religie is áltijd al een van satans sterkste bolwerken
geweest.
Als jij denkt dat satan nooit mensen aanmoedigt om gewoon maar te bidden, dan vergis jij je schromelijk. Dan ken je de
kerkgeschiedenis niet. Ik geloof dat satan er gewoon dól op is, om mensen religieuze uiterlijkheden te laten verrichten, en al
dat soort dingen laat doen, die er indrukwekkend uitzien, maar waar geen enkele kracht van uitgaat.
De centrale aandacht van christenen zou moeten liggen bij het prediken van het evangelie, de waarheid verkondigen. En toch zijn
er hele groepen die mensen met miljoenen over de hele wereld uitzenden en hen opdragen om het evangelie niet te prediken. Getuig
tegen helemaal níemand, jóuw werk bestaat alleen maar uit wandelen en bidden en geestelijke oorlogvoering doen. En ze besteden
daar heel erg veel geld aan. Miljoenen dollars worden aan deze dingen besteed. En dat is verkeerd.
Hun hart zit waarschijnlijk op de goede plek. Hun verlangens zijn goed en oprecht, het kan degene die het doet wellicht ook heel
goed doen. Het helpt hen misschien om meer te bidden zodra ze daar zijn geweest en zien hoe de toestand is. Het geeft hen
wellicht een grotere last en een groter hart voor die situatie of dat land. Er kan best wel wat goeds uit voortkomen, maar als
je datzelfde geld zou gebruiken en besteden aan de prediking van het evangelie, traktaten uitdelen, en het Woord en de Waarheid
verkondigen en verspreiden, zou je onéindig veel meer resultaat zien.
In feite is het helemaal geen kwestie van óf prediken, óf bidden. Het zou in samenhang moeten worden gedaan. Maar gebed,
voorbede, is als water voor een zaadje. Als het zaadje in de grond geplant is, moet het water krijgen en mest. Maar je kunt
water blijven gieten en mest blijven geven op kale grond, er komt helemaal niets uit voort. Je zult het zaad moeten planten.
Mensen worden wedergeboren door het onvergankelijke zaad van het Woord van God.
En als wij doen wat Paulus deed: ‘19 Bid ook voor mij, dat mij de juiste woorden gegeven worden wanneer ik verkondig, zodat ik
met vrijmoedigheid het mysterie mag openbaren van het evangelie’ (Efeziërs 6:19).
Hij vroeg niet: ‘Bid dat de oren van mensen geopend mogen worden, bid dat demonische machten gebonden worden, bid dat Diana
van Efeze niet langer een rol zal spelen.’ Hij heeft nooit mensen opgeroepen om dat te doen.
Als hij mensen vroeg om voor hem te bidden, vroeg hij hen om te vragen dat hij zou spreken met openbaring, met autoriteit, met
kracht, dat wonderen zouden geschieden en dat soort dingen. Ja, gebed en voorbede zíjn een belangrijk onderdeel van het
evangelie, maar niet op de manier zoals dat tegenwoordig wordt gedaan, als een vervánging van de prediking van het evangelie.
Dat is helemaal verkeerd. Zo gaat het helemaal niet.
Paulus heeft letterlijk Diana van Efeze vernietigd. Op zo’n grondige wijze, dat je in Handelingen 19 kunt vinden hoe Demitrius
en enkele zilversmeden samen kwamen, omdat ze op het punt stonden werkeloos te raken. Mensen kochten niet langer hun kleine
afgodsbeelden. En zei zeiden: ‘Niet alleen ons beroep, maar de hele tempel zelf loopt het gevaar om vernietigd te worden’.
En zo was het ook.
Diana van Efeze is 2000 jaar lang niet een factor van enige betekenis geweest, tótdat de geestelijke oorlogvoeringbeweging en
de voorbidders haar weer opgericht hebben, en machten toegeschreven die ze helemaal niet heeft. Op die manier moet het gewoon
niet gedaan worden.
Ik heb misschien evenveel vragen opgeroepen als beantwoord. Maar ik zeg je, satan speelt een rol, en God heeft alles al gedaan.
God heeft ons alle dingen al gegeven in de geestelijke wereld. Maar wij zijn in een oorlog verwikkeld. Maar hóe wordt die
strijd gevoerd? Moeten we dat in de hemelse gewesten doen? Moeten wij doen zoals sommige van deze geestelijke-oorlog-mensen
doen, die vliegtuigen huren, zodat ze strijd kunnen voeren tegen geestelijke boosheid op hoge plaatsen? Moeten we naar de top
van hoge gebouwen gaan? Moeten we mensen over de hele wereld sturen, zodat ze daar strijd kunnen leveren?
Als die demonische machten werkelijk de kracht zouden zijn, die ze beweren te zijn, dan hoef je heus geen vliegtuig te huren om
dichter bij hen te komen. Het is helemaal niet zo dat onze gebeden alleen maar werken binnen een straal van 100 meter. Of dat je
mensen moet sturen naar een ander land om dat voor elkaar te krijgen. Zo is het helemaal niet. Je kunt gewoon hier blijven staan
en ze binden van de plaats waar je bent. Zó machtig is gebed.
Weet je wat je moet doen? Je predikt het evangelie. Je vertelt mensen de waarheid, zorgt dat je op radio en televisie komt. Leid
mensen op, stuur ze uit, sticht overal kerken en gemeenten. Predik het evangelie, en leg de nadruk op het Woord van God. Maar
bij de meeste mensen die aan geestelijke oorlogvoering doen, ligt de nadruk helemaal niet op het Woord van God.
Ze verliezen zich in allerlei rariteiten. Ik heb verslagen gehoord van mensen in openbare bijeenkomsten, waar letterlijk vrouwen
boven op mannen gingen liggen, in een barenshouding, en alle bewegingen maken om een bevalling na te doen. En ze beweren dat zij
in barensnood zijn en zo geestelijke oorlogvoering doen. Dat is krankzinnig. Dat is volkomen goddeloos. God heeft nooit iemand
geleid om dat soort dingen te doen.
Er worden echt heel rare dingen gedaan in de geestelijke oorlogvoering- en voorbiddersbeweging van tegenwoordig. Ben ik dan
tegen geestelijke oorlogvoering? Nee. Ben ik tegen voorbede? Nee. Ik ben tegen de rariteiten die tegenwoordig zo genoemd worden.
En ik zeg je dat het lichaam van Christus deze dingen echt weer moet gaan uitzoeken.
Satan is een factor, maar alleen omdat hij rondgaat om te zoeken wie hij kan verslinden, wie hij kan bedriegen. Hij is een
factor, omdat er zoveel mensen misleid zijn. Omdat er zoveel mensen zijn die hem kracht verlenen en zíjn leerstellingen
verkondigen. Als je de waarheid zou ontdekken, als je de waarheid zouden prediken, dan vertel ik je, dat er van satan helemaal
niets overblijft.
Maar er zijn zóveel dwalingen, niet alleen in de wereld, maar ook in het lichaam van Christus. Totdat we naar huis gaan om met
de Heer te zijn, zullen we geestelijke oorlogvoering moeten blijven doen. We zullen moeten blijven strijden tegen de leugens en
de bedriegerijen van de duivel. Je zult bezig moeten blijven met het vernieuwen van je denken. Ik geloof niet dat er iemand van
ons is die er al helemaal uit is.
Jazeker, er zijn dingen waar tegen wij strijden, en jazeker, de oorlog is realiteit. Maar niet omdat satan zoveel macht heeft,
maar omdat hij zoveel mensen heeft weten te bedriegen. En het tegengif is niet voorbede en binden van demonische machten, en
miljoenen mensen verzamelen die bidden. Maar in plaats daarvan is het antwoord de mensen de waarheid te verkondigen en de mensen
zo vrij te maken.
Ik heb dit al kort genoemd, ik heb op deze tape geen tijd meer om het verder uit te leggen. Maar voor opwekking geldt precies
hetzelfde. Ik ben vóór opwekkingen. Ik zou graag de gevolgen van een opwekking willen zien, zowel in de VS als over de hele
wereld. We hebben keihard een opwekking nodig. Maar hoe krijg je die? De voorbidders beweren dat we meer mensen aan het bidden
moeten krijgen, een miljoen, 2, 4, ja 5 miljoen mensen aan het bidden krijgen, en gaan vasten en andere dingen doen.
Zij zien het zo, alsof God degene is die verantwoordelijk is voor het eenvoudig géven van een opwekking. Alsof God degene is
die de opwekking niet schenkt omdat Hij niet tevreden is. En dus houden ze zich bezig met zichzelf bekeren, verootmoedigen,
belijden en vergeving vragen en al dat soort dingen doen, om te proberen God tevreden te stellen. Maar ik zeg je dat God allang
tevreden gesteld is.
Opwekking en de kracht om de levens van mensen te veranderen, zodat mensen God gaan zoeken en gevoelig worden voor God, de
kracht die er nodig is om dat te realiseren is al 2000 jaar geleden vrij gezet door de Heer Jezus Christus en is al die tijd
hier op aarde aanwezig. We hebben helemaal geen mensen nodig die bij God gaan smeken en bedelen om een opwekking. We hebben
mensen nodig die gewoon gaan geloven wat God al gedaan heeft.
Mensen die op gaan staan, de doden opwekken, wonderen laten gebeuren. En als ze dát gaan doen, garandeer ik je dat je de
gevolgen van opwekking zult zien. Dan zullen we alle opwekking hebben, die je maar aankunt.
Ik ben vóór opwekking. Ik geloof in opwekking, maar ik geloof dat het zal komen als mensen zich overgeven aan God en niet als
wij meer druk op God uitoefenen door voorbede en geestelijke oorlogvoering.
Ik zeg je dat deze waarheden hier zó tegen de grote theologische stromingen van vandaag de dag ingaan, dat heel veel mensen
afwijzen wat ik gezegd heb, alleen maar omdat ik een redelijk eenzame stem ben. Ik ben niet de enige, maar er zijn er maar
weinig die dit prediken.
Maar ik daag je uit, om het Woord van God te nemen. Om te zien op de verzoening van Jezus Christus, om het voorbeeld te volgen
van het boek Handelingen. Je kunt daar gewoon niet vinden dat geestelijke oorlogvoering gedaan wordt op de manier zoals het
tegenwoordig wordt aanbevolen. Satan speelt een rol, maar het is niet de rol die hem wordt toegeschreven door mensen die de
triomftocht hebben gemist.
Ik daag je uit om het Woord van God te nemen, en zoek deze triomftocht op en zie hoe satan is geplunderd, uitgekleed, uitgeschud
en verslagen. En als je dat eenmaal ziet, zul je nooit meer aan hem toegeven. Je zult hem nooit meer vrezen, je zult nooit meer
door hem geïntimideerd kunnen worden zoals je in het verleden bent geweest. En dan zul je vrij genoeg zijn om andere mensen
vrij te kunnen zetten. Ik garandeer je dat dit je zal helpen.
Prijs God. ‘Vader, ik geloof dat U openbaring zult geven en dat de Waarheid van Uw Woord mensen vrij zal maken. Over iedereen
die geruïneerd is, die onder de plak heeft gezeten van de duivel, spreek ik de Waarheid uit. En de Waarheid zal hen vrijmaken
zodat zij op zullen staan en weigeren de duivel toe te staan om hen fysiek, financieel, en emotioneel te beroven. Dat op elk
gebied een toorn in hen zal opkomen. Niet op U, maar op de duivel die hen heeft bedrogen en belogen, en dat zij hem zullen
weerstaan en dat hij van hen zal vlieden. Vader, ik dank U en ik geloof dat U dat aan het doen bent. Wij begeren eenparig en
ontvangen nu wonderbaarlijke bevrijding in de machtige naam van de Heer Jezus Christus. Amen.
Deel 5 - Heb je meer geloof
nodig?...
|